Flamenco zingen is flamenco zijn:

het is een ander lichaam hebben,

een andere ziel, andere passies, een andere huid, andere instincten en verlangens,

een andere kijk op de wereld,

met gebruik van alle zintuigen;

de kracht van het bewustzijn,

muziek in de aderen,

fiere onafhankelijkheid,

vreugde met tranen,

en de pijn, het leven en

de liefde die schaduwen werpt;

haat jegens het routinematige,

jegens het georganiseerde dat castreert;

het is je verliezen in de zang,

in de wijn en in de kussen;

het leven verheffen tot een subtiele kunst,

van spontaniteit en vrijheid,

zonder de boeien van de middelmatigheid te accepteren;

het is alles op één kaart zetten,

genieten, je helemaal geven, voelen,

leven!

 

Tomás Borrás, Lofdicht op de flamencozanger