9
Ik had slecht geslapen. De halve nacht had ik wakker gelegen en me zorgen gemaakt over mijn zus. Ik was dolblij dat ik vanavond mijn vriendinnen zou zien en vroeg me tegelijkertijd af met wie ik het komende halfjaar al mijn grote en kleine problemen moest delen.
Ik nam een douche, kleedde me aan en besloot eerst de boodschappen te gaan doen voor het etentje met Suus en Karlijn. Ik had het idee opgevat om allemaal gerechtjes te maken uit de landen waar ik naartoe ging. Het was niet alleen een ongelukkig idee maar nog heel dom ook; koken was namelijk niet mijn sterkste kant. Daarentegen wist ik wel de beste adresjes voor sushi, kon ik iedereen feilloos de weg wijzen naar de gezondste viersterrensaladbar en zat de beste spareribboer van heel Amsterdam toevallig bij mij om de hoek. Ik had dus ook niet veel reden om ingewikkeld te doen in de keuken.
Met een blocnote en wereldkookboek voor mijn neus ging ik aan tafel zitten. Voortvarend ging ik te werk en begon met Australië. Mijn oog viel meteen op een gerecht dat bestond uit kangoeroe, aardappel en spinaziecurry. Uit praktisch oogpunt besloot ik de kangoeroe te vervangen door een voorverpakt stukje vlees.
Ik bladerde verder door het dikke wereldgerechtenkookboek en bij Rusland bleef ik zeker tien minuten twijfelen tussen bietenkaviaar en borsjtsj. Beide plaatjes deden mij vermoeden dat het wel eens heel erg smerig zou kunnen zijn, maar aangezien de bietenkaviaar qua ingrediënten het gemakkelijkste was – voornamelijk biet – koos ik voor dit Russische voorafje.
China zou ruimschoots vertegenwoordigd worden door een pak Lassie-rijst waarmee ik de aardappelen van het Australische hoofdgerecht verving. Omdat ik inmiddels het halve down-undergerecht al om zeep had geholpen besloot ik om de spinaziecurry te laten voor wat hij was en een zakje voorverpakte sla in huis te halen. Wel zo makkelijk.
Het toetje moest IJsland vertegenwoordigen: roomijs met warme chocola om het dampende effect van een geiser na te bootsen.
Zuid-Afrika liet zich verraden door heel veel wijn en Mexico zou gezellig meedoen in de vorm van guacamole en tortillachips. Uit de boxen liet ik gewoon veel Nepalese herriemuziek denderen. Volgens mij had ik op die manier alle landen wel zo’n beetje gehad.
Rond vier uur had ik alles klaar en hoefde ik alleen nog maar de nepkangoeroe in de pan te gooien. Tevreden keek ik rond. De tafel was gedekt en er stonden verse bloemen in een vaas. Bedoeld als een welkom voor Hans, die tenslotte wel goed voor mijn appartement moest gaan zorgen, en zo kon ik er zelf ook nog even van genieten. Mijn vriendinnen zouden pas rond zeven uur komen en ik besloot vast wat kleren in te gaan pakken en lijstjes te maken van de dingen die ik absoluut mee moest nemen naar Friesland.
Pas op dat moment realiseerde ik mij dat ik nog steeds niks had gehoord over de woonruimte in Arum en Firdgum. Ik geloof dat mijn hart zes slagen oversloeg en totaal gestrest mompelde ik tegen mezelf dat ik nog drie uur had voordat de dames zouden komen en nog twee dagen voordat ik daadwerkelijk moest vertrekken. Binnen een minuut had ik het nummer van de eigenaar van de zo felbegeerde woonruimte uit mijn computer geschud.
‘Met Holkema.’
‘Met Van der Zwaag, ik heb contact met u gehad over het huren van woonruimte in Arum en Firdgum. Weet u nog?’
Hij wist het nog.
‘U hebt mij niet meer gebeld.’
‘Dat klopt,’ zei hij in keurig Nederlands, maar met een enorm Fries accent. ‘Die woningen zijn niet te huur.’
‘Waarom niet?’
‘Daarom niet.’
‘Maar waarom had u ze dan te huur staan?’
Er kwam geen antwoord meer. Het werd mij op slag duidelijk dat er een wereld van verschil bestond tussen mij en de doorsnee Fries. Ik vroeg te veel, zij zeiden te weinig. Ik besloot het over een andere boeg te gooien.
‘Ik heb echt heel hard woonruimte nodig, meneer Folkema.’
‘Holkema is de naam, maar ik heb geen woonruimte.’
‘Kent u dan iemand die wel iets te huur heeft?’ Ik begon al aardig wanhopig te klinken.
‘Ik zal je het nummer van Bolkema geven. Misschien heeft hij wat.’
Ik haalde opgelucht adem. Het maakte mij niet uit hoe ik er kwam, als ik er maar kwam. Ik belde onmiddellijk Bolkema, die mij liet weten dat er niks vrij was, maar zijn zwager Fokke de Vries zat in de verhuur en dus belde ik Fokke.
‘Met Fokke de Vries.’
Wederom een zangerig Fries accent. Ik begon er al aan te wennen. Ik vertelde het hele verhaal van de woningen in Arum en Firdgum en de bijbehorende mannen: Holkema en Bolkema.
‘U bent mijn laatste hoop, meneer Sukke de Vries.’
‘Mijn naam is Fokke!’
Ik kreeg een knalrood hoofd. ‘Heeft u nog wat in de verhuur?’ vroeg ik zo snel mogelijk.
‘Mijn zwager heeft nog wel iets.’
‘Bolkema?’ vroeg ik verbaasd.
‘Nee, dat is de broer van mijn vrouw. Dit is de man van mijn zus. Zandstra.’
‘Kunt u mij het nummer van Zandstra geven?’
‘Ik regel de zaken voor hem. Het huis ligt in Pingjum.’
‘Waar?’
‘Pingjum!’
‘Ligt dat in de buurt van Lutjelollum?’
‘Zeker!’
‘Hoe ziet het huis eruit?’ Ik moest de woorden daadwerkelijk uit de man trekken.
‘Heel mooi. Het wordt verbouwd.’
‘Wordt? Ik moet er 15 juni in. Is het dan klaar?’
‘Jawel. Als het 15 juni klaar moet zijn, dan is het 15 juni klaar.’
‘Kunt u mij via internet een foto sturen van het huis?’
‘Dat heb ik niet.’
‘U hebt geen foto?’
‘Jawel.’
‘Dus…’
‘Ik heb geen internet.’
Ik zuchtte, net iets te hard.
‘Ik wil wel een foto opsturen per post. Dat doen wij wel.’
‘Tegen de tijd dat die hier is, ben ik al in Pingjum.’
‘Ja, dat is ook weer zo.’
Mijn hersenen draaiden op topsnelheid. Ik had weinig tijd om nog iets anders te vinden.
‘Weet u wat? Ik wil die woning graag voor een halfjaar huren. Kan dat? Het moet wel gemeubileerd zijn. Ik neem aan dat er een slaapkamer en een badkamer in zitten?’
‘Ja, het wordt helemaal verbouwd. Het is van mijn zwager Zandstra en die is heel secuur in dat soort dingen.’
‘Mooi.’ Tot mijn verbazing leerde ik snel en ontdeed mijn taalgebruik zich ook al van overbodige luxe toevoegingen. Binnen een mum van tijd hadden we de gegevens uitgewisseld en ik sprak af dat ik mij op 15 juni zou melden op het Hazenpad 18 te Hitzum, waar Fokke de Vries woonde. Dan zouden we samen met de sleutel naar mijn nieuwe huis gaan. Zelden had ik mij zo opgelucht gevoeld. Het enige waaraan het mij nu nog ontbrak, was een vervoermiddel om in Pingjum te komen.
Tegen zeven uur werd er lang en hard op de bel gedrukt. Het waren mijn vriendinnen, die ongeduldig stonden te trappelen bij de voordeur.
‘We hebben er zin in!’ riep Suus enthousiast. Achter haar aan kwam Karlijn binnen zetten. Met een glimmend gezicht van plezier en haar handen vol met cadeautjes.
Ik knalde meteen een fles veel te goedkope sekt open om hun komst te vieren en ondanks het feit dat het niet te drinken was, deden de bubbels toch feestelijk aan.
‘Op een fantastische reis,’ riep Suus.
‘Dat je maar veel avonturen mag beleven,’ zei Karlijn.
‘En vooral veel leuke, exotische mannen tegenkomt.’ Suus grijnsde mij breeduit toe.
‘Dat ik jullie niet al te erg zal missen.’ Ik keek ze een voor een aan en wist nu al dat ik geen dag zonder ze zou kunnen. Mijn trouwe vriendinnen. Ik schonk de glazen nog eens vol met het bocht en nam voor lief dat het echt absoluut niet te drinken was, maar daar hadden mijn vriendinnen weinig last van. Als bootwerkers sloegen ze het zure nat naar binnen terwijl ze mij ondertussen overstelpten met totaal zinloze cadeautjes.
Een opblaasluipaard, die met geen mogelijkheid meer in de originele verpakking terug te krijgen was en alleen maar mee kon als ik nog een tweede rugzak zou aanschaffen. Ontharingscrème van Suus, opdat ik de boel een beetje netjes hield. Een opvouwbare fluitketel om koffie te zetten in de jungle. Lucifers om een vuurtje mee te stoken en een elektrische melkklopper. Heel handig. Hoefde ik alleen maar in het stopcontact te stoppen en dan had je in een mum van tijd opgeklopte melk. Ook lekker handig voor in de jungle, aldus Karlijn. Twee magnetische fotolijstjes met pasfoto’s van de vrolijke hoofden van mijn dierbare vriendinnen. En een reisnaaigarnituurtje met maar liefst dertig miniklosjes garen in de meest vreemde fluorescerende kleuren en drie minuscule veiligheidsspelden.
‘Heb je nog wat van dat bubbelspul?’ vroeg Suus nadat ik ze uitgebreid had bedankt en gezoend voor hun nuttige cadeautjes.
‘Kom, laten we gaan eten, ik heb allemaal gerechtjes klaargemaakt uit de landen waar ik naartoe ga,’ zei ik enthousiast. ‘We beginnen met tortillachips en guacamole. Enig idee waar dat vandaan komt?’
‘Supermarkt?’ vroeg Suus, die al een beetje begon te loensen van de sekt.
‘Nee, ik bedoel uit welk land.’
‘Chili?’ vroeg Karlijn en haalde vragend haar schouders op.
Dat ging lekker! Lichtelijk wanhopig keek ik ze allebei aan, maar ze keken slechts glazig terug. Eén nul voor de sekt.
‘Ik had gehoopt dat jullie Mexico zouden zeggen,’ zei ik lichtelijk teleurgesteld. Als dit de hele avond zo doorging dan werd het een knap vermoeiend afscheidsetentje!
‘Mexico! Dat komt uit Mexico,’ zei Suus licht slissend en ze knikte heftig met haar hoofd.
‘Precies, dames! In november zit ik in Mexico en eet ik me kogelrond aan tortillachips en guacamole, maar die extra pondjes vliegen er ook zo weer af tijdens het paardrijden en daarna reis ik door naar Parijs en daar doe ik nog een cursus Frans.’ Ik keek ze voldaan aan en was benieuwd wat ze daarvan zouden vinden.
‘Sinds wanneer rij jij paard?’ vroeg Suus.
Mijn vriendinnen keken mij bijzonder dom aan.
‘Dat ga ik leren in het land waar straks het hoofdgerecht vandaan komt.’
‘Oké,’ zei Suus, maar ze was duidelijk het spoor bijster.
‘En die cursus Frans?’ vroeg Karlijn.
‘Dat leek me nou een leuke afsluiting. En het is nooit weg zo’n cursus! Je weet nooit waar het goed voor is.’
‘Sinds wanneer ben jij geïnteresseerd in de Franse taal? Ik kan wat gemist hebben maar…’
‘Nee, nee, jij hebt niks gemist, Karlijn. Maar deze cursus was in de aanbieding,’ zei ik snel en vroeg me af waar ik de onzin vandaan haalde.
‘Hallo, Christel. Er is zoveel in de aanbieding!’
‘Ik wou dat ze eens mannen in de aanbieding deden. Twee voor de prijs van één. Dat lijkt me nou echt spannend,’ zei Suus en ze keek er verontrustend dromerig bij.
‘Mister XXL in tweevoud?’ vroeg Karlijn. De walging was van haar gezicht te lezen.
‘Nee, ik bedoel eigenlijk twee leuke knullen van een jaartje of vijfentwintig,’ antwoordde Suus.
Nu was het mijn beurt om haar verbaasd aan te kijken omdat ik me afvroeg of dit de weg was die Suus moest gaan bewandelen na Mister XXL.
‘En jij, Christel. Hoe zit jij in het triogebeuren?’ vroeg Karlijn.
‘Lijkt me niks. Zo’n gedoe. Ik heb met eentje al moeite genoeg.’ Ik stond op en haalde de guacamole, die al lichtelijk begon te verkleuren, van tafel. Uit de koelkast haalde ik de bietenkaviaar en zenuwachtig vroeg ik me af of mijn treinreis door Rusland wel geloofwaardig over zou komen. Ik kwam nog net op tijd de kamer binnen om Karlijn te horen zeggen dat ze het wel eens met twee mannen had gedaan. Bijna liet ik de schaal met bietenprut uit mijn handen vallen.
‘Wat?’ riep ik verbaasd.
‘Ja, volgens mij heb ik dat nog nooit verteld,’ zei ze met rode wangen.
O, nee, hè. Die sekt leidde dus tot loslippigheid. Openbaringen waar we niet op zaten te wachten en die we beter voor ons konden houden.
‘En hoe was dat?’ vroeg Suus nieuwsgierig.
‘Weet je, het is heel erg, maar ik weet het eigenlijk niet meer.’ Ze maakte met haar hand de beweging die aangaf dat er voor het triootje nogal wat drank had gevloeid.
‘Goh,’ zei ik, ‘misschien is er dan wel niks gebeurd.’
‘In ieder geval niet iets wat indruk op mij heeft gemaakt,’ zei Karlijn en er was lichte teleurstelling in haar stem hoorbaar.
‘Wat is dit voor vieze rode meuk?’ vroeg Suus, terwijl ze met een smerig gezicht naar mijn keurig opgemaakte schaal met geslachte biet wees.
‘Bietenkaviaar. Dat komt uit Rusland. Daar ga ik met de Trans Siberië Express doorheen reizen.’ Ik zei het alsof het de normaalste zaak van de wereld was en ik mij met enige regelmaat door de Russische spoorwegen liet vervoeren.
‘Wauw,’ zei Suus.
‘Russen zijn ook heel bijzondere mannen,’ zei Karlijn.
Ik keek haar met opgetrokken wenkbrauwen aan. Dit werd me het avondje wel! De bubbels veroorzaakten een spraakwaterval aan vunzigheid en ik kon mijn lach amper inhouden. Grinnikend schonk ik voor de zekerheid de glazen vol met de door mij ruimschoots ingekochte tafelwijn. Het laatste restje bubbelzooi ging door de gootsteen.
‘Dames, proost. Deze wijn komt uit Zuid-Afrika. Daar ga ik zeilen nadat ik op safari in Kenia ben geweest.’ Ik keek ze triomfantelijk aan.
‘Verdomd, nu weet ik het weer!’ zei Karlijn. ‘Een van de twee was een neger. Goh, ik zie hem opeens voor me. Een enorm grote neger.’
‘Hoe groot?’ vroeg Suus nieuwsgierig.
Op dat moment moest ik zo hard lachen en dat werkte zo aanstekelijk dat we binnen een paar seconden over de grond lagen te rollen van de pret.
‘Weet je wie trouwens een nieuwe man heeft,’ zei ik gierend van de lach.
‘Vertel!’
‘Stella, mijn zus.’
Het was op slag stil.
‘Dat meen je niet,’ zei Suus.
‘Het is echt waar. Hij heet Elco en is importeur van de Landwind.’
‘Wat is dat in hemelsnaam?’ vroeg Suus.
‘Een Chinese auto. Overigens ga ik met die Trans Siberië Express ook naar China,’ voegde ik er nog even tussen neus en lippen aan toe. Ik wilde het verhaal wel compleet houden.
‘Elco is toch geen Chinese naam?’ Suus keek me verbaasd aan.
‘Nee, joh. Elco is geen Chinees. Hij is meer het type Hollandse bouwvakker. Je kent het wel. Grote handen en zo.’
‘Klein hartje?’ vroeg Karlijn.
‘Geen idee. In ieder geval weinig hersens.’ Ik vertelde ze tot op de komma nauwkeurig wat zich gisteren allemaal had afgespeeld en dat ik me zorgen maakte.
‘Heb je haar al gebeld?’ vroeg Karlijn.
‘Nee, dat moet ik nog doen,’ antwoordde ik schuldbewust.
Resoluut pakte Karlijn mijn telefoon. ‘Kom op, het is tijd voor een gesprek van zus tot zus,’ zei ze grijnzend, maar ze was duidelijk in voor een echt kippengevecht.
‘Overmorgen vertrek je voor een halfjaar. Dan moet je toch nog even met haar gesproken hebben?’
‘Ik weet het niet,’ sputterde ik tegen. ‘Ik weet niet wat ik ermee moet. Ik bel haar morgen wel.’
‘Ben je mal. Stel niet uit tot morgen wat je vandaag per mobiel kunt doen,’ zei Suus, die plotseling weer opmerkelijk helder was.
Inmiddels had Karlijn het nummer van Stella opgezocht en voordat ik het in de gaten had, kreeg ik mijn mobiel in mijn handen gedrukt en hoorde ik hem al overgaan.
‘Met Stella van der Zwaag.’
‘Hoi Stella, met Christel.’
Het was even stil.
‘Waarom bel je?’
‘Gewoon, ik… ik wilde het nog even met je hebben over Elco.’
‘Wat vond je van hem?’
‘Tja, wat zal ik zeggen. Ik had het niet zo verwacht. Het was een verrassing.’
‘Je vindt hem niet leuk!’
‘Nee, nee, dat wil ik niet zeggen. Maar ik maak me zorgen.’
Ondertussen gebaarde Suus dat ik mijn mobiel op de intercom moest zetten, zodat ze mee konden luisteren. Ik deed net of ik niet wist waar dat knopje zat, maar dat was niet handig, want voordat ik het in de gaten had drukte Karlijn op het knopje. Dom van mij. Ze had hetzelfde toestel.
‘Waarom maak jij je zorgen?’ schalde Stella’s stem door mijn huis.
‘Je zei zo weinig. Elco voerde de hele tijd het woord. Hij leek me zo… zo dominant.’
Karlijn stak tevreden haar duim op. Klaarblijkelijk deed ik het goed.
‘Elco is ook dominant. Dat vind ik juist zo leuk aan hem.’
Karlijn pakte haar servet, blinddoekte zichzelf ermee en ging vervolgens op de grond een onhandige sm-scène naspelen. Haar benen wapperden raar in de lucht en ik proestte het bijna uit.
‘Bedoel je dominant in de zin van dominant? Ik bedoel in de zin van… je weet wel.’
‘Ja, ook in bed,’ antwoordde ze laconiek.
‘Oké!’ Ik probeerde luchtig en heel gewoon te klinken, maar deze gênante informatie over mijn oudere zus joeg mij het schaamrood op de kaken. Ondertussen participeerde Suus in de voorstelling van Karlijn en ze rukte mijn kunstvaren van de vensterbank bij wijze van zweepje. Karlijn maakte gesmoorde knorgeluiden in een kussen om haar lach te onderdrukken.
‘Maar ik vond hem ook niet zo aardig, Stella. Sorry, dat ik het zeg.’
‘Dat geeft toch helemaal niet? Een hele hoop mensen vinden hem niet aardig, maar ik wel. Hij heeft ook een zachte kant. Een kant die weinig mensen kennen.’
‘Hoe lang ken je hem al?’
‘Al heel lang.’
Ik begon nattigheid te voelen. Hier klopte iets niet.
‘Drie jaar geleden had ik toch zo’n last van migraine? Ik ben toen naar een acupuncturist geweest.’
‘Ja,’ zei ik zachtjes.
Karlijn zat inmiddels weer op het puntje van haar stoel terwijl Suus met open mond luisterde en ondertussen probeerde om de varen weer in model te krijgen.
‘Die acupuncturist was toch een Chinees?’
‘Nee, dat was Elco.’
‘Elco was jouw acupuncturist?’
‘Ja, maar hij is vorig jaar gestopt met zijn praktijk.’
‘Waarom?’
Op dat moment stak Karlijn een naald uit het reisnaaigarnituurtje in het oor van Suus. Een doodskreet volgde en met een bloedend lelletje rende ze richting badkamer.
‘Wat was dat?’ vroeg Stella.
‘Ruis op de lijn, maar waarom is hij met zijn praktijk gestopt?’ vroeg ik ongeduldig.
‘Iets met een rechtszaak. Ik weet er ook het fijne niet van, maar nu doet hij in die Chinese auto’s. Hoe dan ook, ik ben verliefd op hem geworden.’
‘Maar toen was je nog…’
‘Getrouwd. Inderdaad. Toen Frits erachter kwam, was hij heel boos, maar toen ik het uitlegde, snapte hij het wel. Wat die naalden voor mij deden, kon Frits domweg niet compenseren.’
Shit zeg! Mijn zus Stella was gevallen op een idioot die rare dingen deed met naalden! Daar had hij vast iemand op een akelige manier mee om het leven gebracht wat een rechtszaak tot gevolg had gehad en nu ging hij nog meer slachtoffers maken met gammele Chinese auto’s. Mijn zus had als vriendje een psychopaat! Nee, dit telefoongesprek had me aardig gerustgesteld!
‘Ik snap wel dat dit misschien moeilijk te begrijpen is,’ zei Stella om de stilte te doorbreken.
‘Als jij maar gelukkig bent, Stella,’ zei ik zo rustig mogelijk.
Ik wilde ophangen, maar Stella zat inmiddels op haar praatstoel en zij zou vanaf nu bepalen wanneer het telefoongesprek beëindigd werd.
‘Ik heb gewoon een enorme band met Elco. Hij weet zo veel. Van naalden en waar je die het beste in kunt zetten. Dat heeft zo’n indruk op mij gemaakt.
Het gaat om drukpunten, energiebanen en gevoelige plekken. Daar weet Elco wel raad mee. Nou, ja, laat maar. Het geeft niet dat je het niet begrijpt.’
‘Nou, het geeft wel. Ik wil je juist graag begrijpen! Ik ga overmorgen weg en ik wil zeker weten dat jij gelukkig bent!’ Ik werd bijna emotioneel. Bubbels!
Ze was even helemaal stil.
‘Dat is lief van je,’ zei ze toen.
Nu was het mijn beurt om te zwijgen.
‘Ik ga je een geheim vertellen,’ zei ze op fluisterende toon, waarop mijn vriendinnen onmiddellijk dicht bij mij kwamen zitten. ‘Elco en ik gaan ons verloven en om dat te vieren gaan we naar China, zijn favoriete land. Zou het niet leuk zijn als we jou op komen zoeken als je daar bent? Dan kun je hem wat beter leren kennen in de omgeving waar hij zich zo thuis voelt.’
Ik trok bleek weg en nadat ik had opgehangen, sloegen mijn vriendinnen mij joviaal op de schouders.
‘Zie je wel dat het een goed idee was om te bellen, anders had je nooit dit fijne moment met Stella gehad,’ zei Karlijn.
‘Ja, zo zie je maar. Wat mooi toch, die band tussen zussen,’ zei Suus dromerig.
Ik had nog steeds geen kleur.