Hoofdstuk Twee

 

 

Het was al ver in het najaar, en het eerste hooi werd al van de velden gehaald, toen Bard di Asturiën koning Ardrin aansprak in zijn troonzaal.

'Oom,' zei hij, want hij had dit privilege, aangezien de koning zijn pleegvader was, 'trekken we ten strijde voor de appeloogst?'

Koning Ardrin trok zijn wenkbrauwen op. Hij was een lange, imponerende man, met het blonde haar van de meeste di Asturiëns, en hij was ooit sterk en krachtig geweest, voordat een wond aan zijn arm enige jaren geleden zijn ene arm had verlamd. Hij had meer littekens, kenmerken van een man die zijn leven lang zijn rijk door strijd had moeten behouden. Hij zei: 'Liever niet, pleegzoon. Maar jij weet beter dan ik over wat er aan de grenzen speelt, aangezien jij daar de afgelopen veertig dagen geweest bent. Wat is er voor nieuws?'

'Geen nieuws van de grens,' zei Bard, 'want alles is daar rustig; na Sneeuwvallei is er geen sprake meer van dat er daar in de buurt weer een opstand te verwachten valt. Maar ik heb geruchten gehoord onderweg naar huis; wist u dat Dom Eiric Ridenow, de jongere, zijn zuster heeft uitgehuwelijkt aan de hertog van Hammerfell?'

Koning Ardrin keek bedachtzaam, maar zei niets anders dan: 'Ga verder.'

'Een van mijn soldaten heeft een zwager die als huurling bij de hertog in dienst is,' zei Bard. 'Hij had per ongeluk een man doodgeslagen, en is voor drie jaar verbannen, vandaar dat hij zichzelf verhuurd heeft aan Hammerfell, maar hij is nu van zijn verplichtingen ontslagen. Mijn soldaat zei dat zijn zwager bij zijn aantreden de voorwaarde had gesteld dat hij niet tegen Asturias zou hoeven te strijden; en ik vind het interessant dat hij nu dus ontslagen is, in plaats van op Midwinter, zoals gebruikelijk is.'

'Dus jij denkt...'

'Ik denk dat de hertog van Hammerfell zijn nieuwe verbintenis met de Ridenows van Serrais krachtiger wil maken,' zei Bard, 'door zijn leger in te zetten tegen Asturias. We hadden dat in het voorjaar kunnen verwachten. Als hij voor de wintersneeuw toeslaat, kan het zijn dat hij hoopt dat hij ons bij verrassing kan overvallen. Bovendien heeft Beltran een laranzu onder zijn mannen die een gave heeft voor contact met wachtervogels; hij zei dat er weliswaar geen legers op de weg waren, maar dat grote groepen mannen zich verzamelden in het marktstadje Tarquil, niet al te ver bij Hammerfell vandaan. Nu is daar weliswaar een huurlingenmarkt aan de gang; maar de laranzu zei dat er te weinig mannen met hooivorken en melkbussen waren en te veel mannen te paard. Het lijkt alsof zich daar huurlingen verzamelen. En er is een karavaan met lastdieren gesignaleerd, afkomstig van de Toren van Dalereuth. En jij weet net zo goed als ik wat er in Dalereuth gemaakt wordt. Wat moet de hertog van Hammerfell met klitvuur, als hij niet van plan is zich bij de Ridenows van Serrais aan te sluiten en tegen ons ten strijde te trekken?'

Koning Ardrin knikte langzaam. Hij zei: 'Je hebt ongetwijfeld gelijk. Welnu, Bard, jij hebt gezien dat men van plan is om ons aan te vallen, wat zou jij doen als jij hier het bevel voerde?'

Het was niet de eerste keer dat Bard deze vraag kreeg. Het had nooit veel betekenis gehad, behalve dan dat zijn pleegvader wilde zien of hij een sterk gevoel voor militaire tactiek had; hij zou Beltran en Geremy dezelfde vraag gesteld hebben als ze aanwezig waren geweest, om daarna naar zijn echte adviseurs te stappen. Niettemin dacht Bard over het probleem na.

'Ik zou nu tegen hen ten strijde trekken. Voordat ze hun huurlingen kunnen verzamelen, nog voor ze Hammerfell verlaten hebben,' zei hij. 'Ik zou Hammerfell belegeren voordat hij verwacht dat wij weten wat hij in zijn schild voert. Hij verwacht niet dat de oorlog naar hem toe komt, hij is alleen bezig om huurlingen te verzamelen om Dom Eiric te helpen, zodat wij deze zomer, als de Ridenows ten strijde trekken, hetgeen ze zeker zullen doen, tot de onplezierige ontdekking zullen komen dat zijn leger veel groter is dan wij dachten. Maar als we nu Hammerfell aanvallen, en het kasteel belegeren totdat de hertog bereid is om te zweren dat hij ons niet zal aanvallen, en bereid is om gijzelaars te sturen om hem aan zijn woord te houden, dan zetten we Dom Eiric de voet dwars, en moeten zijn adviseurs nieuwe plannen maken. En als ik het bevel had, zou ik ook een aantal troepen naar het zuiden sturen om het klitvuur te vinden en te vernietigen voordat het tegen ons gebruikt kan worden; misschien kunnen we het zelfs veroveren en bij onze eigen voorraad voegen. En aangezien er zeker een aantal tovenaars mee zal reizen om het te beschermen, zou ik een paar laranzu met de troepen mee sturen.'

'Hoe lang hebben we nodig voordat we tegen Hammerfell kunnen optreden?' vroeg koning Ardrin.

Minder dan een tiendag, heer. Tegen die tijd hebben we ons deel van de paarden van dit jaar binnen, en de mannen zullen vrij zijn om ten strijde te trekken,' zei Bard. 'Maar ik zou het leger in het geheim sturen, en geen vuren aansteken om de soldaten naar het kasteel te roepen. Misschien hebben ze tovenaars die de bakens van verre kunnen zien. En als we heimelijk bewegen, kunnen we Hammerfell aanvallen binnen een tiendag nadat we de grens over zijn - als we snel bewegen, met een klein aantal zorgvuldig uitgezochte mannen, kunnen we de bruggen over de Valeron vernietigen, zodat eventuele achtervolgers worden opgehouden, terwijl wij een kleine groep naar binnen sturen om het kasteel te belegeren.'

Een glimlach brak door op het strenge gezicht van koning Ardrin. Hij zei: 'Ik had zelf geen beter plan kunnen bedenken; ik betwijfel zelfs, Bard, of ik zo ver zou zijn gekomen. Nu heb ik nog een vraag voor je: als ik de troepen naar het noorden stuur, naar Hammerfell, kun jij dan naar het zuiden gaan om het klitvuur te onderscheppen? Ik kan je een aantal leroni meegeven en drie dozijn zorgvuldig geselecteerde ruiters - je mag ze zelf uitzoeken - maar meer kan ik niet missen; heb je daar genoeg aan?'

Bard dacht even na. 'Kunt u er geen vier dozijn missen, heer?'

'Nee; ik heb die extra twaalf mannen nodig als ik Hammerfell wil aanvallen,' zei koning Ardrin.

'Dan zal ik het moeten doen met drie dozijn, heer. In ieder geval kan zo'n kleine groep snel vooruit komen als dat nodig is.' Zijn hart klopte in zijn keel. Hij had nog nooit eerder een heuse missie geleid.

'Prins Beltran zal officieel het bevel voeren,' zei koning Ardrin. 'Maar de mannen zullen jou volgen. Je begrijpt me wel, Bard? Ik moet deze opdracht wel aan Beltran geven. Maar ik zal hem duidelijk maken dat jij zijn militair adviseur bent.'

Bard knikte. Zo lag de realiteit nu eenmaal; een lid van het koninklijk huis moest officieel het bevel voeren; maar hij, Bard, kreeg in werkelijkheid het bevel over deze lastige missie met een uitgelezen troep mannen. 'Ik zal mijn mannen gaan uitkiezen, heer.'

'Wacht nog even,' riep koning Ardrin hem terug. 'Er komt een moment dat jij, als mijn schoonzoon, het recht hebt om het bevel te voeren. Ik ben erg blij met je moed, Bard; maar ik verbied je om te veel risico's te nemen. Ik heb je talent voor strategie harder nodig dan je sterke arm of je moed. Zorg dat je het overleeft, Bard. Ik heb zo mijn plannen voor je; over enkele jaren zal ik te oud zijn om nog langer mijn eigen generaal te zijn. Ik neem aan dat je begrijpt wat ik wil zeggen.'

Bard boog diep en zei: 'Ik sta geheel tot uw beschikking, mijn koning en mijn heer.'

'En er zal een dag komen dat ik tot jouw beschikking zal staan, neef. Ga nu maar, en kies je mannen.'

'Mag ik nog afscheid nemen van vrouwe Carlina, heer?'

Ardrin glimlachte. 'Natuurlijk mag dat.'

Bard was in extase van vreugde over deze prachtige kans om zich te onderscheiden. Zijn toekomst leek verzekerd, en als hij deze missie tot een succesvol einde bracht, zou koning Ardrin hem misschien wel een andere gunst verlenen: dat hij al tijdens het midwinterfestival zijn huwelijk met Carlina zou mogen bevestigen. Of misschien zou zij dan eindelijk toestemmen om hun huwelijk wettig te maken op die nacht, vol met zijn traditionele vrijheden en feesten! Als hij de commandant van de koning was, en zijn kampioen, dan zou ze hem vast niet langer afwijzen!

Hij gaf toe dat hij de losse contacten met vrouwen zat was. Hij wilde Carlina. Eerst had hij haar slechts gezien als een teken dat de koning hem hoog achtte, als een manier om een positie en macht te veroveren in het rijk van Asturias. Maar toen ze hem op midzomer zo lief had toegesproken, wist hij dat zij de enige vrouw voor hem was.

Hij was het zat om steeds een ander liefje te zoeken. Hij was Lisarda zat, het spelletje dat hij met haar speelde door haar onwillige lichaam te laten reageren terwijl ze huilde en volhield dat ze hem haatte. Wat een verwend nest was het, terwijl hij zo zijn best deed om haar plezier te bezorgen! Maar het kon hem allemaal niet meer schelen. Nu wilde hij niemand anders meer dan Carlina.

Hij vond haar in de naaikamers, waar ze de leiding had over de vrouwen die linnen kussens aan het maken waren, en gebaarde dat ze naar hem toe moest komen. Weer vroeg hij zich verbijsterd af waarom hij dit niet echt knappe meisje zo nodig wilde hebben terwijl er nog zoveel anderen waren? Was het alleen omdat ze de dochter van de koning was, omdat ze samen gespeeld hadden toen ze kinderen waren? Haar haren waren haastig in een vlecht gedraaid en uit haar gezicht gebonden, maar zelfs dat had niet kunnen voorkomen dat het nu vol zat met pluizen. Haar blauwgeruite jurk was een kledingstuk dat hij haar had zien dragen sinds ze een jaar of tien was, of zoiets. Of misschien liet ze steeds een nieuwe maken als ze te groot was geworden voor de oude?

Hij zei: 'Je hebt veren in je haar, Carlina.'

Ze veegde even afwezig over haar hoofd. 'Ongetwijfeld; een aantal van de vrouwen is bezig om dekbedden te vullen voor de komende winter, en we maken kussens en peluws; ik heb de leiding over de veren, terwijl de vrouwen van mijn moeder bezig zijn het vlees van de vogels in te zouten en te pekelen voor de winter.' Ze keek naar de donsjes op haar vingers. 'Kun jij je nog herinneren, pleegbroer, dat jij en ik, en Beltran, in de tonnen met veren hadden gespeeld zodat de hele naaikamer bezaaid lag met veertjes? Ik voelde me zo schuldig, want jij en Beltran kregen een pak slaag terwijl ik alleen maar zonder eten naar bed werd gestuurd!'

Bard lachte. 'Dan hadden wij het beter dan jij, want ik krijg liever een pak slaag dan dat ik moet vasten. Ongetwijfeld denkt Beltran er net zo over! En al deze jaren heb ik juist gedacht dat jij veel zwaarder gestraft was dan wij!'

'Maar het was mijn idee; jij en Beltran, en ook Geremy, kregen een pak slaag voor een spelletje dat ik had bedacht,' zei ze. 'We hadden het leuk vroeger, ja toch, pleegbroer?'

'Dat is zo,' zei Bard, terwijl hij haar hand pakte. 'Maar ik wil je geen pleegzusje meer noemen, Carlina mea. En ik breng je fantastisch nieuws!'

Ze keek met een glimlach naar hem op. 'Wat is het, toekomstige echtgenoot?' zei ze. Ze sprak de woorden bijna verlegen uit.

'Je vader de koning heeft me de leiding over een eigen troep gegeven!' barstte hij enthousiast uit. 'Ik mag met drie dozijn door mijzelf uitgekozen mannen een karavaan met klitvuur overvallen... Beltran is natuurlijk officieel de leider, maar jij weet, net als ik, dat de werkelijke leiding bij mij zal berusten... en ik mag mijn eigen mannen uitkiezen, en we krijgen leroni mee...'

'O, Bard, wat fantastisch,' zei ze, ondanks alles toch vertederd door de manier waarop hij zijn nieuws bracht. 'Ik ben zo blij voor je! Dit betekent vast, zoals je al gehoopt had, dat je van banierdrager zult opklimmen tot kapitein, en misschien op een dag wel als leider van alle legers!'

Bard probeerde zijn trots niet al te zeer te laten blijken toen hij zei: 'Dat zal vast nog wel jaren duren. Maar het laat wel zien dat je vader nog altijd heel gunstig over mij denkt; en ik heb al bedacht, Carlina mea, dat ik, als deze missie slaagt, aan je vader kan vragen of hij misschien het huwelijk een halfjaar naar voren schuift, zodat we met Midwinter al kunnen trouwen...'

Carlina probeerde haar onwillekeurige huivering te onderdrukken. Zij en Bard moesten nu eenmaal trouwen; haar vader had dat zo beslist, en haar vaders wil was wet in het land van Asturias. Ze wilde oprecht het beste voor Bard; er was geen enkele reden waarom ze geen goede vrienden konden zijn. En er was tenslotte niet zo'n groot verschil tussen Midwinter en Midzomer. Maar hoewel ze haar best deed om in haar eigen woorden te geloven, voelde ze nog altijd diezelfde hulpeloze aarzeling.

Maar Bards vreugde om dit idee was zo groot dat ze het niet over haar hart kon verkrijgen om hem tegen te spreken. Ze probeerde er een draai aan te geven door te zeggen: 'Dat hangt af van de wil van mijn vader, die ik nu nog dien te gehoorzamen, Bard.'

Bard zag niets meer in haar reactie dan de normale verlegenheid van een jong meisje. Hij kneep haar even in de vingers en zei: 'Wil je me een afscheidskus geven, mijn toekomstige echtgenote?'

Hoe kon ze hem dat nu weigeren? Ze liet toe dat hij haar tegen zich aantrok en voelde zijn lippen hard en dwingend op de hare, zodat ze geen adem meer kon halen. Zo had hij haar nog nooit gekust, tot dan toe had hij haar slechts broederlijke, respectvolle kussen gegeven tijdens hun verlovingsfeest, zoals het hoorde als er anderen bij waren. Dit was anders, en ook beangstigend, terwijl ze voelde hoe hij haar lippen probeerde te openen met zijn mond; ze worstelde niet maar gaf toe, angstig en passief, en op de een of andere manier wond dit Bard meer op dan de meest heftige hartstocht had gekund.

Terwijl ze uiteenweken, zei hij zacht, een beetje bang voor zijn eigen emoties: 'Ik hou van je, Carlina.'

De trilling in zijn stem ontroerde haar weer, met diezelfde, onwillige tederheid. Ze raakte zijn gezicht even aan met haar vingertoppen en zei zacht: 'Dat weet ik, mijn toekomstige echtgenoot.'

Toen hij haar verliet, bleef ze naar de gesloten deur staren, volkomen in de war door de verschillende emoties die ze voelde. Haar hele hart verlangde naar de stilte en de vrede van het Eiland der Stilte; toch leek het niet mogelijk dat ze daar ooit heen zou kunnen; ze moest, of ze dat nu wilde of niet, trouwen met haar neef, haar pleegbroer, haar verloofde Bard di Asturiën. Misschien, zei ze tegen zichzelf, misschien is het niet zo erg, we mochten elkaar graag toen we nog jong waren.

'Ach, Carlina,' riep een van de vrouwen, 'wat moet ik doen met dit materiaal hier; de draden zijn helemaal samengetrokken aan de rand, en hier is een groot stuk helemaal bedorven...'

Carlina liep naar haar toe en boog zich over de stof. Ze zei: 'Probeer de draden zo goed als je kunt weer recht te trekken; als het niet wijd genoeg is voor een laken, moet je dit deel zien te redden om er kussenslopen van te maken, daar kun je met wol overheen borduren. Als je hier en daar wat kleurige motiefjes zet, zie je niet meer dat de ondergrond scheef is...'

'Zeg, vrouwe,' spotte een van de meisjes, 'hoe kun je nu over dat soort dingen nadenken als je net bezoek hebt gehad van je geliefde...'

Ze had het woord zo uitgesproken dat de betekenis subtiel veranderd was van toekomstig echtgenoot tot minnaar, en Carlina bloosde en voelde haar wangen warm worden. Maar ze slaagde erin haar stem beheerst en onverstoord te laten klinken toen ze antwoord gaf. 'Zeg, Catriona, ik dacht dat je hierheen was gestuurd om van de vrouwen van de koningin te leren weven en borduren, en meer van dat soort zaken. Maar nu merk ik dat je ook wel wat lessen in casta kunt gebruiken, zodat je leert om toekomstige echtgenoot op de juiste manier uit te spreken; als je het op deze manier uitspreekt waar de vrouwen van de koningin bij zijn, dan zullen ze je uitlachen om je plattelandsaccent.'