Hoofdstuk 8
Tot zijn ergernis constateerde A.J. dat zijn hand beefde toen hij de sleutel in het slot van zijn voordeur stak.
Hoewel hij ervoor zorgde dat Claires lichaam tussen de deur en het zijne bleef, was hij ervan overtuigd dat Galvan hen niet was gevolgd. Daarvoor had hij in eerste instantie te snel gereden en vervolgens te veel verrassende routes genomen. Desondanks droeg zij nog steeds dat kogelvrije vest en was hij tot de tanden toe gewapend met zijn twee eigen wapens en dat van Jordan Henley.
Nog steeds voelde hij de dreiging als een donkere wolk om hem heen hangen. Telkens weer zag hij die Chevy Malibu de lucht in vliegen, waardoor de ramen van de halve straat aan diggelen gingen. En daarna waren de schoten gekomen. Schoten uit een krachtig sluipschuttersgeweer, dat gemaakt was om te doden.
Die visser in dat huis zo dichtbij. Dominic Galvan. Vanaf de bovenverdieping had hij iedere beweging in het huis dat zij voor veilig hadden gehouden, kunnen volgen.
Ook die van Claire.
Door Henleys telefoon had A.J. de kogels horen fluiten en Claire horen schreeuwen. Hij had dus wel naar haar toe moeten gaan. Tegen de tijd dat hij de voordeur kapot had geschoten en naar binnen was gestormd, was zij gepantserd en bewapend geweest... en gewond. Door de aanblik van al dat bloed had hij niet eens echt beseft dat er een wapen op hem gericht was. Het zat overal: op haar handen, haar voeten, in haar hals. Hij had geloofd dat ze geraakt was en dood zou gaan.
Nee! Echt niet! Dat zou niet gebeuren!
Gauw had hij haar uit dat huis gehaald en in veiligheid gebracht. Voorlopig.
Maar die beelden zouden hem nog heel lang bijblijven.
Hij rook het nu ook, de geur van geronnen bloed. In al die jaren op straat had hij heel wat bloed gezien, ook van hemzelf. Daarmee had hij nooit echt moeite gehad. Maar zijn maag draaide zich om nu hij die geur bij Claire rook.
Eindelijk ging de deur open.
A.J. duwde haar naar binnen. ‘Wacht hier,’ zei hij terwijl hij alle grendels op de deur schoof. Vervolgens maakte hij een inspectieronde door alle kamers en langs alle ramen.
Toen hij terugkwam in de hal, stond ze nog op precies dezelfde plek, rillend weggedoken in zijn leren jack en kleiner dan ooit. Haar ogen staken donker af tegen haar bleke huid.
Het eerste wat hij pakte, waren haar handen. Hij draaide ze alle kanten op, op zoek naar verwondingen, blauwe plekken. ‘Ben je gewond?’ Met zijn duim wreef hij het opgedroogde bloed van haar knokkels. Niet haar bloed, de hemel zij dank.
Hij knielde voor haar neer om haar voeten te bekijken. Splinters. Schrammen. Daar kon hij wel iets aan doen.
Alleen nu nog niet; zijn handen beefden nog te erg.
Bijna was hij haar kwijt geweest...
Hij kwam overeind en begroef zijn vingers in de warrige bos haar die haar slapen bedekte. Hij streek het achter haar oor en vloekte zacht toen hij het bloed op haar oorlelletje en het apparaatje in haar oor zag - daar waar ze het kwetsbaarst was. Woede laaide in hem op. ‘Heeft hij je geraakt?’
‘Hij heeft me in ieder geval niet neergeschoten,’ mompelde ze terwijl ze zijn hand van die zo gevoelige plek probeerde te trekken.
Erg diep was het wondje niet, maar de aanblik van dat bloed maakte dat hij zijn laatste restje zelfbeheersing verloor. ‘Waar heeft hij je nog meer pijn gedaan?’ Hij liet zijn handen over haar hals en schouders gaan en trok haar het jack uit.
‘Met mij is niets aan de hand. Niets ernstigs.’
Hij hoorde haar echter al niet meer. Er zat bloed op het kogelvrije vest! Hij rukte het open, trok het over haar hoofd en gooide het naast zijn jack op de grond. Zijn eigen bloed suisde in zijn oren. ‘Waar ben je gewond?’ Koortsachtig liet hij zijn handen over haar middel gaan, over haar heupen, haar armen op en neer, en terug naar haar hals. Hij was ruwer dan nodig was en gretiger dan hij eigenlijk wilde.
‘A.J...’
En toen bracht ze haar handen - haar sterke prachtige, met bloed bevlekte handen - naar zijn gezicht. Ze legde ze om zijn kaken en dwong hem zo haar recht in de ogen te kijken, net als op de avond van dat feest, buiten onder de bomen. ‘Ik ben helemaal in orde, A.J. Met mij is niets aan de hand.’
Hij hoorde de woorden en wist dat ze overtuigd was van wat ze zei, maar hij had bewijs nodig.
Met een zucht die uit zijn tenen leek te komen, begroef hij zijn vingers weer in haar haar, boog haar hoofd een eindje naar achteren en kuste haar.
Eerst alleen zijn lippen op de hare, om vertrouwd te raken met hun vorm en smaak. Maar zodra haar lippen een stukje van elkaar gingen, liet hij zijn tong naar binnen glijden en begon de mond te verkennen die zo verrukkelijk kon glimlachen, zulke gevatte opmerkingen kon maken... en die hem in vuur en vlam bleek te kunnen zetten.
Lieve help, ze beantwoordde zijn kus! En alsof ze het meende! Van lijdzaam ondergaan was beslist geen sprake;
ze verwelkomde zijn hartstocht. Met haar onderzoekende vingers en zachte gekreun wist ze al zijn angst en woede te verjagen.
Haar handen waren overal: op zijn gezicht, in zijn haar, om zijn hals. Vragend om meer, ging ze op haar tenen staan.
En hij gaf haar maar al te graag meer. Met zijn handen om haar billen trok hij haar tegen zich aan en duwde haar tegen de voordeur. Vervolgens liet hij zijn vingers langs haar lichaam naar boven glijden, naar haar kleine volle borsten, die verrukkelijk aan voelden, zelfs door haar kleren heen. Hij voelde het bloed door zijn aderen jagen, terwijl hij haar tepels eerst met zijn duimen en daarna, aangespoord door de geluidjes die Claire maakte, met zijn lippen beroerde. ‘Ik wil niet dat jou iets overkomt,’ fluisterde hij met zijn lippen tegen haar huid, even vergeten dat ze dat niet kon horen. ‘Ik wil dat je veilig bent.’
Zijn liefkozingen maakten een vuur in haar los dat haar haar heupen heen en weer deed bewegen langs de zijne. Wat ze toen voelde, toverde een warme blos op haar wangen. Verlangend vlocht ze haar vingers in zijn korte haar en zocht met haar mond de zijne. ‘A.J...’
Alle frustratie van veel te veel eenzame dagen en nachten kwam er in één keer bij hem uit. Hij trok haar bij de deur vandaan, maar hield haar nog steeds stevig tegen zich aan geklemd. Pure verleiding was ze, en minstens zo gretig als hij, geenszins gehinderd door haar onschuld. Hij kuste haar hard en grondig, hunkerend naar de bevestiging dat ze inderdaad helemaal ongedeerd was.
Naarmate zijn angsten wegebden, deed zijn gezond verstand zich echter steeds meer gelden. Uiteindelijk liet hij haar dan ook weer op de grond zakken en maakte met alle zelfbeheersing die hij nog in zich had een einde aan de kus. Hij was hier degene met ervaring. Hij wist waar zo’n kus toe zou leiden. Het leek hem heerlijk om Claire meteen na hun allereerste kus in zijn bed te verwelkomen, maar erg volwassen of professioneel zou dat natuurlijk niet zijn. Ofschoon zijn lichaam meer dan bereid was haar alles over het liefdesspel te leren wat ze maar wilde, had zijn geest behoefte aan iets anders.
Hij omhelsde haar stevig, met één hand op haar heup, de andere in haar haar.
Met een diepe zucht - die de laatste al te heftige emoties uit zijn lichaam verdreef - sloeg ze haar armen om zijn hals, drukte haar wang tegen zijn schouder en vlijde zich tegen hem aan.
Met zijn kin op haar zachte glanzende haar liet hij het feit dat ze inderdaad springlevend was en nagenoeg ongedeerd, goed tot zich doordringen.
Zo bleven ze enkele minuten staan.
A.J. had het dwaze gevoel dat hij dit wel eeuwig zou kunnen volhouden.
Wat er zojuist was gebeurd, was gewoon een bevlieging geweest. Misschien dat het nog eens zou gebeuren, misschien ook niet. Maar intussen ging het leven gewoon verder. Het was zijn verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat haar leven nog heel lang verder zou gaan.
Om haar duidelijk te maken dat ze hem moest aankijken legde hij zijn wijsvinger onder haar kin. ‘Het was niet echt mijn bedoeling dat het zo zou gaan,’ zei hij op verontschuldigende toon. ‘Maar ik heb er geen spijt van dat ik je heb gekust.’
‘Ik ook niet.’
Zijn vinger gleed over haar lichtelijk gezwollen, glimlachende mond. ‘Erg veel keus heb ik je anders niet gelaten.’
‘Het is goed, A.J.’ Ze nam zijn hand in de hare en legde die tegen haar wang. ‘Ik was ook bang.’ In haar ogen gloeide een hoopvol vertrouwen waarvan hij hoopte dat hij dat verdiende. ‘Maar nu ben ik een stuk minder bang.’
Ze maakte zich van hem los en knoopte de bloederige kraag van haar blouse open. ‘Waar is de badkamer? Ik moet me nodig een beetje opfrissen.’
‘Om de hoek links. Ik zal een handdoek voor je pakken, en iets om aan te trekken.’ Hij haakte zijn duimen in de zakken van zijn spijkerbroek en keek haar na, tot ze uit het zicht verdwenen was. Tot hij de douche hoorde lopen, verroerde hij zich niet, maar daarna moest hij voortdurend in beweging blijven om maar niet aan haar volmaakte ingezeepte naakte lichaam te denken.
Ik was ook bang, had ze gezegd. Ook.
Ze wist dus dat hij diep vanbinnen niet zo hard en beheerst was als hij zich in de loop der jaren had leren voordoen. Blijkbaar voelde ze mensen heel goed aan - iets om rekening mee te houden. Want hoe zou een maagd van drieëntwintig anders de geheimen van een man van vijfendertig kunnen achterhalen?
Niet bepaald chic natuurlijk, een stripclub waar zo goed als naakte vrouwen op de bar dansten en potige uitsmijters iedereen die niet genoeg bestelde of niet genoeg fooi gaf eruit gooiden, maar vragen werden er niet gesteld. Bovendien was het altijd druk en lawaaiig in de Riverfront Gentleman’s Club, waar A.J. en Claire tijdelijk werk hadden gevonden, onder de schuilnamen Joe en Kiki.
‘Ik heb het nieuws gezien, ja.’ Powers klonk al net zo geïrriteerd als A.J. was geweest toen hij Claires gezicht beeldvullend op de televisie had zien verschijnen. ‘Ik heb alle zenders en alle kranten al gebeld. Je zult die beelden niet meer zien.’
Met de telefoon tussen zijn oor en schouder geklemd tapte A.J. ondertussen biertjes, gaf geld terug en hield alles en iedereen - maar vooral één serveerster - goed in de gaten. ‘Je zou haast denken dat Winthrop zijn dochter graag dood wil hebben, als hij zo’n beloning uitlooft.’ Voor de zoveelste keer vroeg hij zich af hoe dicht bij Claire ze Galvans handlanger eigenlijk moesten zoeken. ‘Heel Kansas City kijkt nu ongetwijfeld naar haar uit.’
‘Hij is haar vader, A.J. Het enige wat hij weet, is dat er een aanslag is geweest op het huis waar ze zat en dat ze nu op de vlucht is, of misschien wel dood. Hij wil haar gewoon weer in zijn armen kunnen sluiten.’ Na een korte stilte vervolgde Powers: ‘En ik kan daar niets aan doen zolang ik van jou niet mag vertellen dat ze bij jou is.’
A.J. schudde zijn hoofd. Daarover viel ook niet te praten. ‘Behalve Josh en jou vertrouw ik wat dat betreft op dit moment even niemand. Niet nadat onze vorige veilige locatie op de een of andere manier is uitgelekt of zo. Of Galvan heeft connecties binnen het KCPD, wat ik betwijfel, óf zijn medeplichtige heeft zo veel invloed, dat hij toegang heeft tot onze geheime informatiekanalen.’
Onwillekeurig moest hij aan Tucker denken. Met de training die die man achter de rug had en de vaak obscure contacten in het beveiligingswereldje zou hij vast wel aan dat soort informatie kunnen komen. Maar voor hetzelfde geld was het die verwaande echtgenote van Winthrop. A.J. durfde er iets om te verwedden dat die vrouw tot werkelijk alles in staat was om maar te krijgen wat ze hebben wilde. En erg aardig was ze niet tegen Claire geweest, die avond van dat etentje.
Dan was papa zelf er natuurlijk ook nog. Misschien was dat hele wanhopige vader gedoe gewoon een act en was die openbare hartenkreet alleen maar bedoeld om die ene persoon te vinden die hem te gronde zou kunnen richten.
‘Ik heb je verzoek om informatie aan Tenebrosa doorgegeven,’ vertelde Powers. ‘Het regeringsleger zal alle medische gegevens die ze van Galvan hebben opsturen, maar daarvan verwacht ik niet al te veel. Ik had nog wel een ander idee.’
‘En dat is?’
‘We kunnen het DNA van het spermamonster uit het appartement van Valerie Justice vergelijken met dat van de directieleden van Winthrop Enterprises.’
Met een fles whisky in zijn hand bleef A.J. even roerloos staan. ‘Briljant idee, maar daarvoor geven ze ons natuurlijk nooit toestemming.’
Powers lach klonk een tikje hol. ‘Laat dat maar aan mij over. We hebben allebei zo onze talenten, rechercheur.’
A.J. maakte het drankje waarmee hij bezig was geweest af. Nog even, en hij zou de hulpofficier nog aardig gaan vinden ook. Powers had in ieder geval wel iets wat zijn respect afdwong. ‘Ik geloof niet dat jij iemand bent met wie ik graag poker zou willen spelen, Powers, of wel soms?’ ‘Zoiets heb ik ook over jou gehoord, Rodriguez.’
Nadat A.J. had opgehangen, poetste hij de bar schoon en zette schone glazen klaar. Toen zijn ingebouwde radar hem meldde dat Claire zijn kant op kwam, liep hij naar het eind van de bar waar de serveersters hun bestellingen ophaalden en wachtte daar op haar.
In niets leek ze op de rijke erfgename met het champagnekleurige haar, het zijden pakje en het parelsnoer die hij op het nieuws had gezien. Een flesje bruine haarverf had haar haar een stuk minder opvallend gemaakt, en ze droeg een bril met een donker montuur die haar gezicht iets excentrieks en iets koket intelligents gaf. Haar blauwe ogen waren echter nog precies hetzelfde, en haar bezige handen deden zijn hart nog steeds sneller slaan - ook toen ze daarmee aangaf dat haar geduld nu toch echt een beetje begon op te raken.
Hij deed zijn uiterste best een glimlach te onderdrukken.
‘Je weet toch dat ik nog nooit serveerster ben geweest?’ Ze liet het dienblad op de bar kletteren. ‘Dat was nu al de derde keer vanavond dat ik met iets verkeerds kwam aanzetten.’
Het was nu zo rumoerig, dat hijzelf bijna moest gaan liplezen om haar te kunnen verstaan. ‘Volgens mij doet ervaring er hier niet zoveel toe,’ zei hij.
Sterker nog, de manager had slechts één blik op Claire geworpen en hen toen meteen aangenomen.
A.J. liep om de bar heen en kwam naast haar staan. Om iedereen voor eens en voor altijd duidelijk te maken dat ze van haar moesten afblijven, sloeg hij bezitterig zijn arm om haar middel. Zijn hand rustte op het stukje verrukkelijk zachte en soepele huid dat tussen de enigszins afgezakte band van zijn spijkerbroek en zijn opgeknoopte Led Zeppelin T-shirt tevoorschijn kwam. ‘Geloof me nou maar, gewoon blijven glimlachen. En wat je ze ook serveert, gooi het niet over ze heen.’
‘Heel grappig.’ Ze gaf hem een stomp tegen zijn schouder. ‘Maar ik kan niemand verstaan. En het is hier te donker - om nog maar te zwijgen van die knipperlichten - om te zien wat ze zeggen. Ik voel me zo dom.’
‘Hé.’ Hij deed nog een stapje dichterbij en liet zijn hand over de warme huid van haar rug glijden. Het haar van haar slaap strijkend, bedacht hij dat het net was of dat oor zonder apparaatje erin niet van haar was. Aangezien ze daaraan waarschijnlijk gemakkelijk herkend zou worden, had hij haar verzocht die dingen eruit te halen. ‘Ik dacht dat je dit als een soort avontuur zou beschouwen.’
‘Ja, maar dan wel graag als een succesvol avontuur. Je hebt gezegd dat we maar net genoeg geld hebben voor de huur van de kamer deze week.’
‘Zo erg is het nu ook weer niet.’ Anderzijds, misschien was het voor een erfgename die gewend was aan champagne en landhuizen wel degelijk erg om in een studio boven een tattooshop te wonen.
‘Ik zou in ieder geval graag wat ondergoed willen kopen, en iets te eten.’
‘Dat kan ik nog wel betalen,’ verzekerde hij haar.
Haar aanbod van die middag om haar juwelen te verpanden of naar haar bank te bellen, had hij haastig van de hand gewezen. Dan zou iedere sufferd - en zeker Galvan -haar moeiteloos kunnen opsporen.
‘Maar ik wil ook iets doen. Ik hoor er toch bij?’ In een verwijtend gebaar pakte ze hem bij zijn T-shirt. ‘Jij en je vrienden zetten jullie leven op het spel voor mij. Er zijn zelfs al doden gevallen. Als ik er alleen maar voor kan zorgen dat we te eten hebben, zal ik dat graag doen.’
‘Oké, amor. Oké.’ Ze deed alsof hij net als haar vader was, en hij wist niet of die vergelijking hem erg aanstond. ‘Jij zorgt voor het eten. Zolang je ervoor zorgt absoluut niet op te vallen of de aandacht te trekken - en dekking te zoeken wanneer ik dat zeg - kun je helpen met wat je maar wilt.’ Verontwaardigd stak ze haar kin naar voren, alsof ze niet had verwacht dat hij overstag zou gaan. ‘Dank je.’
Nu kon hij zijn grijns toch echt niet langer verbijten. ‘En ga nu maar weer je best doen de beste serveerster van de hele tent te worden.’
‘Haha, wat zijn we weer bijdehand.’
Dat was lang geleden, dat iemand hem bijdehand had genoemd. Door haar geplaag voelde hij zich ineens jaren jonger.
‘Weet je, Kiki,’ zei hij, met de nadruk op de verzonnen naam om duidelijk te maken dat hij een geintje maakte, ‘volgens mij word jij niet zozeer gehandicapt door je doofheid als wel door dat opvliegende karakter van je.’
Ze deed haar mond al open om te protesteren, maar hij legde haar met een kus het zwijgen op. Daarna draaide hij haar om en gaf haar een speelse duw in de richting van de werkvloer.
Nog steeds bleef hij aandachtig om zich heen kijken -dat kreeg je er na al die jaren ook niet meer uit - maar nu wel met een grote glimlach op zijn gezicht. Nog nooit was undercoverwerk zo leuk geweest.
Nadat Claire naar de wc was geweest, strompelde ze de dameskleedkamer in en liet zich kreunend op de eerste de beste plastic stoel vallen. Dat ze er na al die jaren danstraining toch nog moeite mee had zeven uur aan één stuk op haar benen te staan! Ze schopte de tennisschoenen die ze van A.J. had geleend uit en begon een van haar voeten te masseren.
Haar eerste avond als Kiki de cocktailserveerster was haar zwaarder gevallen dan ze had verwacht. Het had haar ook een indruk gegeven van undercover politiewerk. Misdaden had ze niet opgelost, maar aanslagen waren gelukkig ook uitgebleven.
En het was zonder meer interessant eens een heel ander deel van Kansas City te zien. Sommige klanten vond ze wel een beetje eng met hun dubbelzinnige opmerkingen en gebaren, maar ze had al geleerd hoe je met een vriendelijke glimlach of een extra draaiing van je heupen een fooi van één dollar kon veranderen in eentje van vijf. Dat ze bestellingen door elkaar had gehusseld en zo hier en daar had geknoeid, was natuurlijk wel gênant geweest. Van het flirten met A.J., daarentegen, had ze weer genoten.
Ze strekte haar benen en haar tenen. Au! Zo’n hele avond rondrennen viel fysiek echt niet mee.
Op de tweeëndertig dollar fooi die ze deze avond bij elkaar had gesprokkeld was ze net zo trots als op haar studieresultaten. Beide had ze helemaal zelf verdiend.
Een van de danseressen, die een act op het podium had waarbij ze weinig meer droeg dan een string en een paar veren, kwam op haar stilettohakken de kleedkamer binnen zeilen, trok een witte badjas aan en liet zich op de stoel naast Claire zakken. ‘Hé, ben jij niet die nieuwe?’ Claire had haar niet horen binnenkomen en wist ook niet wat ze had gezegd, maar in de spiegel tegenover hen zag ze wel dat de andere vrouw haar begroette. ‘Ik ben Kiki,’ zei ze dus maar.
‘Debbie Dunning.’ Ze zette haar zilverkleurige pruik af en schudde er een bruine paardenstaart onder vandaan. Daarna richtte ze haar aandacht op Claires voet. ‘Problemen?’
‘Ik snap niet hoe jij de hele avond kunt dansen. Ik heb gewoon geen voeten meer.’ Ze probeerde zo duidelijk mogelijk te articuleren, al kon ze dat zonder haar apparaatjes nu niet zelf controleren.
‘Hier, probeer dit maar.’ Debbie zocht even in een enorme draagtas en gooide Claire een tube eucalyptus-voetencrème toe.
Het was een stuk makkelijker om de woorden rechtstreeks van Debbies lippen te lezen dan via de spiegel.
‘De goede maat schoenen zou ook al helpen. Van wie zijn die schuiten in vredesnaam?’
‘Van -’ Bijna had ze ‘van A.J.’ gezegd. ‘Van een vriend. Joe.’
‘Je vriendje, de barkeeper? Lekker ding wel.’
Hoewel Claire dat nogal zacht uitgedrukt vond, maakte ze een instemmend geluidje.
Het gesprek kabbelde voort, al miste Claire zo hier en daar wel een stukje doordat Debbie in de spiegel bleef kijken om haar valse wimpers af te doen en een laag make-up te verwijderen die eruitzag alsof die van een hele week was. Als excuus voor haar zogenaamde gebrek aan aandacht deed Claire alsof ze heel druk met haar voeten bezig was. ‘...je eigen schoenen?’
A.J. had gezegd dat er in een tent als de Riverfront weinig vragen zouden worden gesteld. Gelukkig waren Debbies vragen niet bedreigend. De danseres probeerde gewoon aardig tegen haar te zijn, en dus deed ook Claire haar best.
‘Ik, eh... Ik ben mijn schoenen kwijtgeraakt.’ De waarheid een beetje geweld aandoen was een compleet nieuwe ervaring voor haar. ‘Ze zijn blijven staan... op het laatste adres waar ik logeerde.’
Blijkbaar was het in Debbies wereldje helemaal niet gek als iemand per ongeluk geen eigen schoenen bezat. Dat was wel heel treurig.
‘Welke maat heb je? Van schoenen?’
‘Zevenendertig.’
Debbie stond op en verdween door een andere deur. Toen ze even later terugkwam, droeg ze een spijkerbroek en een hemdje en had ze een paar witte sportschoenen bij zich. Deze overhandigde ze aan Claire met de woorden: ‘Alsjeblieft. Achtergelaten door een meisje dat hier heeft gewerkt. Ik denk dat jij er wel iets aan hebt.’
‘Weet je zeker dat dat kan?’
Debbie maakte een achteloos gebaar.
Zodra Claire de schoenen had aangetrokken, voelde ze de steun aan alle kanten. ‘Geweldig. Bedankt.’
‘Graag gedaan. Wij meiden moeten een beetje voor elkaar zorgen, nietwaar?’ Abrupt wendde ze haar hoofd af.
Claire zag niet wat ze zei, maar wel dat ze een telefoon uit haar tas viste en naar haar oor bracht.
Meiden die voor elkaar moesten zorgen? Had ze er zojuist een vriendin bij gekregen? Ze kon zich niet herinneren dat het ooit eerder met een andere vrouw zo snel had geklikt. In ieder geval niet met haar stiefmoeder. En Gina en zij leidden zo’n volkomen ander leven, dat ze nog niet eens voor goede kennissen konden doorgaan.
Deze onafhankelijkheid stond haar wel aan. En Debbie stond haar wel aan.
Ze schrok op uit haar overpeinzingen doordat Debbie een gefrustreerd gebaar maakte, haar telefoongesprek beëindigde en het mobieltje terug in haar tas gooide. Het gesprek was haar volkomen ontgaan, maar het was wel duidelijk dat iets haar nieuwe vriendin behoorlijk van streek had gemaakt. Na even beleefd te hebben gewacht vroeg ze: ‘Gaat het wel?’
Hoewel Debbie knikte, zag Claire in de spiegel dat ze rode ogen had.
‘Wat is er gebeurd?’ vroeg ze voorzichtig.
‘Dat was een van mijn docenten.’ Debbie keek haar eens aan, zich duidelijk afvragend of ze haar in vertrouwen zou nemen. Toen haalde ze haar schouders op en begon te ijsberen.
Claire stond op, omdat ze dan Debbies gezicht waarschijnlijk beter zou kunnen zien.
‘Ik heb mijn scheikundetentamen niet gehaald ...herkansing. Maar als ik al niet genoeg tijd had... wanneer moet ik dan voor die herkansing leren? Dan raak ik vast achter bij alle andere vakken ...werk elke avond.’
Een stripper die scheikunde deed? Dat vond Claire bijna net zo vergezocht als een rijke erfgename die drankjes serveerde in een striptent. Misschien hadden Debbie en zij wel meer gemeen dan ze zich allebei realiseerden.
‘Wat studeer je?’
‘Verpleegkunde. Ik mag al bijna als ongediplomeerd verpleegkundige aan de slag, maar ik zou graag gediplomeerd verpleegkundige worden. Daarvoor moet ik alleen wel fulltime naar school, en het kost een heleboel geld.’ Ze gooide haar handen in de lucht. ‘Dus werk ik elke avond en heb ik geen tijd om te studeren.’
Vóór deze avond had Claire nog nooit hoeven werken.
Maar ja, ze had deze week wel meer dingen voor het eerst meegemaakt: haar eerste moord, haar eerste autobom, haar eerste kus van een man die haar alles kon doen vergeten - behalve die kus.
Bij de herinnering aan die hartstochtelijke bevestiging van het leven kreeg ze het opnieuw helemaal warm. Al hun angsten hadden ze proberen te verdrijven in een brisante verkenningstocht van hun wederzijdse verlangen.
Het was alsof ze drieëntwintig jaar in een afgeschermd poppenhuis had doorgebracht. Maar nu was ze in de echte wereld, en ze vond het er fantastisch. Ze voelde zich rijker. Ze leefde meer. Ze was zich veel sterker bewust van wat ze allemaal te verliezen had als Galvan haar eerder vond dan het KCPD hem.
Waarom moest die man nu weer alles komen verpesten?
Gauw probeerde ze de draad van het gesprek met Debbie op te pakken. ‘Kan ik misschien iets voor je doen? Meiden moeten toch een beetje voor elkaar zorgen, zei je?’
Haar vraag leek Debbie enigszins te verrassen. Ze schudde haar hoofd en gebaarde naar de klok aan de muur. ‘Hoor eens, sorry dat ik jou hiermee heb lastiggevallen.’ Ze trok een spijkerjasje aan, pakte haar tas en haastte zich naar de achteruitgang. ‘Ik moet rennen voor de laatste bus. Zie ik je morgen weer?’
Zo zonder al die make-up oogde Debbie veel meer als een studente dan als een nachtclubdanseres. Ze zag eruit als iemand met wie Claire vriendinnen zou kunnen worden.
‘Tuurlijk,’ antwoordde ze.
Met haar hand op de deurknop bleef Debbie staan. ‘Ga je niet opendoen?’ Bij het zien van Claires niet-begrijpende blik zei ze: ‘Er wordt geklopt.’ Ze keek over Claires schouder. ‘O, het is je vriendje.’
Met een ruk draaide Claire zich om.
Inderdaad, in de deuropening stond A.J. Hij had zijn leren jack al aan, en in zijn hand hield hij het sweatshirt dat hij haar had geleend.
‘Joe,’ zei ze. Ze vroeg zich af hoelang hij al had staan kloppen en of Debbie had gemerkt dat zij niets kon horen.
‘Alles goed hier?’ Hij keek van Debbie naar haar en terug. Te oordelen naar zijn gezichtsuitdrukking had hij al een tijdje aan de deur staan luisteren.
‘Ja, hoor,’ verzekerde ze hem. ‘Debbie en ik hebben een beetje zitten kletsen.’
Blijkbaar had Debbie iets gezegd, want A.J. knikte en zei: ‘Jij ook. Prettige avond verder.’ Daarna liep hij naar Claire toe, schoof het sweatshirt over haar hoofd en hield het vast tot zij haar armen in de veel te lange mouwen had gestoken.
Dat was echter niet bedoeld als uitsluitend een galant gebaar, maar ook om haar te waarschuwen zonder dat anderen hem hoorden. ‘Kijk uit met wie je vriendschap sluit. Er staat een prijs op je hoofd, weet je nog wel?’
‘Debbie is toch niet mijn vijand? Die zou me echt nooit iets aandoen.’
‘Ze hoeft alleen maar tegenover de verkeerde persoon te laten vallen dat er in de club iemand werkt die op Claire Winthrop lijkt. Onmiddellijk zal de club worden overspoeld door mensen die geld ruiken, en Galvan hoeft de massa alleen maar te volgen.’ Hij pakte haar bij de bovenarm om samen met haar de kleedkamer uit te lopen.
Ze bleef echter staan waar ze stond. ‘Wacht. Je moet even met Debbie meelopen naar de bushalte.’ Toen hij haar een donkere blik zond, keek ze al net zo donker terug. ‘Het is midden in de nacht, en zo’n fijne buurt is dit niet. In haar eentje is het niet veilig.’
‘Heb je nu eigenlijk wel iets gehoord van wat ik heb gezegd?’ Hij zette zijn handen op zijn heupen. Het onbedoeld komische van zijn vraag leek hij niet in te zien. ‘Jij bent mijn verantwoordelijkheid. Jij alleen. Ik kan je hier niet alleen laten.’
‘Dan loop ik toch mee?’
‘Ik wil niet dat je in het donker over straat gaat.’
‘Als ik in Debbies schoenen zou staan, zou je toch ook niet willen dat ik alleen ging? Alsjeblieft?’ Een paar tellen lang vroeg ze zich af of hij eigenlijk wel de held was voor wie zij hem hield.
Daaraan hoefde ze echter nooit meer te twijfelen, want hij mompelde iets in het Spaans - iets wat niet al te netjes was, vermoedde ze - pakte haar hand en liep samen met haar naar de uitgang. ‘Kom op dan.’
Tien minuten later zwaaiden ze naar Debbie, die een plaatsje had gevonden in de goed verlichte bus.
Zodra de deuren van de bus dicht waren, sloeg A.J. zijn arm om Claires middel en zette er stevig de pas in. ‘Nu zorgen dat jij veilig thuiskomt.’
Ze haastte zich een stapje voor hem uit, zodat ze voor hem kon gaan staan om hem de weg te versperren. Impulsief ging ze op haar tenen staan en drukte een kus op zijn wang. ‘Omdat je zo’n goeierd bent.’
‘Als je dat dan maar niet verder vertelt, oké?’ Hij probeerde het stug te laten klinken, maar de lachrimpeltjes bij zijn ogen verrieden hem. Terwijl hij sprak, duwde hij zijn handen onder haar sweatshirt. Ze brandden op haar naakte huid.
Zij op haar beurt legde haar handen op het zachte leer van zijn jack. In haar nieuwe wereld leek het volkomen normaal hem halverwege tegemoet te komen toen hij zijn hoofd boog om haar te kussen.
Zelfverzekerd bewoog hij zijn lippen over de hare. Ogenblikkelijk voelde ze een hevig verlangen in zich oplaaien. Deze kus was dan wel minder explosief dan die in zijn appartement, maar ook veel intenser en doelgerichter dan het snelle kusje in de nachtclub.
A.J. smaakte warm en mannelijk. Zijn baardstoppels waren hard, maar zijn tong was zacht.
De betovering werd verbroken door de uitlaatgassen van de wegrijdende bus die haar neusgaten binnen drongen.
Een tikje verlegen na dit openbare vertoon van genegenheid, trok ze zich terug. Niemand die hen had gezien, zou er nog aan twijfelen dat Joe en Kiki iets hadden samen. Maar het was al laat; het kon ieder moment gaan regenen, en A.J. had gezegd dat hij niet wilde dat ze nog over straat ging in het donker.
Hoe warm ze het zo-even ook had gehad, ineens kreeg ze het ijskoud en leek haar hartslag te vertragen. Hoewel de straatverlichting aan was en A.J. vlak naast haar stond, kreeg ze kippenvel over haar hele lichaam, door de angst voor een onzichtbaar iets of iemand in het duister.
Ze voelde die ogen. Ze voelde hém. Hij keek naar haar.
‘Hoe...’ Abrupt draaide ze zich om.
De bus was al een halve straat verder, de passagiers nog slechts silhouetten achter de verlichte ramen. Was hij een van hen?
‘Claire?’
In een steegje aan de overkant van de straat zag ze een dronken kerel, maar die leek alleen maar geïnteresseerd in de inhoud van zijn bruine papieren zak.
‘Claire.’ A.J. greep haar schouders vast.
Haar blik ging naar de donkere kapotte ramen van de pakhuizen aan weerszijden van de straat.
Met zijn vingers onder haar kin dwong A.J. haar hem aan te kijken. ‘Zeg iets,’ beval hij haar. ‘Wat is er aan de hand?’
‘Ik voel dat hij naar me kijkt. Naar ons. Hij is hier.’