JAC. TOES
Tante Ju
'Zal ik nog iets voor je opnemen?'
Frank Renard schoof de opengeslagen tv-gids naar de andere kant van de eettafel. De ogen van zijn vrouw gleden over de kolommen met de tv-zenders.
'Is er wat bij?' vroeg hij.
Ze antwoordde met een snel hoofdschudden. Of joeg een pijnscheut door haar lichaam... of een spasme? Renard keek haar vorsend aan.
'Misschien op de BBC?'
Ze boog zich voorover, haar hand viel zwaar op de rechterpagina en met een abrupt gebaar schoof ze het papier naar links. De bladzijde bolde op, vouwde dubbel en scheurde.
'Klotegids,' zei ze zachtjes. 'Ongeschikt voor gehandicapten.'
Renard stond op en liep haastig om de tafel heen.
'Rita, laat mij dat dan doen,' zei hij quasi-bestraffend.
Hij streek het verfrommelde papier glad en legde het op het werkblad van haar rolstoel. Hij keek over haar schouder mee. In haar nek lag een waas van zweetdruppeltjes en hij rook de geur van goedkope shampoo. Zijn blik viel op de donker uitdijende streep over haar kruin, die om een nieuwe blondering vroeg. Zou hij het zelf tegen de wijkhulp zeggen, of moest hij dat aan Rita overlaten? Zo vaak keek ze niet meer in de spiegel...
'Op bbc-2 is er om kwart over één een ouwe Elvis-film...'
'Dan slaap ik. Ik ben nu al doodmoe!'
'Dus geen slaappillen?'
'Jawel, je weet nooit...'
'Ik zal er een klaarleggen.'
Hij legde zijn handen op haar schouders en kneep zachtjes in de spieren.
'Lekker?'
Ze liet een onbestemd gebrom horen. Hij haakte de bandjes van de zomerjurk los en begon met langzame bewegingen haar bovenarmen te masseren. Gezond, wilskrachtig vlees, dacht hij, hier nog wel. Stevig gebruind in een onhollands hete zomer. En even stevig getraind, in het revalidatiecentrum waar haar gedrevenheid niet onopgemerkt was gebleven. De dwarslaesie, die haar levenslang tot de rolstoel had veroordeeld, was ze te lijf gegaan als een wetenschappelijk probleem. Met precisie en volharding. En zo objectief mogelijk.
De moeizame oefeningen om dwangstanden van haar gewrichten te voorkomen had ze zonder één klacht afgewerkt. Dagelijks was ze met kleine halters in de weer geweest en de strekkracht van haar armen was met sprongen vooruitgegaan.
Renard glimlachte. Een potje armdrukken zou ze nu moeiteloos van hem winnen. Vlak na het ongeluk was er de hoop geweest ooit op krukken te kunnen lopen, maar haar benen hadden nauwelijks gereageerd op alle inspanningen. Toch was ze tot veel meer in slaat dan de artsen hadden voorspeld. Drie maanden eerder dan gepland was ze al klaar voor de rolstoeltraining.
'Plaatsvervangende woede,' had de fysiotherapeut over haar fanatisme opgemerkt maar Renard kende haar niet anders.
Ook vóór het auto-ongeluk had ze een goed ontwikkeld lichaam gehad: minstens drie avonden per week was ze in de fitnessclub te vinden. En ze trainde volkomen naturel, zelfs de eiwitdrankjes aan de bar konden haar gestolen worden.
Hij maakte een paar knoopjes op haar rug los, schoof de bh-bandjes opzij en begon haar schouderspieren te masseren. Ze draaide een paar maal met haar hoofd, sloot haar ogen en zakte wat onderuit.
'Hoe laat kom je thuis?'
'Hangt ervan af,' zei hij vaag. 'Je weet van tevoren nooit hoe het gaat... Ik zal extra boterhammen voor je klaarmaken. Voor de zekerheid. Ik leg ze in de koelkast. Wat wil je erop?'
'Mmmm... doe maar kaas,' zei ze. 'Zul je voorzichtig zijn?'
'Natuurlijk,' zei hij gedachteloos en boog zich voorover.
Zijn blik werd gevangen in haar openhangende jurk en naar de roze tepels gezogen die door het kant van haar bh schemerden. Zijn handen gleden over haar rug, op zoek naar de sluiting. Hij gluurde nog dieper in haar halsopening maar bij het zien van haar weerloze borsten welde een plotselinge vertedering in hem op. Zijn erectie smolt weg.
Onverwachts gooide Rita het hoofd in de nek. Ze keek hem recht aan en hij voelde zich rood worden, terwijl haar lach in zijn gezicht klaterde.
'Gedver, ben jij ook al zo'n perverse gluurder!'
In een vlaag van overmoed maakte hij de haakjes van de bh-sluiting los.
'Ik heb ogen om te kijken...'
Het luchtte hem op dat zijn verwarring haar plezier deed.
Ze legde haar hand op de besturingsstick van haar rolstoel.
'Hier wachten,' zei ze streng.
Grommend zette het wagentje zich in beweging en ze zoefde onder zijn handen weg, de gang op. De bocht naar hun slaapkamer nam ze bijna zwierig.
Renard grinnikte en prees zich gelukkig dat hij alle aanpassingen aan het huis in één keer had laten uitvoeren. De drempels waren verwijderd, de wc's waren op hoogte gebracht, overal blonken roestvrijstalen beugels en langs de trap naar de bovenverdieping was een lift geïnstalleerd. Al het verzekeringsgeld was eraan besteed maar het had haar geholpen zich met de rolstoel te verzoenen. Hij liep naar de keuken, smeerde een paar boterhammen en legde er plakken kaas op. Hij poetste met een dweiltje het aanrecht schoon totdat ze zijn naam riep.
Op de slaapkamer had ze zichzelf al uit de rolstoel getild. Het urinezakje bungelde discreet naast het bed, onder de opengeslagen sprei.
'Een voorafje...' zei ze, klakkend met haar tong. 'Net als vroeger.'
In de glinstering van haar ogen
herkende hij de genotvolle blik waarmee ze hem toen zo vaak had
verleid.
Net als vroeger...
Hij liet de motor van de Ford Mondeo even stevig ronken.
Vroeger was een vorig leven, dat even genadeloos was afgesneden als de zenuwbanen in haar wervelkolom.
Het had een geintje geleken toen op de snelweg drie feestvierders naast haar kwamen rijden en enthousiast zwaaiden. Ze lachte terug en daarna begonnen de obscene gebaren. Ze stak haar tong uit, wees naar haar voorhoofd en gaf gas maar de belagers wisten van geen wijken. Nijdig had ze haar raampje opengedraaid om iets te roepen in de trant van 'sodemieter op'. Maar de bestuurder manoeuvreerde zijn aftandse Kadett vlak naast haar wagen. Een van de knapen wrong zich half uit het raampje.
Hij deed een greep naar haar bloesje en in een instinctieve reactie schoot ze de vluchtstrook op. Vijftig meter verder vernauwde de weg zich, het viaduct bood slechts ruimte aan twee rijstroken. De betonnen pilaar kon ze niet meer ontwijken.
Een halfjaar daarna hadden twee verplegers haar thuis afgeleverd. Terwijl ze in de rolstoel werd gezet, drong het tot Renard door dat ze aan een ander leven waren begonnen. Dat konden de bloemstukken, de taart, de champagne en de dure welkom-thuis-kaarten niet verhullen. De blikken van vrienden en kennissen spraken hun eigen taal toen Rita het glas liet vallen, dat ze even daarvoor trillend had opgeheven.
Sterkte, Frank.
De wegpiraten waren achterhaald, maar voor de rechter wisten ze van de prins geen kwaad. Het was drie tegen één. Die strijd was ze gedoemd te verliezen.
Terwijl hij zijn auto uit de parkeerplaats van hun nieuwbouwwijk reed, petsten de eerste regendruppels op de voorruit, gevolgd door een verre onweersflits. De ruitenwissers mengden het zomerstof tot een modderige waas en hij wachtte tot de sproeiers het vuil hadden weggespoten.
Net als vroeger...
Vroeger kwamen ze tegelijkertijd klaar, ongecompliceerd en ongeremd. Het was bijna een sport, ze voelden elkaar haarfijn aan. Vooral op vrijdagavonden als deze, wanneer ze al bij de voordeur stonden om uit te gaan, waren een lichte aarzeling en haar glinsterende blik voldoende. Binnen drie minuten lagen hun kleren op de deurmat en wie door de brievenbus gluurde, kon van hun passie meegenieten.
Nu had hij moeite zijn wantrouwen te verbergen als ze kreunde. Was ze echt opgewonden? Deed ze alsof? Ze had zijn lid gulzig in haar mond genomen en hem duizeling- wekkend laten klaarkomen. Zijn opwinding was voor haar al genoeg, zei ze, hun intimiteit voelde ze nu veel sterker. Hield ze hem voor de gek, of erger, zichzelf? Erotisch gezien waren haar geslachtsorganen geamputeerd. Een halve decimeter onder haar middenrif was de verbinding met haar onderlijf verbroken en in een van haar schaarse depressies had ze verteld dat het daar aanvoelde als een lege huls. Een onnozel aanhangsel, spastische ballast die zijn eigen gang ging maar wel alle aandacht opeiste. Blijf alert op doorligplekken, had de arts hun op het hart gedrukt. Maar hij moest erop letten, Rita voelde immers geen oppervlaktepijn meer.
Renard schoof het raampje open en
gooide zijn peuk weg. Geen zelfmedelijden nu, het was zijn avond.
Hij schoot de snelweg op, passeerde een karavaan vrachtwagens en
bleef links rijden tot de nachtelijke gloed van de stad in zicht
kwam.
Monty had twee dagen geleden zijn vijftigste verjaardag gevierd. Ongeveer zoals het hoort: met een paar oude vrienden, een hele bende nieuwe, evenveel dames van lichte zeden en een enorme hoeveelheid drank. De party had in zijn eigen café plaatsgevonden en hij had twee dagen nodig gehad om zijn trillende vingers onder controle te krijgen.
Monty was in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog verwekt door een dronken Engelse soldaat in ruil voor een halve slof Lucky Strikes en een plak chocolade. Zijn moeder, een Duitse fabrieksarbeidster, meldde zich een paar dagen daarna bij het legerkamp van haar kortstondige minnaar. Ze hoopte het handelsverkeer weer op gang te brengen, maar de soldaat had een week arrest gekregen vanwege al te vriendschappelijke betrekkingen met de vijand.
Toch wist ze hem te vinden toen Monty zich aankondigde. Om hem te verleiden zijn vaderlijke plichten na te komen, stond ze toe dat hij haar baby naar veldmaarschalk Montgomery noemde. Dat was het laatste wat Monty's vader voor hem deed. Vlak daarna werd hij wegens zwarte handel uit dienst ontslagen en op transport naar het Verenigd Koninkrijk gesteld, waar hij zich bij zijn wettige echtgenote vervoegde.
Monty had de avontuurlijke aard van zijn vader geërfd en liep op vijftienjarige leeftijd van huis weg. Hij monsterde aan op een kustvaarder, verhuurde zich als vrachtwagenchauffeur, smokkelde wapens en leerde het gevangenisleven in Griekenland kennen. Vervolgens werd hij machinebankwerker bij de Hansa-fabrieken in Berlijn. Daar ontmoette hij een onderhoudsmonteur die nog voor dc oorlog bij de Luftwaffe had gediend. Van hem nam hij een obsessie voor oude vliegtuigen over.
Op zijn vijfenveertigste beschikte hij over een forse bierbuik en genoeg kapitaal voor een eigen café. Het was tijd voor een tweede leven.
Ironisch genoeg vond hij dat in Arnhem, waar Montgomery de pijnlijkste nederlaag uit zijn carrière leed. Uitgerekend daar kwam dc succesvolle opmars van zijn geallieerde legers tot stilstand na de mislukte operatie Market Garden.
Monty zag er weinig heil in om zich met de moordende concurrentiestrijd in het plaatselijke uitgaanscentrum te bemoeien. Hij kocht een kroeg in een nieuwbouwwijk, onder een flatgebouw en noemde zijn café Tante Ju, het koosnaampje dat de Duitsers aan hun vooroorlogse Junkers 52/3m gaven. Van dc onderhoudsmonteur kocht hij voor een habbekrats een stel oude vliegtuigonderdelen, waarmee hij 'Tante Ju' inrichtte.
Vanaf toen liet hij zich Onkel noemen.
Ondanks de regen parkeerde Renard zijn auto twee flat-blokken voorbij 'Tante Ju'. Bedaard wandelde hij terug. De zomerbui maakte de geur van het gras los uit de pas gemaaide plantsoenen, hij liep dwars door plassen water op de stoep en voelde zich baldadig, maar ook bezwaard. Bij 'Tante Ju' aarzelde hij, keek even omhoog naar de duistere wolken en stapte naar binnen.
Het was zijn avond.
Nadat hij een lege kruk had uitgekozen aan het eind van de bar, bracht hij het publiek in kaart. Het was niet druk, de regen had de mensen thuisgehouden. Een paar vermoeide huisvaders gooiden om beurten met dobbelstenen en twee vrouwen in mantelpakjes speelden aan het biljart. Onkel leunde tegen de tapkasten staarde naar een punt in het oneindige.
Hij gaf Frank een knikje ter herkenning en wees vragend naar de bierkraan. Frank stak zijn duim omhoog.
'Alles gut?' vroeg hij terwijl Onkel een viltje bijschoof en er een versgetapte pils op zette.
'Alles zou te veel zijn...'
'Drink iets van me.'
Uit het groepje dobbelaars steeg een geloei op.
'Onkel, je kunt de pot uithalen!'
Onkel grijnsde traag en veegde zijn handen af. Hij maakte een verontschuldigend gebaar en voegde zich bij de spelers.
Renard hief zijn glas.
'Prosit dan maar.'
Hij nam een lange teug en merkte dat zijn rechterhand trilde.
Ontspan je, zei hij tegen zichzelf, het is jóuw avond.
Hij draaide zich een kwartslag en richtte zijn aandacht op het biljart. Een van de vrouwen leunde tegen de muur terwijl de ander een serie caramboles maakte. Ze zette haar glaasje op de drijver van een Heinkel He 12, die over de volle lengte van de muur was verankerd. De houten bak glansde van alle laklagen die er in de afgelopen zeventig jaar op waren aangebracht. Bij zijn vorige bezoek was Onkel in een spraakzame bui geweest en hij had Re-nard toevertrouwd waar zijn relikwieën vandaan kwamen.
'Die plakkaten zijn kitsch,' zei hij, terwijl hij op de oude Lufthansa-affiches wees. 'Namaak, maar dit hier bijvoorbeeld...' Hij legde liefkozend zijn hand op de uitlaatpijp van een junker,'... dit is echt, dit heeft gevlogen, misschien wel bij Stalingrad.'
De buis hing naast de bar, als een regenpijp, de binnenkant nog zwart van het roet. Tante Ju was voor de oorlog een passagiersvliegtuig geweest, het paradepaardje van de Lufthansa, maar de Luftwaffe had alle machines opgeëist en omgebouwd tot transportvliegtuigen.
Het pronkstuk van Onkels verzameling hing echter boven de bar, de glimmend gepoetste propeller van een Stuka. Drie scherpe bladen van vooroorlogs staal blonken in het licht van een roze tl-balk.
'Een perfecte ventilator,' had Onkel uitgelegd. 'Een diameter van meer dan drie meter. Ik heb hem op een 380 volt elektromotor in het plafond gemonteerd. Traploos gestuurd.'
Hij had hem de hendel laten zien, vlak naast de koelkast onder de bar.
'Na sluitingstijd zet ik hem op volle kracht om de tent door te luchten. Houd dan je glas maar vast...'
Een van de biljartende vrouwen stampte met haar keu op de vloer. Ze stak twee vingers op naar Onkel, terwijl de ander op de rand van het biljart ging zitten om achter haar rug langs te stoten. Haar rok schoof minstens tien cen timeter omhoog.
'Zit je naar mijn benen te kijken, schat?'
Renard schrok op.
'Sorry,' zei hij dommig en probeerde een adrem antwoord te bedenken, maar de deur vloog open en in de opening verscheen een reus van twee meter lang.
Hij had kort helblond haar, droeg een felgekleurd Bermuda-shirt, een zwarte spijkerbroek en zwarte legerlaarzen. Terwijl hij naar de bar beende, stak hij zijn handen omhoog alsof hij toejuichingen tot bedaren wilde brengen.
'Goedenavond samen,' riep hij.
'Hallo, Andy,' zei Onkel vriendelijk maar zijn blik versomberde. Hij had hem verwacht, het was zijn vaste uitgaansavond die hij altijd in Tante Ju begon.
Andy Möller was een goede klant, eentje die flink verteerde, maar hij had zijn wilde buien. Daar kon Onkel mee omgaan behalve als Andy zijn neus in de dope had gestoken. En vanavond leek het daarop. Achter Andy had hij Janko ontdekt en Janko betekende rotzooi. Letterlijk en figuurlijk. Janko was ongrijpbaar, een ratje. Hij dealde en fokte Andy op. Hij daagde hem uit tot huzarenstukjes en Andy wilde zich maar al te graag bewijzen. Een jaar geleden had Onkel Andy van het biljart getrokken toen hij daar in paradepas op rond stampte en de Hitlergroet bracht.
De jongemannen schoven een paar barkrukken opzij en bleven onrustig aan de tapkast staan. Onkel zette zwijgend twee glazen pils neer die ze in één teug leegdronken.
'Nóg twee, Onkel!'
Ze draaiden zich om en richtten hun aandacht op de biljartende vrouwen. Met hun ellebogen op de barsteun leunden ze achterover en volgden het spel.
Janko wendde zich af.
'Wijven aan de biljarttafel,' merkt hij halfluid op. 'Een onsmakelijk gezicht. Waarom is er geen wet die dat verbiedt?'
De vrouwen moesten het gehoord hebben, maar reageerden niet.
Andy knikte terwijl hij zijn glas achteroversloeg. Hij smakte met zijn lippen.
'Daar hebben we geen wet voor nodig,' zei hij en stootte Janko aan. 'Eerst pissen.'
Toen hij terugkwam, bleef" hij bij het biljart dralen en bekeek quasi-geïnteresseerd het spel. Terwijl een van de vrouwen aanlegde, bracht hij zijn gezicht vlak boven het groene laken.
'Moeilijke bal,' zei hij en grijnsde achterom naar Janko.
De vrouw kneep één oog dicht, richtte en stootte. De witte bal schoot recht op zijn doel af, maar Andy gaf de rode bal een duwtje vlak voordat hij geraakt zou worden.
'Aaaah, nét gemist, jammer,' zei hij.
Hij greep de witte bal die doelloos narolde, liet hem op zijn biceps stuiteren en plukte hem uit de lucht.
De vrouwen keken elkaar een ogenblik aan, draaiden zwijgend hun keus uit elkaar en staken de delen in een foedraal. Zonder Andy één blik waardig te keuren liepen ze langs de bar en verlieten het café.
Onkel keek ongelukkig en legde een bandje in de recorder. De Blues Brothers. Andy liep swingend naar zijn biertje.
'Truttekutten,' zei hij en hield heupwiegend halt bij Renard. Hij keek hem strak aan. 'Vind je ook niet?'
Even voelde Renard zich kwetsbaar met zijn magere lijf, zijn smalle polsen, zijn bril. Maar hij sloeg zijn ogen niet neer, zweeg slechts.
'Die is doof,' merkte Andy op.
'En dom,' was het antwoord van Janko.
Uit zijn ooghoeken zag Renard de verontruste blik van Onkel.
'Rustig, jongens,' waarschuwde hij.
'Tuurlijk Onkie.'
Met drie passen stond Andy echter bij de dobbelaars.
'Mogen we meedoen?'
Toen niemand antwoordde, sloeg hij met zijn vuist op de bar. De dobbelstenen buitelden door elkaar.
'Ik vroeg wat!' schreeuwde hij.
'We hebben net de laatste worp gehad,' zei een van de mannen en stond op. De anderen volgden zijn voorbeeld.
'Ajuus, Onkel.'
Andy veegde de dobbelbeker van de bar, in de richting van de deur.
'Iedereen gaat naar huis en het is pas halftwaalf,' klaagde hij. 'Ze vinden ons niet aardig. Laten we maar zuinig zijn op onze laatste klant... vooruit, een rondje voor de hele zaak!'
Hij begon de aanwezigen te tellen. 'Een, twee, drie...' Zijn priemende vinger bleef bij Renard steken. 'Drieëneenhalf...'
Hij schaterde het uit. Ook op Janko's gezicht verscheen een grijns.
'Geintje. Kun je daar tegen?'
Renard negeerde de vraag en nipte aan zijn glas.
'Laat die ouwe zak maar,' teemde Janko maar Andy had beet en liet niet los.
'Ben jij een ouwe zak?' vroeg hij streng.
Renard schraapte zijn keel.
'Nee,' zei hij rustig. 'Ik ben geen ouwe zak.'
'Oei! Niet?' reageerde Andy overdreven geschrokken. 'Janko, een van jullie twee liegt!'
Janko kwam bij hem staan.
'Oh nou, ik niet hoor... ik ben je vriendje.'
'Dan liegt hij,' besloot Andy en porde Renard tussen zijn ribben. 'Vertel eens. Waarom lieg jij tegen mij?'
Renard snoof minachtend en richtte zijn blik naar een affiche. Boven een postkoets die half in een sloot lag, vloog vrolijk een Tante Ju, bode van een nieuwe tijd. Renard rechtte zijn rug en kauwde op de binnenkant van zijn wang. Ging hij nu te ver of moest hij er nog een schepje bovenop doen?
Andy sloeg vertrouwelijk zijn arm om Renards nek.
'Jij mag niet liegen, weet je dat?'
Renard haalde zijn schouders op, terwijl Janko zijn hand op Renards bovenarm legde en erin kneep.
'Daar moeten we wat aan doen, Andy. Aan ouwe zakken die liegen.'
'Precies. Ze vragen erom,Janko!'
Andy liep snel om de tapkast en graaide achter de sinaasappelpers. In zijn hand hield hij een poppetje, een monnik, souvenir uit een pornoshop. Wie een gulden in de gleuf op zijn rug liet glijden, wekte een erectie op die tussen de slippen van zijn pij omhoog kwam.
'Dit is Petrus,' zei hij en hield het poppetje voor Renards neus. 'Zeg eens dag tegen Petrus!'
'Val dood,' mompelde Renard.
Andy klemde zijn arm om Renards nek en trok zijn gezicht tot vlakbij de monnik. Onkel kwam haastig aangelopen.
'Zo is het genoeg,' zei hij.
Andy liet de greep iets verslappen.
'Geintje, Onkie, dit is fun.'
'Hou het dan ook leuk,' bromde Onkel terwijl hij glazen begon te spoelen. Renard probeerde zich los te wringen, maar Andy spande zijn spieren terwijl Janko hem bij zijn heupen op zijn kruk drukte.
'Zeg godverdomme dag Petrus,' fluisterde hij in zijn oor.
'Dag Petrus,' prevelde Renard.
'Wat?' brulde Andy. 'Harder!'
Renard herhaalde zijn groet.
'Vertel Petrus maar eens dat je een leugenaar bent.'
Onkel liep om de bar heen.
'Sorry jongens, we gaan sluiten, kom op.'
Om zijn woorden kracht bij te zetten liep hij naar de ramen, liet de rolluiken zakken en sloot zijn café af van de buitenwereld. Later moest hij toegeven dat juist daardoor Andy en Janko ongestoord hun gang konden gaan.
Renard zat muurvast in Andy's omhelzing. Hij rook zijn zure adem, zag de getatoeëerde adelaar op zijn onderarm opzwellen en besloot nog even te wachten. Andy drong aan.
'Je bent een ouwe lul en een leugenaar, vooruit, beken het maar...'
'En nou is het genoeg,' zei Onkel kwaad.
Hij greep de arm van Andy en probeerde hem los te wrikken, maar Janko maakte een razendsnelle pirouette tot achter Onkels rug. Zijn valmes klikte open en kwam vlak bij Onkels keel tot stilstand. Hij trok het hoofd van de cafébaas achterover en zonder één woord duwde hij hem achter de tapkast.
'Nou? Komt er nog wat?' vroeg Andy.
Hij hield Renard nog steeds stevig vast terwijl Janko nu achter Onkel stond. Hij hijgde licht en prikte de punt van zijn mes tegen zijn strottenhoofd.
'Ik ben een leugenaar en een ouwe lul,' gaf Renard toe. 'Tevreden, jochie?'
Andy stootte hard onder zijn ribbenkast en giechelde.
'Nog lang niet. Vertel Petrus ook maar dat je een mietje bent, een pikkenzuiger.'
Renard schudde zijn hoofd.
'Rot op,' kreunde hij maar de vuist van Andy raakte hem nogmaals. Happend naar adem gehoorzaamde Renard.
'Zo, ben jij een pikkenzuiger?' zei Andy. 'Dat wil ik wel eens zien. Geef eens geld, Janko.'
Met zijn vrije hand liet Janko de kassa openspringen en gooide een handvol kleingeld op de bar. Andy zocht er een gulden uit en duwde de munt in de gleuf op de rug van de monnik. Het mechanisme kirde en vanonder de pij kwam de plastic penis te voorschijn. Snel drukte Andy zijn vinger eronder om te verhinderen dal de erectie terugschoot.
'Sabbelen!' beval hij.
Renard wendde zijn blik af.
'Vooruit, je was toch een pikkenzuiger?'
Renard kuchte en probeerde zijn hoofd weg te draaien, maar Andy perste zijn arm met volle kracht om zijn nek.
'Goed,' bracht hij uit en boog zich voorover. Hij tuitte zijn lippen, opende zijn mond en likte aan het eikeltje.
'Zuigen,' snauwde Andy.
Renard knikte maar onverhoeds schoot hij naar voren en beet met volle kracht in het stukje plastic én de vinger. Hij hoorde iets kraken, proefde bloed, voelde hoe een wilde triomf in hem opwelde en dreef zijn tanden nog verder in Andy's vlees. Hij liet pas los toen de klem om zijn hals verdween en een vuistslag op zijn hoofd hem duizelend deed wegtollen. Brullend van pijn en woede haalde Andy nogmaals uit, maar Renard ontweek de slag en deed een halfslachtige poging naar de voordeur te ontkomen. Andy maakte een snoekduik, kreeg Renards enkel te pakken en sleurde hem over de grond terug. Renard trapte wild naar de hand aan zijn been en slaagde erin zich los te worstelen.
Maar Andy was getraind in cafégevechten. Hij sprong naar voren en smeet de barkrukken achter zich op de grond, de vluchtweg naar de deur afsluitend.
'Je gaat eraan, kleine klootzak,' siste hij. 'Janko, alles onder controle?'
Onkel had zich even bewogen, maar Janko hield zijn mes nog steeds tegen het zachte gedeelte onder zijn kin zodat Onkel lijdelijk moest toezien hoe Andy met zijn meubilair te keer ging.
'Blijf cool, man,' gilde janko. 'En maak die klojo af!'
Andy hield een kruk voor zich uit en deed een schijnaanval. Renard stapte struikelend achteruit.
'Help!' riep hij. Zouden de flatbewoners het horen?
Het antwoord kwam van Janko die de volumeknop op tien draaide. Het Rawhide Theme dreunde nu op maximale sterkte door het café. Renard keek snel om zich heen. Achter de bar werd Onkel in bedwang gehouden door Janko, maar daar was ook de uitweg, via de keuken naar de achtertuin. Andy volgde zijn blik.
'Doe dan,' schreeuwde hij en gooide zijn barkruk weg, 'Probeer maar!'
Renard schatte de afstand terwijl Andy hem verder in het nauw dreef, met karatebewegingen die steeds venijniger werden. Toen Renard de rand van het biljart in zijn rug voelde, wist hij dat hij in actie moest komen.
Hij tastte achter zich op het laken, vond een van de biljartballen en wierp hem naar Andy. Die ontweek hem handig maar was even afgeleid. Renard dook naar de bar, rolde eroverheen en belandde ruggelings op de plavuizen. Een pijnscheut trok door zijn borstkas, maar hij richtte zich snel op, graaiend naar houvast. Hij hees zich overeind aan de hendel van de ventilator, die langzaam in beweging kwam.
Het atletische lichaam van Andy plofte vlakbij hem achter de bar en blokkeerde meteen de keukendeur.
'Hierrrrr jij!' schreeuwde Andyen maaide met zijn vuisten naar Renard die achteruit deinsde. De ventilator draaide nu op volle toeren, onzichtbaar snel. Een verfrissende wind joeg door de ruimte maar het geraas werd overstemd door de muziek. Renard weerde een slag van Andy af, trok zich op aan de bierkraan en klauterde weer op de tapkast. Dwars door een blad glazen rende hij naar voren maar Andy was sneller. Met één soepele zwaai sprong hij op de tapkast en sneed hem de weg af.
'Bingo! Hij is voor jou, Andy!' gilde Janko boven de muziek uit.
Eén ogenblik stonden ze tegenover elkaar, beiden diep gebogen. Renard hijgde en vermeed naar de razende propeller te kijken, Andy maakte kleine pasjes naar voren, zijn vuisten losjes voor zijn borst. Uitdagend schopte Renard zoveel mogelijk scherven van het glaswerk naar hem toe.
'Kom dan, laat eens zien wat je kunt, patsertje,' riep hij en balde zijn vuisten voor zijn borst.
Plotseling verhief Andy zich met zijn volle twee meter en bracht zijn linkervoet omhoog om Renard met een verrassingsaanval van de tapkast te stoten.
Maar zijn flying frontkick stolde in de lucht toen het blad van de ventilator hem raakte. Het zware metaal nam hem mee bij de brug van zijn neus, verbrijzelde zijn oogkassen en scheurde zijn jukbeen op drie plaatsen.
De propeller galmde luid na toen Andy in een wilde buiteling achteroversloeg. Hij zweefde een ogenblik door de ruimte, stuiterde op de rand van de bar en kwam terecht in de barricade van krukken die hij zelf had opgeworpen. Daar bleef hij onnatuurlijk slap liggen.
Toen Onkel de muziek uitdraaide en
Janko in paniek wegvluchtte, was Andy al in een coma geraakt.
'Een hersenvliesbloeding, hij haalt het niet,' zei Renard, toen hij thuiskwam. 'En anders komt hij de rest van zijn leven niet meer boven het geestelijk niveau van een driejarige uit.'
Hij deed zijn jasje uit en snoof aan zijn overhemd. 'Ik ben aan een flinke douche toe. Hoe is het met jou?'
'De politie heeft me keurig gebeld. Maar wat duurde het lang...'
Renard trok zijn schoenen uit.
'Het probleem was Onkel, die caféhouder. Toen de politie binnenkwam, verklaarde hij meteen dat hij me precies had uitgelegd waar de hendel zat. En verder had hij helemaal niets gezien! De schijterd, hij doet het in zijn broek voor wraakacties. Daarom hadden ze dat maatje van Andy nodig. Om te getuigen.'
Hij gal Rita een kus.
' Die had zich bij zijn vriendin verstopt. Maar daarna was het zo gepiept . Dat kereltje heeft verklaard dat Andy Möller geheel vrijwillig en zelfstandig in een draaiende propeller is terechtgekomen. Gelukkig maar, anders had ik hem moeten optillen. Het kostte me al moeite genoeg om hem op de tapkast te krijgen. Je had erbij moeten zijn!'
Rita gniffelde.
'Het zal morgen wel in de krant staan,' zei ze. 'Niet vergeten uit te knippen. Geef het plakboek eens.'
Renard legde een schriftje voor haar neer en sloeg het open. Op de eerste bladzijde was een vierregelig krantenberichtje ingeplakt, over haar ongeluk. Ze boog zich over de tweede die geheel bedekt werd door het artikel over haar rechtszaak.
'En een viltstift.'
Met trillende hand trok ze een dikke streep.
'Dat was de zesentwintigjarige a.m. uit a.' zei ze. 'Nummer twee. Nog eentje.'
Renard legde zijn voeten op een bankje en geeuwde.
'Ricardo B., sportduiker. Gaat elk
jaar naar de Antillen. Daar kan ook van alles. misgaan.'