27

De zon scheen die dag iets minder fel, alsof hij wist dat het bijna herfst was. Logan en Jackie wandelden in Union Street en wurmden zich door de massa mensen die ook op de zaterdagochtend aan het winkelen waren. Ze hadden uitgeslapen, laat ontbeten en lang gedoucht. Jackie had de stekker van de telefoon eruit getrokken en Logan gedwongen zijn mobiele telefoon uit te zetten. Ze gingen genieten van een vrije dag, net als ieder ander normaal mens. Ze winkelden tamelijk willekeurig en kochten een paar flessen wijn, een cd en wat chocolade, waarna ze belandden in het Trinity Centre waar Logan rondhing terwijl Jackie kleren paste. Precies wat hij wilde doen op zijn vrije dag. Hij leunde tegen een muur, samen met een paar andere echtgenoten en vriendjes van vrouwen die ook hadden besloten op zaterdagochtend te gaan winkelen.

Terwijl Jackie in een pashokje bezig was met een lading bloezen en broeken, zette hij zijn telefoon aan om te zien of iemand had geprobeerd hem te bereiken. Er was een boodschap van een gedeprimeerd klinkende Colin Miller. Logan liep weg van de pashokjes, ver genoeg om te voorkomen dat de bonte verzameling verveelde mannen hem kon verstaan, maar dichtbij genoeg om Jackie in de gaten te kunnen houden, en belde hem terug. ‘Wat kan ik voor je doen, Colin?’

‘Hé, Laz.’ Colin zuchtte. ‘Ik vroeg me af of je misschien nog een nieuwtje voor me had?’

‘Wat? Alweer? Wat is er dan terechtgekomen van dat aan het spit geregen snolletje uit Litouwen?’

‘Niets. Daar is helemaal niets van terechtgekomen. Ik heb die kerel van het Gemeentelijke Bouwbedrijf gesproken. Hij zegt dat ze hebben gedreigd dat ze naar de pers zouden gaan met de foto’s waarop Marshall en hij te zien zijn met hun pik in dat meisje, als er geen vergunning zou komen voor dat bouwproject van Malk the Knife.’ Hij zuchtte opnieuw ‘Zie je de kop al voor je? ONROERENDGOEDGANGSTER HUURT MINDERJARIGE SNOL OM HET GEMEENTELIJK BOUWBEDRIJF TE CHANTEREN! Mooie primeur. Maar als ik dat publiceer maken ze me af.’

Logan wilde net toegeven dat Miller wel eens gelijk kon hebben, toen hij zag dat Jackie haar hoofd uit het pashokje stak en de verzameling verveelde mannen naar hem afzocht. Hij kon nog net snel van Miller afscheid nemen en zijn telefoon weer uitzetten voordat ze hem zag. Zodra ze hem in de gaten had, drukte ze hem een stapel kleren in de handen met de opdracht die te gaan zoeken in maat veertien. Terwijl hij de stapels bloesjes doorwerkte, vroeg hij zich af waarom hij erin had toegestemd deel te nemen aan deze expeditie. Waarschijnlijk omdat Jackie die ochtend een uitgebreid Schots ontbijt had klaargemaakt; een vredesoffer, zoiets als zijn Indiase kerriemaaltijd van de vorige week. En bovendien voelde hij zich nog steeds schuldig vanwege zijn droom over hulpofficier Rachael Tulloch. En haar bleke borsten…

Een uur later waren ze aangeland bij de afdeling ondergoed van Marks and Spencer; ongetwijfeld wilde ze daar nog wat meer ondergoed kopen om haar collectie aan te vullen, die voornamelijk leek te bestaan uit slagvast en kogelvrij spul, afkomstig uit ongebruikte legervoorraden van vóór de Eerste Wereldoorlog. Heimelijk zette hij zijn telefoon weer aan, met de bedoeling Miller terug te bellen om hem te vragen wat hij nog meer uit gemeenteraadslid Marshall had losgekregen. Op het scherm zag hij dat hij minstens tien voicemailberichten had, allemaal van inspecteur Steel. Zou hij haar terugbellen? Of zou hij haar negeren? Het was tenslotte zijn vrije dag. Hij belde haar terug.

‘Waar zit je in ’s hemelsnaam? Ik probeer je al de hele ochtend te bereiken!’

‘Het is mijn vrije dag,’ zei Logan, terwijl hij zijn blik afwendde van de stapels beugelbeha’s en zich ervan verzekerde dat Jackie nog bezig was in de paskamer.

‘Zeur niet zo; we zitten met een vermiste prostituee!’

‘We weten niet eens of ze wel écht vermist is.’

‘Nou, dan heb je het mooi mis. Ik heb vanochtend een bevel geregeld om die woning te kunnen binnengaan. Haar vriendje lag voor pampus in een plas met kots. Hij had haar al een week niet gezien.’

‘Misschien heeft ze een korte vakantie genomen?’

‘Ja, en misschien kom er parfum uit mijn reet. Schiet op en kom naar het bureau. We moeten iets bedenken.’

‘Het is mijn vrije dag!’ Hij draaide zich om en keek woedend naar een stapeltje strings. ‘Kan dit niet tot morgen wachten?’

‘Nee, dat kan toevallig niet!’

Zodra Jackie uit de paskamer kwam, zag ze dat hij iets stoms had gedaan. ‘Je gaat naar het bureau, nietwaar? Die taart heeft gebeld en nu ga je werken.’ Logan knikte. Ze keek hem boos aan en telde geluidloos tot tien. ‘Goed, ik wil dat je uiterlijk om zeven uur thuis bent, want dan gaan we eten. Als je te laat bent maak ik je af. En daarna háár. Begrepen?’

Logan kuste haar op haar wang. ‘Bedankt.’

‘Schiet nou maar op. En zorg dat je die zaak snel oplost, zodat je voorgoed van die vieze ouwe koe verlost bent.’

De vieze ouwe koe stond in de recherchekamer de whiteboards te bestuderen. In haar ene hand hield ze een viltstift en in de andere een bekertje slappe koffie. Er was een nieuw gezicht op het bord verschenen, maar de sectiefoto ontbrak nog. Steel bekeek het gezicht en tikte met de stift tegen haar gele tanden. Het nieuwe ‘meisje’ liep tegen de veertig. Ze had piekerig lichtblond haar, twee bruine ogen die niet allebei dezelfde kant opkeken, een scheve neus, een brede spleet in haar kin en een namaak schoonheidsvlek, die nog het meeste leek op een vette, zwarte mee-eter. Niet bepaald moeders mooiste. Dus helemaal de smaak van hun moordenaar. Inspecteur Steel draaide zich plotseling om en schrok toen ze Logan tegenover zich zag staan. ‘Waarom besluip je me op die manier?’ zei ze. ‘Wil je me een hartaanval bezorgen?’

Het leek Logan beter op die laatste vraag geen antwoord te geven. ‘Is dit Holly?’ vroeg hij, terwijl hij naar het nieuwe gezicht wees.

‘Ja. Waarschijnlijk ligt ze nu ergens met ingeslagen schedel in een greppel. We weten tenminste naar wie we moeten zoeken. Ik heb drie teams op pad gestuurd.’ Ze telde ze af op haar vingers: ‘Hazlehead, Garlogie en Tyrebagger, waar we de laatste hebben gevonden.’

Logan knikte. ‘Denk je dat hij twee keer naar dezelfde plek zal gaan?’

Daar verwed ik mijn linkertiet onder, maar voor de zekerheid wil ik de andere twee ook laten doorzoeken. En als dat niets oplevert, breiden we de zoekactie uit. Dan regelen we meer agenten en kammen we alle bossen uit, van hier tot aan Inverurie.’ Logan huiverde toen hij bedacht hoeveel tijd dat zou kosten.

‘Dus wat wil je dat ik nu ga doen?’ vroeg hij. ‘Want zo te horen heb je alles onder controle.’

Steel opende haar mond en sloot hem toen weer. ‘Al sla je me dood, ik zou het niet weten,’ zei ze ten slotte. ‘O, ja, dat is waar ook. Die vrouw van wie de echtgenoot is vermist heeft wel een miljoen keer gebeld, en je moet naar de klachtenafdeling. Hier.’ Ze gaf hem een handgeschreven briefje. ‘Als je opschiet dan is hij er nog.’

Logan zat in de kleine wachtruimte van de afdeling Interne Zaken en keek somber naar het briefje, dat hij nauwelijks kon ontcijferen. Hij kon Steel wel wurgen! Hoe haalde ze het in haar hoofd hem op zijn vrije dag te laten opdraven, alleen maar om die achterbakse Napier de kans te geven hem te vertellen dat hij zou worden ontslagen. Hoera! Wat een fantastische manier om een zaterdag te besteden. Eigenlijk moest hij nu de kamer binnenlopen, zijn politielegitimatie op tafel kwakken en tegen graaf Nosferatu zeggen dat hij het ding in zijn reet kon steken. Dat hij er genoeg van had. Dat hij…

‘Aha, brigadier, daar bent u. Wilt u even binnenkomen?’ Het was niet Napier, maar de stille inspecteur die normaal gesproken altijd ergens in een hoekje aantekeningen zat te maken. De stille inspecteur ging in een van de ongemakkelijke bezoekersstoeltjes zitten en gebaarde Logan hetzelfde te doen. Napier was nergens te bekennen.

‘Ik neem aan dat u weet waarom u hier bent,’ zei de inspecteur, terwijl hij een kopie van de klacht van Sissende Sandy tevoorschijn haalde. ‘De heer Moir-Farquharson beweert dat u hem onheus heeft bejegend en dat u hem heeft bedreigd, toen hij gisteren een bezoek bracht aan het bureau. U zou gezegd hebben dat u zijn vingers wilde breken. Klopt dat?’ Logan knikte en hield zijn mond dicht. ‘Juist,’ zei de inspecteur terwijl hij iets op het formulier krabbelde. ‘En waren er nog getuigen van dit incident?’

Logan zuchtte. ‘Nee. We waren alleen in de receptie.’

‘Werkelijk?’ De inspecteur leunde voorover in zijn stoel. ‘Meneer Moir-Farquharson beweert dat er nog een persoon aanwezig was. Een zekere…’ Hij bladerde door zijn notities. ‘Een zekere meneer Milne, die aangifte kwam doen van diefstal?’

‘Milne?’ Logan fronste zijn wenkbrauwen. ‘Wat? Malle Milne? Ja, die kwam inderdaad opdagen en ging tekeer over zijn recept dat zogenaamd was gestolen. Dat doet hij iedere vrijdag. Op die manier probeert hij extra dihydrochloride te krijgen van het afkickcentrum. Maar hij verkoopt het spul weer. Hij legt het geld bij de opbrengst van zijn inbraken en zodra hij genoeg heeft koopt hij er heroïne van.’

‘Ik begrijp het. Dat is dus niet bepaald een betrouwbare getuige.’

‘De laatste keer dat hij voor de rechter stond, noemde die hem een onverbeterlijke leugenaar met het morele besef van een rioolrat. Hij kon het zelf niet horen omdat hij te laat kwam opdagen.’

De inspecteur glimlachte. ‘Prima. Dan is het dus úw woord tegen dat van de heer Moir-Farquharson. Zeker als deze meneer Milne niet eens aanwezig was toen het gebeurde… prima, uitstekend. Nou, bedankt voor uw tijd, brigadier. U zult wel iets belangrijkers te doen hebben.’ En dat was dat. Logan kreeg een handdruk en kon gaan.

Hij bleef even staan in de gang. Ergens om de hoek klonk het geluid van piepende, vochtige schoenen op de smoezelige, olijfkleurige vloer. Wat was er nou net gebeurd? Hij begreep er niets van. Het leek wel alsof de inspecteur had geprobeerd hem te helpen… Misschien had hij eens een keertje geluk. Daar kon hij dan maar beter van profiteren, voordat het weer verdween. Logan charterde een paar geuniformeerde agenten, een kantoor en drie televisietoestellen met ingebouwde recorder. Ze gingen de banden bekijken die in het kader van operatie Assepoester waren geschoten tijdens de nacht waarin Holly McEwan was verdwenen.