Hoofdstuk 5
De Koffiepot was een kleine lunchroom met één raam, er was een helle verlichting die meer licht gaf dan nodig was. Maar door het licht konden de lui van de patrouillerende politiewagens naar binnen kijken, want de eigenaar van de Koffiepot had er genoeg van een oefenterrein te zijn voor amateur-overvallers.
De menukaarten aan de witte muren zaten onder het vuil, wat de inhoud van sommige Mexicaanse, Portoricaanse en Amerikaanse gerechten onduidelijk maakte.
Voor de lange toog stond een rij versleten barkrukken, bij sommige was de smerige vulling zichtbaar. Een vermoeide buffetbediende waste koffiekoppen af met de bewegingen van een slaapwandelaar en een keurig geklede neger zat met zijn vriendinnetje aan het buffet te luisteren naar keiharde platen uit de jukebox. Toen Riff de deurkruk naar beneden deed en de deur opentrapte, keken de buffetbediende en de twee klanten snel op. Met een los gebaar schoof de neger wat geld over de toonbank, pakte zijn meisje bij de arm en bracht haar naar buiten, weg van eventuele moeilijkheden.
‘Rustig maar,’ zei Riff tegen de angstige buffetbediende en hield een dollarbiljet omhoog. ‘Koffie voor iedereen. Is er iemand geweest die ons zocht?’
De buffetbediende schuifelde naar de grote koffiekan die in jaren niet schoongemaakt was. ‘Niemand, Riff,’ antwoordde hij. ‘Kijk eens, jongens, alleen in leven blijven kost me al moeite genoeg. Dus maak het niet nog moeilijker voor me.’
Riff knipte ongeduldig met zijn vingers. ‘We willen koffie – geen melk, geen suiker, geen geouwehoer.’
‘Ik wil suiker,’ zei Baby-John. ‘Ik vind suiker lekker.’
Ice stompte Baby-John met zijn elleboog tegen het buffet en het jongste lid van de Jets wreef over zijn bovenarm en gleed op een kruk. Toen haalde hij een stripblaadje uit zijn zak en begon ingespannen te lezen. Als jongste lid had hij geleerd geduldig te zijn en zijn mond te houden; en wat hij nu deed, zou Ice laten zien dat hij niet te stom was om iets te begrijpen.
‘Waar zijn ze in jezusnaam?’ vroeg Ice en wees naar de klok boven de kassa. ‘Als we een gesprek over het gevecht willen houden vanavond mogen ze weleens op komen dagen.’
Riffs ogen schoten naar de geschrokken buffetbediende, die zich snel omgedraaid had. ‘Je bent een grapjas, Ice. De koffie,’ spoorde hij de buffetbediende aan. ‘Waarom doe je er zo lang over, godverdomme?’
‘Ze komen eraan,’ zei de buffetbediende. ‘Ik kan maar één kop tegelijk inschenken.’
‘Superman kon alle koppen zo vlug vullen dat je het niet eens kon zien.’ Baby-John sprak als deskundige op dit gebied, wat hij ook was. ‘Wisten jullie dat Superman nooit met een mes vecht? Hij hoeft zelfs geen atoomgeweer te gebruiken. Dat laat hij aan zijn vijanden over. Het enige wat hij gebruikt is dit.’ Hij liet een stevige vuist zien.
‘Meen je dat?’ zei A-Rab geïnteresseerd. ‘Slaat hij muren en zo omver?’
‘Jazeker,’ antwoordde Baby-John. ‘Hij wint het altijd van Batman.’
Hij wees naar de deur. ‘Hé, doe hem op slot voor mevrouw Spookhuis binnenkomt.’
‘Ik heb wel gehoord wat je zei, slijmerd,’ zei Anybodys en smeet de deur achter zich dicht. ‘Ik heb net zo veel recht om hier te komen als jij. En ik zal het bewijzen ook.’
‘Ga daar zitten,’ commandeerde Riff. Hij had het vanavond te druk om haar naar buiten te werken. ‘Geef haar een kop koffie,’ zei hij tegen de buffetbediende.
‘Natuurlijk, natuurlijk,’ zei de buffetbediende en keek zenuwachtig naar de straat. Vervloekte smerissen, ze waren nooit in de buurt als je ze nodig had. ‘Ik ga zo sluiten.’
Gee-Tar schudde zijn hoofd. ‘Het is tegen de wet om betalende klanten eruit te gooien. Wat is er, vriend, bevallen onze manieren je niet? Geef die koffie nou vlug en ga terug naar je afwas tot we je roepen.’
‘Ik zoek geen moeilijkheden,’ pleitte de buffetbediende, ‘waarom moeten jullie mij dan hebben?’
‘We moeten niemand hebben,’ zei Riff en keek weer op de klok. Hij had Tony niet kunnen vinden en Action had niets gezegd, alleen maar gekeken, wat veel erger was. ‘Om hier bij elkaar te komen was een idee van Bernardo. Ken je Bernardo?’
‘Zo’n beetje,’ zei de buffetbediende.
‘Het kan hem niet schelen wie hij kent,’ riep Anybodys.
Riff gebaarde haar dat ze stil moest zijn. ‘Geef haar een koek of zoiets,’ zei hij tegen de buffetbediende. ‘Hoe komt het dat je er zo uitgehongerd uitziet? Ga je nooit naar huis?’
‘Het antwoord is nee,’ zei ze.
Baby-John keek van zijn stripverhaal op, hij was boos omdat Anybodys de tekst hardop meelas. ‘Dan zou je de hoer moeten spelen als je zuster.’ Anybodys’ knokkels sloegen tegen de zijkant van Baby-Johns hoofd. ‘Ga door,’ daagde ze hem uit, ‘vertel Superman maar dat ik je een dreun ga geven, dan zal ik hem er ook een geven.’
De buffetbediende had de laatste kop koffie gegeven, deed een koek op een servetje en schoof hem naar Anybodys. ‘Ik krijg nog zestig cent,’ zei hij. ‘En dan reken ik geen bedienings-geld.’
‘Hou de rest maar, beste man,’ zei Mouthpiece terwijl hij een dollar verfrommelde en hem naar de buffetbediende gooide.
‘Ik heb Bernardo de hele avond nog niet gezien,’ zei de buffetbediende. ‘Als je het mij vraagt, komt hij niet meer opdagen. Trouwens, hij komt hier bijna nooit, want hij moet de baas nog vijf dollar betalen.’
‘Hij komt wel,’ zei Riff en blies over de rand van zijn kop.
‘Hij heeft dit neutrale gebied uitgekozen voor onze vergadering. We gaan met de Portoricanen hun plaats in de maatschappij bespreken. Wil je met ons meedoen?’
‘Het spijt me, ik had al plannen gemaakt om dronken te worden, me op te laten pikken en me naar het tuchthuis te laten sturen voor een maand of zo,’ antwoordde de buffetbediende. ‘Dus vat het niet als een belediging op dat ik je uitnodiging afsla. Maar waarom neem je geen goeie raad aan? Ga naar huis en denk er niet meer aan.’
‘We kunnen je niet verstaan,’ zei Diesel, die zijn handen over zijn oren deed. ‘Wat voor soort wapens denk je dat hij wil gebruiken?’
‘Vraag het aan Bernardo,’ zei Riff en gleed van zijn kruk af om de deur open te gaan doen, ‘want hier is hij.’
Baby-John deed zijn stripverhaal weg en Anybodys draaide haar kruk om zodat ze met haar vuile ellebogen op de toog achter zich kon leunen. Met overdreven beleefde gebaren opende Riff de deur en nodigde Bernardo en de Sharks uit binnen te komen.
Bernardo keek om zich heen, overtuigde zich ervan dat er geen valstrik mogelijk was en met een ruk van zijn schouder gaf hij de Sharks het teken dat ze met hem het kleine restaurant in moesten gaan.
‘Ik hoop dat jullie niet te lang op ons hebben gewacht,’ verbrak Bernardo de stilte.
‘We hebben ervan genoten,’ antwoordde Riff. ‘Wat denk je van een kop koffie?’
‘Laten we maar terzake komen.’
Riff keek naar de klok, toen naar Action. ‘Bernardo kent de genoegens van een plezierig leven nog niet.’
‘Geouwehoer,’ zei Bernardo, ‘ik mag jou trouwens toch niet.’ Hij keek naar de buffetbediende. ‘Doe wat van dat licht uit en ga iets in het achterkamertje doen.’
‘Ik wil hier geen gedonder,’ protesteerde de buffetbediende.
Geërgerd en om te bewijzen dat hij net zo flink was, liep Riff om het buffet heen, draaide het licht uit en duwde daarna de buffetbediende naar achteren. ‘Je hebt te hard gewerkt. Ga je een beetje ontspannen. We breken de tent heus niet af. Maar we willen niet dat jij ons lastigvalt. En blijf uit de buurt van de telefoon!’
‘De telefooncel staat voor de deur,’ zei de buffetbediende. ‘Doe me een plezier. Hou je woord wat betreft geen gedonder hier binnen.’
Riff vond het de moeite niet waard om te antwoorden en liep naar de deur om hem op slot te doen en nog even op straat te kijken. Tony was nergens te bekennen. Veronderstel dat Bernardo de zaak vanavond af wilde handelen. Hij zou mee moeten doen.
‘Bernardo, we dagen je uit. Iedereen doet mee en het is voor eens en voor altijd.’
‘We nemen het aan,’ zei Bernardo en wachtte tot het instemmende gemompel verstomde. ‘Onder welke condities?’
‘De condities die jij wenst.’ Riff stak zijn handen op. ‘We hebben besloten dat jullie ze mogen noemen.’
‘Jullie zijn begonnen,’ zei Pepe.
‘Om jullie maken we er een eind aan,’ zei Riff tegen Pepe en Nibbles. Jullie zijn een stelletje laf schorem om een jochie in de bioscoop te gaan overvallen. En we zijn niet vergeten wat jullie met hem hebben gedaan - de wc en de rest.’
Bernardo moest glimlachen. ‘Een bad - wat voor soort dan ook - kon hem alleen maar goed doen. Trouwens wie overviel me toen ik hier een dag woonde?’
‘Wie heeft je gevraagd hier te komen wonen?’
‘Mijn vader en moeder,’ antwoordde Bernardo. ‘Kun jij hetzelfde zeggen?’
‘Smerige luis, ik zal je wat manieren bijbrengen,’ zei Action terwijl hij opstond.
Bernardo spreidde zijn voeten en ging in gevechtshouding staan. ‘Ik wacht op je, vuil stuk vreten. Maar ik geloof niet dat je een erg goede leermeester bent.’
‘Wacht even.’ Riff kwam tussen hen in staan. ‘Neem je de uitdaging wel of niet aan?’
‘We nemen hem aan,’ zie Bernardo. ‘Noem maar een tijd.’
‘Zeg jij het maar,’ zei Riff.
Bernardo dacht even na. ‘Morgenavond?’
‘Prachtig!’ Riff was helemaal opgelucht: nu kon hij Tony gaan zoeken. Om de afspraak te bezegelen en de Jets te laten zien hoe een goede leider zich gedroeg, stak hij zijn hand uit. ‘Waar spreken we af? Het park of de rivier?’
‘Wat denk je van onder het viaduct?’ stelde Bernardo voor terwijl hij Riffs hand schudde.
Riff knikte dat het strijdperk hem wel beviel. ‘En wat denk je van de wapens?’
‘Watje maar wilt.’
Bernardo wilde net uitgebreid gaan vertellen dat de Sharks tegen alles wat de Jets zouden gebruiken om te gooien, te slaan of te tillen opgewassen waren, toen hij iemand buiten de lunchroom zag staan en de smerige Pool herkende die met zijn zuster gedanst had. Hij ging de deur opendoen en liet Tony binnen. Je sterke man is er,’ zei hij tegen Riff en wist dat zijn opmerking doel trof. ‘Misschien wil je dat we alles herhalen?’
Tony keek door het raam naar het verkeerslicht een blok verder. Het was nu rood, als om hem te waarschuwen voor het gevaar en dat hij voorzichtig moest reageren. Aan het einde van het blok flikkerden de kapotte letters van een neonreclame en de stilte in de straat werd verbroken door gelach uit een passerende auto.
‘Je hoeft niets te herhalen,’ zei Tony. ‘Ik wil alleen weten met wat.’
‘Misschien messen en revolvers,’ zei Riff omdat hij Tony door zijn moed wilde imponeren.
‘Net wat ik dacht,’ antwoordde Tony. ‘Precies wat ik verwachtte van een stel lafbekken.’
‘Wie noem je lafbekken?’ Action drong zich naar voren en stak zijn kin vooruit. ‘Ik luister.’
‘Iedereen kent zijn soortgenoten,’ zei Bernardo tegen de Pool. ‘Dus veronderstel ik dat je het niet tegen ons had.’
Eerder op de avond had Tony zich verstopt voor de Jets. Nu, om redenen die zij niet zouden kunnen begrijpen, had hij ze opgezocht. Maar hij had het net zo goed voor Bernardo als voor zijn zuster gedaan. Als het maar enigszins mogelijk was, moest hij Bernardo ervan overtuigen dat hij het recht had met Maria om te gaan, dat hij bij de Jets weg was gegaan omdat hij er niet langer voor voelde tegen de Sharks te vechten, dat hij volwassen was, een man die wist wat verliefd zijn betekende.
‘Ik noem jullie allemaal lafbekken,’ zei hij ten slotte. ‘Hoe komt het dat jullie stenen, of messen of revolvers moeten gebruiken? Wat is er aan de hand, zijn jullie bang om te dicht bij elkaar te komen zodat je het met je vuisten uit zou moeten vechten?’
Hij liet ze zijn witte harde knokkels zien. ‘Bang om je blote vuist te gebruiken?’
‘Wat voor soort vechten is dat nou met je blote vuist?’ vroeg Baby-John. ‘Je moet op z’n minst met iets kunnen gooien.’
‘We hebben hun de keus van de wapens gegeven,’ legde Riff Tony uit. ‘We gebruiken onze vuisten toch wel, dus moeten zij maar beslissen.’
‘Jullie proberen er allebei onderuit te komen,’ ging Tony verder. Hij moest snel praten om zo lang mogelijk psychologisch overwicht te houden. ‘Een eerlijk gevecht kan alles beslissen. Dat wil zeggen wanneer jullie de moed hebben om dat te riskeren. En wanneer beide partijen een man hebben die bereid is om op de vuist te gaan.’
‘Ik zou het graag willen,’ zei Bernardo vlug. Aan zijn ogen was te zien dat hij hoopte dat Tony de Jets zou vertegenwoordigen. ‘Laten we een eerlijk gevecht houden.’
‘’Nardo,’ riep Pepe teleurgesteld, ‘bedoel je dat de rest van ons moet toekijken?’
‘Ik ben niet van plan toe te gaan kijken!’ zei Action en sloeg met zijn lege koffiekop op de toog. ‘Dat verdom ik!’
‘De bevelhebbers zeggen ja of nee,’ vertelde Riff Action. Toen keerde hij zich tot Bernardo. ‘Goed, een eerlijk gevecht. Geef je je hand erop?’
‘We hoeven elkaar niet weer een hand te geven,’ zei Bernardo. ‘Ik geef m’n woord erop en waarom zouden we tot morgenavond wachten als we het nu meteen kunnen doen?’ Hij wachtte even en keek Tony aan. ‘Ik wacht onder het viaduct op je.’
‘Een vergissing,’ zei Riff en gaf Diesel een seintje om naar voren te komen. ‘Dit is onze beste vuistvechter. En morgenavond komt ons prima uit.’
Niet in staat zijn teleurstelling te verbergen, wees Bernardo naar Tony. ‘Maar ik dacht...’
‘Wie kies jij uit?’ vroeg Riff.
‘Mezelf,’ zei Bernardo terwijl hij naar Tony keek en tot de conclusie kwam dat Maria eerder met Chino zou moeten trouwen dan het plan was geweest. ‘Ik vertegenwoordig de Sharks.’
Diesel klapte in zijn handen. ‘Het is een overweldigende eer voor me.’
‘Ik heb aangeboden mijn hand erop te geven,’ zei Riff tegen Bernardo. ‘Betekent het dat je terugkrabbelt, dat je me geen hand wilt geven?’
Action kwam naar voren om de aandacht te krijgen van de Sharks. ‘Kijk, Bernardo,’ begon hij, ‘als je van gedachten verandert, staat hier iemand die met plezier naar je luistert.’
‘Hou je kop,’ zei Riff vlug. ‘We krijgen een bezoeker. Ga de deur opendoen.’
Inspecteur Schrank schoof de lunchroom binnen terwijl de buffetbediende uit het achterkamertje kwam en ongelukkig van de inspecteur naar de jongens keek. ‘Goedenavond, inspecteur Schrank. Ik wilde gaan sluiten zodra de jongens uitgepraat waren.’
Schrank leunde over de toonbank en nam een bijna vol pakje sigaretten uit het borstzakje van de buffetbediende. ‘Mag ik?’
‘Natuurlijk, waarom niet?’ zei de buffetbediende. ‘Zo gaat het per slot van rekening al m’n hele leven.’
Schrank stak langzaam een sigaret op, nam een paar diepe halen en mikte de afgebrande lucifer in de dichtstbijzijnde koffiekop, die van Tiger. ‘Ik rook altijd op de wc,’ zei hij langzaam. ‘Maar wat is een ruimte met halfbloeden anders, hè Riff?’
Hij pauseerde en zag dat Bernardo’s beweging in zijn richting door Riff verhinderd werd en dit gebaar bewees wat Doetje hem verteld had - de jongens zouden gaan vechten en dit was een bijeenkomst om de voorwaarden voor het gevecht overeen te komen.
‘Duvel op, luizen,’ zei hij vriendelijk tegen Bernardo. ‘Zeker, dit is een vrij land en ik heb het recht niet jullie hier uit te trappen. Maar ik heb een politiepenning en totdat jullie het voor de rechtbank brengen doen jullie wat ik zeg.’ Hij wees met zijn sigaret naar de deur. ‘Verdwijn. En dat betekent van de straat af.’
Schrank keek hoe de Sharks in een ijzige stilte naar buiten liepen en om Bernardo heen gingen staan. Voordat Krupke uit de patrouillewagen kon komen, gingen de Sharks uit elkaar en liepen alle kanten op. Het was onmogelijk ze achterna te gaan en Schrank beduidde Krupke dat hij achter het stuur moest blijven zitten.
‘En, Riff, waar wordt het gevecht gehouden?’ Hij wachtte op antwoord, knikte naar verschillende jongens en zag hoe zij hun hoofden wegdraaiden. Toen hij een stap in de richting van Anybodys en Baby-John deed, waren ze allebei ineens verdiept in een stripverhaal. ‘Kijk eens, ik weet dat een Amerikaan zich niet met een buitenlander ophoudt, tenzij ze gaan vechten. De rivier? Het park?’
Toen hij doorpraatte, was zijn stem scherper, meer afgebeten. ‘Ik ben vóór jullie,’ zei hij. ‘Ik wil dat er een eind aan deze rotzooi komt. Dat willen jullie ook. Waarom zouden we elkaar niet helpen? Waar gaan jullie knokken? De speelplaats? Sweeney’s veld?’
Hij noemde nog een ander terrein en wachtte op antwoord. ‘Smerige kleine schooiers,’ barstte hij woedend uit, ‘ik zou jullie naar het bureau moeten sleuren en jullie koppen tot moes laten slaan! Jullie en dat goedkope immigrantenuitschot waar jullie vandaan komen! Hoe is het met je vaders delirium, A-Rab? Is er nog actie op je moeders matras, Action?’
Schrank ging op de bal van zijn voeten staan terwijl zijn rechterhand naar z’n gummiknuppel ging. Voorbereid wachtte hij tot Action naar hem toe zou springen, maar Riff en Gee-Tar hadden de tierende jongen tussen zich in genomen.
‘Laat ’em gaan, jochies, laat ’em gaan,’ zei Schrank. ‘Want op een goeie dag is er niemand om hem tegen te houden.’ Met zijn ogen strak op de jongens gevestigd, zijn hand op z’n gummistok, liep Schrank naar de deur. ‘Ik vind wel uit waar jullie gaan vechten,’ beloofde hij. ‘Maar zorg ervoor dat jullie elkaar afmaken voor ik er ben. Want als jullie het niet doen, doe ik het.’
De Jets wachtten tot de politieauto weg was voordat ze de lunchroom verlieten. Riff wachtte bij de deur op Tony, maar zijn vriend zat aan de vuile toog en staarde over zijn samengeknepen handen.
‘Ga je mee, Tony?’ vroeg Riff.
Tony bleef even zitten, toen keerde hij zich langzaam op zijn kruk om. ‘Waarom liet je mij niet tegen Bernardo vechten?’
‘Omdat Diesel wel graag vuil vecht. En jij, Tony, van jou weet ik het niet meer. Bovendien...’
‘Ja?’
‘Als het man tegen man is, is Diesel snel. En jij en ik kennen Bernardo. Ik vertrouw die grapjas niet.’ Riff hield op en trok een vies gezicht tegen zijn rechterhand voor hij hem langs zijn broek wreef. ‘Kun j e j e voorstellen dat ik een van hen een hand geef, en dan nog hem?’
‘Ik kan het me voorstellen.’
Riff hield zijn woede in bedwang. ‘Bovendien ben je m’n vriend, Tony, en de laatste die ik gewond wil zien. Maar als Diesel verslagen wordt, kunnen we nog altijd op je rekenen. Of niet?’
‘Val dood.’
‘Ik doe m’n vrienden graag een plezier. Zeg’ - Riff boog zijn hoofd - ‘hoe is die zuster van Bernardo? Denk je dat je haar kunt pakken? Jongen, dat zou een klap voor Bernardo zijn!’ Hij maakte een schunnig gebaar met zijn rechterarm.
‘Weetje wat ik tegen je wil zeggen?’ vroeg Tony. ‘Bernardo en jij – jullie allebei. De hel is nog te goed voor jullie.’
‘Wat is er met jou, kereltje?’ vloekte Riff. ‘Betekent dat soms dat je ons afschrijft?’
Tony kwam van de kruk af. ‘Het betekent precies wat je er zelf van denkt.’ Zijn stem trilde. ‘En lazer nou heel gauw op voor ik Schrank een genoegen doe door je in elkaar te trappen.’