Voorproefje
Nieuwsgierig naar de andere titels die bij IBS Black Rose zijn verschenen? Hieronder vindt u alvast een voorproefje van Eindspel van Dani Sinclair.
Hoofdstuk 1
Zwaaiend op zijn benen, duizelig en verward kwam Harrison bij zijn positieven. Hij stond met zijn rug tegen een hoge wagen aan gedrukt. Hij staarde naar de veranda van de haveloze boerderij voor hem, terwijl hij probeerde erachter te komen waar hij was. Hij voelde zich dronken, maar hij had niet veel gehad en hij dronk zich nooit een stuk in de kraag. Wat was er met hem aan de hand?
‘Kom, Mr. Trent.’
Hij was niet alleen. Er stonden drie mensen om hem heen. Boven zijn hoofd fonkelden sterren aan de hemel. Hij schudde zijn hoofd om het verdoofde gevoel kwijt te raken en viel bijna om. Waar was hij? Wie waren deze mensen? ‘Wat…’
Een vrouw nam hem bij de arm. Ze was bijna even lang als hij, soepel en verbazingwekkend sterk voor zo’n slanke dame. Onder haar korte donkere kapsel kon hij haar gezicht in het donker nauwelijks onderscheiden. Terwijl ze hem ondersteunde, schuifelde hij de drie treden naar de vervallen veranda op.
Dit klopte niet. Hij probeerde het haar te vertellen, maar zijn tong raakte in de knoop bij zijn protest. Er verscheen een tweede vrouw met een bos sleutels. Hij stak zijn handen uit naar de hordeur om die voor haar open te houden en ontdekte dat zijn polsen aan elkaar waren getapet. ‘Wat…’
‘Het is oké,’ verzekerde de vrouw die zijn arm vasthield. ‘Maakt u zich geen zorgen.’
Dat leek ook niet te kloppen. Volgens hem moest hij zich grote zorgen maken.
De langharige blondine had de deur opengemaakt en streek hem over zijn wang. ‘Hé, lekker stuk, vind je me leuk?’
De vrouw die zijn arm vasthield, sloeg de hand van de andere vrouw weg. ‘Laat hem met rust.’
‘Hé, ik ben niet egoïstisch. We kunnen allemaal wat lol hebben.’
‘Raak hem niet aan.’ Haar stem was koud en gevuld met dreiging.
‘Jij bent hier niet de baas.’
‘Ja, dat ben ik wel. Ik ben zijn bodyguard.’
‘Wat is het probleem? Hij zal zich er niets van herinneren.’
‘Maar ik wel.’
‘Goed dan. Je wilt hem waarschijnlijk voor jezelf houden. Kom op, Kirsten, laten we eens kijken wat ze hier te drinken hebben. Van dansen krijg ik dorst, naast dat ik er hitsig van word.’
‘Ik heb mijn autosleutels nodig,’ zei zijn bodyguard.
‘Waarvoor?’
Als antwoord stak ze haar hand uit en wachtte. De brunette met de paardenstaart viste een sleutelbos uit haar broekzak en gooide die in zijn richting. De vrouw die zijn arm vasthield, plukte de bos handig uit de lucht.
‘Waar denk je dat Tony iemand als zij heeft gevonden?’ vroeg de blonde.
Als daar al een antwoord op werd gegeven, dan hoorde Harrison het niet. Zijn bewaakster leidde hem door een gang naar een kleine kamer. Een kaal peertje aan het plafond bescheen een netjes opgemaakt bed dat het grootste gedeelte van de ruimte in beslag nam. Bij het zien van het kraakwitte beddengoed besefte hij hoe moe hij was. Hij probeerde zijn handen los te trekken.
‘Rustig aan, Mr. Trent.’ Ze sloeg het bed open.
‘M’n handen…’
‘Het komt goed. Ga zitten.’
Ze trok zijn schoenen uit en zette ze op een ladekast. Er verscheen een mes in haar hand, waarna ze met een ondoorgrondelijke uitdrukking op haar gezicht de tape rond zijn polsen lossneed en het er in één ruk af trok. Hij kromp ineen.
‘Sorry. Zullen we uw colbert uittrekken?’
Hij kreeg een gevoel van déjà vu toen ze hem van zijn colbert ontdeed. Zijn bewegingen waren ongecoördineerd en zijn handen deden niet wat hij wilde, maar beetje bij beetje werd zijn hoofd helderder. Dit was helemaal niet goed. In zijn hoofd probeerde hij de puzzelstukjes in elkaar te passen, maar er ontstond slechts een brij aan verwarrende beelden. Eén ding was duidelijk: hij moest bij deze vrouwen weg zien te komen.
Plotseling trok hij de vrouw boven op zich. Daar was ze totaal niet op voorbereid, en samen vielen ze op het brede bed neer.
‘Mr. Trent…’
Ze worstelde, maar hij hield haar stevig vast. Het gevoel van haar lichaam tegen hem aan wond hem op. Ze rook lekker. Hij had altijd al van kokos gehouden. En ze paste goed. Hij bedekte haar lippen met de zijne. Ze waren heerlijk zacht.
Eén verbijsterde tel lang bleef ze zonder te bewegen op hem liggen. Hij werd hard, hij wilde haar. Dat was ook verkeerd.
De sleutels! Het lukte hem zijn hand in de zak te steken waar ze de autosleutels in had gestopt, terwijl hij deed alsof die beweging onderdeel uitmaakte van het zwijgende gevecht dat ze voerden. Ze trok zich los en stond op, waarna hij snel over de sleutels rolde, biddend dat ze die niet op het bed had zien vallen. Uit een andere zak haalde ze een rol tape, en ze beval hem zijn handen uit te steken.
‘Jij eerst.’ Hij probeerde te glimlachen en voelde een domme grijns op zijn gezicht verschijnen.
Haar mond werd strak. ‘Dit is geen spelletje.’
‘Dat zou het kunnen zijn.’
‘Ik wil u niet weer moeten verdoven.’
Verdoven. Daarom voelde zijn hoofd zo raar aan.
‘Steek uw handen uit.’
Omdat hij nog steeds duizelig en verward was, besloot hij geen weerstand te bieden toen ze zijn handen pakte.
‘Bedankt.’
Ze bond de tape nogmaals stevig om zijn polsen.
‘Waarom?’ vroeg hij.
Ze deed niet alsof ze het niet begreep. ‘Omdat, of u dat nu leuk vindt of niet, ik ingehuurd ben als uw bodyguard. Morgenmiddag bent u weer op weg naar huis. Ik geef u mijn woord.’
Het klonk als een gelofte.
Geloftes.
Morgenochtend zou hij gaan trouwen.