3
‘We zijn nu al meer dan zes uur onderweg,’ zei Logan. ‘Ik zou het best leuk vinden als je voor de verandering je mond eens opendeed.’
‘Er valt toch niets meer te zeggen en ik heb geen zin om aardig te doen.’
‘Wil je misschien iets eten?’ vroeg Logan.
‘Nee.’
‘En Monty dan? Denk je niet dat hij honger heeft?’
‘Monty eet maar twee keer per dag. Ik heb hem bij Eve nog gevoerd.’ Sarah krulde zich op in de brede leren stoel en staarde uit het raam. ‘En jij hoeft je over Monty niet druk te maken.
Ik zorg altijd voor hem.’
‘Daar twijfel ik niet aan. Ik wilde alleen de charmante gastheer spelen en je iets aanbieden.’
‘Eerst bied je ons iets te eten aan en daarna gooi je ons voor de leeuwen?’
‘Ik kan alleen maar m’n best doen,’ zei hij vermoeid. ‘Ik heb tegen je gezegd dat ik zou proberen om jullie te beschermen.’
‘Proberen is niet genoeg.’ Ze stak haar hand uit en streek over Monty’s kop voor ze tandenknarsend zei: ‘Besef je wel hoe ik me nu voel? Jij bent niet de enige die Monty in gevaar brengt. Hij is mijn hond. Uiteindelijk komt het altijd op mij neer. Hij zegt nooit nee, dus als ik een verkeerde beslissing neem, kun je dat alleen mij aanrekenen.’
‘Ook al heb ik je gechanteerd om je zover te krijgen?’
‘Dat bewijst dat jij een smeerlap bent, maar ik ben degene die uiteindelijk het besluit neemt.’
Hij bleef even stil. ‘Je hoeft alleen maar het kamp te vinden, dan zit jouw werk erop. Er zal in jouw buurt geen kogel afgevuurd worden. Jou en Monty zal echt niets overkomen.’
‘Ik weet het,’ zei ze sarcastisch. ‘Jij zult immers proberen om ons te beschermen.’
‘Nee. Het gebeurt echt niet. Dat beloof ik je.’
Ze draaide zich om en keek hem aan.
‘Geloof je me niet?’
‘Moet dat dan?’
‘Eigenlijk niet, nee. Soms speelt het noodlot je parten en kan niemand meer iets aan de gang van zaken veranderen. Maar als ik erin slaag levend uit die jungle te komen, dan geldt dat ook voor jou en Monty.’ Hij trok een gezicht. ‘En dat is geen lichtvaardige belofte, daar kun je zeker van zijn. Ik doe altijd mijn uiterste best om mijn eigen hachje te redden.’ Hij stond op. ‘Ik loop even naar de cockpit om met de piloot te praten. Ga jij maar een lijst maken van alles wat je voor deze klus nodig hebt, dan zal ik mijn assistente bellen en haar ervoor laten zorgen dat alles in Santo Camaro klaarstaat. Er ligt een blocnootje en een potlood in de la van het tafeltje naast je. Ik blijf hooguit vijftien à twintig minuten weg, maar je zult me vast niet missen.’
‘Vast niet.’ Ze keek hem na terwijl hij door het gangpad liep en pakte toen pas het blok en het potlood om een lijstje te maken. Waarom had hij zo zijn best gedaan om haar ervan te overtuigen dat hij Monty en haar zou beschermen? Hij gaf immers niets om hen. Voor hem waren ze hulpmiddelen om zijn doel te bereiken, anders niet. Toch had ze een moment gedacht dat hij het echt meende. Ze was overal ter wereld in rampgebieden maar al te vaak geconfronteerd met oneerlijke bureaucraten en machtshebbers en als iemand oprecht was, had ze dat onmiddellijk door.
Maar was dat wel zo? Logan had in minstens honderd directiekamers wel geleerd hoe hij mensen moest bespelen. Misschien was hij wel iets te gehaaid voor haar.
Gelul. Het was kiezen of delen: ze had vertrouwen in haar eigen oordeel of niet. Was Logan echt een volmaakte smeerlap of had hij ook zachte trekjes waar ze misbruik van kon maken? Ze maakte haar lijst af en sloot haar ogen. Eigenlijk wilde ze dat helemaal niet. Ze wilde alleen maar naar huis en Logan, Madden en alles wat verband met hen hield van zich af zetten. ‘Koffie?’
Toen ze haar ogen opendeed, zag ze dat Logan haar een kop aanbood.
Hij glimlachte flauw. ‘Alleen maar koffie, hoor. Door het aan te pakken collaboreer je heus niet met de vijand. En bovendien zou je eigenlijk zoveel mogelijk van me los moeten zien te kloppen. Eten, drinken en geld.’ Hij keek op Monty neer. ‘Vind je ook niet, kerel?’
Monty’s staart zwiepte heen en weer en hij rolde op zijn rug.
Logan stak zijn hand uit en kriebelde hem op zijn buik. Monty maakte diep in zijn keel een paar zachte woef-geluidjes.
Lekker.
‘Verrader,’ mompelde ze.
Aardig.
‘Om de dooie dood niet.’
Logan trok zijn wenkbrauwen op. ‘Ontgaat me iets?’
‘Door mijn hond aan te halen zul je me er heus niet van overtuigen dat je een geweldige vent bent.’
‘Maar hij vindt me aardig.’
‘Je hoeft je niet op de borst te kloppen. Hij vindt iedereen aardig. Goeie genade, het is een golden retriever. Die staan erom bekend dat ze heel aanhankelijk zijn… zelfs tegenover mensen die het helemaal niet verdienen.’
Aardig.
Ze wierp een blik vol walging op Monty. Totaal geen onderscheidingsvermogen.
‘Waarom krijg ik nou het gevoel dat ik een buitenstaander ben?’ Logan duwde haar het kopje in de hand. ‘In de rapporten die ik over jou heb gekregen stond dat je bijna in staat was om de gedachten van die hond te lezen. Ik zou haast gaan geloven dat hij de jouwe ook kan lezen. Drink die koffie op, dan haal ik een bak water voor die vertrouweling van je.’
Voor ze kon protesteren, liep hij alweer terug naar de keuken. Monty kronkelde weer op zijn buik. Aardig.
Ze negeerde hem terwijl ze een slokje koffie nam. Eigenlijk had ze het af willen slaan, maar ze was zo moe dat ze nauwelijks na kon denken en wat hij had gezegd had niet onlogisch geklonken. Zij kon hem op haar beurt toch net zo goed gebruiken? Ze verstijfde plotseling toen ze op een idee kwam. Mijn god, waarom niet? Waarom zou ze hier gaan zitten kniezen, als ze de kans had om…
‘Mooi zo. Ik was bang dat je die koffie op de grond zou gieten.’ Logan zette een tere porseleinen schaal voor Monty neer. ‘Ik ben blij dat je verstandig bent.’
‘Is het dan verstandig om te doen wat jij wilt?’ Ze nam nog een slokje van haar koffie. ‘Ik had zin in koffie, daarom heb ik het aangenomen. Zinloze gebaren zijn niets voor mij.’
‘Waarom drinkt Monty niet?’
‘Hij neemt alleen van mij eten of drinken aan.’ Ze stak haar hand uit, raakte de rand van de schaal aan en Monty begon gretig het water op te slobberen. ‘Dat is mooi porselein. Straks breekt Monty het nog. Hij heeft de neiging om met zijn bak te gaan slepen als hij leeg is.’
‘Ik had geen andere en hij verdient het beste van het beste.’
‘Ja, dat is zo. De ballen met dat porselein van je.’ Ze keek om zich heen naar het luxe interieur van de jet. ‘Dit is prachtig. Ik heb nog nooit zoiets gezien.’
‘Ik houd van comfort. Ik ben veel op reis en ik vind niets vervelender dan moe en geïrriteerd een vliegtuig uit te stappen. Eén foutje in het protocol of een financiële miskleun en zo’n hele trip is verpest.’ Hij ging naast haar zitten. ‘En zit jij vaak in zakenvliegtuigen?’
‘Af en toe. De overheid betaalt zelden voor het vervoer van reddingsploegen en van de huidige regering hebben we nog geen cent gehad.’ Haar lippen krulden. ‘Hoewel ze maar al te graag hun voordeel doen met de publiciteit die wij opleveren. We zijn voornamelijk afhankelijk van bedrijven die ons een lift geven als we ergens naartoe moeten.’
‘Daar sta ik van te kijken. Miljarden dollars voor buitenlandse hulp en geen dubbeltje voor reddingswerkzaamheden?’
‘We redden ons wel.’ Ze haalde haar schouders op. ‘Waarschijnlijk is het maar goed dat er weinig overheidsbemoeienis is. Anders zouden we elk verzoek in drievoud moeten indienen en aan handen en voeten gebonden zijn.’
Hij bleef even stil. ‘Zoals Madden jou aan handen en voeten gebonden heeft?’
Ze verstijfde. ‘Jij ziet er anders ook geen been in om iemand aan de leiband te laten lopen. Jullie zijn allebei machtswellustelingen.’
Hij begon snel over iets anders. ‘Je bent toch in dienst van het ATF? Zijn de kosten niet voor hun rekening als jij met Monty naar een of ander rampgebied gaat?’
‘Alleen als er sprake is geweest van explosieven. Het ATF stuurt geen reddingsploegen uit.’
‘Waarom heb je die baan dan aangenomen?’
‘Ik moest ergens van leven.’ Ze keek uit het raam. ‘En na het eerste jaar liet het ATF de touwtjes vieren. Monty en ik kregen toestemming om samen te werken met vrijwillige reddingsploegen als we niet uitgeleend waren aan een of ander politiekorps om hulp te bieden bij bijzonder moeilijke zaken.’
‘Het opsporen van lijken?’
‘Ja.’
‘Waarom deed je dat dan? Terwijl je er zo’n hekel aan hebt. Ik heb je het vuur na aan de schenen moeten leggen om je zo ver te krijgen dat je Eve hielp.’
‘Ik kon er niet onderuit.’
Hij kneep zijn ogen samen terwijl hij haar afwerende gezicht bestudeerde. ‘Waarom kon je er niet onderuit? Je had toch gewoon ontslag kunnen nemen?’
‘Ik heb al gezegd dat ik ergens van moest leven.’
‘Dat lijkt me niet de echte reden,’ zei hij nadenkend. ‘Je leeft heel eenvoudig en dat schijnt je prima te bevallen. Ik heb je verteld dat ik bereid was om voor deze klus elk bedrag te betalen dat je vroeg. Dus het gaat niet om geld. Chantage? Wat kun jij nu voor misdaad hebben gepleegd waardoor je naar Maddens pijpen moet dansen?’
Ze keek hem strak aan. ‘Ik heb een bemoeizuchtige klootzak vermoord die zijn neus in mijn zaken had gestoken.’
Hij grinnikte. ‘Sorry, maar ik ben helaas van nature nieuwsgierig. Je vormt een boeiend vraagstuk, Sarah. De verleiding om dat op te lossen is bijna onweerstaanbaar.’
‘Omdat je het idee hebt dat je nog iets meer nodig hebt om mij onder druk te kunnen zetten?’
Zijn glimlach verdween als sneeuw voor de zon. ‘Nee.’
‘Lulkoek. Je zit constant te wikken en te wegen en over elke zet na te denken. Dit was een stomme zet, Logan.’
‘Het was de enige mogelijkheid.’
‘Je had ook voor iets anders kunnen kiezen, maar jij wilde Monty en mij. Het zou weleens de slechtste keus kunnen zijn die je ooit hebt gemaakt. Want als er iets met Monty gebeurt, achtervolg ik je tot het eind van de wereld om je de ogen uit de kop te krabben.’ Ze sloeg de rest van de koffie in één teug naar binnen. ‘Ik heb hier zelf ook zitten nadenken. Om de een of andere reden wil je dat ik zonder morren meehelp om die Bassett te vinden. Waarom weet ik niet. Misschien ben je slim genoeg om te beseffen dat je met een goeie teamgeest veel meer kans hebt om hem te bevrijden.’
‘En het idee dat ik het misschien niet leuk vind om dwang te gebruiken is natuurlijk onverteerbaar.’
‘Dat is geen moment bij me opgekomen. Jij gebruikt mensen, net als Madden. Als er dwang aan te pas moest komen, zou je meteen met je zweepje klaarstaan.’ Ze kneep haar lippen op elkaar. ‘Nou, ik ben het zat om gebruikt te worden. Dit was de laatste keer. En dat geldt niet alleen voor jou, maar ook voor Madden.’
‘Sjonge.’
‘Jij wilt mijn medewerking en die kun je krijgen. Ik zal die man van je helpen bevrijden, maar ik wil wel een beloning.’
‘Ik heb al gezegd dat ik zou betalen wat je vroeg.’
‘Ik wil Madden niet langer op m’n nek hebben.’
Hij bleef even stil. ‘Ik twijfel er geen moment aan dat het een bijzonder vervelende vent is, maar ik hoop dat je niet wilt dat ik hem om zeep laat brengen. Dat zou een hachelijke onderneming kunnen worden.’
‘En als ik dat nou wel zou willen?’ vroeg ze nieuwsgierig. ‘Daar zou ik over na moeten denken.’
Haar ogen werden groot van schrik toen ze besefte dat hij die mogelijkheid niet meteen verwierp. ‘Doe niet zo stom. Ik wil gewoon dat hij uit mijn leven verdwijnt en geen macht meer over me heeft.’
‘Wat een opluchting. Je wilt me zeker niet vertellen waarmee hij je onder druk zet?’
Ze gaf geen antwoord.
‘Nee, dat dacht ik al. Je vertrouwt me niet. Je bent gewoon bang dat ik dan voortaan de touwtjes in handen heb in plaats van Madden. Was het bij je opgekomen dat je dat risico blijft lopen?’
‘Daar heb ik inderdaad aan gedacht. Maar dat is een onderdeel van de overeenkomst. Voortaan laten jullie me allebei met rust.’
‘Dan schijn je mij toch meer te vertrouwen dan Madden.’
‘Eve vertrouwt je. De kans bestaat dat je je aan je woord houdt. En zodra deze klus erop zit, heb je me toch niet meer nodig. Dan kun je me zonder problemen laten gaan.’
‘Dat is waar. Maar ik kan je niet echt helpen als ik niet weet waar het om gaat.’
‘Als je het werkelijk moet weten, vertel ik je het wel.’
‘En hoe kom je op het idee dat ik je kan helpen?’
‘Ik heb niet zoveel invloed dat ik hem kan laten stikken, anders had ik dat jaren geleden al gedaan. Ga je ermee akkoord?’
Logan knikte langzaam. ‘Als jij echt je best voor me doet, zul je voor de rest van je leven geen last meer hebben van Madden, ook al slagen we er niet in die man van mij vrij te krijgen. Dat beloof ik je.’
Ze was toch een tikje verbaasd.
‘Ik ben echt niet zo’n smeerlap als jij denkt,’ zei Logan schor. ‘Vraag het maar aan Eve. Zij vertrouwt me, dat heb je zelf gezegd.’
‘Maar zij is bevooroordeeld. Jullie hebben een verhouding gehad. Waarschijnlijk gedroeg je je tegenover haar heel anders dan tegenover andere mensen.’
‘Ja, ik heb echt ontzettend mijn best gedaan om haar menselijk te behandelen. Dat heeft me verschrikkelijk veel moeite gekost.’ Hij stond op. ‘Ik moet een paar mensen opbellen. Waarom ga je niet lekker languit op de bank liggen om een dutje te doen? Zodra we in Santo Camaro zijn geland, zullen we ons de benen uit het lijf moeten lopen.’ Hij pakte de lijst van het tafeltje. ‘Is dit alles wat je nodig hebt?’
‘Dat is alles.’
‘Ik zal ervoor zorgen dat je die dingen krijgt,’ zei hij en hij liep met grote stappen weg door het gangpad.
Ze had hem kwaad gemaakt en tegen zijn gewoonte in was hij bij zijn antwoord kwetsbaar overgekomen. Misschien was hij toch niet zo keihard als ze had gedacht. Maar of hij nu zwakke plekjes had of niet deed er niet toe, als hij er maar in slaagde om haar van Madden te verlossen.
En leven zonder de dreiging van Madden…
Alleen het idee was al een enorme opluchting. Jarenlang had ze geen enkele hoop gekoesterd en nu lag de kans ineens voor het grijpen. Of ze nu wel of geen resultaat boekte, ze zou bevrijd zijn van Madden als ze gewoon haar werk deed. Dat had Logan haar beloofd.
Monty piepte zacht en legde zijn kop op haar knie omdat hij instinctief aanvoelde hoe opgewonden ze was.
‘We hebben een kans, kerel,’ fluisterde ze. ‘Als hij niet liegt, houden we hier misschien iets heel fijns aan over.’
Aardig.
‘Hij is niet aardig, maar dat geeft niet als hij zich aan zijn woord houdt.’
Aardig.
Eigenwijze hond. Ze stond op en liep naar de bank. ‘Kom op, we gaan een paar uurtjes slapen. We moeten in topvorm zijn om deze klus snel te klaren en weer naar huis te kunnen.’
Monty ging voor de bank op de grond liggen, maar zijn ogen dwaalden naar de andere kant van de cabine, waar Logan de deur uit was gelopen.
Aardig…
‘Dus je hebt haar toch gestrikt?’ vroeg Margaret nadat Logan Sarahs lijst voor haar had afgeraffeld. ‘Ik had gehoopt dat je bot zou vangen.’
‘Dat weet ik. Dat heb je niet onder stoelen of banken gestoken,’ zei Logan. ‘Probeer zoveel mogelijk inlichtingen in te winnen over Todd Madden. Ik wil een volledig rapport.’
‘Hoe volledig?’
‘Ik wil de naam weten van elk kind dat hij op de kleuterschool heeft gepest.’
‘O, zo’n soort rapport. Dus we werken niet langer met hem samen?’
‘Hij zit in de budgetcommissie van het ATF, maar ik geloof niet dat hij daarom in staat is om Sarah Patrick naar zijn pijpen te laten dansen. Er is nog iets anders.’
‘Je hebt haar nu toch. Wat maakt dat nou voor verschil?’
‘Het maakt wel degelijk verschil. Heb je nog boodschappen voor me?’
‘Galen heeft vanuit Bogota gebeld. Hij zei dat het niet dringend was, maar hij wil wel dat je hem terugbelt.’
‘Zodra ik heb opgehangen. Zei hij dat hij problemen had?’
‘Nee, hij zei dat ik tegen je moest zeggen dat alles voor elkaar was.’ Ze zweeg even en voegde er toen met tegenzin aan toe: ‘Zal ik je eens wat vertellen? Ik vind hem echt aardig.’
‘En dat verbaast je? O ja, natuurlijk. Jij vindt dat je mannen als Galen helemaal niet aardig hoort te vinden. Dat is tegen je principes.’
‘Ja, inderdaad, maar Galen is… anders.’
‘Daar valt niets tegen in te brengen. Nog iets van Castleton?’
‘Nee. En het kan wel even duren voor ik alle inlichtingen over Madden boven tafel heb. Hij is een politicus en die hangen hun vuile was meestal niet buiten.’
‘Zorg maar dat je erachter komt.’
‘Hoe gaat het met de hond?’
‘Die is toeschietelijker dan Sarah.’
‘Nou ja, je kunt het haar eigenlijk niet kwalijk nemen dat…’
‘Ik bel je weer als we in Santo Camaro zijn.’ Hij verbrak de verbinding en belde het nummer van Galen.
‘Wat is er aan de hand?’
‘Geen vriendelijke begroeting? Geen gezellig babbeltje?’ zei Galen op langgerekte toon. ‘Ik had gedacht dat je na al die jaren in Tokio wel wat manieren zou hebben geleerd.’
‘Heb je de plaats?’
‘Heb ik je ooit teleurgesteld? Ik weet grofweg in welk gebied hij zit, maar volgens Sanchez trekt Rudzak om de paar dagen naar een andere plek. En hij zal ergens een nepkamp opslaan om ons in de val te lokken.’
‘We moeten meteen het hoofdkamp zien te vinden. We kunnen niet nog meer tijd verspillen. We zullen er snel naartoe moeten en ons meteen weer uit de voeten maken, anders zitten we met een dode gijzelaar. Weet je zeker dat Sanchez de waarheid heeft gesproken?’
‘Nu voel ik me diep gekwetst. Niet alleen onbeschoft, maar ook nog twijfels? Ik moet toegeven dat Sanchez behoorlijk hardnekkig was, maar uiteindelijk heeft zijn gezond verstand gezegevierd.’
‘Geld?’
‘Nee. Sanchez verdient al kapitalen met de handel in drugs. De miljoenen vliegen je hier om de oren. Ik moest die schooier ervan zien te overtuigen dat hij beter op de vlucht kon zijn voor Rudzak dan voor mij. Kun je je voorstellen dat hij me niet eens serieus nam?’
‘Dat zal vast niet lang hebben geduurd.’
‘Bijna een halfuur.’
‘Je gaat achteruit.’
‘Nog beledigingen op de koop toe?’ Hij klakte met zijn tong. ‘En ondertussen heb ik ook dat gevalletje uitgezocht waar je mij mee opgezadeld had.’
‘En?’
‘Het klopt.’
Logans vingers spanden zich om de telefoon. ‘De smeerlap.’
‘Wil je dat ik dat zaakje regel?’
‘Nee, dat doe ik zelf wel.’ Verdomme, hij had het geweten. ‘Maar het mag niet gebeuren dat Sanchez alles aan Rudzak doorklept.’
‘Dat gebeurt ook niet. Ik heb hem het land uit gestuurd met een koffer vol geld van Rudzak dat hij wit moest wassen. Hij is keurig opgeborgen.’
‘Mooi,’ zei Logan. ‘We zijn over een paar uur in Santo Camaro.’
‘Ik ben al onderweg. Over een uurtje ben ik er en dan zeg ik wel tegen Castleton dat hij je van het vliegveld moet halen.’
Logan verbrak de verbinding. Alles liep op rolletjes. Zoals gewoonlijk was Galen erin geslaagd alle inlichtingen te krijgen die hij nodig had. Logan had Sarah en Monty bij de hand en had zelfs een manier gevonden om Sarah vrijwillig mee te laten werken.
Ja, vast. In feite had Sarah de touwtjes in handen. In plaats van het slachtoffer te zijn van de omstandigheden had ze de zaak omgekeerd. Hoe vaak had ze dat moeten doen terwijl haar leven op het spel stond?
Christus, waar was hij mee bezig? Hij had een besluit genomen en het had geen zin meer daar nu over te zeuren. Hij stopte zijn telefoon weer in zijn zak, liep zijn kantoor uit en ging via het gangpad naar de cabine.
Sarah lag op de bank te slapen en verroerde zich niet toen hij naast haar bleef staan. Monty deed één oog open en zijn staart tikte loom tegen de vloer.
‘Ssst.’
Maar Sarah werd niet wakker. Zelfs nu ze lag te slapen had ze nog een afwerende houding, haar spieren waren gespannen en strak.
Opsporings- en reddingswerk. Waarom verkoos iemand een carrière waarbij je constant in gevaar verkeerde en bovendien voortdurend met wanhoop werd geconfronteerd? Je kon nog zoveel rapporten over iemand lezen, maar achter hun werkelijke drijfveren kwam je eigenlijk nooit. Logan wist dat Sarah sterk, intelligent en geslepen was, en bovendien gezegend met een dodelijk gevoel voor humor dat ze alleen nooit tegenover hem gebruikte. Maar hij begon langzaam maar zeker te beseffen dat er heel wat meer schuil ging achter die lastige façade. Wat voor soort vrouw was Sarah Patrick?
Nou ja, daar zou hij waarschijnlijk nooit achter komen. Ze was altijd op haar hoede en het was zijn eigen schuld dat hij wat haar betrof in het vijandelijke kamp thuishoorde. Ach, barst. Wat maakte het ook uit. Hij hoefde haar helemaal niet te leren kennen. Het was beter als dat niet zou gebeuren. Hij had al lang geleden geleerd dat het problemen gaf als je in gevaarlijke omstandigheden een te nauwe band met iemand had. Het deed ontzettend veel verdriet als je zo’n persoon dan kwijtraakte.
Chen Li.
Hij drong de gedachte terug naar de duistere krochten waar die thuishoorde. Destijds was hij veel jonger en onervarener geweest. Deze toestand hoefde niet op dezelfde manier te eindigen. Sarah Patrick was Chen Li niet.
Hij zou Sarah wel in leven kunnen houden.
Santo Camaro
‘Dit is Sarah Patrick,’ zei Logan op het vliegveld. ‘Ron Castleton. Hij werkt voor me.’
‘Wie niet,’ mompelde ze. Ze maakte een gebaar en Monty sprong in Castletons auto. ‘Aangenaam kennis te maken, meneer Castleton. Dit is Monty. Ik heb geen papieren voor hem bij me. Krijgen we daardoor moeilijkheden met de overheid?’
Castleton stond met grote ogen naar de hond te kijken. ‘Wat is hier aan de hand? Als iemand me even had gewaarschuwd, had ik…’
‘We hebben geen papieren nodig,’ zei Logan. ‘We zijn allang weer verdwenen voor iemand weet dat we in het land zijn.’
‘En als dat niet zo is?’
‘Dan zorg ik wel dat alles in orde komt.’ Logan ging voorin zitten. ‘Heb je nog iets van Galen gehoord?’
‘Hij is bij het lab. Hij zei dat je meteen op weg zou willen gaan.’
‘Dat klopt.’ Hij keek naar de lucht waar de eerste sporen van de schemering zich al aftekenden. ‘Maar waarschijnlijk kunnen we beter wachten tot morgenochtend. Heeft Rudzak nog contact met je opgenomen?’
‘Niet nadat ik het geld had achtergelaten op de plek waar ik het van hem moest neerleggen.’ Hij keek even opzij naar Logan. ‘Maar hij heeft overal spionnen. Het zit er dik in dat hij ons nu ook door iemand in de gaten laat houden.’
‘Laten we dan maar gaan.’
Castleton startte de auto. ‘Die hond verraadt alles. Hij zal meteen begrijpen dat je wilt proberen Bassett te vinden. Via bepaalde contacten kan hij erachter komen…’
‘Daarom moeten we ook snel toeslaan.’
‘Hebt u alle dingen die ik op die lijst hebt gezet kunnen krijgen?’ vroeg Sarah.
Castleton fronste. ‘Wat voor dingen? Ik weet niets van een lijst.’
‘Galen heeft alles bij zich, Sarah,’ zei Logan. ‘Ik heb tegen Margaret gezegd dat ze hem onderweg moest bellen om hem jouw lijst door te geven.’
‘Ik vind het niet prettig dat je er een vrouw bij hebt gehaald.’ Castleton keek even achterom naar Sarah. ‘Heeft Logan u uitgelegd hoe gevaarlijk de toestand is? Ik hoop dat u weet waar u aan bent begonnen.’
Verdomme, ze wist eigenlijk helemaal niets. ‘Bedankt voor uw bezorgdheid, maar we zullen ons wel redden.’ Hoewel Castleton haar niet bepaald geruststelde. En die hitte… daardoor zou de speurtocht nog extra moeilijk worden. Ze kon nauwelijks ademhalen en Monty lag nu al te hijgen. Ze stak haar hand uit en streek over Monty’s kop. ‘Ik denk dat je dringend naar de kapper moet, kerel.’
‘Daar hebben we geen tijd voor,’ zei Logan.
‘Ik bedoel niet dat we een trimmer voor hem moeten zoeken. Dat doe ik zelf wel.’ Ze kneep haar lippen op elkaar. ‘Ik ga niet met hem die jungle in voor hij zich iets lekkerder voelt. Hij is een langharige hond en we weten niet hoe lang die speurtocht gaat duren.’
‘Als het zoveel tijd in beslag gaat nemen dat hij last van de hitte krijgt, hebben we een groot probleem.’
‘Hij heeft er nu al last van. Ik wil hem knippen.’
Logan deed zijn mond open om te protesteren maar bedacht zich. ‘Oké, dat passen we wel in.’
‘Zeker weten.’ Ze keek uit het raampje. Ze waren een hobbelige, onverharde weg opgereden en uitlopers van de jungle kropen over de weg en sloten de auto aan weerszijden in. Dat drukkende gevoel werd niet alleen veroorzaakt door het weer. ‘Wie is die Galen? Ook een van je werknemers?’
Logan knikte. ‘Een soort freelancer.’
‘Een soort?’
‘We zijn er.’ Castleton volgde de bocht in de weg en remde met piepende banden om te voorkomen dat hij tegen de man opreed die midden op de weg stond. ‘Verdomme nog aan toe. Ben je nou helemaal gek geworden, Galen?’
‘Dat vragen ze zich al meer dan tien jaar af.’ Hij grinnikte naar Logan. ‘Wat moet ik met jou beginnen? Je bent altijd te laat. Het eten staat al op tafel.’
‘Door jou raakte ik bijna van de weg af.’ Castleton zette de motor af. ‘Ik rekende er helemaal niet op dat jij…’
‘Ik dacht niet dat ik echt gevaar zou lopen. Dit is privéterrein en jij bent toch altijd zo voorzichtig, Castleton. Ik wist wel dat je met een slakkengangetje aan zou komen rijden.’ Hij deed het achterportier open en floot even zacht toen hij Monty op de vloer zag liggen. ‘Aha, daar zijn die hondenkoekjes die ik in mijn rugzak heb zitten dus voor bestemd. Ik moet toegeven dat ik een beetje teleurgesteld ben. Ik ging ervan uit dat ze voor jou waren, Logan. Ik hoopte eigenlijk dat je een wat avontuurlijker smaak had gekregen. Weet je nog dat je het verdomde om die heerlijke maden te eten in dat Maori-kamp in…’
‘Dit is Sean Galen,’ viel Logan hem in de rede. ‘Sarah Patrick en haar hond Monty.’
‘Aangenaam.’ Galen lachte terwijl hij haar hielp uitstappen.
Hij was midden of achter in de dertig, iets langer dan normaal met een slank, atletisch lijf. Zijn donkere haar bleef hardnekkig krullen hoewel het heel kort was geknipt en zijn ogen waren even donker en eigenzinnig als dat haar. De energie straalde letterlijk van hem af. ‘Hou je van macaroni met ham en kaas?’
Engels? Hij had een vaag cockney-accent. ‘Ja.’
‘Mooi. Dat eten we vandaag.’ Hij keek neer op Monty. ‘Misschien hou ik voor jou ook wel een beetje over. Dat hondenvoer met al die vitamines dat ik heb meegebracht ziet er niet bepaald indrukwekkend uit.’
‘Over een avontuurlijke smaak gesproken,’ mompelde Logan.
‘Nou ja, ik wist niet dat er een dame mee zou komen en Castleton leek me het type dat alleen maar vlees en aardappelen eet.’ Hij liep met grote passen de weg af. ‘Deze kant op. Ik heb mijn kamp op een afstandje van die puinhopen opgeslagen. Daar werd ik gewoon neerslachtig van.’
Voor het eerst viel Sarahs blik op het afgebrande lab dat een paar honderd meter verderop lag. Woede, bezorgdheid en rancune hadden haar zo in beslag genomen dat ze eigenlijk nog geen moment had nagedacht over de mensen die hier hadden gewoond en dat met de dood hadden moeten bekopen. Al die hoopvolle levens die door moordenaarskogels zo bruut waren afgekapt…
‘Zie je wel? De dame wordt er ook helemaal triest van,’ zei Galen. ‘Kom op, Castleton. Je mag me helpen met het opdienen.’
‘Ik moet terug naar de stad.’
‘Na het eten. Je wilt me toch niet kwetsen, hè?’
‘Eigenlijk zou ik…’ Castleton haalde zijn schouders op en liep achter Galen aan het struikgewas in.
Ze bleef hen even nakijken. Ze had het gevoel alsof ze overdonderd was en ze wist niet zeker of haar dat wel beviel.
‘Maak je maar geen zorgen.’ Logan pakte haar elleboog vast. ‘Hij zal je heus niet vergiftigen. Galen is in feite een eersteklas kok.’
‘Midden in de jungle?’
‘Al was het midden in een wervelstorm. Hij kan zich altijd aanpassen.’
‘Ik was niet bang dat hij me zou vergiftigen. Ik was alleen verrast.’
‘Dat kan ik me goed voorstellen.’ Hij trok haar rustig mee naar de kant van de weg. ‘Hij heeft mij ook vaak genoeg verrast.’
Ze waren kennelijk oude vrienden die heel goed met elkaar op konden schieten. ‘Zoals met die maden?’
‘Wat hij niet heeft verteld is dat ik die dingen echt op heb gegeten. Hij zette me voor het blok, dus ik moest wel want anders had ik de Maori’s beledigd.’
‘Hoe zagen die maden er eigenlijk uit?’
‘Het zijn larven. En ze leken walgelijk veel op wormen.’
‘Dat dacht ik al.’ Ze glimlachte. ‘Ik begin die meneer Galen van jou best leuk te vinden.’
‘Ik dacht wel dat je door dat verhaal een warm plekje voor hem zou krijgen.’ Hij zweeg even. ‘Je kunt hem vertrouwen, Sarah. Als mij iets overkomt, moet je precies doen wat hij zegt, dan zorgt hij er wel voor dat je er heelhuids van afkomt.’
Ze probeerde zich niets aan te trekken van de rilling die over haar rug liep. ‘Ik ben niet gewend om anderen voor me te laten zorgen. Wat doet hij eigenlijk precies voor je?’
‘Je zou kunnen zeggen dat hij allerlei problemen voor me oplost.’
‘Dit soort problemen?’
‘Daarin is hij gespecialiseerd. Dus je hoeft je niet schuldig te voelen als je alles aan hem overlaat op het moment dat de zaak uit de hand loopt.’
‘Doe jij dat ook?’
‘Nou en of.’
Ze wierp hem een sceptische blik toe. ‘Ik kan me niet voorstellen dat jij je op iemand anders verlaat.’
‘Ondanks jouw opvatting over mij schuif ik mijn verantwoordelijkheid nooit op andere mensen af.’
‘Hoe lang ken je Galen al?’
‘Een jaar of vijftien. Ik heb hem leren kennen toen ik in Japan woonde. Toen was hij net afgezwaaid uit het leger en werkte voor een plaatselijke zakenman.’
‘En je hebt hem meteen in dienst genomen?’
‘Destijds kon ik me dat nog niet veroorloven. Ik moest alle zeilen bijzetten om een nieuw bedrijf draaiend te houden. In de paar jaar daarna raakten we bij een paar gezamenlijke projecten betrokken. Daarna heeft hij me geholpen toen ik privé in de problemen kwam.’
Ze vroeg zich af welke privéproblemen hij zou hebben gehad. Maar ze was niet van plan hem dat te vragen. Ze wilde niets van zijn privéleven af weten. Het enige dat ze wilde, was deze klus opknappen en zich dan meteen uit de voeten maken. ‘En vanaf die tijd heeft hij altijd voor je gewerkt?’
‘Als dat nodig was.’ Ze liepen de open plek op waar Galen het kamp had opgeslagen. Tot haar verbazing stond er naast het vuur een tafel gedekt met damast en kleurig aardewerk. ‘Wat krijgen we nou?’
Galen keek op en grinnikte. ‘Mijn ma zei altijd tegen me dat je een picknick nooit als excuus mocht gebruiken om de aangename dingen in het leven te negeren.’
‘Denk jij dan dat deze klus een picknick wordt?’
‘Het hangt er gewoon van af hoe je het bekijkt.’
‘Hoe wil je al die spullen meeslepen?’
‘Dat doe ik echt niet. Je kunt het weggooien. Dat kun je toch met alles?’
‘Nee.’
Hij trok zijn wenkbrauwen op. ‘Mooi zo. Heel verfrissend om iemand te ontmoeten die niet door en door cynisch is.’ Hij schepte zorgvuldig de macaroni op. ‘Zeg eens, Logan, doen die kronkelige sliertjes pasta je niet aan die maden denken?’
De macaronischotel was heerlijk en de koffie die Galen erna serveerde, was zelfs nog beter. ‘Het spijt me, maar er is geen toetje. De volgende keer misschien.’ Hij wierp een vragende blik op Castleton. ‘Doe jij de afwas? Dat lijkt me het eerlijkst.’
Castleton stond op. ‘Ik ga terug naar de stad. Ik moet nog wat dingen regelen voordat onze mensen uit het ziekenhuis worden ontslagen. Bedankt voor het eten. Het smaakte echt uitstekend.’ Galen trok een gezicht. ‘Al die complimentjes helpen me niet bij de afwas.’
Logan kwam overeind. ‘Ik loop even met je mee naar de auto, Castleton. Je moet nog iets voor me doen.’
‘Goed hoor.’ Castleton keek Sarah aan. ‘Pas maar goed op jezelf. Veel succes.’
‘Dank je wel.’
Ze keek Castleton en Logan na toen ze over de open plek liepen en tussen de bomen verdwenen. Daarna stond ze op en begon de borden op elkaar te stapelen.
‘Blijf zitten en neem nog een kopje koffie,’ zei Galen. ‘Ik maakte gewoon een grapje.’
‘Ik niet. Eerlijk is eerlijk.’
‘Dat klopt. En je hebt gezegd dat je de hond nog moest trimmen.’ Hij maakte een hoofdbeweging naar Monty. ‘Dat zal een boel werk zijn met die dikke goudkleurige vacht. Ik wil wel dat je vannacht nog een paar uurtjes slaap krijgt.’
‘Dat duurt niet zo lang, hoor. Monty is heel braaf.’
‘Jij gaat je hond trimmen,’ zei hij vastberaden terwijl hij de vuile borden van haar overnam. ‘Straks breek je mijn dure porselein nog.’
‘Het is plastic.’
‘O, was je dat toch opgevallen? In de catalogus werd bij hoog en bij laag beweerd dat niemand het in de gaten zou hebben.’ Ze lachte. ‘Ze hebben je in de maling genomen, Galen.’
‘Dat overkomt me nou altijd. Zal ik de schaar en de tondeuse voor je ophalen? Ze zitten in een rugzak, samen met al je andere spullen.’
Ze kreeg bij hem geen voet aan de grond. Galen mocht dan prettig in de omgang zijn, het was duidelijk dat hij ook met een ijzeren vuist kon regeren. ‘Ik pak ze zelf wel.’
‘Dat was een hele lijst die je aan Logan hebt opgegeven.’
Ze knielde en rommelde in de rugzak. ‘Ik ben vertrokken zonder mijn uitrusting mee te kunnen nemen. Heb je wel al die flessen water bij je? Ik kan niet riskeren dat Monty ziek word.’
‘Is al dat water dan voor Monty?’
‘Het meeste wel. Ik kan met veel minder toe dan hij.’ Ze ging naast Monty zitten. ‘Kom op, kerel. Dan zullen we je eens lekker kaal knippen.’
Hij slaakte een diepe zucht en ging op zijn buik liggen.
Galen grinnikte. ‘Je hebt gelijk, hij is echt heel gemakkelijk. Brave hond.’
‘Heb jij zelf ook dieren?’
Hij schudde zijn hoofd. ‘Ik moet veel te vaak op pad. Ik heb vroeger een papegaai gehad, maar die heb ik weggegeven. Hij schold me altijd uit en dat was slecht voor mijn ego. Die Monty van jou geeft je vast nooit van katoen.’
‘Daar zou ik maar niet zo zeker van zijn.’
‘Nou ja, in ieder geval niet met woorden. Hij zal best eens zijn poot optillen op een plek waar het niet hoort.’
Ze knikte. ‘Hij laat het altijd goed merken als hem iets niet bevalt.’
‘Maar jullie zijn kennelijk dikke vrienden. Hoe lang heb je hem al?’
‘Vier jaar. Hij was net een jaar toen ik hem voor het eerst zag op het opleidingsinstituut van het ATF.’ Ze moest lachen bij de herinnering. ‘Hij was net gezakt voor de cursus geleidehond en het ATF had hem overgenomen.’
‘Was hij gezakt?’
‘Niet omdat hij niet intelligent genoeg was,’ zei ze verdedigend. ‘Maar hij raakte steeds afgeleid en dat zou gevaarlijk kunnen zijn.’
‘Een gebrek aan concentratievermogen?’
‘Het komt door zijn neus. Hij was nog maar een pup en zijn reukvermogen is waarschijnlijk het beste dat ze bij het ATF ooit zijn tegengekomen. Als hij constant nieuwe geuren voorgeschoteld krijgt, is het logisch dat hij afgeleid wordt.’
Hij stak zijn handen op. ‘Het was niet mijn bedoeling om je hond te beledigen. Daarvoor heb ik te veel respect voor honden. Ik heb ze op het slagveld aan het werk gezien en ik zou liever een hond als maatje hebben dan iemand op twee benen.’
‘Sorry. Ik reageerde iets te fel. Ga op je rug liggen, Monty.’ Ze begon zijn buik kaal te knippen. ‘Je hebt een bepaald accent. Ben je Engels?’
‘Ik ben in Liverpool geboren en opgegroeid.’
‘Logan zegt dat jullie elkaar jaren geleden in Japan hebben leren kennen.’
Hij knikte. ‘Toen we allebei nog jong en onervaren waren. Nou ja, iets jonger en iets onervarener. Ik was zo hard als een spijker en zelfs voor Chen Li stierf, was Logan ook geen katje om zonder handschoenen aan te pakken.’
‘Chen Li?’
‘Zijn vrouw. Ze is een paar jaar nadat ik Logan had leren kennen aan leukemie overleden. Dat was geen gemakkelijke dood en het was voor hem ook zeker geen gemakkelijke tijd. Hij was stapelgek op haar.’
Privéproblemen. Ja, dat zou je inderdaad privéproblemen kunnen noemen. Ze wenste dat ze de vraag die tot deze onthulling had geleid niet had gesteld. Dus er had zich een tragedie in zijn leven afgespeeld. Het leven was hard en bitter. Verdomme, ze had geen zin om medelijden met hem te hebben. ‘Hij zal er vast wel mee hebben leren leven.’
‘O ja, dat zeker.’ Galen waste het laatste bord af. ‘Hij is een tijdje stapelgek geweest, maar daarna waren de wonden geheeld en werd hij weer de oude. We hebben ongeveer een jaar lang rondgezworven over het zuidelijk halfrond voor hij weer naar Tokio terugging.’
‘Heb je hem toen maden leren eten?’
Hij glimlachte. ‘Nee, dat was later. Toen de scherpste kantjes eraf waren. Hij had me gekeeld als ik dat had geprobeerd in het eerste jaar na Chen Li’s dood.’ Hij wierp een peinzende blik op Monty. ‘Hij lijkt op een dikke gele beer zonder al dat haar.’
‘In ieder geval heeft hij het zo minder warm.’ Ze ging op haar hurken zitten en begon het afgeschoren haar van de grond op te pakken. ‘Ik vraag me af waar Logan zit. Hij blijft langer weg dan ik had verwacht.’
‘Misschien is hij na zijn gesprek met Castleton nog even naar de ruïne gelopen.’ Hij fronste. ‘Een smerige toestand. Ze hebben vast geen enkel verweer gehad tegen Rudzak.’
Ze huiverde. ‘Waarom zou hij daar naartoe zijn gegaan?’
‘Misschien is hij er niet naartoe. Maar ik wed van wel. Logan trekt het zich ontzettend aan wat hier is gebeurd. Ik denk dat hij er een redelijke verklaring voor probeert te vinden.’
‘Ik kan me niet voorstellen dat Logan zo gevoelig kan zijn.’
‘Maar zo wil je hem ook niet zien, hè?’ Hij pakte een handdoek en droogde zijn handen af. ‘Laat maar zitten. Ik heb helemaal geen zin in zo’n ernstig gesprek. Daar ben ik veel te oppervlakkig voor. Ik heb behoefte aan wat onschuldig vermaak voor ik onder de wol kruip. Kun je pokeren?’
‘Waarom wilde je per se hiernaartoe?’ Castleton slikte moeizaam terwijl zijn ogen over de uitgebrande ruïne dwaalden. ‘God, ik heb het er echt moeilijk mee. We vinden toch niets. Ik heb je al verteld dat ik alles heb verzameld wat niet vernield was. Ik heb heus niets over het hoofd gezien, Logan.’
‘Ik geloof je. Ik weet hoe efficiënt je bent.’ Hij keek niet naar Castleton toen hij knielde en een halfverbrande houten doos oppakte. ‘Wat heeft hier volgens jou in gezeten?’
‘Ik zou het niet weten. Cd-roms misschien.’
Logan was even stil. ‘Vier doden. Carl Jenkins, Betty Krenski, Dorothy Desmond en Bob Simms. Wist je dat Betty Krenski bezig was met de adoptie van een seropositieve baby uit Zuid-Afrika?’
‘Ja, maar ik wist niet dat jij daar ook van op de hoogte was.’
‘Ze vroeg of ik haar wilde helpen. Ze zei dat iemand toch voor die kinderen moest zorgen. Ik heb nog geprobeerd om het haar uit het hoofd te praten. Als je de zorg op je neemt voor een seropositieve baby kun je daar gemakkelijk aan kapot gaan.’
‘Maar je was wel bereid om haar te helpen?’
‘Mensen moeten hun eigen beslissingen kunnen nemen. We kunnen wel proberen om daar invloed op uit te oefenen, maar we mogen hun niet onze wil opleggen. Ik heb tegen haar gezegd dat ik haar zou helpen als ze er aan het eind van het jaar nog zo over dacht.’
‘Ik wou dat ze dat met mij geregeld had. Het was mijn werk om persoonlijke problemen op te lossen.’
‘Dacht je dat ik me niet langer verantwoordelijk voelde voor de mensen die ik hierheen had gestuurd toen ik jou in dienst had genomen?’
‘Je bent een druk bezet man.’
‘Zo druk heb ik het ook weer niet. Dit project betekende heel veel voor me. Ik heb al hun dossiers doorgelezen nadat jij hen in dienst had genomen en ik kan uit mijn hoofd hele stukken citeren uit jouw maandelijkse rapporten. Ik heb die mensen nooit ontmoet, maar toch had ik het gevoel dat ik hen kende.’
‘Het waren allemaal beste mensen. Dat weet niemand beter dan ik.’ Castleton zweeg even. ‘Ik wil niet onvriendelijk overkomen, maar ik moet echt weg. Ik kan niets meer doen voor de mensen die vermoord zijn, maar ik kan wel zorgen dat de gewonden naar een ziekenhuis in de Verenigde Staten worden overgebracht.’
‘Ja, ik weet het. Je hebt haast.’ Logan stond op. ‘Je zult wel overstuur zijn omdat ik je hiernaartoe heb gebracht.’
‘Wat doen we hier eigenlijk?’ vroeg Castleton opnieuw.
‘Het leek me wel toepasselijk. Galen zegt altijd dat ik geen benul heb van decorum en dat ik nooit weet hoe ik me moet gedragen, maar dat is niet helemaal waar. Tenminste, niet met betrekking tot deze kwestie.’
‘Welke kwestie? Wat wil je dat ik doe, Logan?’
‘Gewoon doodvallen.’ Hij draaide zich met een ruk om en gaf met zijn platte hand een dreun tegen Castletons neus, waardoor die brak en de botsplinters zich in zijn hersenen boorden.