DE ZEEPBEL BARST
Uit louter boosaardigheid besloot Fern dat de suite van Charlottes ouders de enige was die ze goed genoeg vond voor haar en Morton. Ik dacht dat Fern zich er gemeen over verkneukelde, want ze kwam niet terug op haar besluit toen ze zag hoe het de arme Charlotte van streek bracht. Het idee dat er iemand anders in die kamer zou slapen maakte Charlotte kennelijk doodsbang. Het was of haar vader haar nog steeds kon straffen omdat ze het goedvond. Niet dat ze veel keus had. Fern was onverbiddelijk, zelfs al moest de kamer grondig worden schoongemaakt.
'Hier heeft al jarenlang niemand meer geslapen,' zei Charlotte nadrukkelijk. 'Hij is niet gebruikt sinds... mijn papa is gestorven.'
'Dan wordt het tijd dat het weer eens gebeurt,' antwoordde Fern onbewogen. Ze vond het lichtknopje en draaide de lamp aan het plafond aan, waardoor nog meer stof, vuil en spinnewebben te zien kwamen. 'Prinses,' zei tante Fern tegen mij, met haar handen op haar heupen, 'ga wat schone doeken halen, een emmer heet sop en maak alle ramen en meubels schoon.'
'Dat is een hoop werk, tante Fern, zo Iaat op de avond,' zei ik. 'Waarom zoek je voor vannacht niet een kamer die niet zo vuil is?'
'Dat is een goed idee,' viel Gavin me bij.
Fern keek hem vernietigend aan en draaide zich toen met een spottende glimlach naar me om.
'Om te beginnen betwijfel ik of er één kamer is die schoner is dan deze, en ten tweede bevalt deze kamer me. Waarom is hij al die tijd zo verwaarloosd?' vroeg ze, alsof het haar iets kon schelen. 'En waarom gebruiken ze die oude olielampen en kaarsen als de elektriciteit functioneert?'
'Ze vinden het niet erg, en het is duur om elektriciteit te gebruiken in zo'n groot huis,' legde ik uit. Ze grijnsde spottend.
'Ze betalen geen huur,' zei Fern. 'Ze hebben praktisch geen onkosten.'
Ze bleef door de kamer lopen en draaide met opzet alle lampen aan. Ze bleef staan bij de toilettafel en bekeek de potten opgedroogde crème en make-up, de oude borstels en kammen.
'Wat moet al die rommel hier?' vroeg ze. 'Die had allang weggegooid moeten worden. Breng een vuilniszak,' beval ze.
'O, nee,' zei tante Charlotte hoofdschuddend, glimlachend of het een belachelijk idee was. 'Dat is allemaal van mijn moeder.'
'Nou en?' antwoordde Fern onverschillig. 'Je moeder is toch dood? Ze heeft geen make-up en kammen meer nodig.' Ze streek met haar vinger over de spiegel en trok een dikke streep door het stof. 'Vergeet die spiegel niet, prinses. Zorg dat hij blinkt.'
'Wie denk je dat Christie is... je slavin?' vroeg Gavin. Fern keek ons met nijdig samengeknepen ogen aan.
'O, ik weet zeker dat Christie haar lievelingstante graag een plezier wil doen,' antwoordde ze. 'Ik ben haar lievelingstante omdat ik haar kleine geheimpjes bewaar, nietwaar, prinses?'
Gavin en ik keken elkaar gefrustreerd aan, terwijl tante Fern de suite verder inspecteerde. Haar oog bleef rusten op de badkamer. Ze liep naar binnen en controleerde de wasbak en het bad.
'Breng ook een emmer met een desinfecterend middel mee. Ik verwacht dat alles me tegemoet blinkt als je klaar bent,' zei ze. 'Je zult die vloer op je knieën moeten boenen. Ik wil niet met mijn blote voeten op zo'n smerige grond staan.'
'Maar dat duur uren!' riep ik uit.
'O, hemeltje,' jammerde Charlotte.
'Het verbaast me dat niemand deze kamer eerder heeft schoongemaakt,' klaagde Fern, met een blik op Charlotte. 'Waarom mijn schoonzuster en mijn broer je dit huis zo lieten verwaarlozen en er zulke stomme dingen mee lieten doen snap ik niet. Het heeft toch nog waarde, niet? Morton?'
'Het heeft een zekere residu waarde,' antwoordde hij ongeïnteresseerd. 'Land is altijd wat waard, ook al zijn de gebouwen vervallen.'
'Maar ik hou van dit bed,' zei Fern. Ze liep erheen en streek met haar hand langs de bedstijl. 'Een heel elegant meubelstuk. En kijk eens naar dat houtsnijwerk in de ladenkast en de klerenkast,' zei ze.
'Ja, de meubels zijn wel wat waard,' gaf Morton toe.
'Christie,' zei Fern tegen mij, 'waarom ben je het sop en de doeken nog niet gaan halen? We hebben niet de hele nacht de tijd, weet je.'
'Ik geloof niet dat je beseft hoeveel werk het is,' zei Gavin kalmer.
'O, jawel,' antwoordde Fern glimlachend. 'Maar als je je zo bezorgd maakt dat je geliefde prinses te veel werk doet en dat haar mooie vingertjes te vuil worden, waarom help je haar dan niet?' zei ze ijzig. Toen draaide ze zich met een ruk om naar Charlotte, die een zachte kreet slaakte. Haar handen fladderden naar haar keel als twee angstige vogeltjes die een veilige tak zochten. 'Tante Charlotte, wil je alsjeblieft schoon beddegoed halen en handdoeken, hopen schone handdoeken? Heb je een stofzuiger?' vroeg ze.
Charlotte schudde verbijsterd haar hoofd.
'Ze hebben alleen maar een ouderwetse rolveger,' zei ik snel. Fern meesmuilde.
'Nou, we zullen het ermee moeten doen. Kom, iedereen, schiet eens een beetje op.' Fern genoot van haar rol van opzichter.
'Maar je kunt hier niet slapen,' zei Charlotte met wijd opengesperde ogen. 'De geesten komen 's nachts in deze kamer, en soms zelfs overdag.'
'Geesten? O, je bedoelt spoken. Dat geeft niet. Morton en ik zijn gewend aan geesten, zij het andere geesten, of liever gezegd spiritualiën. Dat doet me eraan denken, wat hebben jullie hier te drinken?'
'Water en melk en sap,' somde Charlotte trots op.
'Ik bedoel whisky,' snauwde Fern.
'Whisky?' Charlotte dacht even na. 'In het kantoor van mijn papa, in de kast. Maar die is oud.' Fern en Morton lachten.
'Hoe ouder hoe beter,' zei Fern. 'Laat ons het kantoor zien, dan drinken we wat en wachten tot Christie klaar is met de kamer,' beval ze.
'Het kantoor is geen kantoor meer,' zei ik. 'Het is nu Charlottes atelier.'
'Dan nemen -we onze drankjes ergens anders. Kom mee,' zei ze, in haar handen klappend. 'Opschieten allemaal.'
Luther bleef met hun koffers in de deuropening staan en keek naar ons.
'Je bent toch niet van plan in deze kamer te slapen, hè?' vroeg hij.
'Het is allemaal al geregeld, Luther. Zet de koffers hier maar neer,' zei Fern.
Luther keek naar Charlotte, zag haar onthutste gezicht en schudde zijn hoofd.
'Deze kamer kan niet worden gebruikt,' verklaarde hij simpel. Ferns ogen werden klein en vijandig.
'Nou moet je eens goed naar me luisteren,' zei ze naar hem toelopend. 'Ik weet toevallig meer over je dan je denkt. Mijn broer heeft me over dit huis en over jou verteld. Je bent een employé die toestemming heeft gekregen om te blijven, maar dat kan elk moment veranderen.' Luthers gezicht werd zo verhit en rood dat het leek of hij elk moment uit elkaar zou ploffen.
'Tante Fern, ik ben degene die hier iets al dan niet verandert,' zei ik. 'Het is nu van mij.'
Ze glimlachte koel bij mijn uitdagende woorden.
'Bezit Philip niet ook een deel van het landgoed? Geen meerderheid, maar toch iets? Zullen we hem bellen en hem om zijn mening vragen?' vroeg ze zelfvoldaan.
'Waag het niet haar te bedreigen,' zei Gavin, die naast me kwam staan. Ferns gezicht werd rood. Ze keek hem woedend aan.
'Hoe durf je zo tegen me te spreken, Gavin? Weet pappa waar zijn lieve zoontje is en wat hij heeft gedaan? Hoe zal je moeder dit allemaal vinden?' ging ze verder. Gavin kromp ineen onder de felle woede in haar stem en ogen. Fern knikte, voldaan over zijn nederlaag. 'Jullie hebben een leuke tijd gehad hier,' zei ze, naar ons kijkend. 'Mijn advies is om je netjes te gedragen als je die goeie tijd wilt voortzetten. In ieder geval,' ging ze verder, met haar handen op haar heupen, 'dien je wat meer respect te hebben voor je oudere zuster, Gavin. En, Christie, toon eens wat respect voor je tante.
'Je hebt nooit echt respect voor me gehad, me nooit behandeld zoals een tante hoort te worden behandeld,' klaagde ze.
'Dat is niet waar, tante Fern. Ik...'
'SPREEK ME NIET TEGEN! * gilde ze. Ze deed een stap naar me toe en zachtjes, beheerst, maar vol haat, snauwde ze: 'Dit is niet Cutler's Cove en je bent niet de prinses. We hebben altijd naar jouw pijpen moeten dansen. Het was altijd Christie voor en Christie na. Hebben ze voor mij ooit een feest met mijn zestiende verjaardag gegeven zoals voor jou? Of iets voor me gekocht dat ik graag wilde hebben?'
'Mammie en papa hielden van je en hebben je goed behandeld, tante Fern,' zei ik, terwijl de tranen in mijn ogen sprongen.
'Spaar me. Dat heb ik vaker gehoord; het is net een gebarsten grammofoonplaat. Luther,' zei ze, 'ik raad je aan onze koffers hier neer te zetten. Pronto. Weet je wat pronto betekent?'
Luther aarzelde. Zijn trots was gekrenkt, zijn woede bijna onbedwingbaar.
'Hoe denk je dat Philip Cutler zal reageren als hij hoort dat je twee minderjarige tieners onderdak hebt verleend die van huis zijn weggelopen?' ging ze verder, toen hij bleef aarzelen. 'Er zal een diepgaand onderzoek volgen naar jou en tante Charlotte. Er komen misschien zelfs journalisten om foto's te nemen van dit belachelijke decor en van die idioot toegetakelde schilderijen en muren. Wil je dat?' dreigde ze. Luther liet verslagen zijn schouders hangen en de blik van verzet verdween uit zijn ogen. Ik vond het verschrikkelijk voor hem.
'Dat is niet waar. Luther heeft ons niet verborgen. Hij wist nergens van. Hij heeft geen idee waarom ik ben weggelopen of dat ik ben weggelopen. Hij...'
'Wie zal dat geloven?' zei Fern spottend. Haar gezicht stond vastberaden, haar lippen waren zo stevig op elkaar geklemd dat ik dacht dat ze elk moment als elastiekjes konden knappen. 'Moet ik mezelf herhalen?' Ze keek naar Luther. Hij sloeg zijn ogen neer en pakte hun bagage op en droeg ze naar de suite. Fern ontspande zich. 'Zo is het beter, dat lijkt er meer op. Christie, kind, het sop?' zei Fern.
Wat moest ik doen? Ik zat in de val. Ik wilde niet dat die arme Luther en Charlotte nog meer narigheid zouden krijgen door mijn schuld. Fern was gemeen genoeg om haar dreigementen uit te voeren. Ik liet mijn kin op mijn borst hangen. De valse woorden en beschuldigingen van Fern maakten dat ik haar wensen even snel uitvoerde als ik zou hebben gedaan wanneer ze met een zweep had geslagen.
'Ik help je wel,' zei Gavin, toen ik me omdraaide om weg te gaan.
'O, hemeltje,' zei Charlotte, die haastig naar de deur liep om aan Ferns verlangen te voldoen. 'Dit zal geen leuke tijd worden. O, nee, geen leuke tijd.'
'Op naar de whiskykast,' zei Fern lachend.
'Dat was een indrukwekkend vertoon van gezag,' complimenteerde Morton haar. Ferns lach volgde ons.
'Ik ben lang genoeg het verschoppelingetje geweest,' zei ze. 'Nu is het mijn beurt om de almachtige te spelen.'
Ze lieten zich door Charlotte de drankkast wijzen en stuurden haar toen weg om het beddegoed en de handdoeken te halen. Terwijl wij bezig waren in de suite haalden tante Fern en Morton een fles whisky en glazen uit de kast en gingen wachten in de zitkamer. Ze speelden de oude platen op de victrola en gedroegen zich als twee kleine kinderen; ze giechelden, gooiden dingen om, rinkelden met oude tafelbellen, knipten lampen aan en uit en zaten elkaar achterna door de kamers. Om de zoveel tijd hoorden we de schrille lach van Fern door het huis weergalmen.
Ik zei tegen Charlotte dat ze de spulletjes van de toilettafel in een tas moest doen en verstoppen.
'Je kunt ze weer terugzetten als Fern weg is, als je wilt,' zei ik. Dat vond ze prettig, maar ze was toch erg van streek over alles wat er gebeurde. Met tegenzin hielp Gavin me met schoonmaken. Hij lapte de ramen. Toen Luther de bezem bovenbracht, ging hij weg, kwaad in zichzelf mompelend. Ik stofte en poetste, en ging toen naar de badkamer. Ik had bijna een uur nodig voor de wasbak, het bad en de commode. Gavin was woedend toen ik inderdaad op mijn knieën de vloer ging boenen. Ik had al drie emmers vuil water weggegooid en mijn gezicht en handen waren smerig.
'Dit is belachelijk,' zei hij. 'Laten we Jefferson wakker maken en weggaan. Philip zal ons niet vinden.'
'Dat zal Fern er niet van weerhouden Charlotte en Luther kwaad te doen, Gavin. Je weet hoe gemeen en wraakgierig ze kan zijn als ze dat wil. Laten we doen wat ze vraagt. Straks krijgen zij en haar vriendje er wel genoeg van en gaan ze weg, en dan kunnen we nieuwe plannen maken.'
'Ik begrijp niet dat zo'n laaghartige vrouw Jimmy's zuster en mijn halfzuster kan zijn,' zei Gavin hoofdschuddend.
'Vergeet niet dat ze als baby bij een ander gezin is gekomen en daar gewoond heeft tot mammie en papa haar hebben gevonden,' bracht ik hem in herinnering. 'Haar leven was volkomen verstoord.'
'Zoek geen excuses voor haar, Christie. Ze is gewoon een wreed, egoïstisch mens die alleen van zichzelf houdt en alleen doet wat haar gelukkig kan maken. Ik geloof niet dat ze ooit in haar leven iets voor een ander heeft gedaan en ik betwijfel of ze dat ooit zal doen.'
'Over wie heb je het, Gavin Longchamp?' vroeg Fern, die de badkamer binnenkwam. 'Toch niet over mij, hoop ik?'
'Wie de schoen past, trekke hem aan,' mompelde Gavin, maar Fern was al te dronken om het te horen of zich erom te bekommeren. Zij en Morton lachten en lieten zich toen op bed vallen, waar ze elkaar betastten of wij er niet bij waren. Gavin en ik keken verbijsterd toe. Ten slotte keek Fern op.
'Zijn jullie hier nog niet klaar?' mopperde ze.
'Het was een hoop werk, tante Fern. We hebben je al eerder gezegd...' 'O, hou op met die zedepreken van je. We willen naar bed. Niet slapen,' ging ze lachend verder, 'maar naar bed. Hè, Morton?'
Hij lag met dichte ogen, maar toverde een dwaas lachje te voorschijn.
'Zoek je vodden dus bij elkaar, prinses, en doe de deur achter je dicht, comprende?'
'Kom mee,' zei Gavin, en hielp me overeind. 'Laten we gaan. Ze is zo dronken als een tor.'
'Jullie moeten wat van die ouwe whisky proberen,' riep ze, en zij en Morton begonnen weer hysterisch te lachen. 'Tante Charlotte dacht dat de whisky bedorven was!'
Gavin bracht me naar de deur. Toen we ons omdraaiden lag tante Fern languit op Morton. Hij leek te dronken en te onverschillig om te reageren.
'O,' zei tante Fern, zich naar ons omdraaiend. 'Dat was ik nog vergeten te vragen... wanneer komen de geesten?'
Haar diepe lach klonk achter ons toen we de deur dichtdeden en de gang opliepen.
'Ik kan alleen maar hopen dat die geesten werkelijk komen,' zei Gavin kwaad, 'en haar meenemen naar de hel waar ze thuishoort.'
Ik was uitgeput van al het werk en te moe om er iets om te geven. We liepen door de gang naar onze badkamer om ons te wassen en zelf naar bed te gaan. Uitgeput door lichamelijke vermoeidheid en alle emoties viel ik op bed neer en droomde.
Maar misschien kwamen de geesten werkelijk. Middenin de nacht werd ik wakker en meende voetstappen te horen in de gang. Ik wist zeker dat ik het dichtslaan van een deur en een snikkend geluid hoorde, maar ik was te moe om op te staan en te gaan kijken. De geesten zullen ons geen kwaad doen, dacht ik, en als we morgenochtend merken dat Fern en haar vriend op geheimzinnige wijze verdwenen zijn, zal ik er geen traan om laten. Een paar ogenblikken later viel ik weer in slaap.
Tante Ferns gegil maakte me de volgende ochtend wakker. Ze was nog niet meegevoerd naar de hel, nog niet.
'Wat is er?' vroeg Jefferson, die in de deuropening stond en in zijn ogen wreef. 'Wie gilt er zo?'
'Het is Fern,' zei Gavin, die binnenkwam. 'Ze roept ons.'
'Fern? Is tante Fern hier?' vroeg Jefferson.
'Helaas wel, ja,' antwoordde ik.
'Waarom gilt ze zo?'
'Dat weet ik niet, Jefferson. Misschien is ze wakker geworden en heeft ze zichzelf in de spiegel gezien,' zei ik. Gavin lachte.
Ik kleedde me snel aan en gedrieën liepen we naar haar kamer. De deur stond wijd open. Langzaam kwamen we dichterbij en keken naar binnen.
Morton sliep nog, hij was nog niet over zijn dronkenschap heen, maar Fern zat recht overeind in bed, de deken om zich heen geslagen. Haar ogen glinsterden opgewonden. Had ze toch een geest gezien? vroeg ik me af. Ze hief haar arm op en wees met een trillende vinger naar de deur.
'Wie was dat... dat... schepsel dat God mag weten hoe lang naar ons heeft staan kijken?' vroeg ze. 'Ik deed mijn ogen open en toen stond hij daar, nog geen minuut geleden, en bespioneerde ons.'
'O, dat zal Homer wel geweest zijn,' zei ik. 'Hij is een vriend van tante Charlotte en Luther. Hij woont in de buurt.'
'Hoe durft hij hier te komen rondsnuffelen? Hoe durft hij! Wat is hij, een perverseling?'
'O, nee, tante Fern. Homer is onschuldig. Hij is...'
'Vertel mij niet wat hij is. Ik weet wie onschuldig is en wie niet,' zei ze ijzig. 'Ik wil hem niet meer zien, hoor je? Je gaat onmiddellijk naar beneden en zegt tegen die engerd dat hij verdwijnt en hier niet meer terugkomt voor ik weg ben, begrepen? Pronto!'
'Maar Homer...'
'Spreek me niet altijd tegen,' kreunde ze. 'Ik heb een barstende hoofdpijn.' Ze drukte haar palmen tegen haar slapen en liet de deken zakken. Ze vergat dat ze naakt was. Gavin was geshockeerd en deed een stap achteruit.
'Tante Fern... je bent nog niet aangekleed,' merkte ik op.
'Wat? O, wat doet dat er nou toe. Morton, verdomme. Hoe kun je slapen met al die herrie? Morton?' Ze schudde hem heen en weer en hij kreunde, maar draaide zich niet om. Ze liet zich weer op het kussen vallen.
'Breng me koffie... sterke koffie. Als ik wakker word, moet je het bad voor me laten vollopen. Heb je badolie hier?'
'Nee, tante Fern. Dat hebben we niet.'
'Hoe is tante Fern hier gekomen?' fluisterde Jefferson.
'Op Emily's bezemsteel,' zei Gavin.
'Wat?'
'Ze is gisteravond met de auto gekomen, Jefferson. Ga je wassen en aankleden. Vooruit.'
'Wat mankeert haar?'
'Ze heeft te veel oude whisky gedronken,' zei ik. Gavin en ik keken elkaar glimlachend aan.
'Kom, ouwe jongen,' zei Gavin, en sloeg zijn arm om Jeffersons schouders. 'Ik zal je helpen.'
'Ik zal maar koffie voor haar gaan zetten,' zei ik en liep haastig de trap af. Luther was buiten al aan het werk. Charlotte zat met Homer in de keuken. Hij keek doodsbenauwd.
'Hij is zich doodgeschrokken van haar,' klaagde Charlotte.
'Omdat zij van hem schrok, tante Charlotte. Ze is woedend dat hij bij haar naar binnen keek,' legde ik uit.
'Hij bedoelde het niet kwaad. Hij had nog nooit iemand in die kamer gehoord en moest het zien,' zei Charlotte. Ik glimlachte om de moederlijke manier waarop ze hem verdedigde.
'Ik weet het, maar tot ze weg zijn kan Homer beter bij hen uit de buurt blijven. Begrijp je, Homer? Die vrouw boven is niet erg aardig. Als ze jou ziet, gaat ze gillen en schreeuwen.'
Homer knikte.
'Ik wil haar niet zien,' zei hij.
'Ik kan het je niet kwalijk nemen.' Ik schonk twee kopjes koffie in, zocht een blad en droeg het naar boven. Morton was wakker en zat rechtop in bed, wreef over zijn gezicht en knipperde tegen het zonlicht dat door de ramen naar binnen viel. Fern lag met gesloten ogen op bed.
'Hier is je koffie,' zei ik. Haar ogen gingen open.
'Breng hier,' beval ze. Ze nam het kopje uit mijn hand toen ik dichterbij kwam. Ik liep naar de andere kant en gaf Morton zijn kopje.
'Dank je,' zei Morton.
'Die koffie is niet sterk genoeg,' klaagde Fern onmiddellijk. Ze spuwde de koffie terug in het kopje. 'Het lijkt wel slootwater. Misschien is het dat wel,' ging ze verder. 'Heeft Charlotte die gezet?'
'Ja, tante Fern.'
'Niet drinken, Morton. Charlotte is gek genoeg om modder en water te hebben vermengd.' Ze nam het kopje uit zijn hand en duwde beide kopjes zo hard terug in mijn handen dat de hete koffie over mijn handen en polsen spatte. Het brandde en deed pijn, maar dat kon haar niet schelen. 'Je zet zelf nieuwe koffie. Je weet toch hoe je koffie moet zetten, hè, prinses? Of kun je helemaal niets? Ze is altijd op haar wenken bediend,' zei ze tegen Morton.
'Dat is niet waar, tante Fern. Ik heb mevrouw Boston vaak geholpen in de keuken,' zei ik.
'Ze heeft mevrouw Boston vaak geholpen,' herhaalde ze op zangerige toon. 'Ja, ja, ik weet zeker dat je veel gedaan hebt. Zet nou maar gauw wat behoorlijke koffie en schiet een beetje op. Ik wil in bad en daarna wil ik een goed ontbijt. Is die engerd weg?'
'Hij was banger voor jou dan jij voor hem, tante Fern. Hij wil niet bij je in de buurt zijn, dus maak je maar niet ongerust.'
'Mooi.'
'Wat voor engerd?' vroeg Morton.
'Jij zou door een aardbeving heenslapen,' zei Fern. 'Tenminste, als je de hele nacht oude whisky hebt gedronken.' Ze moesten allebei lachen en kietelden elkaar. Ze gedroegen zich weer als twee kleine kinderen.
Toen besefte Fern dat ik naar hen staarde. 'Wat doe je hier nog?' riep ze. 'Ga koffiezetten!'
Haastig liep ik weer de trap af. Ik zette verse koffie, maar maakte die zo sterk dat Gavin zei dat ik er ijzer mee kon smelten. Nu hij helemaal wakker was, wilde Jefferson met alle geweld mee naar boven, maar toen ik terugkwam bij Ferns kamer, was de deur gesloten. Ik klopte aan.
'Een ogenblik,' hoorde ik Fern ademloos zeggen. Ik hoorde gekreun, gevolgd door een paar zachte kreten van genot.
'De koffie wordt koud, tante Fern,' riep ik door de deur. Ik wist wat ze deden en voelde me verlegen, voor mijzelf en voor Jefferson. 'Zal ik straks terugkomen?'
In plaats van een antwoord, hoorde ik haar kreten sneller en luider komen, gevolgd door een langgerekt gekreun.
'Wat gebeurt er met tante Fern?' vroeg Jefferson.
'Ze voelt zich niet goed, Jefferson. Ga jij maar vast naar beneden om te ontbijten en kom dan goeiedag zeggen, oké?'
Hij haalde zijn schouders op en liep weg. Even later riep Fern: 'Kom binnen.'Ik deed de deuren open. Ze had de deken tot aan haar kin opgetrokken. Haar gezicht zag rood, haar haar zat in de war. Morton lag met gesloten ogen en een tevreden grijns op bed.
'Hier is de koffie,' zei ik. Fern ging glimlachend rechtop zitten.
'Mooi.' Ze pakte haar kopje aan en gaf Morton het zijne. Toen keek ze weer naar mij. 'Heb je wat geleerd?' vroeg ze. Had ze dan totaal geen waardigheid? Geen zelfrespect? 'Ik durf te wedden dat je met je oor tegen de deur geplakt zat, hè? Of heb je door een kier van de deur gekeken?'
'Nauwelijks, tante Fern. Ik voelde me niet op mijn gemak.'
'O, kom nou. Ik weet zeker dat je je maagdelijkheid hier hebt verloren,' zei ze. Ik keek naar Morton, die met zijn neus boven zijn koffie zat en me vol belangstelling aankeek.
'Tante Fern!'
Ze gooide haar hoofd in haar nek en lachte.
'Hou toch op met de kleine, onschuldige prinses uit te hangen,' zei ze. 'Je bent geen haar beter dan ik.'
'Dat heb ik nooit beweerd, tante Fern, maar...'
'Eigenlijk ben ik blij dat je volwassen bent geworden. Als ik er zin in heb en ik ben ervoor in de stemming... en als je heel aardig tegen me bent, zal ik je misschien een paar tips geven over mannen en seks,' zei ze. Morton lachte.
'Dat wil ik wel eens horen,' zei hij.
'Dat had je gedroomd. Dit is vrouwenpraat. Je kunt ze niet hun gang laten gaan,' zei ze tegen mij.
'Tante Fern, ik zou liever niet...'
'Natuurlijk,' zei ze. 'Ik weet het. Je bent nog te teerhartig. Goed, Iaat mijn bad dan maar vollopen. Warm, maar niet te heet. Toe dan, staar me niet zo aan,' zei ze, terwijl ze een slok koffie nam.
Ik ging naar de badkamer en draaide de kraan open. Toen het bad vol was waarschuwde ik haar en wilde weggaan.
'Hé, wacht eens even, waar ga je naar toe?' vroeg ze.
'Naar beneden, om te ontbijten.'
'Eerst moet je me helpen met mijn bad. Je moet mijn rug en mijn haar wassen. Kom,' beval ze. Spiernaakt stapte ze uit bed en liep naar de badkamer. Ik keek naar Morton, die me met een wellustige grijns aanstaarde. 'Het water is precies goed,' zei tante Fern en stapte in het bad. Ik was bang dat Morton elk moment ook naakt uit bed zou kunnen komen, dus liep ik de badkamer in en deed de deur achter me dicht. Fern gaf me het washandje. 'Was mijn rug met kleine rondgaande bewegingen. En mijn schouders ook.'
Ik waste haar rug met zeep en haar haar met shampoo.
'Heerlijk,' zei ze, achteroverliggend. 'Je bent een goeie dienstmeid, prinses,' zei ze.
'Tante Fern, wil je me alsjeblieft geen prinses meer noemen? Ik ben geen prinses en ben dat nooit geweest.'
'Nou, en of je dat was! Je was door en door verwend.'
'Dat is niet waar,' protesteerde ik. 'Ik heb in het hotel gewerkt zodra ik oud genoeg was om te helpen. En ik heb altijd voor Jefferson gezorgd als mijn ouders dat vroegen.'
'Ik weet dat je een modelkind was,' mompelde ze. Ze pakte mijn pols en trok me naast zich neer. 'Vertel me eens over je liefdesgeschiedenis met mijn kleine broertje? Is hij... was hij erg ervaren? Ik kan me niet voorstellen dat hij weet waar hij hem in moet steken.'
'Hou op, tante Fern,' zei ik, en rukte mijn pols los. 'Gavin is een aardige jongen, ja, maar dat wil niet zeggen dat hij een slappeling is of geen echte man.'
'Man?' zei ze, grote ogen opzettend. 'Je hebt seks met hem gehad, hè?' vroeg ze. Ik wendde mijn ogen af en zodra ik dat deed zag ze haar vermoeden bevestigd. 'Het geeft niet,' zei ze. 'Ik zal het niemand vertellen. Denk je dat dat me zoveel kan schelen?' Ze zweeg even en leunde achterover in het water. 'Ik was alleen maar nieuwsgierig. Hoe was de eerste keer?'
'Tante Fern, ik wil hier niet over praten.'
'O, kom nou. Vertel me niet dat jij en je vriendinnetjes daar niet vaak over praatten! Heeft je moeder er met je over gesproken of ging ze dood voordat ze het met jou over de bloemetjes en de bijtjes kon hebben?'
'Mammie en ik waren heel vertrouwelijk met elkaar,' antwoordde ik. 'Ik hoefde geen stiekeme dingen te doen om op de hoogte te komen.'
'Is het heus? Je maakt me nieuwsgierig. Wat heeft ze je verteld?' Ze grijnsde. 'Heeft ze je verteld wat je wel en niet moet doen? Heeft ze je verteld hoe je moet voorkomen dat je zwanger wordt, of dat je alleen maar nee moet zeggen?'
'We hebben gepraat over liefde en over seks, ja,' zei ik.
'Liefde,' zei ze spottend.
'Hou je dan niet van Morton?' vroeg ik.
'Meen je dat serieus? Morton? Hij is een leuke afleiding.' Ze boog zich naar voren. 'En gemakkelijk te manipuleren, als je me snapt.' Dat deed ik dus niet. 'Hij doet alles wat ik wil. Hij spreekt nooit tegen en als ik er geen zin in heb, zet hij het niet op een jammeren en gaat er verontwaardigd vandoor.'
'Maar... jullie gedragen je als man en vrouw,' zei ik.
'O, prinses, ik lach me gek om je. Ik heb me al zo vaak zo gedragen,' bekende ze.
'Hoe vaak?' vroeg ik.
'O, nou ben jij nieuwsgierig, hè?'
Ik was nieuwsgierig. Ik wilde Fern begrijpen, weten waarom ze zo achteloos omsprong met haar lichaam en of ze zich ooit gelukkig ermee voelde. Ze deed of ze gelukkig was op haar eigen wilde, uitdagende manier, maar was ze werkelijk ooit gelukkig?
'Wil je weten over de eerste keer dat ik het deed?' vroeg ze. Ik zei geen ja, maar ze boog zich naar voren en vertelde. 'Ik was veertien. En ik viel op een jongen van zeventien.'
'Zeventien!'
'Ja, en hij bekeek me zelfs niet. Ik had nog nooit iets gedaan, maar ik had er veel over gelezen en boeken met plaatjes bekeken. Dus ging ik op een dag naar hem toe en fluisterde in zijn oor. Hij werd zo rood als een kreeft, maar kreeg wèl een hoop belangstelling voor me.'
'Wat fluisterde je dan?'
'Of hij de wereld met me rond wilde.'
'Wat betekende dat?' vroeg ik fluisterend.
'Eerlijk gezegd, prinses, wist ik het ook niet zeker, maar het kwam geweldig over. Een paar dagen later had ik de kans om met hem alleen te zijn. Hij schrok zich wild, omdat het duidelijk was dat het de eerste keer voor me was.'
'Wat deed hij?'
'Niets. Hij sprak daarna geen woord meer tegen me,' zei ze.
'Maar vond je dat niet verschrikkelijk?'
Ze haalde haar schouders op.
'Hij was niet zo aardig als ik dacht en ik was niet meer in hem geïnteresseerd.'
'Maar wat je had gedaan?' 'Eens moest het toch gebeuren,' zei ze achteloos.
'Maar als je niet echt om iemand geeft...'
'Je moet om niemand geven,' zei ze. 'Dan ben je een stuk beter af.'
'Nee, tante Fern. Je bent helemaal alleen als je alleen om jezelf geeft,' antwoordde ik fel. Ze keek me nijdig aan.
'Dat vergat ik. Je bent de dochter van mevrouw Perfect. Je moeder was niet zo perfect, weet je,' zei ze. 'Zo ben jij geboren.'
'Ik weet er alles van,' antwoordde ik snel, voordat ze nog meer wrede dingen kon zeggen. 'Ik ben zelfs bij mijn echte vader geweest.'
'Is het heus? En?'
'Misschien dat hij vroeger een knappe, charmante man is geweest, maar voor mij was hij... was hij een nul. Lelijk en slap.'
'Hm. Toch zou ik wel eens willen zien hoe de man die mevrouw Perfect het hoofd op hol bracht eruitziet,' zei ze.
'Waarom haatte je mijn moeder zo?' vroeg ik. 'Ze wilde je alleen maar goed doen.'
'Geloof het maar niet. Ze was jaloers op elke minuut aandacht die Jimmy me gaf,' snauwde ze.
'Dat is niet waar. Het is gemeen om zoiets te denken en te zeggen.'
'Het was wèl waar,' hield ze vol. 'Als het op jaloezie aankomt, liefje, ben ik een expert.'
Ze tilde haar voeten uit het water en zette ze op de rand van het bad.
'Haal mijn nagellak uit mijn toiletkoffer,' beval ze.
Ik keek haar uitdagend aan. Ze zag eruit als één grote klodder egoïsme en wreedheid, een harteloos wezen dat maar voor één ding leefde - haar eigen genot. Ik wist niet dat ik tot zoveel haat en woede in staat was als ik op dat moment voelde. Ze moet het in mijn ogen hebben gezien, want haar zelfvoldane blik verdween snel en haar ogen werden twee gloeiende kooltjes vuur van woede.
'Kijk me niet zo aan, Christie Longchamp. Je denkt misschien dat je beter bent dan ik, maar we hebben dezelfde wortels. Je wist niet hoe gauw je mijn broer moest bellen en weglopen naar deze afgelegen schuilplaats zodat je je seksuele fantasieën kon uitleven. Je was zelfs laaghartig genoeg om je kleine broertje mee te slepen,' beschuldigde ze me.
'Dat is niet waar, daarom ben ik niet weggelopen,' riep ik uit. De tranen brandden achter mijn oogleden.
'Je bent weggelopen omdat je een verwend mormel bent dat in alles haar zin kreeg, dat in het middelpunt van de belangstelling stond en toen een kind werd als alle andere. Tante Bet verwende je niet zoals je moeder...'
'Oom Philip heeft me verkracht!' flapte ik eruit.
Even werd het zo stil dat ik het bonzen van mijn hart kon horen en me verbeeldde dat zij dat ook kon. Ze ging langzaam rechtop zitten in het bad, zonder haar blik van me af te wenden. Ik kon niet ophouden met huilen.
'Je verkracht? Bedoel je...'
'Hij kwam naakt mijn kamer in en kroop bij me in bed.'
'Je meent het,' zei ze, met een misselijkmakende glimlach om haar lippen. Ze was niet verontwaardigd, ze toonde geen medeleven; ze was opgewonden en geamuseerd. 'Vertel op,' beval ze.
'Er valt niets te vertellen. Hij kwam binnen en drong zich aan me op. Het was afschuwelijk.'
'Wat was er voor afschuwelijks aan? Philip is een heel knappe man,' merkte ze op.
'Wat?' Ik wreef mijn ogen droog.
'Eigenlijk had ik altijd gehoopt dat hij het met mij zou doen,' zei ze. 'Ik heb hem kansen genoeg gegeven en mijn best gedaan om hem te verleiden,' ging ze glimlachend verder. 'Ik heb het zelfs een keer zo geregeld dat hij bij me binnenkwam toen ik poedelnaakt was. Hij keek er met genoegen naar, maar hij heeft me met geen vinger aangeraakt.
'Je moet iets gedaan hebben om hem aan te moedigen,' voegde ze er beschuldigend aan toe.
'Dat heb ik niet gedaan.'
'Vertel de waarheid,' zei ze. 'Je vond het best een beetje prettig, hè?'
'Nee, tante Fern. Het was van begin tot eind een verschrikking en toen het voorbij was heb ik mezelf afgeschrobd tot mijn huid pijn deed.'
'Belachelijk,' zei ze.
'Het was niet belachelijk. Ik heb me nog nooit zo smerig gevoeld, van binnen en van buiten. Hoe is het mogelijk dat je een getrouwde man... een familielid...'
'Ach, hou op. Een knappe man is een knappe man,' zei ze. 'Bovendien is hij geen bloedverwant. Hij is niet eens echt familie.'
'Hij is ziek,' zei ik. 'Hij is altijd verliefd geweest op mijn moeder en...'
'Dat weet ik,' zei ze droogjes. 'Iedereen was verliefd op je moeder.' Ze keek me aan met een blik vol afkeer en haat. 'En nu worden ze verliefd op jou. Waarom jij al het geluk moet hebben...' Ze leunde achterover en zette haar voeten weer op de rand. 'Haal mijn nagellak,' beval ze. Toen ik me niet verroerde, glimlachte ze.
'Nu zou ik eigenlijk Philip moeten bellen en je laten terughalen. Misschien heb je dat wel nodig... een goede opvoeding. Waarschijnlijk zou hij je aan je bed kluisteren en elke nacht bij je komen en het telkens op een andere manier doen tot...'
'Hou op. Je bent walgelijk.'
'Mijn nagellak,' herhaalde ze koeltjes.
Toen ik de deur van de badkamer opendeed, zag ik dat haar vriend weer in bed lag, onder de deken. Hij deed zijn ogen open.
'Ik heb honger, Fern,' riep hij.
'Hou je gedeisd,' riep ze terug. 'Ik ben nog niet klaar met mijn ochtendritueel.'
Ik liep naar haar koffertje en vond haar nagellak.
'Droog eerst mijn voeten, stommeling,' zei ze, toen ik bij haar neerknielde om haar teennagels te lakken. Ik pakte de handdoek en droogde haar voeten. 'Dat is leuk,' zei ze. 'Het is leuk om vorstelijk te worden behandeld. Ik heb je altijd benijd, prinses.'
'Ik ben nooit vorstelijk behandeld.'
'O, jawel. Zorg dat je mijn nagels goed lakt. Je weet nooit wie ze te zien krijgt,' beval ze. De tranen prikten in mijn ogen. Ik knipperde om goed te kunnen zien terwijl ik haar nagels lakte. Terwijl ik bezig was lag ze met gesloten ogen in het warme water.
'Morton!' gilde ze plotseling. 'Morton!'
'Wat is er?'
'Sta op en ga naar beneden en zeg tegen mijn tante dat ik twee roereieren en bacon voor mijn ontbijt wil. En kijk of ze vers brood hebben. Anders moet Luther het in het dorp gaan halen.'
'Oké,' zei Morton.
'Luther heeft geen tijd voor dat soort boodschappen,' zei ik.
'O, nee? Dan moet hij maar tijd maken.'
'Waarom maak je het hun zo moeilijk? Ze zijn zo weerloos. Ze hebben genoeg geleden. Ze...'
'Jij had geen enkel gewetensbezwaar om gebruik van ze te maken,' viel Fern me in de rede.
'We hebben ze niet gebruikt. Gavin heeft Luther geholpen met zijn werk en ik heb het huis schoongemaakt en tante Charlotte geholpen met koken en...'
'O, wat ben je toch geweldig. Ik vergeet het telkens weer. Morton,' riep ze. 'Ben je al op?'
'Ik ben op, ik ben op,' antwoordde hij. 'Ik moet naar de badkamer. Ik wil me wassen en scheren en...'
'Zoek dan maar een andere. Wij zijn hier nog wel een tijdje bezig. De prinses gaat mijn vingernagels ook lakken,' zei ze, met een glimlach naar mij. 'Ja toch, prinses?'
Ik gaf geen antwoord. Ik lakte haar teennagels en draaide me om zodat ze mijn tranen niet kon zien en zich verkneukelen omdat ze me zo ongelukkig maakte. Ik haalde diep adem. Ze zullen vandaag vast wel weggaan, dacht ik, en dan zijn we van ze verlost. Wat mij betrof hoefde ik mijn tante Fern de rest van mijn leven niet meer te zien. Ik wilde zelfs niets liever. Het speet me omdat ik wist dat het papa veel verdriet zou hebben gedaan als hij wist dat ik zijn zuster haatte, maar ik kon er niets aan doen.
Fern dwong me haar te manicuren. Ze bleef me ondervragen over oom Philips verkrachting, maar ik gaf haar niet de voldoening van een antwoord en ten slotte zweeg ze.
Later moest ik haar kleren klaarleggen. Terwijl ze zich aankleedde, stond ze erop dat ik het bed opmaakte en de badkamer opruimde. Ze vond het heerlijk om naar me te kijken terwijl ik het werk deed van een dienstmeid. Ten slotte gingen we naar beneden om te ontbijten. Haar vriend zat achter de tafel en bestudeerde een wegenkaart toen we binnenkwamen.
'Heb je Luther weggestuurd om vers brood te halen?' vroeg Fern.
'Ik kon hem nergens vinden en met je tante schiet ik ook niet veel op,' antwoordde hij. 'Ze is bezig met Gavin en Jefferson en nog iemand de schuur te schilderen. Groen,' voegde hij er lachend aan toe.
'Schilderen ze de schuur groen? Ik denk dat we het dichtstbijzijnde krankzinnigengesticht maar moeten bellen en vragen of ze een ambulance sturen,' zei Fern spottend.
'Ze zijn hier gelukkig, tante Fern, en ze doen niemand kwaad,' zei ik.
'Wat zou je ervan zeggen als we naar de stad reden en in een restaurant gingen ontbijten,' zei Morton.
'We hoeven niet naar de stad. Mijn nichtje kan de eieren klaarmaken. Ze heeft al bewezen dat ze koffie kan zetten. Ik wil ze een beetje vochtig. Niet zo droog als papier. Schiet op,' zei ze toen ik me niet snel genoeg bewoog. 'Geef ons te eten. Die arme Morton sterft van de honger. Wat doe je?' vroeg ze, terwijl ze naast hem ging staan.
'Ik kijk hoe ik het best op de hoofdweg kan komen,' antwoordde hij.
'We hebben alle tijd,' zei Fern. 'Bevalt je vakantie op het land je niet?'
'Jawel, maar hoe lang ben je van plan te blijven?' vroeg hij.
Ik hield mijn adem in.
'Tot het me gaat vervelen,' antwoordde ze. 'Bovendien,' ze keek me glimlachend aan, 'willen we mijn arme nichtje toch niet in de steek laten nu ze ons het hardst nodig heeft? O,' zei ze, 'je weet nog niet waarom ze van huis is weggelopen. Nou, het schijnt dat op een avond...'
Een ei glipte uit mijn hand en viel kapot op de grond.
'Tante Fern!'
'Kijk nou eens wat je hebt gedaan,' zei Fern. 'Onhandige juf. Schep het op, Christie. Dat kun je voor jezelf houden.'-
Ik keek haar woedend aan. Ik had er eindelijk zo genoeg van dat ik het erop waagde haar uit te dagen, maar één blik op haar gezicht maakte me duidelijk dat ze op een dergelijke confrontatie zat te wachten. Ze wilde de kans krijgen om iedereen het leven zuur te maken, even ongelukkig als dat van haarzelf. Ik beet op mijn lip en slikte mijn trots in.
'Waarom is ze weggelopen?' vroeg Morton.
'Doet er niet toe,' zei Fern. Ze keek naar me terwijl ik op mijn knieën de rommel van het ei opruimde. 'Dat is een privé-gesprek tussen een nichtje en haar liefhebbende tante, hè, prinses?'
Ik nam het kapot gevallen ei op met een doek en probeerde haar te negeren, maar ze liet me niet met rust. Ze was iemand die met liefde zout strooide in andermans wonden. Ik had moeten weten dat ze geen medelijden met me zou hebben. Ze had geen greintje medelijden met iemand behalve zichzelf.
'Ja toch?' hield ze vol.
'Ja, tante Fern.' Ik drong mijn tranen terug.
Ik besefte dat ik van de ene val in de andere was gelopen. Telkens als ik een van de schakels verbrak van de keten die me bond aan de familie- vloek, gebeurde er iets om die schakel weer te herstellen. Ik voelde me als iemand met ijzeren ketenen rond mijn hals, handen en voeten. Ik stond langzaam op en maakte automatisch, als een galeislaaf, de roereieren klaar voor Fern en haar vriend. Ik deed mijn best mijn tranen niet in het eten te laten vallen.
'Moet jij niet ontbijten?' vroeg Fern, toen ik de eieren op tafel zette voor haar en Morton, en koffie inschonk.
'Ik heb geen honger,' zei ik.
'Ik zou toch maar wat eten,' hield ze vol. 'Je moet zorgen dat je sterk en gezond blijft. Er is nog veel meer te doen voor je. Later op de avond kun je voor ons pianospelen.'
'Liever niet,' zei ik.
'O, jawel.' Ze verkneukelde zich over mijn verwarring. 'Het geeft je de kans om weer te pronken met je spel en je weet hoe graag je dat doet, prinses.'
'Ik pronk er niet mee.'
'Dat doe je wel. Dat mag ook wel na al dat geld dat eraan gespendeerd is. Mijn broer heeft een vermogen uitgegeven aan haar lessen,' zei ze tegen Morton, die ongeïnteresseerd knikte. 'Heel wat meer dan hij bereid was voor mij uit te geven.'
'Ik heb medelijden met je, tante Fern,' zei ik hoofdschuddend. 'Er huist een monster in je, een groen monster dat aan je hart vreet. Ik heb meer medelijden met jou dan met mezelf,' voegde ik eraan toe en liep de keuken uit.
'Ga niet te ver weg, prinses,' riep ze me lachend achterna. 'Je weet nooit wanneer ik je nodig kan hebben en wanneer je iets voor me moet doen.'
Haar lach weergalmde door het oude huis. Het was een lach die een gastvrij onderkomen vond in de donkere hoeken van het huis. Ik wist zeker dat het tot hetzelfde kwaad behoorde dat zich tussen deze muren zo thuis had gevoeld.