op Diesels mond kwam, had hij het liefst tromfantelijk gebruld. Zijn voeten bewogen zeker en snel en Bernardo liep om Diesel heen, schoot naar voren om een mep te geven, kreeg er een en sprong weg en kwam weer naar voren.
Vechten was als dansen: het had zekere passen en ritmes en wanneer je ze eenmaal geleerd had, voerde je ze uit zonder er verder over na te denken. Hij zou nog even met de klok meedraaien, stoten en slagen geven, schijnbewegingen en sprongen maken, daarna zou hij tegen de klok in gaan draaien. Dit zou Diesel misschien overvallen zodat hij zijn handen een ogenblik naar beneden zou doen, wat precies genoeg was om een goeie zuivere stoot te plaatsen.
Bernardo hoorde iemand roepen en wankelde opzij, toen zag hij dat ook Diesel naar achteren was gegaan. ‘Hou op!’
‘Het is Tony,’ riep iemand. ‘Beter laat dan nooit.’
Tony haalde zwaar adem toen hij tussen hen in ging staan. ‘Wat is er met jou aan de hand?’ zei Riff en liep naar voren. ‘Houden jullie je allemaal rustig,’ zei Tony en hield Bernardo en Diesel tegen die elkaar nog probeerden te stompen.
‘Man, je bent niet goed bij je hoofd,’ zei Riff woedend. ‘Wat doe je, godverdomme? Zeg vlug wat er is, Tony.’
Op zijn gemak, ademhalend door halfgeopende lippen, draaide Bernardo de knokkels van zijn rechtervuist in zijn linkerhand rond. ‘Misschien heeft hij eindelijk de moed gevonden om zijn eigen zaken uit te vechten,’ merkte hij op en glimlachte toen de Sharks om zijn grapje lachten.
Tony lachte ook en de glimlach bleef om zijn lippen terwijl hij Bernardo de hand toestak. ‘Je hebt geen moed nodig als je vecht, ’Nardo. Maar wij vechten niet.’
Bernardo sloeg tegen de zijkant van Tony’s hand voor hij hem een harde zet gaf en hem in de modder gooide. ‘Voor jou en al dat andere schorem is mijn naam Bernardo en na vanavond wordt het meneer Bernardo.’
‘Zo is het genoeg,’ zei Riff en hielp Tony overeind en maakte een gebaar tegen de Jets dat ze kalm moesten blijven, dat hij de situatie beheerste. ‘We hadden afgesproken dat er een eerlijk gevecht tussen jou en Diesel zou zijn.’
Bernardo kwam naar voren en sloeg Tony met de achterkant van zijn hand losjes in zijn gezicht. ‘Word niet ongeduldig, jij krijgt je beurt straks wel,’ waarschuwde hij Diesel. ‘Eerst neem ik die mooie jongen te grazen om op dreef te komen.’ Hij treiterde Tony, die over zijn wang wreef. ‘Wat is er, mooie jongen? Ben je bang? Laf? Heb je geen lef?’
Riff duwde Tony achter zich. ‘Hou je bek,’ waarschuwde hij Bernardo.
Maar Tony weigerde zich bij de Jets te scharen. Hij kon nu zien wat voor ernstige vergissing hij gemaakt had.
Het was beter geweest - wat hij Maria ook verteld of beloofd had - ze gewoon uit te laten vechten. Als Diesel Bernardo verslagen zou hebben, had alles geregeld kunnen worden en hij had dan een fijn gebaar kunnen maken door voor te stellen om het tegen Diesel op te nemen om Bernardo te bewijzen dat hij vrede wilde sluiten.
Als ’Nardo Diesel had verslagen, had hij kunnen aanbieden zijn toekomstige zwager de hand te drukken en als ’Nardo dat weigerde en wilde vechten, had hij een eerlijk gevecht met Bernardo kunnen aangaan. Dan had hij achteraf weer kunnen aanbieden elkaar de hand te geven of nog eens te vechten.
Het was te laat om nog een van deze dingen uit te voeren en Tony rilde toen hij Bernardo’s koude haat voelde. Hij kon nu niets meer doen. Het was te laat. Maar voor Maria moest hij het proberen; hij was zelfs bereid te kruipen.
‘Bernardo, je vergist je.’ Tony hield zijn stem in bedwang.
Bernardo schudde zijn hoofd. ‘Ik vergis me niet. Je bent laf.’
‘Waarom wil je het niet begrijpen?’ vroeg Tony en gaf Action een seintje dat hij zijn mond moest houden.
Bernardo liep naar voren, een hand achter zijn oor, met de andere sloeg hij tegen Tony’s neus. ‘Ik hoor je niet, lafbek,’ pestte hij Tony. ‘Wat zei je? A-Rab wil dat je me aanvalt. Maar je bent te laf.’
‘Bernardo - niet doen.’
Bernardo danste verrukt om Tony heen, sloeg hem onder zijn neus, zijn kin, mepte hem op zijn oor en draaide rond als een stierenvechter. ‘Ik kan hem geen toro noemen omdat hij kippenmoed heeft,’ zei hij tegen de opgetogen Sharks. ‘Kom op, lafbek,’ treiterde hij Tony verder. ‘Wat moet je nog zeggen voordat ik je eieren laat leggen?’
Het was meer dan Riff kon verdragen. Hij dacht vol schaamte aan de tijd, de dagen en weken en maanden, waarin hij Tony had verdedigd, zijn beste vriend, tegenover Action en Diesel, zelfs tegenover Baby-John en Anybodys. Hij begreep het niet. Geen enkele blanke man met een beetje trots zou nemen wat die luis daar uitvoerde. Was Tony soms gek of zoiets om zich zo in de maling te laten nemen door een vervloekte luis? Misschien schaamde Tony zich niet omdat iemand die gek of laf is dat niet kan, maar hij schaamde zich wel. Hij raakte zijn broekzak aan en voelde de geruststellende bult van z’n stiletto. Bernardo sloeg Tony weer. ‘Laffe bangerd...’
‘Allejezus, Tony!’ schreeuwde Riff. ‘Idiote klootzak, ben je gek geworden! Laat hem dat niet doen!’
‘Vermoord hem, Tony!’ krijste Anybodys.
Baby-John sprong op en neer. ‘Dood hem!’
‘Er wordt niemand vermoord,’ spotte Bernardo. ‘Smerige vuile...’
Met een kreet van woede duwde Riff Tony opzij en dook naar Bernardo’s keel. Hij sloeg hem uit zijn evenwicht, bukte, rukte hem overeind en sloeg zijn vuist recht in Bernardo’s mond.
Bernardo voelde het bloed in zijn mond stromen, maar deed zijn hoofd omlaag en bonkte Riff midden in zijn gezicht en toen Riff losliet en achteruit wankelde, had Bernardo zijn mes in z’n hand. Hij veegde zijn mond af en zag de glinstering van Riffs mes. Dit was zoals het moest zijn. Hij commandeerde de Sharks aan de kant te blijven, dat wilde hij. In zijn ooghoek zag hij dat Tony naar voren wilde komen maar Action en Diesel grepen hem stevig beet.
Verschuivend om een betere positie te krijgen, schijnbewegingen makend terwijl hun messen verdedigende cirkels beschreven, verkleinden de beide leiders de afstand die tussen hen lag. Ze hadden allebei genoeg ervaring om te weten dat dit soort gevechten nooit lang duurde. Het kon in één keer over zijn; er waren nooit meer dan twee of drie stoten nodig.
De kring om hen werd kleiner en toen Diesel en Action naar voren liepen, verslapte hun greep een ogenblik, wat genoeg voor Tony was om los te breken.
Alles ging in een flits. Hij hoorde Riff naar hem schreeuwen dat hij godverdomme achteruit moest gaan en terwijl Riff een gebaar maakte om zijn bevel kracht bij te zetten, deed hij zijn linkerarm naar achteren. Hierdoor kreeg Bernardo de paar seconden die hij nodig had om naar voren te schieten en zijn mes naar boven te steken in een korte boog, die eindigde in Riffs ribbenkast, juist onder zijn hart.
Riff was dood voor hij viel en met een wanhopige schreeuw rukte Tony het mes uit zijn slappe hand en viel zo snel aan dat Bernardo er niet op verdacht was. Niet in staat zijn voeten zo vlug te bewegen dat hij zich nog kon verdedigen, drongen de vijfentwintig centimeter van het lemmet in zijn zij en hij viel stervend op de grond.
Het doodsgerochel en de laatste zucht, de donkerkleurende grond, de slappe lichamen die plotseling van haat, geweld en leven gescheiden waren, dit alles bij elkaar was te gruwelijk om te aanschouwen. Toen joeg het loeien van een sirene, een patrouillewagen die met gierende banden boven hun hoofden stopte, een zoeklicht dat langs de zijkant van de grote weg gleed, de Jets en Sharks uit elkaar.
Diesel greep Tony’s arm en terwijl Tony rende, verblind door tranen, en zijn wereld in vlammen op zag gaan, riep hij haar naam telkens weer en weer, maar alleen het woeste, radeloze loeien van de sirene was het antwoord.