PIERRE NEEMT HET WOORD

Joe besloot een brutale zet te wagen.
'Breng ons naar Pierre!' beval hij met een stem die hij zo streng mogelijk deed klinken.
Tot hun grote verbazing liet de soldaat zijn lans zakken.
'Volgt u mij!' zei hij, zonder een spier van zijn gezicht te vertrekken. Hij draaide zich op zijn hakken om, bracht de jongens door een deur en ging daarna weer een trap op. Hij bleef aan het begin van een lange, hel verlichte gang staan.
'Derde deur rechts,' wees hij met toonloze stem.
Aarzelend gingen de jongens verder, terwijl de soldaat weer terugliep naar de plaats vanwaar hij was gekomen.
'Zullen we het proberen, Frank?' fluisterde Joe.
'Laat eens kijken of — wacht — hier is een lege kamer!'
Het tweetal dook door de deuropening van de kamer naast het vertrek dat de schildwacht had aangewezen. Zij hoorden onmiddellijk de klank van een bekende stem uit de aangrenzende kamer komen.
'Is alles klaar?' klonk het.
'Ja, Pierre!' antwoordde een barse stem.
'Kapitein Mundy!' fluisterde Joe opgewonden. 'Wat een bof!'
Het bleef even stil, toen klonken de stemmen weer.
'Wat doen we met Hoskin en Slim?' vroeg de kapitein. 'De koning wil natuurlijk weten waarom ze niet hier zijn.'
Pierre schraapte zijn keel.
'Ik zeg je toch, Mundy, dat ik niet weet waarheen ze zijn gegaan of wat er met hen is gebeurd. De bedoeling was dat zij die detective uit de weg zouden ruimen en dan in Little Cove aan boord van de Zwarte Papegaai zouden komen. Ze zijn echter niet komen opdagen.'
'We zullen de koning toch iets moeten vertellen,' gromde de kapitein. 'Laten we zeggen dat ze ziek zijn geworden of gewond zijn.'
'Zeg dat ze zijn omgekomen bij een bosbrand. Er is er daar in de buurt een geweest.'
De jongens bleven opgewonden luisteren, maar de stemmen gingen verloren in het plotselinge trompetgeschetter, gevolgd door het stampen van ontelbare voeten vlak buiten hun kamer.
Joe keek voorzichtig naar buiten.
'Tjonge, Frank, kijk eens naar die statiemantels! Fluweel en hermelijn en gouddraad. Goeie genade!'
De gang stond volgepropt met mannen, die gekleed waren in de meest opvallende kostuums die maar denkbaar waren. Een ogenblik later schetterden de trompetten voor de tweede maal en de schitterend geklede menigte stelde zich in lange rijen op. Pierre en Mundy kwamen uit de aangrenzende kamer. Beiden waren in kostbare kostuums gekleed.
'Ze hebben allebei een papegaai aan de ene en een verwrongen klauw aan de andere kant van hun mantel geborduurd, Frank,' fluisterde Joe vanaf zijn uitkijkpost aan de kier van de deur.
Op dat moment schalde de muziek weer en de bonte optocht bewoog zich langs een brede marmeren trap naar beneden. Een ogenblik later lag de gang verlaten.
'Laten we die deur daar eens proberen,' stelde Joe voor en hij wees de lange kamer in.
Zij liepen op hun tenen naar de deur en Joe keek voorzichtig door het sleutelgat.
'Kijk eens!'
Hij ging opzij. Frank knielde en keek door de kleine opening.
'De troonzaal, Joe. Tjonge, wat een ding! Laten we er eens ingaan.'
Voorzichtig trokken zij de deur open en tot hun grote verrassing bevonden zij zich op een klein, leeg balkon dat uitzicht gaf over een hel verlicht vertrek.
Een gouden troon op een verhoging was omringd door in allerlei schitterende kostuums geklede mannen.
'Niemand kan ons hier zien. Laten we gaan zitten en kijken wat er gebeurt!' fluisterde Joe.
'Reken maar! Ik zou het voor geen miljoen gulden willen missen! Maar we moeten wel achter de balustrade duiken. We zitten hier knap gevaarlijk.'
Zij gingen op de vloer van het balkon liggen en hielden hun hoofden net hoog genoeg om tussen de spijlen door te kunnen kijken. Weer klonk een trompetsignaal, onmiddellijk gevolgd door de tonen van een muziekkapel. Toen kwam de optocht met statige tred binnen. De mannen splitsten zich in twee groepen en lieten het middendeel van de zaal open.
'Zijne Majesteit de Koning! Zijne Majesteit de Koning!' riep een schildwacht met een bepluimde helm en hij liep over het gedeelte van de vloer dat door de verzamelde menigte was opengelaten. De bezoekers bogen diep, toen een enorme gebaarde gedaante, gekleed in hermelijn en met een gouden kroon met diamanten op het hoofd met grote passen door de zaal liep. Toen hij de troon bereikte draaide hij zich om, overzag de menigte en ging toen zitten.
Het bleef geruime tijd stil.
Toen stapte een hoveling naderbij. Hij boog voor de heerser en keerde zich naar het kleurige gezelschap.
'Nederige dienaren van Zijne Majesteit, Koning van Barracuda, Potentaat van de Orde van de Verwrongen Klauw!' riep hij. Na deze inleiding hield hij even op om adem te halen.
'Het is werkelijk een geheim genootschap!' fluisterde Joe.
De hoveling ging met luide stem verder:
'Wij zijn hier bijeen ter gelegenheid van de jaarlijkse reünie van onze vloot. Zijne Majesteit zal thans het appel van zijn trouwe onderdanen aanhoren, de kapiteins, die zijn teruggekeerd om ons over hun activiteiten in het afgelopen jaar en van de gaven die zij ons brengen in te lichten!'
Een luid applaus klonk op en een zenuwachtig gemompel ging door de aanwezigen. 
De kamerheer kreeg een grote rol overhandigd door een hoveling, bekeek het papier enige tijd aandachtig, en schraapte zijn keel.
'Willen de kapiteins zich melden als de Kamerheer des Konings hun namen opleest! Kapitein Short!'
'Gezagvoerder van de Gele Papegaai. Present, Uwe Majesteit!' klonk het hese antwoord ergens tussen de aanwezigen.
'Kapitein Gustave!'
De broers konden zich nauwelijks goed houden toen de kamerheer de gehele rol voorlas, waarop veel meer schepen voorkwamen dan zij ooit hadden verwacht. De spanning bereikte een hoogtepunt.
'Kapitein Mundy!'
'Zwarte Papegaai. Present, Uwe Majesteit!' antwoordde de bekende barse stem.
De kamerheer knikte kort en rolde het perkament weer op. 'Wij zullen thans luisteren naar een rapport van Zijne Majesteits officiële vertegenwoordiger in alle delen van de wereld, de heer Pierre Pierre, die...'
Een hoveling tikte de spreker op zijn schouder.
'Zijne Majesteit wenst eerst te vernemen, welke berichten de heer Pierre ons over de twee vertegenwoordigers, die hij op zijn laatste reis mocht meenemen, heeft te vertellen.'
De kamerheer beantwoordde de buiging van de hoveling en herhaalde de boodschap tegen Pierre.
De vertegenwoordiger met het scherpe gezicht, wiens prachtige hofmantel hem beslist niet stond, aarzelde een ogenblik.
'Meneer Pierre!' bulderde de koning ongeduldig.
'Door een ongelukkig toeval,' begon de man, met een kleur, 'zijn de twee mannen, die ik bij me had voor het uitvoeren van een opdracht, mij door Uwe Majesteit gegeven, betrokken geraakt bij een bosbrand en...'
'En wat?' vroeg de koning met een dreigende blik.
'En zij zijn — zij werden zo zwaar gewond dat zij niet in staat waren met mij naar Barracuda terug te keren,' slikte Pierre.
Er klonk een verward gefluister.
Joe knipoogde naar zijn broer en de jongens luisterden gespannen naar wat nu komen zou.
De koning richtte zich majestueus van zijn zetel op.
'Mijn trouwe onderdanen weten de straf die op het laten ontsnappen van een lid van de Orde van de Verwrongen Klauw staat,' zei hij met afgemeten stem. 'Tot dusver is de heer Pierre niet alleen mijn vertrouwde vertegenwoordiger in het buitenland, maar ook mijn voornaamste adviseur geweest.'
Hij zweeg even en de aanwezigen schuifelden onrustig heen en weer. Pierre slikte moeilijk.
'In die hoedanigheid,' vervolgde de koning, 'heeft de heer Pierre, voor zover wij kunnen nagaan, toegestaan dat twee van onze onderdanen zijn ontsnapt, ofwel zich in vrijheid kunnen bewegen. Kent u de straf die hierop staat, meneer Pierre?'
'De dood, Uwe Majesteit,' antwoordde de man dof.
'Wij zullen ons oordeel opschorten in afwachting van het officiële verslag over uw reis en uw activiteiten ten gunste van de Orde. Kamerheer, ga verder met de andere rapporten!'
De functionaris ging voort met om de beurt alle kapiteins weer af te roepen. Ditmaal gaven ze een nauwkeurig verslag van hun smokkelactiviteiten in het afgelopen jaar.
De jongens luisterden stomverbaasd, hoe volgens de rapporten enorme hoeveelheden koopwaar en juwelen van het ene land naar het andere waren gebracht en daar tegen ontzettend hoge prijzen waren verkocht.
'Denk je eens in dat dit al die jaren is doorgegaan, Joe!' fluisterde Frank. 'Wacht maar eens tot we dit aan vader vertellen.'
'Ja, 'wacht maar eens' is goed. We zullen nog een hoop beleven voor we ons huis weerzien. Luister, kapitein Reynolds spreekt. Dan is ons schip aan de beurt!'
Een verweerde kapitein beëindigde net het verhaal van een gruwelijke belevenis die tijdens zijn werk als smokkelaar in Europese havens had plaatsgevonden.
'Heel goed!' prees de koning van Barracuda. 'Denk eraan, mijn trouwe onderdanen, dat jullie eerste gedachte steeds aan ons eiland moet zijn. Al het andere komt pas op de tweede plaats!'
'Bloeddorstige ouwe rover!' mompelde Joe. 'Ze moesten hem neerschieten!'
'Praat niet zo hard, anders schiet er straks iemand op ons!' waarschuwde Frank.
De kamerheer riep met een bevelende stem de naam van kapitein Mundy af.
'Uwe Majesteit, ik heb in het afgelopen jaar mijn werk voor het grootste gedeelte samen met meneer Pierre gedaan. Mijn rapport is hetzelfde als het zijne.'
Er volgde een intense stilte toen de man weer ging zitten.
'Meneer Pierre, Zijne Majesteit zal thans naar uw rapport luisteren!' klonk de zware stem van de kamerheer.
Opgewonden wachtten de jongens op het verhaal dat hun bewijsmateriaal tegen deze geheimzinnige smokkelaars, die zichzelf leden van een geheim genootschap noemden, zou completeren.