Aantekeningen van de vertaler
Namen spelen een bijzonder grote rol in dit boek. Voor niet-Japanse lezers is het misschien nuttig te weten dat ‘Sala’ de Japanse naam is voor de shala of sal, een veelvoorkomende boom op het Indisch subcontinent, waaronder volgens de overlevering de Boeddha is geboren en ook gestorven. De naam ‘Kimoto’ betekent ‘onder de boom’.
‘Yuzuki’, Witjes eigenlijke naam, betekent ‘yuzu-boom’, en de yuzu is een Japanse citrusvrucht. Als Tsukuru in hoofdstuk 19 ruikt dat Eri haar haar met citrusshampoo heeft gewassen, associeert hij die geur onmiddellijk met Yuzu en begrijpt hij waarom Eri juist voor die shampoo heeft gekozen.
Het Japanse woord dat Murakami in hoofdstuk
4 voor ‘originaliteit’ gebruikt is
(dokusō, waarbij sō een alternatieve leeswijze
is voor
). Behalve dat het
karakter
gecompliceerder is
dan
, drukt het ook de nuance ‘iets nieuws beginnen’
uit, terwijl
eerder wordt gebruikt voor ‘iets nieuws
maken’.
==
In hoofdstuk 5 is het goed om te weten dat een belangrijke regel van de Japanse etiquette is dat men zichzelf niet inschenkt, maar wacht tot een van de andere aanwezigen dit doet.
En in hoofdstuk 19 ten slotte verwijst ‘de nachtmerrie’ naar het gifgasincident van 20 maart 1995, waarbij vijf leden van de Aum Shinrikyō-sekte elf zakken gevuld met het gifgas sarin doorprikten in wagons van de ondergrondse van Tokyo. Hierbij kwamen dertien mensen om het leven en 5500 mensen raakten gewond, van wie vijftig ernstig. Meer dan duizend slachtoffers lijden nu nog aan de gevolgen van het gas. Murakami schrijft hier uitvoerig over in zijn non-fictieboek Underground (1997-1998).