Voorwoord
De twaalfjarige Dion, een Surinaamse jongen uit de Bijlmermeer, kwam de hal van de flat Kikkerstein binnen. Hij drukte op de knop van de lift, maar die was al onderweg. Toen de lift stopte, wilde hij de deur opendoen om diegene die erin zat eerst naar buiten te laten, maar de deur bewoog al. Tot zijn schrik bleek de ruimte leeg. Hij stapte in, drukte op het etagenummer en de deur ging weer dicht – tot iemand van buitenaf de deur weer opende. De liftdeuren schoven uiteen, maar in de hal stond nog steeds niemand. Dion drukte nu op het knopje om de deur te sluiten. Opnieuw deed iemand de deur van buitenaf open… en zo ging het een aantal keer.
Geesten. Althans, dat zei Dions vader, een bekende ‘wintipriester’ die praktijk houdt in de Amsterdamse wijk.
Radboud, koning van de West-Friezen weigerde het doopsel en liet christenen in een put met ongebluste kalk werpen. Zijn dochter, die de gevangenen hielp, sloot hij op in zijn kelder en liet hij een doornenkrans dragen. De Noord-Hollandse klederdracht, waarin de vrouwen witte kappen dragen, herinnert nog aan het hoofddeksel dat ze daarna droeg om de littekens te verbergen. Radboud werd wel ‘De vijand van God’ genoemd.
Deze twee verhalen staan – in uitgebreidere versie – in deze bundel. De eerste is een van de modernste, de tweede een van de oudste die ik selecteerde. Alle verhalen spelen zich af in Noord-Holland, op de grens tussen feit en fictie.
Leven er geesten in de Bijlmer? Wierp koning Radboud zijn gevangenen echt in een put met ongebluste kalk? Dat valt moeilijk te zeggen. Feit is wel dat op Kasteel Medemblik het valluik nog te zien is dat zou leiden naar de put. De flat Kikkerstein bestaat echt en de twaalfjarige Dion ook. Hij is inmiddels 34 jaar en treedt in zijn vaders voetsporen als wintipriester. Samen hielden ze dit jaar nog lezingen op het jaarlijkse Kwakoefestival in Amsterdam.
De verhalen in Mysteries in Noord-Holland spelen zich af in uw buurt: in de steden, in de polders en zelfs in het water waaraan u woont of werkt. Het zijn mysterieuze, sprookjesachtige vertellingen (‘De zeemeermin van Edam’; ‘De heks van Hoorn’), maar ook gruwelijke misdaadverhalen (‘De moord op Arie van Hemert in Hilversum’; ‘De mythe van snuff-kinderporno in Hoofddorp’). Want ook deze categorie mysteries prikkelt de verbeelding. Zeer recente misdaad heb ik vermeden, uit respect voor eventuele betrokkenen.
Ik heb mijn best gedaan voor een zo afwisselend mogelijke samenstelling, die de gehele Noord-Hollandse geschiedenis omvat – van de West-Friezen tot de Bijlmerramp – en die zich afspeelt in alle windstreken van uw provincie.
Elke plaats heeft een verhaal. Als er één les is die u uit deze bundeling kunt trekken, dan is het die wel. Dat moet toch een geruststellende gedachte zijn: zelfs over uw dorp, het fabrieksterrein waar u werkt, of op de plaats van een nabijgelegen nieuwbouwwijk valt iets spannends te vertellen. Na het lezen van Mysteries in Noord-Holland kijkt u vast met andere ogen naar uw leefomgeving.
Martijn J. Adelmund
Amsterdam, augustus 2006