9

Dieren die we eten

Leven is leven – of dat nu in een kat, een hond of een mens is. Er is hier geen verschil tussen een mens en een kat. De gedachte van een verschil is een menselijk concept in het voordeel van de mens zelf.

SRI AUROBINDO

Er komt een tijd waarin mensen zoals ik de moord op dieren zullen beschouwen zoals wij nu naar de moord op mensen kijken.

LEONARDO DA VINCI

Ik verontschuldig me niet voor de twee bovenstaande sterke citaten die ik aan dit hoofdstuk heb toegevoegd omdat het onderwerp mij na aan het hart ligt. Nog weer een andere uitspraak is dat als alle abattoirs glazen wanden hadden iedereen vegetariër zou worden. Ik ben het daar niet per se mee eens, omdat heel veel mensen zelfs vlees zouden blijven eten wanneer zij zagen wat er met de dieren op weg naar het bord gebeurt. Ik hoop dat mensen die vlees willen eten zich er dan in ieder geval van overtuigen dat deze dieren altijd een menselijke behandeling hebben gehad.

Dit niet alleen voor het welzijn van de dieren, maar ook voor het welzijn van de ziel van de mens. Met name voor die van de boeren, die voor hun levensonderhoud worden gedwongen tot intensieve veehouderij, en voor de slachters van het slachthuis die feitelijk bloed aan hun handen hebben. Door onze wortels zijn we allemaal onlosmakelijk met elkaar verbonden. Wij zijn voor zoveel dingen afhankelijk van het dierenrijk en zij van ons.

Alle zielen zijn, of ze nu beginnen als vonk in de stof of verblijven in een leeuw of hond, op weg om uiteindelijk in een menselijk lichaam te worden opgenomen.

Niet omdat wij mensen per se de belangrijkste schakel van de keten zijn, maar omdat onze zielen als mens kunnen ervaren wat ze nodig hebben om op enigerlei wijze verder te komen. Nadat we van onze dierlijke incarnaties hebben geleerd, zijn we zo goed mogelijk voorbereid om de beproevingen en ellende van het mens-zijn te verdragen.

Je kunt van dieren die zich verder ‘ontwikkelen’ om dit doel te bereiken niet verwachten dat zij een goed voorbeeld worden van juist het wezen waar ze de meeste angst voor hebben. Hoe kun je van ze verwachten dat zij een ‘goed’ mens worden als die mens ze heeft doordrongen van angst en pijn? Wij zijn het dus aan de dieren en de toekomstige generaties van de mensheid verplicht om ervoor te zorgen dat levensvormen deze wereld verlaten met goede herinneringen aan mensen.

Kevan Walden heeft me het volgende verhaal gestuurd dat een kijk geeft op wat er gebeurt met dieren die tijdens hun leven mishandeld zijn.

Image

Op een dag besloten we als jongens, zoals jongens soms doen, een tochtje te gaan maken naar een plek waar we echt niet mochten komen. Jonge kerels hebben een aangeboren behoefte om zichzelf op de een of andere manier te bewijzen en in onze contreien betekende dat een tochtje naar de oude kippen- en varkensfokkerij, die een paar kilometer verderop lag. Er waren twee dingen waardoor die plek zo aantrekkelijk werd. Het ene was dat we er niet naartoe mochten en het tweede dat de plaats een enigszins spookachtige reputatie had, wat betekende dat we zonder gevaar konden toetsen wie van ons de sterkste zenuwen had.

Deze plek was al tientallen jaren afgesloten, maar we ontdekten dat er nog steeds iets aan de hand was. Het was midden in de winter en het werd al vroeg snel donker, maar dat was een onderdeel van de uitdaging. We parkeerden de auto ergens op een zijweggetje, gingen te voet verder naar de omheining en stookten elkaar op over wie het eerst naar binnen zou gaan. Toen we eenmaal over het hek waren geklommen, liepen we het eerste gebouw in, waar de varkens gewoonlijk werden geslacht. Het was vreemd dat ik na al die jaren van sluiting zou zweren nog steeds de geur van verrot vlees te kunnen ruiken. Natuurlijk hoopten we allemaal dat er iets griezeligs zou gebeuren, waardoor de andere jongens door het lint zouden gaan en wijzelf volkomen rustig zouden blijven en dan de winnaars van de machowedstrijd zouden worden. Maar het zag ernaar uit dat er niets ging gebeuren en de donkere, lege schuur begon ons na een tijdje te vervelen. Er kwam een kleine tik uit een kast, maar dat was gewoon een muis of zoiets.

Toen besloten we naar de kippenschuur te gaan. Hier brachten de arme kippen hun korte leven door, voordat zij werden opgehangen, geëlektrocuteerd of hun keel werd doorgesneden. De beelden die we voor ons zagen waren nogal gruwelijk. Plotseling hoorden we de klap van een deur die ergens in het gebouw hard dichtsloeg. Toen werden we toch bang, omdat we zagen dat de deuren roestig waren en uit hun scharnieren hingen en ze op geen enkele manier nog open of dicht konden. Toen hoorden we achter ons het angstaanjagende geluid van een klokkende kip. Het was een zachte kreet, maar genoeg voor ons om ervandoor te gaan. Er waren al vijftig jaar geen kippen meer in deze schuren geweest.

Toen we wegliepen hoorden we de zware, roestige deuren achter ons dichtslaan alsof iemand er zeker van wilde zijn dat we niet terug zouden komen.

Image

Mijn gevoel hierover is dat er feitelijk geen kip in de schuur aanwezig was. Dit leek eerder op een opgeslagen energie die zichzelf terugspeelde, misschien opgewekt door de aanwezigheid van de bezoekers. De slaande deuren vielen waarschijnlijk samen met dat wat daar gewoonlijk in de schuur gebeurde. De gebeurtenis werd gereactiveerd omdat er toeschouwers waren. Zouden er kippenlawaai en slaande deuren zijn geweest als er niemand was om het te horen? Het is als met de vraag over de vallende boom in het bos – maakt het lawaai als er niemand is die dat hoort? In ieder geval toont deze ongebruikelijke, spookachtige scène aan dat batterijkippen pijn en ongemak voelen en hun aanhoudende wanhoop, die sterk genoeg is om zich in het materiaal van het gebouw te griffen, zou iedereen duidelijk moeten maken dat dieren met respect behandeld dienen te worden.

Kistkalveren. Iedereen weet daar toch van? Toen Paula Evans mij dit griezelige verhaal toestuurde was ik daar erg blij mee. Het is fijn te weten dat zelfs kalfjes een stem hebben.

Image

Ik heb altijd van dieren gehouden en het was daarom bijzonder moeilijk voor mij als kind te ontdekken dat er een boerderij was die kalveren fokte vlak bij de plek waar ik woonde. Ik kon ze in de zomer, wanneer de ramen openstonden, vanuit mijn slaapkamer in hun hokken horen schreeuwen en mijn hart brak dan. Ik denk dat ik dierenactiviste was geworden als het lot niet had ingegrepen voordat ik daar oud genoeg voor was. Toen ik vijftien was ging de boerderij sluiten en ik was daar heel erg blij mee. De boerderij werd verkocht en de gebouwen veranderden in schuren voor zuivere agro-industrie. De koeien verdwenen van het land, dat werd omgeploegd en ingezaaid. Dat vond ik mooi omdat dat betekende dat er geen dieren werden mishandeld. Er zijn mensen die denken dat het erg is als we geen dieren bestemd voor de vleesconsumptie meer hebben omdat we ze dan ook niet meer zullen zien, maar ik vraag dan altijd: ‘Waar zouden de koeien voor kiezen, om een kort, ellendig leven vol angst te leven en dan te worden gedood of helemaal niet te leven?’ Er verstreken een paar maanden en ik herinner me de nacht dat het gebeurde, omdat ik net zestien was geworden en voor het eerst naar de disco in de stad mocht. Dit was in de jaren zestig en ouders waren toen veel strenger. Ik liep van het dorp naar huis en moest langs de boerderij. Het was zomer, warm en licht, maar ik voelde een koude rilling over mijn rug lopen en de haren in mijn nek gingen recht overeind staan. Plotseling hoorde ik duidelijk het geloei van koeien uit de schuren komen. Ik kon het niet geloven en dacht, nadat ik de schok had verwerkt, dat de boer had besloten om toch weer kalveren te gaan houden. ‘O, lieve hemel, nee, hoe kán hij?’ Ik kon de gedachte dat ik opnieuw het treurige geluid van de dieren iedere nacht zou horen, echt niet verdragen.

Het wanhopige schreeuwen duurde voort en ik moest gewoon de waarheid weten. Terwijl ik over de haag klom en hoopte dat er geen honden waren, werd het geluid steeds harder. Toen ik eenmaal bij de schuur kwam, was het geluid zo oorverdovend dat ik dacht dat de kalveren geslacht werden. Misschien dat ze de kalveren pas laat in de avond doodmaakten zodat de mensen er dan niets van zouden weten. Ik zou daar snel een einde aan maken – als ik zou zien wat ik verwachtte, zou iedereen het te weten komen – daar konden ze op rekenen!

De basisstructuur van de schuur was als die van oude stenen gebouwen, maar de muur waar ik tegenaan stond was kort geleden gebouwd en gemaakt van houten latten met tussenruimtes, misschien luchtgaten om het graan te drogen. Ik gluurde door een gat naar binnen en terwijl mijn ogen zich scherp stelden, hield het geluid zomaar op. De stilte leek te galmen na al het lawaai. Ik knipperde met mijn ogen, omdat ik alleen de landbouwmachines netjes op een rij zag staan. Er was geen dier te zien. Het was bizar, maar ik was erg opgelucht. Het enige wat ik kon bedenken was dat door de wanhoop van de dieren hun energie op die plek in de ruimte was blijven hangen.

Image

Was dit een echo, net als die van de kippen? Gewoon een herhaling van gebeurtenissen uit het verleden? Dat is mogelijk, maar zelfs als dat zo is, geeft het aan dat de geesten van dieren soms zo wanhopig zijn door de wijze waarop ze zijn behandeld dat hun pijn en verdriet werkelijk in de muren en de stenen dringt, waar het voor de geschiedenis wordt opgeslagen zodat de mens zich op een dag beschaamd zal voelen.

Dit volgende verhaal van Madeleine Walker gaat niet over een mishandeld dier – eigenlijk juist over het tegenovergestelde. Haar geit was een zeer geliefd en verwend lid van de familie. Maar in sommige culturen worden geiten opgegeten en in de meeste landen komt het voor dat ze als handelswaar worden beschouwd.

Image

Mulberry was een heel ongewone en speciale geit. Toen ze net was geboren maakte de rest van de kudde haar het leven zuur, maar ze groeide daar snel overheen. Toen ze ouder werd, werd ze juist de moeder van de kudde. Zij en onze zoon Cameron werden in hetzelfde jaar geboren en toen ze opgroeiden hadden ze veel gemeenschappelijk. Ook Cameron kreeg een flinke hoeveelheid pesterijen te verduren, omdat hij net als Mulberry anders was – hij leed, zoals we later ontdekten, aan het Aspergersyndroom – maar net als Mulberry ontwikkelde hij zich en groeide op tot een jongeman vol zelfvertrouwen, die opgewassen bleek te zijn tegen zijn leeftijdgenoten.

Zoals met alle dieren kwam er een tijd dat we onze lieve geit zouden gaan verliezen. Het zou heel moeilijk zijn, want zij was Camerons beste kameraad en ik had er geen idee van hoe ik haar dood aan hem zou moeten uitleggen, vooral omdat ze geen natuurlijke dood zou sterven, maar we door haar ziekte werden gedwongen die beslissing voor haar te nemen.

Homeopathie en traditionele medicijnen hielpen een tijd maar toen ik een week van huis was ging Mulberry erg achteruit. Dus moest ik met Cameron overleggen dat we haar uit haar lijden moesten verlossen. Natuurlijk was dat ontzettend, maar ik zei tegen Cameron dat zij altijd van hem zou houden en er altijd voor hem zou zijn. Ik zei dat als je werkelijk van iemand houdt, die liefde nooit zal sterven.

Cameron gedroeg zich erg volwassen en accepteerde dat het moest gebeuren, omdat hij wilde dat Mulberry geen pijn meer had, maar wat hem vooral bezighield was dat ze niet doodgeschoten zou worden. Hij kon de gedachte niet verdragen dat ze door een kogel zou worden gedood, dat vervulde hem met afschuw. Ik kon hem uitleggen dat de de man die een kennel hield voor de jacht geen geweer zou gebruiken maar een humane verdoving. Cameron ging hiermee akkoord en ik liet de kennelhouder komen toen hij naar school was. Je kunt je mijn afschuw voorstellen toen hij kwam en ik ontdekte dat hij inderdaad een geweer ging gebruiken. Maar de man was heel zacht en zorgzaam voor Mulberry, die klaar was om te sterven, dus besloot ik om door te zetten omdat ik bedacht dat Cameron het nooit hoefde te weten. Ik verontschuldigde deze leugen tegenover mijn zoon met de gedachte dat ik het beste deed voor Mulberry en voor Cameron.

Maar toen ik een week later naar binnen ging om Cameron in bed te krijgen, trilde hij van woede en schreeuwde mij toe: ‘Je hebt tegen me gelogen! Hoe heb je dat kunnen doen?’

Ik was zo geschrokken dat ik niet direct begreep waar hij het over had.

Hij zei: ‘Mulberry is bij me gekomen om me te zeggen dat ze een kogel door haar hoofd heeft gekregen.’

Ik was ontsteld dat Cameron de waarheid wist, dus ging ik zitten en bood hem mijn verontschuldigingen aan. Ik vertelde hem dat ik alleen de waarheid voor hem had verzwegen omdat ik zijn gevoelens had willen sparen, dat het heel snel was gegaan en dat de kennelhouder heel lief voor Mulberry was geweest. Maar ook vertelde ik hem dat het feit dat hij de waarheid wist, betekende dat Mulberry, precies zoals ik had gezegd, nog bij hem was en dat zij altijd bij hem zou blijven. Toen hij eenmaal begreep wat ik bedoelde, was dit bewijs voor hem zo verrassend dat het hem hielp bij de genezing van de pijn van het verlies. Tot op de dag van vandaag komt Mulberry’s geest bij Cameron om hem te steunen en hij weet dat hij altijd met haar kan praten wanneer hij dat nodig heeft.

Image

Wat een fantastisch verhaal. Er is veel bewijs voor het idee dat dieren kinderen zoals Cameron helpen. Zelfs ernstig autistische kinderen worden geactiveerd en oplettend als zij bij een paard komen. Zelfs de geur van het dier kan effect hebben.

Net zoals we onze eigen planeet, waarvan 75 procent onder water ligt, nog nauwelijks hebben onderzocht, heb ik het gevoel dat we de oppervlakte van de spiritualiteit van ons ongelooflijke dierenleven zelfs nog nauwelijks hebben beroerd.