≡

24

Beste schrijver,

Waarom denkt u dat ik ‘op stap’ ben? Denkt u dat alle enigszins artistieke vrouwen na een bepaalde leeftijd getroffen worden door het Riefenstahl-syndroom? Hitler was niet mijn jeugdideaal en ik heb noch interesse in diepzeeduiken noch het minste verlangen de mooie jongens van het Nouba-gebergte te vereeuwigen (die tussen twee haakjes door de plaatselijke autoriteiten op grote schaal worden afgeslacht zonder dat het iemand iets kan schelen). Om u de waarheid te zeggen heb ik niet eens de kracht – verstuikte enkel – om naar de markt van Belleville te lopen. Mijn kleinzoon Frédéric zorgt dat ik te eten krijg en ik wacht tot de zwelling verdwijnt, dat is het enige wat ik op mijn programma heb. U zult me de elfde dus voor mijn raam in de Rue des Envierges zien zitten, net als de vorige keer. Op vouvray-tijd alstublieft.

Ik wil u wel om een gunst vragen. Wilt u me van tevoren sturen wat u geschreven hebt? Ik ben heel benieuwd met welke saus u mijn restjes hebt overgoten. In ruil daarvoor zal ik u wat dingetjes over mijn jeugd onthullen die u misschien aan uw vriendin Fanchon zullen doen denken.

O! Dat zou ik bijna vergeten. Wist u dat half oktober De Dictator weer draait? Reikt dat soort nieuws helemaal tot in uw Vercors?