9

Ze waren verdergegaan met het voorstelrondje en dat had zo'n beetje de hele donderdagmiddag in beslag genomen. Mattias had de lat hoog gelegd en de overige deelnemers hadden de uitdaging aangenomen. Niemand van hen wilde bij een middelmatig groepje horen door met een half-interessant verhaal aan te komen, ze hadden niet voor niets allemaal een leidinggevende positie bereikt. Het ene fascinerende verslag na het andere passeerde de revue. Monika kon er maar met een half oor naar luisteren. Toen ze eindelijk klaar was met haar verhaal en de aandacht van iedereen overging naar de volgende die aan de beurt was, besefte ze pas goed hoeveel energie het had gevergd. Wat er nog van over was had ze nodig om rechtop op haar stoel te blijven zitten. Ze was zo lang niet in de buurt van die herinnering geweest, en de keren dat dat toch had gemoeten, was ze er snel langs gegleden en had ze alle details in een barmhartige schaduw gelaten.

Vreemde stemmen losten elkaar af en werden alleen door het geluid van applaus van elkaar gescheiden. Zij deed ook mee, ze klapte in haar handen zoveel als nodig was om niet op te vallen. En aldoor was ze zich ervan bewust dat hij vlak naast haar zat. De man die de karaktereigenschap bezat die zijzelf aantoonbaar miste.

Dat hij altijd de juiste keuze maakte. Dat dat zo diep in zijn karakter verankerd zat dat hij nooit aarzelde, niet eens in het aangezicht van de dood, als de angst het verstand verblindde.

Eén keer had ze zich naar hem omgedraaid. Ze wilde zien of ze iets uit zijn gelaatstrekken kon aflezen. Ze wilde weten hoe iemand eruitzag die alles was wat ze zelf altijd zo graag had willen zijn, maar nooit kon worden, aangezien het ongedane nooit gedaan kon worden gemaakt. Hij was en bleef dood en zij was en bleef degene die de sauna niet had uitgeschakeld en vervolgens nog geen stap extra had gezet.


Die nacht was haar persoonlijke tekort aangetoond en sindsdien was er geen dag voorbijgegaan dat ze dat tekort niet in zichzelf had voelen schuren. Haar beroepskeuze, alle prestigieuze bezittingen, haar manier om zichzelf meedogenloos op te zwepen naar betere resultaten: het was allemaal een manier om het innerlijke defect te compenseren. Om te rechtvaardigen dat zij leefde, terwijl hij dood was. Ze had met haar gevecht veel weten te bereiken, maar aan dat ene kon ze niets veranderen: dat ze wist dat ze in het diepst van haar karakter een egoïstisch, laf mens was. En als dat feit bewezen was, verdiende je ook geen liefde.

Ook al leefde je nog steeds.

Na de bijeenkomst ging ze naar haar kamer. De anderen waren naar de bar gegaan, maar daar had ze geen puf voor. Ze was niet in staat om een praatje te maken en net te doen alsof alles in orde was. Ze zat op het bed met haar uitgeschakelde mobieltje in haar hand. Ze wilde zijn stem zo graag horen, maar hij zou merken dat er iets was en dan zou ze het niet kunnen vertellen. De ervaring van deze middag had de twijfel weer doen oplaaien. Hij wist niet wie ze eigenlijk was.

Ze was helemaal alleen, zelfs Thomas kon haar schande niet delen.

Haar schuld. Ze had zichzelf nooit toegestaan om te rouwen. Niet echt. Want hoe zou ze zichzelf dat kunnen toestaan ? Ze had hem zo vreselijk gemist nadat ze alleen thuis was achtergebleven bij haar moeder. Zo erg als ze nooit voor mogelijk had gehouden. Hij was er altijd geweest en het was zo vanzelfsprekend geweest dat hij er altijd zou blijven. Niemand kon zijn plaats innemen. Maar haar verdriet was zo laag dat ze hem ermee zou schenden. Ze had het recht niet. In plaats daarvan deed ze alles wat in haar vermogen lag om het verlies voor haar moeder draaglijker te maken; ze probeerde vrolijk te zijn, het haar moeder naar de zin te maken, haar zo goed mogelijk op te beuren. Ze was jaloers op het recht van haar moeder om zich te kunnen overgeven aan haar verdriet en zich erin te wentelen, zonder verplichtingen aan de levenden. Haar verdriet was edel, oprecht, niet zoals dat van Monika, dat evenzeer als doel had de ondraaglijke waarheid te verbergen.

Het verraad. Geschokt had ze beseft dat het leven buitenshuis doorging alsof er niets was gebeurd. Niets stond op zijn kop of werd anders na de vreselijke gebeurtenis. Dezelfde mensen zaten 's ochtends weer in de bus, het waren dezelfde programma's op tv, de buurman ging verder met zijn verbouwing. Alles ging gewoon door. De buitenwereld nam er geen notitie van dat hij er niet meer was, het viel niemand op. Haar eigen leven ging ook verder. De herinnering aan hem zou op een dag haar vaste contouren verliezen en verbleken, de leegte zou blijven, maar de buitenwereld zou zo veranderen dat zijn lege plaats niet meer zo duidelijk te zien was. De weg die hij genomen zou hebben, zou steeds smaller worden, om ten slotte te verdwijnen in onzekerheid, te veranderen in de vraag wie hij geworden zou zijn en hoe zijn leven vorm gekregen zou hebben. En ze kon niets doen om te veranderen wat er was gebeurd.

Niets.

Succes, bewondering, status. Ze was iedere dag van haar leven bereid geweest alles wat ze had bereikt in te ruilen voor een herkansing.

Want de dood stelde onredelijke eisen. Die wilde dat je het volledig zou begrijpen. De onvoorwaardelijke waarheid accepteren van Nooit meer.

Nooit meer.

Nooit, nooit meer.

Ze at op haar kamer. Vlak voor de maaltijd belde ze Ase en wendde hoofdpijn voor. Een kwartier later werd er aangeklopt en daar stond Ase met een rijk gevuld dienblad.

'Ik heb tegen de goeroe gezegd dat je op je kamer eet. Hopelijk knap je een beetje op.'

Zodra ze in bed lag viel ze in slaap en ze sliep bijna negen uur. Ze kroop de slaap binnen om te ontkomen aan haar schuldgevoel over het feit dat ze Thomas niet had gebeld, zoals ze had beloofd.


Laat me nooit meer alleen met een zwijgende telefoon. Ik weet niet of ik dat nog een keer aankan.

Toen ze wakker werd toetste ze zijn nummer in, hoewel het eigenlijk nog te vroeg was.

'Hallo?'

Ze hoorde dat hij net wakker was.

'Met mij. Sorry dat ik gisteren niet heb gebeld.'

Hij zei niets en ze schrok van zijn zwijgen. Ze probeerde een excuus te verzinnen, maar ze had er geen waar ze voor uit kon komen. En liegen wilde ze niet. Niet tegen hem. Hij had alle recht van de wereld om te zwijgen. Ze wist maar al te goed hoe zij zich zou voelen als hij op cursus was geweest en niet had gebeld.

Ik vraag maar één ding en dat is dat je eerlijk bent, dat je de waarheid zegt, zodat ik begrijp wat er aan de hand is.

Ze sloot haar ogen.

'Sorry, Thomas. Het was zo'n razend vermoeiende dag gisteren en daarna heb ik me gewoon op mijn kamer opgesloten, ik had niet eens de puf om met de groep te gaan eten.'

'Ach toch. Nou, wat een leuke cursus. Wat was er zo vermoeiend?'

Er klonk iets door in zijn stem waardoor ze meteen besefte dat ze het hiermee alleen maar erger had gemaakt. Dat ze hem had afgewezen door hem niet te bellen, hem er niet in te betrekken en het liever alleen te willen klaarspelen.

Zoals altijd.

Dit zou ze ook kapotmaken. Haar lafheid zou zich weer laten gelden en daardoor zou ze verliezen wat ze het allerliefst wilde hebben. Het enige wat hij eiste was eerlijkheid, en dat was het enige wat ze niet kon geven. Het geheim zou als een schrijnende plek de afstand tussen hen laten voortbestaan. Hij was binnen bereik, puur en wijs, de droom waar ze niet eens meer op had gehoopt. Aan geen succes ter wereld kon ze zoveel kracht ontlenen als aan zijn liefde. En toch was ze niet sterk genoeg. Dat ze geen heldin was, daar kon ze niets aan doen, maar ze kon in ieder geval genoeg moed verzamelen om het te vertellen.

Als we gewoon eerlijk zijn, hoeven we toch geen van beiden bang te zijn ?

Net wat ze altijd had gewild, niet meer bang hoeven zijn.

Ze wist dat ze het moest vertellen en wat had ze nou helemaal te verliezen? Ze zou hem ook verliezen als ze bleef zwijgen.

Ze moest het durven vertellen.

Maar niet nu, niet over de telefoon. Ze wilde hem kunnen zien.

'Ik vertel het als ik weer thuis ben. En Thomas...'

Ze zou in ieder geval dat andere bekennen, dat ook zo moeilijk was.

'Ik hou van je.'

De vrijdag en zaterdag gingen voorbij. Ze was vastbesloten om het te vertellen en het feit dat ze een richting had bepaald gaf haar rust. Het straffe tempo van de cursus hielp ook om haar af te leiden. Volgepompt met wijsheden over visies en doelen, effectief delegeren, het motiveren van je medewerkers en het creëren van een positief werkklimaat ging ze op zaterdagavond aan een van de mooi gedekte tafeltjes in de eetzaal zitten. Ze had tot nu toe iedere maaltijd bij Ase gezeten en ze hadden elkaar beter leren kennen. Dat Ase een frisse wind was, was zacht uitgedrukt, ze was eerder een orkaan die voorbijraasde iedere keer datje bij haar in de buurt was. Monika had veel waardering voor haar en ze had al bedacht dat ze haar en Börje een keer te eten wilde vragen. Bij haar en Thomas. Twee stellen bij elkaar.

Als hij bij haar bleef.

'Is deze plaats vrij ?'

Ze draaide zich om en daar stond Mattias. Tot nu toe hadden ze maar enkele woorden gewisseld, ze had zonder er verder over na te denken bij eerdere maaltijden steeds een ander tafeltje gekozen dan dat waaraan hij zat.

'Ja hoor.'

Maar eigenlijk wilde ze het niet.

'Jij heet toch Monika?'

Ze knikte en hij trok de stoel naar achteren en ging zitten. Aan

haar rechterkant, waar hij de vorige keer ook had gezeten.

Op ieder bord stond een kunstig gevouwen stoffen servet en Mattias bekeek de constructie even voordat hij die vernietigde en het servet op zijn schoot legde.

'Je had een erg goed verhaal. Ik heb nog niet eerder de kans gehad dat te zeggen.'

Op de man af. Ze had het eerder gezien. Mensen die een hevige crisis hadden doorgemaakt en door hun ervaringen sterker waren geworden, die zich niet bezighielden met traditionele beleefdheidsprietpraat. Recht voor zijn raap. Of de mensen in hun omgeving er klaar voor waren of niet.

'Dank je, jij ook.'

Ase redde haar. Op haar gebruikelijke luidruchtige manier ging ze op de stoel tegenover haar zitten en vouwde meteen haar servet uit, zonder ook maar een blik te wijden aan het kunstige vouwwerk.

'Jongens, wat heb ik een honger!'

Ze werd niet vrolijk van het menu dat bij iedereen op het bord stond.

'Zalmcarpaccio? Dat kun je eten tot je van honger omkomt.'

Mattias lachte. Monika was zich onaangenaam bewust van zijn aanwezigheid. Zijn hele bestaan was één grote herinnering.

Er kwamen meer mensen aan hun tafeltje zitten en algauw waren de acht plaatsen bezet. De sfeer was bijna familiair te noemen. Het was een geniale zet geweest van de cursusleiding om hen te dwingen zich al tijdens de voorstelronde bloot te geven. Daarna had er geen enkele zaak te privé geleken om aan elkaar te vertellen. Monika wist van sommige deelnemers al meer dan van haar collega's. Maar ze wisten niet zoveel van haar. En ze vroeg zich af of er meer waren die net als zij de waarheid wat hadden verfraaid toen ze de kans kregen.

Hoe gaat het nu met je vrouw?'

Het was Ase die dat vroeg en haar vraag was aan Mattias gericht. Ze had haar zalmcarpaccio allang verorberd en nu was ze bezig boter op een stuk knackebröd te smeren in afwachting Van het hoofdgerecht.


'Ja, het gaat eigenlijk best goed. Ze zal nooit helemaal herstellen, maar wel in zoverre dat ze alles weer kan. En ze heeft geen pijn meer. Als jullie haar zouden ontmoeten en van niets wisten, dan zou je het niet aan haar kunnen zien, het is meer dat ze last krijgt als ze te lang zit en zo.'

'En hoe oud is jullie dochtertje?'

Mattias begon te stralen toen het gesprek op haar kwam.

'Daniëlla wordt over drie weken één. Het is zo merkwaardig, dat vader worden. Een paar dagen weg zijn van huis wordt plotseling een hele opgave. Er kan immers van alles gebeuren terwijl je weg bent.'

Er werd geknikt rond de tafel en iedereen was het ermee eens. Ze hadden kennelijk allemaal kleine kinderen die binnen enkele dagen enorm konden veranderen. Alleen Ase dacht er anders over.

'Ik vond het juist geweldig om af en toe een paar dagen weg te kunnen toen de kinderen klein waren. Alleen al een hele nacht door mogen slapen! Maar nu ze groot zijn, mis ik het geluid van die kleine voetjes die 's nachts binnen komen sluipen.'

Ase had verteld over haar kinderen. Een volwassen zoon en dochter die de trots van haar leven waren. De zoon was om onverklaarbare redenen zonder armen geboren en ze had haar tegenstrijdige gevoelens na de bevalling beschreven en vervolgens haar vreugde over het wonderbaarlijke vermogen van kinderen om zich aan de omstandigheden aan te passen. Nu had hij haar twee kleinkinderen geschonken.

Monika nam een slok wijn en leunde achterover. Ze verlangde naar Thomas. Ze schakelde de geluiden om zich heen uit en genoot. Het was geweldig om zo te kunnen verlangen als nu. Haar leven lang had ze gehoopt dat ze ooit een aanleiding zou hebben voor zo'n verlangen. En nu had ze die eindelijk.

Ze besefte plotseling dat Mattias iets tegen haar had gezegd.

'Sorry, wat zei je? Ik was even heel ergens anders.'

Hij glimlachte.

'Dat zag ik. Maar zo te zien was het een goed plekje, dus laat me je niet storen.'

Alsof hij haar niet al genoeg had gestoord. Ze voelde instinctief dat ze niet met hem wilde praten, maar aan de andere kant wilde ze niet onsympathiek overkomen. Als ze dan toch moest praten, dan maar over een neutraal onderwerp.

'Wat voor werk doe je?'

Die vraag was zo saai dat het stof er bijna af kwam, maar Mattias liet zich niet uit het veld slaan.

'Ik ben net aan een nieuwe baan begonnen als personeelschef bij een grote sportzaak, niet een van zo'n grote keten, maar een zelfstandige. Ik ben nooit eerder chef geweest, dus daarom hebben ze me naar deze cursus gestuurd.'

Hij grijnsde.

'Niet dat het mij nou zo vreselijk noodzakelijk lijkt, want er zijn maar zes werknemers, maar een vriend van me is eigenaar van de zaak en hij weet hoe moeilijk we het financieel hebben na Pernilla's ongeluk. Je weet wel, wat ik vertelde dat we geen verzekering hadden.'

Ze wilde iets passends zeggen, dat ze blij was voor hem, maar haar leugens waren op. In plaats daarvan zei ze iets over verzekeringsmaatschappijen in het algemeen en daar haakte hij op in en plotseling zat ze midden in een interessant gesprek. Hoe graag ze ook had gewild, ze kon het niet ontkennen. Hij was een heel aardige tafelheer en het volgende uur was het echt gezellig, hij kreeg haar zelfs een paar keer aan het lachen. En zoals hij over zijn vrouw sprak. Zo liefdevol en loyaal, er gingen in het gesprek geen tien minuten voorbij of ze kwam wel weer ter sprake. Heel natuurlijk en vanzelfsprekend, omdat ze bij zijn leven hoorde. Ze vroeg zich af of Thomas ooit zo over haar zou praten. Of zij ooit zo natuurlijk en vanzelfsprekend deel zou uitmaken van zijn leven. Mattias vertelde van de zware jaren na het ongeluk, hoe het hen nog steviger aan elkaar had gesmeed. Lachend vertelde hij hoe ze hadden geprobeerd het gat op te vullen dat was ontstaan toen ze niet meer aan hun grote hobby, duiken, konden doen. Dat ze de ene liefhebberij na de andere hadden uitgeprobeerd, maar aangezien het allemaal geen cent mocht kosten was het aanbod nogal beperkt geweest. Hij moest het hardst lachen toen hij hun dappere pogingen beschreef om vogelaar te worden. Dat ze na een dag in de bosjes met alleen een ekster en twee kwikstaarten in hun logboek hadden beseft dat het waarschijnlijk leuker zou zijn om erover te vertellen dan om het nog een keer mee te maken. Maar toen was Pernilla plotseling na een bezoek aan de bibliotheek over de Zweedse geschiedenis gaan lezen en na een tijdje was haar belangstelling zo groot geworden dat hij vond dat het meer op een obsessie begon te lijken. Glimlachend gaf hij toe dat ze wel erg veel belangstelling voor Gustav n Adolf en die andere kerels begon te krijgen, maar dat moest dan maar, aangezien het in ieder geval niet belastend was voor haar rug. En hij vertelde hoe blij hij was met zijn nieuwe baan, omdat de schulden voor Pernilla's revalidatie eindelijk hanteerbaar zouden worden, om het over de kosten van alle chiropractors en masseurs nog maar niet te hebben, die hard nodig waren om ervoor te zorgen dat ze geen pijn leed.

Een tinkelend glas deed alle gesprekken verstommen en alle ogen zoeken naar de herkomst van het geluid. De cursusleidster was opgestaan.

'Ik wilde even van de gelegenheid gebruikmaken, nu we allemaal bij elkaar zijn. Ik heb een vraag aan jullie en dat is of jullie morgen twee uur langer kunnen doorgaan, zodat alle geplande onderdelen nog aan bod kunnen komen. Ik ben bang dat we anders het college over stressmanagement moeten schrappen.'

De cursus zou volgens het programma tot aan de lunch duren. Ze had beloofd dat ze haar moeder om drie uur zou halen om naar het graf te gaan.

'Wil iedereen die kan blijven zijn hand opsteken?'

Zo goed als alle handen gingen omhoog. Ook die van Ase. Aan hun tafeltje waren Monika en Mattias de enigen die hun hand niet opstaken. Ase kreeg het in de gaten, ze werd zich kennelijk bewust van haar verantwoordelijkheid als chauffeur en liet haar hand zakken.

'O, moet je op tijd thuis zijn?'

Monika kreeg niet de kans om te antwoorden, omdat de cursusleidster alweer verderging.

'Zo te zien kunnen de meesten wel blijven, dus dan doen we het zo. Dan wens ik jullie nog een prettige voortzetting van de maaltijd.'

Ase kreeg een rimpel in haar voorhoofd.

'Wacht, ik moet even iets uitzoeken.'

Ze stond op en liep weg zonder haar plannen nader toe te lichten. Mattias dronk het laatste restje uit zijn glas.

'Ik sla het omgaan met stress graag over voor een paar vrije uurtjes thuis. Ik weet dat de anderen met wie ik mee ben gereden ook graag snel naar huis willen.'

Hij had ook gepoold. Hij hoorde bij het gezelschap waarover Ase het had gehad toen ze afgelopen donderdagochtend op pad gingen. Monika besloot dat het de eerste en de laatste keer was geweest dat ze haar eigen auto had thuisgelaten. Als ze nog eens naar een cursus ging, wat ze onder de huidige omstandigheden sterk betwijfelde, zou ze ervoor zorgen dat ze van niemand afhankelijk was. Haar moeder bellen om het bezoek aan het kerkhof uit te stellen was uitgesloten. Ze had al ingeteerd op het weinige wat er was.

Ase kwam terug en nam haar plaats weer in.

'Nee, het kon niet, ze hadden de auto al vol. Ik dacht dat je misschien met de anderen uit de stad mee kon rijden als je haast had, want zij wilden ook op tijd weg. Maar wat maakt het ook uit, dan maar geen stressmanagement.'

Dat was nou net het cursusonderdeel waarvoor Ase was gekomen en nu was het Monika's schuld als ze dat zou mislopen. Wat haatte ze die eeuwige bezoeken aan het graf. Ze had zo graag tegen Ase willen zeggen dat het niet uitmaakte, dat ze wel twee uur langer kon blijven als het belangrijk was. Maar ze wist wat dat zou betekenen. Weken van verongelijkt zwijgen waarmee haar moeder er zonder een woord in slaagde het schuldgevoel te versterken dat zei dat Monika altijd in de eerste plaats aan zichzelf dacht. En als haar moeder zo dicht bij de waarheid kwam, werd het bestaan ondraaglijk. Haar enige uitweg was vleien en paaien om ervoor te zorgen dat alles weer gewoon werd. Dat zou ze nu niet kunnen. Niet nu ze had besloten dat ze alles aan Thomas zou opbiechten. Het was het een of het ander.

'Ik wou dat ik kon blijven, maar ik moet morgenmiddag op huisbezoek bij een patiënt.'

Ze voelde dat ze bloosde en ze deed net of ze iets in haar oog had gekregen om haar gezicht te kunnen verbergen. Ze zat hier een partij te liegen en weer werd het bewijs geleverd. Zij offerde zich niet op, maar Mattias aarzelde geen moment.

'Als je op tijd thuis moet zijn kun je mijn plaats wel nemen in de andere auto, dan kan Ase naar stressmanagement. Ik kan me niet voorstellen dat Daniëlla net voor morgen vier uur leert praten.'

Ze kon de dankbaarheid die ze voelde moeilijk toegeven.

'Weet je het zeker?'

'Absoluut. Ik wil gewoon naar huis, maar niet om iets in het bijzonder. Ik blijf en rij met Ase mee.'

En zo was de keuze gemaakt.

Er veranderde niets om hen heen. Alles leek hetzelfde als even tevoren. Het is toch verbazingwekkend dat je de tweesprongen die het leven veranderen niet ziet op het moment dat je ze passeert.