Audrey
Een waarschuwing.
Alec weidde er verder niet over uit en zij vroeg er niet naar. Als hij het wilde vertellen, dan zou hij het wel doen. Misschien zou hij zichzelf waarschuwen voor haar? Ze keek toe hoe hij opstond en zijn schoenen en de wijnfles pakte.
‘Het is al laat en ik ben best wel kapot.’
Ze knikte en kwam ook overeind, volgde Alec terug naar de boulevard waar hij de fles in een van de vuilnisemmers deponeerde. Hij deed zijn schoenen niet aan. Hoe zou het beton aanvoelen onder zijn voeten?
‘Ik wilde dat ik zo’n type was dat haar schoenen uitdeed en gewoon op blote voeten verder liep als ze blaren kreeg.’ Onbevangen en vrij. Vooral dat laatste. Vrij. Alec bewoog. Hij zakte door zijn knieën, zijn warme hand omvatte haar enkel.
‘Wat doe je?’
Ze keek toe hoe hij de veters van haar sneakers losmaakte en haar voeten er voorzichtig uit schoof. Hij gaf haar de sneakers aan, kwam overeind en pakte haar hand. Voorzichtig wiebelde ze met haar tenen, voelde dat het beton glad was.
‘De wereld ligt letterlijk aan je voeten, Audrey. Maar je moet wel het lef hebben om te gaan lopen. Als je dat niet hebt, kom je inderdaad nergens.’
Ze wilde tegen hem zeggen dat ze nu hier zaten dankzij haar. Dat het hele gedoe met Mitchell rechtstreeks terug te leiden was naar haar beslissing om hem op te zoeken, maar ze zweeg omdat ze wist dat hoe vaak ze het ook zou herhalen, hoe vaak ze sorry zou zeggen, het niets aan de situatie veranderde. Het was dankzij Alec dat ze eindelijk in beweging was gekomen. Zo voelde het tenminste.
Alec zweeg en zij ook. In stilte liepen ze naar het hotel. Haar schouder raakte zijn bovenarm en met het gevoel van het harde beton onder haar voeten en Alec naast zich, ontspande ze iets.
De ontspanning sloeg om in het tegenovergestelde toen ze op de hotelkamer aankwamen. Alec ging als eerste naar de badkamer. Hij kwam terug in alleen zijn boxershort en ze probeerde niet te kijken naar zijn borstkas, naar het streepje haar dat over zijn platte buik liep, van zijn navel de rand van zijn short in.
Zijn huid was nu al bruiner dan vanochtend, toen ze uit het vliegveld stapten. Als zijn vader hier woonde, dan lag het waarschijnlijk aan diens genen. Hij was niet verbrand, maar zijn huid leek langzaam goud te worden.
‘Jij kan.’
Ze knikte en wendde haar blik af. Hij moest haar hebben zien kijken, maar reageerde verder niet. Toen ze langs hem liep, voelde ze zijn bovenarm langs haar schouder. Een streling in het voorbijgaan die haar niets dan meer verlangen bracht.
Dit keer was ze wel zo slim om een hemdje mee te nemen, waarin ze zou slapen. Het water uit de douche kletterde op haar neer en ze draaide zich zo dat het de knoop spieren in haar nek raakte. Het bracht iets van verlichting.
Toen ze uiteindelijk uit de badkamer stapte, lag Alec al in het bed. Het lampje op het nachtkastje naast hem brandde, de gelige gloed viel half over hem heen. De rest van Alec was in schaduwen gehuld. Hij lag op zijn rug, zijn armen boven zijn hoofd gevouwen, en tuurde naar het plafond. Ze wist niet of ze blij moest zijn dat hij nog niet sliep, dat zou alles misschien een stukje gemakkelijker hebben gemaakt. Dan zou ze stilletjes naast hem zijn gekropen en haar ogen hebben gesloten. Nu was ze alleen nog maar meer bewust van hem, van zijn lichaam en de belofte die tussen hen in hing.
Met ingehouden adem liep ze naar het bed. Alec draaide zijn gezicht naar haar toe, volgde haar bewegingen. Hoe ze om het bed heen liep en aan haar kant de dunne dekens iets omhoog trok en het bed in stapte. Ze nestelde zich op haar zij, haar gezicht naar hem toe, maar hij keek niet meer naar haar, wenste haar alleen een goede nacht en knipte vervolgens het lichtje uit waardoor de duisternis over hen heen viel.
Slapen bleek die nacht een uitdaging. Hoewel haar lichaam doodmoe was van alle gebeurtenissen van de afgelopen dagen, bleven haar hersenen op volle toeren doordraaien. Ieder moment verwachtte ze een klop op de deur, gevolgd door de komst van haar moeder, van Mitchell, van de hele tv-ploeg die haar al filmend kwamen halen. Of anderen, onbekenden, van politie, die Alec kwamen halen om hem terug te brengen naar Nederland.
Maar de klop kwam niet.
De momenten dat ze sliep, plaagden dromen haar. Van Mitchell. Van Alec. De situatie was omgekeerd en niet Mitchell lag bewegingloos op de grond, maar Alec. In paniek werd ze wakker, het klamme zweet als een glanzende tweede huid om haar heen. Ze had haar hand uitgestrekt en koesterde de enorme opluchting die door haar heen schoot toen ze hem voelde. Zijn borstkas die traag omhoog kwam en neerdaalde, liet haar hand trillen. Ze hield haar gespreide vingers over de plek waar zijn hart lag, als een soort extra bescherming. Een tweede ribbenkast die alle pijn buiten moest houden.
Nu was het ochtend en voelde ze zich gesloopt. Alec kleedde zich aan en vertrok naar de ontbijtzaal. Toen hij terugkwam, had hij een croissantje voor haar meegenomen en een beetje jus. Haar maag draaide om bij de gedachte aan voedsel, toch dwong ze zichzelf te eten.
Alec wachtte geduldig tot ze zich sterk genoeg voelde om uit bed te komen, te douchen en aangekleed de badkamer uit te komen. Hij zat nog steeds op de rand van het bed toen ze de douchedeur opende. Als hij al wat vond van het te korte, witte zomerjurkje, zei hij er niets van. Ze trok haar sneakers aan en besloot ter plekke dat ze twee dingen wilde.
‘Ik wil mijn haar knippen. En ik wil slippers.’
Alec trok een wenkbrauw op. Ze klonk inderdaad als een verwende prinses, maar het kon haar op dat moment niets schelen. Om haar punt duidelijk te maken, kamde ze met haar vingers door de strengen in elkaar geklit haar. ‘Ik zie eruit als een glamrocker uit de jaren tachtig.’
Hij lachte. Het geluid maakte de vermoeidheid ineens een stuk minder. ‘Met die jurk misschien eerder als Kate Bush.’
Ze draaide een rondje en bewoog met haar armen op dezelfde manier als de zangeres in haar clip, maar zong de andere tekst, het nummer dat haar dierbaarder was. ‘It’s you and me. Won’t be unhappy. C’mon, baby, c’mon darling, let me steal this moment from you now. Be running up that road. Be running up that hill. With no problems.’
Abrupt stopte ze. De tekst kwam zo natuurlijk naar boven, het kostte geen moeite om te zingen. Niet voor hem. Ineens onzeker keek ze hem aan.
Alec slikte, hij opende zijn mond om iets te zeggen, maar bedacht zich. Hij kwam overeind en overbrugde de korte afstand tussen hen in, legde zijn handen om haar gezicht en kuste haar. Zacht. Zijn lippen streelden over de hare en met zijn tong volgde hij het lijntje van haar gesloten mond. Ze opende voor hem en hij speelde met haar, liet zijn tong naar binnen en naar buiten glijden op een sensueel ritme.
Hij verbrak het contact veel te snel, deed een stapje terug en keek haar aan met ogen vol verwondering en verlangen. Zonder erbij naar te denken bracht ze haar vingers naar haar lippen en hield ze daar, alsof ze zo kon voorkomen dat het tintelende gevoel ooit zou stoppen.
‘Waar was dat voor?’
Hij trok een schouder op en er verscheen een voorzichtige glimlach. ‘Ik heb nu eenmaal een zwak voor eighties muziek.’
‘O.’ Ze wilde meer zeggen, iets geweldigs, waardoor hij haar weer zou kussen, maar ze kwam niet verder dan een letter.
Alec liep naar de deur en pakte de gitaarkoffer. Ze volgde hem naar buiten, naar de boulevard en verder, tot hij blijkbaar de plek had gevonden die hij zocht. Alec klapte de koffer open en haalde zijn gitaar eruit. Hij keek haar vragend aan, maar ze schudde resoluut haar hoofd. Zingen voor hem in de beslotenheid van hun hotelkamer was één ding… Zingen voor een publiek, zonder iets om de spanning eraf te halen, was iets compleet anders. En toch… toch was de paniek minder dan eerst. En werd die steeds minder bij het horen en zien van Alec, bij zijn gesloten ogen en sterke vingers die precies de juiste klanken uit de gitaar wisten te krijgen om haar te verleiden.
Zijn stem die precies wist hoe haar te verleiden.