15

Om zes uur werd ik gewekt door het naargeestige gekraai van een haan. Even verderop in de straat woonde een man voor wie het houden van kippen allang geen hobby meer was. In zijn achtertuin had hij een klein Barneveld gecreëerd. Het gaf niet alleen een hoop herrie, maar als de wind verkeerd stond hing er in ons piepkleine tuintje een smerige ammoniaklucht. Klaarblijkelijk kon dit allemaal in Friesland en ik vroeg me af welke straf er boven je hoofd hing als je zo’n beest met een groot mes om het leven bracht. Waarschijnlijk ging je dan met een skûtsje het IJsselmeer op en werd je driemaal gekielhaald.

Chagrijnig trok ik het kussen over mijn hoofd. Zelden had ik zo opgezien tegen de dag die komen ging. Ik had er heel wat voor over om vandaag aan het werk te gaan bij het vertrouwde P&R. Met een kopje koffie de dag beginnen met mijn collega’s. Roddelen over je nieuwste veroveringen. De zenuwachtige kriebel die je kreeg als je deadline naderde. Heisessies, kloosterweekenden en saunamiddagen waar de klant grif voor betaalde en die maar één doel hadden, namelijk om urenlang met elkaar te sparren en creatieve ideeën op elkaar los te laten. Pas na een hoop onzin en extreme flauwekul kwamen we tot iets zinvols. Vaak zo simpel en zo voor de hand liggend dat ik me meestal afvroeg of al die ingewikkelde geestelijke handstandjes nou echt nodig waren. Maar wat miste ik het! Zelfs een hele dag vergaderen met Gré Fontein leek me een verademing. Alles beter dan Kolderwolde.

Ik dommelde weer een beetje weg, maar schrok om halfacht overeind van de herrie van de kerkklok die Kolderwolde erop moest wijzen dat er belangrijkere dingen in het leven waren dan in je nest liggen.

Zuchtend stond ik op en ging eerst een halfuur onder de stortdouche staan. Ik nam aan dat Freek nog lag te slapen en op mijn tenen sloop ik door de keuken en probeerde zo zachtjes mogelijk het ontbijt voor mezelf klaar te maken. Ik kon een glimlach niet onderdrukken toen ik me realiseerde dat ik deze gewoonte van Klaas had overgenomen. Thuis rende ik meestal het huis uit en schoot het ontbijt er vaak bij in. Als ik al ontbeet dan was het met een yoghurtje en een kopje thee, maar nu rook het heerlijk naar geroosterd brood en verse koffie, en perste ik een sinaasappel.

Als een muis zo stil sloop ik door de keuken en ik vroeg me af of het huurcontract mij voorschreef om zo veel rekening te houden met mijn medehuurder. Ik zag weer zijn spottende blik voor me en het feit dat hij me totaal genegeerd had, was ik ook nog niet helemaal vergeten. En dus knalde ik de radio keihard aan.

Binnen vijf minuten stond een slaperige Freek in de keuken. Zijn haren rechtovereind en slechts gekleed in een geruite pyjamabroek. Ik wilde wel mijn ogen afwenden van zijn werkelijk schitterende torso, maar het lukte niet. Als een bakvis bleef ik maar staren naar dat onbeschrijfelijk goed geproportioneerde bovenlichaam.

‘Moet dit?’ vroeg hij slechts.

Ik was in de veronderstelling dat hij het had over mijn starende blik. ‘Sorry.’ Ik keek onmiddellijk naar de grond.

‘Die radio? Moet die zo hard?’

‘O, die.’ Ik deed verder niks en bleef gewoon zitten.

Zuchtend liep hij naar de radio en zette hem uit.

‘Koffie?’

‘Nee, als je het niet erg vindt dan ga ik weer naar mijn bed. Ik was lekker aan het slapen. Misschien kun je wat stiller doen?’ Hij keek me een beetje minachtend aan.

Ik weet niet wat er met mij gebeurde, maar een plotselinge aanval van razernij kwam in mij naar boven. Het zal een combinatie zijn geweest van de kippen, de kerkklok en Kolderwolde, maar binnen een paar seconden was ik weer getransformeerd in de bitchy, zakelijke reclamedame van P&R. De dame die zich de kaas niet van het brood liet eten en die desnoods bereid was om een ander verbaal onder de grond te schoffelen om haar punt te maken.

‘Jij arrogante idioot. Wie denk je wel niet dat je bent? Jij komt hier in een totaal gespreid bedje terecht en denkt mij een beetje te kunnen vertellen op welke stand de volumeknop van de radio behoort te staan, terwijl je ondertussen nog niet eens de moeite hebt genomen om je behoorlijk voor te stellen. De afgelopen weken heb ik hier, samen met Klaas, de hele boel opgeknapt. Als dus iemand hier in dit huis de regels bepaalt, dan ben ik het wel. Heb je dat begrepen, onvriendelijke gnoom?’

Ik schaamde me een beetje over mijn laatste opmerking. Ik kon onmogelijk zeggen dat hij een gnoom was. Hij mocht dan bijzonder irritant zijn, hij was wel een lekker ding.

‘Je hebt helemaal gelijk.’

Ik keek hem verbaasd aan.

‘Het spijt me, maar gisteravond werd ik op een onprettige manier geconfronteerd met het feit dat ik de komende maand met een medehuurder opgezadeld zit. Ik had een huisje in Arum gehuurd maar er is iets misgegaan, dus zo ben ik hier terechtgekomen. Het spijt me dat ik mijn humeur op jou botvier, maar ik was echt akelig verrast. Ik zit er gewoon niet op te wachten om een huis te delen, maar als ik Zandstra moet geloven dan heb ik weinig keus.’

Ik glimlachte. ‘Koffie?’

‘Graag.’

‘Je verhaal komt me bekend voor. Ik had een huisje in Pingjum gehuurd dat bevolkt werd door vier Poolse bouwvakkers. Zo kwam ik hier terecht. Een dag later kwam Klaas en samen hebben we dit huis opgeknapt.’

‘O, dus dat is het beleid van Zandstra.’

‘Ik weet het niet, misschien bedoelt hij het goed en kan hij gewoon geen nee zeggen.’

‘Jij hebt een aparte visie op het fenomeen dubbel verhuren.’

‘Hoe kom je hier eigenlijk terecht?’ vroeg ik en probeerde niet al te nieuwsgierig te klinken.

‘Mijn huis wordt verbouwd. Dat gaat een maand duren en aangezien ik deze zomer geen tijd heb voor een vakantie wilde ik het nuttige met het aangename combineren. Een beetje zeilen en werken in Friesland.’

‘Wat doe je voor werk?’

‘Ik werk voor mezelf. Ik ontwerp computerspelletjes.’

‘Computerspelletjes?’

‘Hoor ik afkeuring in je stem?’

‘Nee, hoe kom je daar nou bij?’ haastte ik me te zeggen.

‘De meeste mensen begrijpen niet wat ik doe. Hebben ook geen idee hoe belangrijk mijn werk eigenlijk is.’

Ik keek hem verbaasd aan. Wat een ongelooflijk gefrustreerde aap.

‘Neem nou Second Life,’ ging hij verder.

‘Second Life?’

‘De driedimensionale wereld op internet!’

Ik knikte slechts. Ik had erover gelezen, maar het nut van het gebeuren was mij geheel ontgaan.

‘Heb jij nog geen tweede leven gecreëerd?’ vroeg hij verbaasd. ‘Zelfs de overheid en universiteiten gaan eraan meedoen. Je mag wel opschieten. Voor je het weet is het ook daar weer vol.’

Ik slikte even. Het laatste waar ik behoefte aan had was om nog een leven te gaan leiden. ‘Ik geloof dat ik met mijn eerste leven al moeite genoeg heb, ik zit niet echt te wachten op Christel II in virtual space.’

Hij keek me hoofdschuddend aan. ‘Wil je zeggen dat je nog nooit de wens hebt gehad om een tweede leven te leiden? Een leven waarin je het allemaal heel anders kunt doen? Een andere omgeving, met andere mensen?’ Hij trok zijn wenkbrauwen op. ‘Ben je zo tevreden met jezelf? Is dat het?’

Ik schudde mijn hoofd. ‘Ben je gek, ik ben helemaal niet tevreden met mezelf. Ik zou wel wat opgeruimder willen zijn. En mijn neus mag bijvoorbeeld ook wat rechter. En, o, ja. Graag steil haar. Je weet niet half hoe knettergek je wordt van krullen.’

Met ogen als schoteltjes keek hij me aan. ‘Je begrijpt er helemaal geen zak van, weet je dat?’

Ik wilde wat zeggen, maar hield me in.

Hij geeuwde een paar keer en zei toen: ‘Ik ben doodop, ik ga nog even slapen. Bedankt voor de koffie.’

Ik keek hem na en begreep opeens waarom de knul zo moe was. Die was natuurlijk hele dagen als ober aan het werk in een virtuele pizzeria. Of zou hij iets spannenders hebben gekozen? Ambtenaar bij het ministerie van Virtuele Zaken, asfalteerder van de elektronische snelweg. Of was hij gewoon zichzelf gebleven? De irritante maar bloedmooie Freek. Dat laatste wenste ik de medebewoners van die niet-bestaande planeet niet toe.

Ik bleef nog even zitten, nam de tijd om uitgebreid van mijn cappuccino te genieten en besloot dat ik die ochtend in Sneek zou doorbrengen. Het werd tijd om iedereen te mailen en op de hoogte te houden van mijn Australische avonturen, die zich in mijn eigen second life afspeelden. Ik hoopte maar dat Pim iets van zich had laten horen.

Met de radio lekker hard aan hobbelde ik in mijn eend richting Sneek. Zoals altijd was het doodstil op de weg. Het zonnetje straalde over de eindeloos uitgestrekte weilanden waar de koeien tevreden graasden, en ik genoot. Tot mijn eigen stomme verbazing genoot ik.

Net voorbij Woudsend begon de oude eend plotseling langzamer te rijden en hoe hard ik ook trapte op mijn gaspedaal, veel beweging was er niet meer in te krijgen. Hij stotterde en met een akelige plof sloeg mijn motor af en ik kon nog net de eend in de berm parkeren.

‘Shit.’ Ik graaide in mijn tas naar mijn mobieltje om tot de conclusie te komen dat die nog op de keukentafel lag. Dubbele shit!

Ik stapte uit en keek enigszins paniekerig om me heen. Ik zag koeien, koeien en nog eens koeien. In de verste verte was geen dorpje te bekennen. Ik had ook geen idee in welke richting ik moest lopen.

Vertwijfeld stond ik daar aan de kant van de weg. Ik had geen idee wat ik moest doen. Net op het moment dat ik besloot dat ik maar gewoon moest gaan lopen, kwam er een auto aan. Tegen beter weten in stak ik mijn hand omhoog. Wie nam er tegenwoordig nou nog lifters mee? Maar tot mijn stomme verbazing stopte de auto onmiddellijk en werd het raampje opengedaan door een wat oudere vrouw.

‘Problemen?’

‘Mijn auto doet het niet meer en ik heb mijn mobieltje op de keukentafel laten liggen.’

‘Wat heb je op de keukentafel laten liggen?’

‘Mijn mobieltje.’

Ze keek me aan alsof het woord haar vaag bekend voorkwam, maar ze het niet helemaal kon plaatsten. Ze schudde haar hoofd en zei: ‘Stap maar in, dan zet ik je af bij de boerderij van Harmsma. Dan kun je daar de garage bellen.’

Ik kon haar wel omhelzen. Wat een schat!

De familie Harmsma was zo mogelijk nog vriendelijker dan de oudere dame die mij een lift had gegeven. Ik kreeg onmiddellijk koffie met een enorm dik stuk koek en boer Harmsma ging meteen de ANWB bellen.

‘Over een halfuurtje is de wegenwacht er. Nog een kopje koffie? Neem er nog maar een stuk koek bij. Je bent zo dun!’ zei boerin Harmsma.

Blij verrast over zo veel vriendelijkheid bedankte ik ze. Met pech onderweg zonder mobieltje had je in de Randstad toch echt een behoorlijk probleem en ik achtte de kans bijzonder klein dat je in een flat in de Bijlmer kon wachten op hulp en ondertussen op koek en koffie getrakteerd werd.

Boer Harmsma schoof ook gezellig aan en zo zaten we daar aan de keukentafel. Ze vroegen niet waar ik vandaan kwam of waar ik naartoe ging. We zaten gewoon te genieten van onze rust.

‘Kom, ik breng je met de trekker wel even naar je auto. De wegenwacht zal er elk moment wel zijn,’ zei Harmsma nadat we de laatste kruimels van de koek hadden opgegeten.

Als iemand mij drie weken geleden had verteld dat ik op een trekker naar mijn kapotte eend zou worden gebracht door boer Harmsma en zijn hond Kees, dan had ik hem vierkant uitgelachen.

Boer Harmsma wachtte geduldig met mij tot de wegenwacht er was en bemoeide zich vervolgens volop met alles wat er zich onder de motorkap afspeelde. Bougies werden eruit gehaald en schoongemaakt, de olie werd gecontroleerd en de pakking werd nagekeken op lekkage.

Uiteindelijk zei boer Harmsma gekscherend: ‘Er zit toch wel benzine in?’

Ik kreeg een kop als een boei. Het zou toch niet waar zijn? Eén blik op de meter was voldoende. Bij mijn Alfa begon er van alles te knipperen en te piepen op het moment dat ik in de gevarenzone kwam, en dan nog kon ik er probleemloos tweehonderd kilometer mee rijden.

De heren keken me lachend aan. De man van de wegenwacht zei dat het de beste kon overkomen, maar mijn wangen bleven gloeien van schaamte. ‘Sorry, sorry,’ bleef ik maar herhalen. Toen ik wegreed zwaaiden ze me na!

Tegen elf uur was ik uiteindelijk in Sneek. Ik opende mijn mailbox en tot mijn stomme verbazing zat die tjokvol. Met een glimlach rond mijn mond keek ik tevreden naar al die vrolijke mailnamen waarachter mijn vrienden schuilgingen. Ik besloot eerst eens te checken hoe het met mijn wereldreis ging en klikte Pim1013 open.

Van: Pim1013@hotmail.com

Datum: vrijdag 7 juli 2007 12.30

Aan: Christel@hetnet.nl

Onderwerp: wereldreis

Hoi Christel,

Het is hier fantastisch. Wat een leven! De stallen worden prachtig. We werken ’s ochtends en na de lunch rusten we wat uit. Meestal ga ik om een uurtje of vijf een lange rit maken op een van de talloze paarden die de ranch rijk is. Ik kan inmiddels al een beetje mijn Frans oefenen, want de Zwitsterse dame is ingewisseld voor een Française. We werden helemaal gek van die jodelende edelweiss! Ze kon nog geen hamer van een nijptang onderscheiden. Charel daarentegen is zo handig! Een fotomodel dat kan timmeren. Zie je het voor je? Zo’n echte Française met van die prachtige lange haren. Ze kan ook nog eens hartstikke goed paardrijden, dus we hebben al heel wat tochten achter de rug. We hebben echt veel plezier. Ik hoop dat met jou ook alles goed gaat.

Groet, Pim

Ja, hallo! Hier kon ik dus niks mee. Ik kon moeilijk naar het thuisfront mailen dat ik met een enorm lekkere Franse dame aan het timmeren was. Laat staan paardrijden! Ik kreeg al pijn in mijn reet bij de gedachte dat ik uren op zo’n knol over de Australische prairie moest hobbelen.

Dus die Pim had het wel naar zijn zin met die Charel! Nog voordat ik het in de gaten had antwoordde ik hem.

Van: Christel@hetnet.nl

Datum: zondag 9 juli 2007 12.30

Aan: Pim1013@hotmail.com

Onderwerp: Charel???

Verliefd?

Een beetje humeurig opende ik de andere berichten. Mijn ouders hadden me een lief berichtje gestuurd met een gedetailleerd verslag van hun weekendje Lunteren. En Stella had ook ruim de tijd genomen om mij op de hoogte te houden van haar wel en wee. Het was een lang epistel, een ware lofzang op Elco. Minpuntje was wel dat hij een Landwind tegen een boom had geparkeerd en nu vreselijke last had van een whiplash.

Van: Stella en Elco@chello.nl

Datum: zaterdag 8 juli 22.09

Aan: Christel@hetnet.nl

Onderwerp: boom

Wat we nu toch hebben meegemaakt! Echt een drama, Christel. Zo van de ene op de andere dag rijdt Elco tegen een boom! Volgens hem stak er zomaar een hond over. Ik heb die niet gezien.

Shit! Zat Stella er bij in! Was zij dan nog wel helemaal heel? Zenuwachtig draaide ik op mijn stoel en las snel verder.

Wat raar is, want ik reed in mijn eigen auto voor Elco. Maar goed, als hij een hond heeft gezien dan zal het wel zo zijn. Nu is hij druk bezig met de verzekering en allerlei artsen, want zo’n whiplash moet je wel serieus nemen. Er zijn gevallen bekend van mensen die nooit meer aan het werk komen en voor de rest van hun leven nekklachten houden. Dus nu is hij met de verzekering het financiële gedeelte aan het regelen. Hij is tenslotte wel zelfstandig ondernemer. Verder zijn we heel fanatiek aan het sporten. Elco vindt dat een gezonde geest in een gezond lichaam thuishoort. Dat ben ik met hem eens en dus gaan we vier keer per week naar de sportschool. Het is wel een beetje zwaar, maar naderhand voel je je wel tevreden. Elco doet voornamelijk aan gewichtheffen. Je kent dat wel, in een keer zo’n enorme stang met twee van die gewichten omhoogstoten. Met zo’n oerkreet. Laat dat maar aan Elco over! En dan staat die daar een tijdje met een rood hoofd met zijn armen in de lucht. Ik weet niet of het wel zo gezond is, maar Elco vindt het helemaal geweldig. Heb jij het ook naar je zin?

    Liefs, Stella

Met open mond las ik het mailtje nog een keer. Wat moest ik hier nou op antwoorden?

Van: Christel@hetnet.nl

Datum: zondag 9 juli 2007 13.30

Aan: Stella en Elco@chello.nl

Onderwerp: boom + hond

Hoi Stella,

Met mij gaat alles goed. Ik heb het heel erg naar mijn zin in de keuken. ’s Ochtends koken we en na de lunch rusten we lekker uit. Ik heb inmiddels een leuke Franse collega gekregen en ik kan vast wat oefenen met het Frans. Ik hoop dat de whiplash van Elco meevalt. Het zou toch rot zijn als hij van de verzekering niet meer mag gewichtheffen!
xxx Christel

Ik klikte het volgende bericht open.

Van: Joris@hipperdepipdesign.nl

Datum: vrijdag 7 juli 2007 12.33

Aan: Christel@hetnet.nl

Onderwerp: fantastische herinneringen

Dag lieve schat,

Gaat alles goed? Ik wilde je nog even laten weten dat ik enorm genoten heb van jouw afscheidsmiddagje, dat natuurlijk weer ernstig uit de hand liep in een bacchanaal in restaurant Het Grootje! Hoe jij in Lemmer aan die rotswand bungelde en bij het insecten eten over je nek ging (net niet over de blote voeten van onze trainer). Ik heb er fantastische herinneringen aan. Ik mis je!

Heel veel dikke kussen, Joris.

Ik slikte een paar keer. Ik mis je! Heel veel dikke kussen! Dit leek verdomd veel op een liefdesverklaring. Voelde ik eigenlijk wat voor Joris? Ik probeerde het gezicht van Joris en zijn mooie grijsgroene ogen voor de geest te halen maar wat ik ook deed, het lukte niet. Ik zag slechts contouren. Snel klikte ik naar het volgende bericht. Het was van Suus.

Van: Suus@hetnet.nl

Datum: zondag 9 juli 2007 8.29

Aan: Christel@hetnet.nl

Onderwerp: exit XXL

Dag levensredder,

Het is gebeurd. Ik heb hem de bons gegeven! Had je dat ooit kunnen dromen? Hij probeerde natuurlijk meteen om mij te ontslaan maar dat heb ik uiteraard weten te voorkomen. Is hij nou helemaal besodemieterd! Waarom heb ik nooit gezien dat het een akelige, arrogante kwast is? Wat zit een mens toch raar in elkaar. Ik ben opgelucht maar ook heel verdrietig. Ik mis je ontzettend. Karlijn heeft het momenteel erg druk met haar werk. Ze heeft een of andere waanzinnige klus in Blaricum gekregen. Daar mailt ze je nog wel over. Ze heeft dus niet zo veel tijd voor mij. Nou ja, daar kan ze ook niks aan doen. Ik moet nu nadenken wat ik wil gaan doen met de rest van mijn leven. Erg lang wil ik niet meer bij XXL blijven werken, maar ik moet natuurlijk eerst iets anders vinden. Ik denk dat ik iets heel anders ga doen. Geen verzekeringen meer!

Maar wat????? Gaat alles goed met je?

Smakkerd, Suus.

Arme, dappere Suus.

Van: Christel@hetnet.nl

Datum: zondag 9 juli 2007 14.15

Aan: Suus@hetnet.nl

Onderwerp: trots op je!

Lief Soesje,

Wat goed van je. Ik ben echt heel erg trots op je. Neem rustig de tijd om rond te kijken wat er allemaal aan mogelijkheden zijn. Dan komt er vanzelf wel wat. Ik kan me voorstellen dat je verdrietig bent, maar een betere keus had je niet kunnen maken! Met mij gaat alles goed. Ik mail je snel weer. xx Christel.

Ik stuurde nog snel een kort mailtje naar Karlijn met het verzoek of ze een beetje op Suus wilde letten. Inmiddels liep het al tegen halfdrie. Net op het moment dat ik de mail van mijn collega’s wilde openen, kwam de langharige jongen van het internetcafé naar mij toe.

‘Sorry, maar je moet nu stoppen.’

‘Pardon!’ Ik keek hem verbaasd aan. Ik was nog niet klaar.

‘Deze computer is gereserveerd.’

Ik keek om me heen en alle vijf de computers waren in gebruik. Ik wilde wat zeggen. Iets wat de achterlijkheid van deze situatie goed weergaf, maar ik wist niks. Half Friesland had dus de beschikking over een internetcafé met vijf computers, die je klaarblijkelijk kon reserveren. Harmsma, de wegenwacht en de vriendelijke dame die mij een lift hadden gegeven ten spijt, vervloekte ik het gehele Friese volk. Kon het niet wat professioneler in dit achterlijke achterland van Nederland?

Uit pure nijd besloot ik ergens een terrasje te pikken en een enorme uitsmijter naar binnen te werken.