Hoofdstuk 14

 

Toen ik het motel bereikte, zag ik dat de blauwe Volkswagen me voor was geweest. Ik had weinig behoefte gehad aan snel rijden. Trouwens, ik moest bij een telefooncel stoppen om naar Washington te bellen en volledige rapporten te vragen over een vrouw die zich Catherine Smith noemde, een man die zich Max noemde en een echtpaar dat plaatselijk bekend stond als de heer en mevrouw Ernest Head, maar die in het verleden onder andere namen door het leven waren gegaan. Ik had voor al die namen betaald. Het leek me dan ook maar het beste om ze aan de machine te geven, al had ik zo mijn twijfels of ik de inlichtingen tijdig genoeg zou ontvangen om er nog iets aan te hebben.

Ik zag Sheila uit haar kleine auto stappen toen ik kwam aanrijden. Ze liep naar me toe toen ik de stationcar parkeerde.

'Gaat het goed met je?' vroeg ze fluisterend. 'Toen je niet meteen achter me aankwam, maakte ik me ongerust. Kom mee. Ik moet die brandwonden verzorgen.'

Ze opende het portier van de auto en wilde me helpen bij het uitstappen, maar ze herinnerde zich haar neurose omtrent heteroseksueel contact en vermeed het nog juist me aan te raken. Of misschien realiseerde ze zich gewoon dat een man die honderd tachtig pond weegt, er al erg aan toe moet zijn, wil hij het op prijs stellen door een lichtgewicht-meisje uit een auto geholpen te worden. Ze pakte wel de sleutel van de motelkamer uit mijn hand en opende de deur voor me en sloot hem weer achter me.

Ik vroeg: 'Waar ben jij op uit, Dunne? De titel van Moeder van het Jaar? Jezus, ik heb me wel eens erger geschroeid bij

het opsteken van een sigaret.'

Ze keek verbaasd en gekwetst; toen lachte ze. 'Okay. Wees maar dapper. Wees maar heldhaftig. Wil je iets drinken?'

'En of.'

'Met ijs?'

'Als er nog iets over is.'

'Het is allemaal gesmolten,' zei ze. 'Ik haal nog wel wat. Ik ben zo terug.'

Ik wilde een beschaafd protest laten horen, maar ze had het kartonnen emmertje al gepakt en was de kamer uitgeglipt. Ik ging op het bed zitten en trok mijn hemd uit. Toen ik het slagveld onderzocht had, kwam ik tot de conclusie dat het, hoe het er ook mocht uitzien, geen grote catastrofe was. De enige brandwond die diep ging, zat op de schouder. Op andere plekken was ik alleen wat huid kwijtgeraakt. Het feit dat het pijn deed als de pest, was, voor een stoere agent met mijn dappere en stoïcijnse karakter, van geen betekenis. Dat was tenminste de bedoeling.

Ik haalde de tube zalf die Catherine Smith me gegeven had, uit mijn zak. Ik zat het etiket te lezen en medelijden me me zelf te hebben, toen Sheila weer zacht binnenkwam. Ze zette het ijsemmertje op het dressoir, stapte op me toe, keek naar me en trok de tube uit mijn hand.

'Je gaat dat spul toch niet gebruiken?'

'Waarom niet?'

'Het enige waar ik met haar op vertrouwen zou, is dat ze me syfilis geeft!'

Ik zei: 'Dat is waarschijnlijk het enige wat ze je niet kan geven, Dunne. Ik verkeer tenminste in de mening dat geslachtsziekten zich niet op die manier verspreiden.'

'Je weet wel wat ik bedoel!'

'Tuurlijk,' zei ik. 'Het is een vreselijk mens. Okay? Krijg ik nu die borrel van je?'

Sheila gooide de zalf op het bed en liep door de kamer. Ze droeg nog steeds de zomerjurk met de wijde rok, maar ze had haar hooggehakte schoenen verwisseld voor een paar witte tennisschoenen, die beter geschikt waren voor detectivewerk. Ze zag eruit als een h.b.s.-meisje. Ik keek toe hoe ze mijn borrel inschonk en vroeg me af waarom ik zo'n vreemd, geknepen gevoel in mijn keel kreeg als ik naar haar keek, een gevoel dat de sexy juffrouw Smith in haar zwarte lingerie helemaal niet had opgewekt. Nauwelijks, tenminste. Ik kwam tot de conclusie dat ik oud en vaderlijk en beschermend aan het worden was - of een groot expert in het me zelf voor de gek houden.

Ik zei tegen haar rug: 'Ik heb je nog niet bedankt voor je goed getimede hulp.'

Tot mijn verrassing zag ik haar ineenkrimpen, alsof ik iets scherps en wreeds had gezegd. Ze draaide zich snel om en keek me aan.

'Hou me niet voor de gek!' zei ze zacht.

'Dat doe ik niet...'

'Ik weet wel dat ik me belachelijk heb gemaakt!' Haar stem klonk laag. 'Dacht je dat ik dat niet wist? Je had er beter aan gedaan een groentje uit te zoeken om je te helpen. Die zou zich wel herinnerd hebben hoe hij een deur binnen moet gaan met een revolver. Daar zat je toch aan te denken, is het niet? Ik neem het je niet kwalijk. Maar je hoeft niet sarcastisch te worden!'

Ik zei: 'Het was niet sarcastisch bedoeld. Toevallig is alles goed verlopen. We hoeven geen vuurwerk te verklaren, ons niet van lijken te ontdoen. En jij kwam precies op tijd. Ik vroeg me net af hoe ik me er uit moest smoezen, toen jij binnenstormde.' Na een korte stilte zei ik: 'Maar het is natuurlijk niet de bedoeling dat je me zonder opdracht schaduwt, liefje.'

Ze kwam naar me toe met een glas, dat ze me in de hand drukte. 'En het is ook niet de bedoeling dat jij me als een kind naar bed stuurt, omdat je vindt dat ik er moe uitzie. Als ik een stevige, stoere vent was geweest, had je je vanavond toch door me laten dekken, nietwaar? Dat zou gewoon routine geweest zijn. Okay, daarom heb ik het gedaan.' Even later pakte ze de tube zelf op, prikte er een gat in, kneep er wat zalf uit en rook er argwanend aan. 'Ach, het zal wel geen kwaad kunnen. Hoe voel je je?'

'Best,' zei ik. 'Ons, doorknede veteranen, kun je geen pijn doen. We zijn allemaal gemaakt van neushoornhuid en oud ijzer ... Au!'

Ze begon de zalf op de brandwond op mijn schouder in te wrijven, net alsof ze een gewoon meisje was in plaats van een psychiatrisch geval dat er niet tegen kon te worden aangeraakt door een man, of zelf een man aan te raken. Ik was een tikje verbaasd en kon me niet weerhouden een snelle blik op haar gezicht te werpen. Het zag er roze en wit en vastberaden uit. Ze concentreerde zich sterk op wat ze aan het doen was en keek me niet in de ogen. Het enige probleem was, dat ze niet erg zachtzinnig was.

Ik zei: 'Hee, rustig aan.'

'Oh, jij!' zei ze zachtjes. 'Jij en die overontwikkelde teef in haar kiekeboe-korset. Zwart! En kousen, zwarte nylonkousen op deze tijd van het jaar! Kun je het nog opvallender aanpakken?' Ze begon aan mijn borst. 'Leun een beetje achterover.'

'Hee, Dunne,' zei ik, 'je bent een voyeuse, dat ben je.'

'Het raam stond open. Moest je haar zo nodig kussen?'

Ik zei: 'Op het etiket staat dat het zacht moet worden ingewreven, schatje. Een stevige massage is niet nodig. Deze stad schijnt uit te puilen van de vrouwelijke sadisten.' De druk werd iets minder. Ik keek haar weer aan. 'Wat moest ik dan doen, een intellectueel gesprek voeren met een vrouw die in haar ondergoed stond te wachten tot haar maat uit de slaapkamer kwam sluipen om me neer te slaan? En wat gaat het jou trouwens aan?'

Ik had het luchtig en terloops bedoeld, maar mijn terloopse aanpak scheen die avond niet te werken. Haar hand bleef abrupt stil hangen. Even later stapte ze achteruit en keek me op een vreemde manier aan. Haar ogen stonden wijd open en waren geel. Ze keek neer op de kleverige vingers van haar rechterhand en naar de tube in haar linkerhand, die ook kleverig was. Ze zocht naar iets waar ze haar handen aan kon afvegen en kon niets vinden. Ze liet de tube vallen, draaide zich om en rende naar de deur.

Ik stond zo langzamerhand overeind, maar ze zou me te vlug af geweest zijn, als de deurknop haar geen parten had gespeeld en haar handen niet zo glibberig waren geweest; dat gaf me de kans haar te bereiken. Ik greep haar bij de blote schouders en duwde de deur met mijn voet dicht. Ze bleef volkomen stil staan.

'Raak me niet aan!'

'Hou op,' zei ik. 'We hebben dat raak-me-niet-aan-spelletje-gestopt, weet je nog? Net als het ik-zeg-niks-spelletje.'

'Laat me los,' fluisterde ze. 'Alsjeblieft!'

Ik liet haar los. Ze draaide zich om en keek me aan, terwijl ze ervoor zorgde dat haar kleverige handen haar jurk niet raakten.

'Het spijt me,' fluisterde ze. 'Ik heb ... ik heb me aangesteld en melodramatisch gedaan. Het gaat wel weer.'

'Reken maar.'

'Dr. Stern heeft het me uitgelegd,' zei ze. 'Hij noemde het, geloof ik, een overdracht. Dat is alles. Gewoon een overdracht.'

'Tuurlijk,' zei ik, 'gewoon een overdracht.'

'Het is volkomen natuurlijk,' zei ze. 'Ik bedoel, het is jouw schuld niet. Ten slotte heb jij mijn leven gered.'

'Ik en nog drieëntwintig andere mensen.'

'Maar die hebben niet allemaal blaren op hun handen gekregen door mij weg te dragen. Zij hebben ... zij hebben me geen milkshakes gevoerd en met me gepraat alsof ik een mens was en geen stuk wrakhout. Zij hebben me niet uit die tent gehaald waar die griezels bezig waren mijn hersens uit elkaar te halen alsof ik een kapotte klok was waar ze allemaal nieuwe veren en wieltjes in konden zetten waar ik geen behoefte aan had ... Laat me nu naar mijn kamer gaan, Eric,' fluisterde ze. 'Alsjeblieft.'

'Tuurlijk,' zei ik.

Ze maakte geen aanstalten. 'Oh, verdomme,' fluisterde ze. 'Je bent een doodgewone man, een beetje langer dan gemiddeld. Je bent eigenlijk helemaal niet zo aardig. Ik bedoel, je versiert het zelfs zo, dat je gaat flirten met een vrouw, omdat het voor je werk nodig is. Voor je werk! Ik heb je wel gezien! En je bent niet erg dapper ook, met je gesteun en gekreun, zoals iedereen die pijn heeft. Ik heb je wel gehoord. Ik snap niet waarom ik ... ik bedoel, er is niets bijzonders aan je. Ik snap niet waarom een vrouw zou willen ... Eric.'

'Ja.'

'Schop me de deur uit. Zorg dat ik verdwijn. Het is alleen maar een overdracht. Een eenvoudig psychologisch verschijnsel. Het is niet eerlijk om me me hier te laten aanstellen. Het is niet eerlijk om te lachen.'

'Ik lach niet,' zei ik.

Het was opeens erg stil in de kamer. Ze schudde even haar hoofd en keek naar me op. Toen stapte ze naar voren, of misschien was ik dat wel, dat weet ik niet meer. Toen bleven we staan. Er waren enkele praktische overwegingen waar rekening mee gehouden moest worden.

Een van ons lachte, misschien deden we het allebei wel, dat weet ik ook niet meer; en Sheila draaide zich snel om en toonde me haar rug. 'Als je me er niet uitschopt,' fluisterde ze, 'als je dat niet doet, dan kun je me beter even helpen met mijn jurk, voor ... voor we dat spul er allemaal opsmeren.'