≡

Vooraf

Wetenschappers en fictieschrijvers zijn vreemde bedgenoten.

Aan de ene kant bevinden zich de mannen en vrouwen van de feiten; zij die per definitie zo snel mogelijk achter de waarheid willen komen.

En aan de andere kant staan wij, de fictieschrijvers. Moedwillig zetten wij onze klanten op het verkeerde been, door weg te laten en te generaliseren, door de waarheid te vervormen en te overdrijven.

Zo schilderen wij de beoefenaren van forensische wetenschap in Crime Scène Investigation schaamteloos af als welgevormde jongedames in strakke haltertjes, die met hun wapperende blonde haren en hoge hakken de plaats delict bevuilen.

Met hetzelfde gemak toveren wij ‘mannen in witte pakken’ om in Mossad-agenten, wanneer ze al te snel opduiken bij de resten van een El Al-toestel in de Bijlmer. Van een sympathieke forensisch bloedspooranalist maken wij natuurlijk Dexter, een sympathieke seriemoordenaar. En de meest baanbrekende DNA-technologie loopt in onze fantasie onvermijdelijk uit op mensenetende dinosaurussen in Jurassk Park.

Wij (ik zeg u dit met gemengde gevoelens – met trots maar op deze plek zeker ook met enige schroom) maken van wetenschappers het liefst mad scientists, professoren met een steekje los. Dat doen we al sinds 1818, toen Mary Shelley Frankenstein schreef.

Toch werden 25 van de meest vooraanstaande forensische specialisten door loting gekoppeld aan 25 van de beste Nederlandstalige thrillerschrijvers, ter gelegenheid van Juni – Maand van het Spannende Boek in 2011, het jaar waarin zowel ons Genootschap als onze mooie prijs De Gouden Strop het 25-jarig jubileum vieren.

Zoals dat hoort in een voorwoord feliciteer en dank ik alle betrokkenen van harte, in het bijzonder onze uitgevers en de Stichting CPNB.

Maar onze grootste waardering is voor Aleksandar, Amalia, Arnout, Bart, Bart, Beitske, Benno, Dennis, Erwin, Erwin, les, Irene, Jaap, Jeanet, Jill, Jorrit, Jos, Maarten, Marcel, Mark, Mattijs, Mike, Philomeen, Reza, Vidija, Wil en Zeno, de experts van het Nederlands Forensisch Instituut die ons inspireerden met hun verhalen, kennis en ervaring, waar wij vervolgens schaamteloos en zonder enig inhoudelijk voorbehoud mee aan de haal mochten gaan.

Daar was moed voor nodig. Ik kan u namens de auteurs melden dat wij die moed zeer op prijs hebben gesteld.

Willem Asman

voorzitter Genootschap van Nederlandstalige Misdaadauteurs

Het Nederlands Forensisch Instituut