16
EEUWIGE VERLIEZER
Thomas was in een goede bui. Hij ademde de door uitlaatgassen bezwangerde stadslucht in en overwoog dat als dit de geur van vrijheid was, hij er best van kon genieten. Hij had weliswaar geen baan meer en zijn huisbaas had hem op straat gezet, maar hij was evenmin een clochard. Hij had genoeg geld op zak om niet bij Maatschappelijk Welzijn om een leefloon te hoeven bedelen of de ellenlange rijen van echte of vermeende werklozen bij de werklozenkas te vervoegen. Vierduizend euro was geen fortuin, maar na vanavond zou dat anders zijn, na de trekking van EuroMillions.
Terwijl hij wachtte tot Katja van haar werk thuiskwam, ging hij op zoek naar een eigen woning. Een luxueus gemeubileerde loft aan de Westkaai met een schitterend uitzicht over het Kattendijkdok voor slechts 2500 euro per maand was precies wat hij als toekomstige winnaar van het Grote Lot voor ogen had. Hij noteerde de gegevens bij het verhuurkantoor, maar beperkte zich voorlopig tot een mondelinge optie op een gemeubeld eenkamerflatje van 36 vierkante meter in de Kaasstraat voor 500 euro per maand. In de Nationalestraat kocht hij een tweedehandse Nokia voor 20 euro en bij Mediamarkt voor 100 euro een laptop die was afgeprijsd vanwege een kras op het deksel.
Toen Katja hem om zes uur 's avonds binnenliet, hing op de zolderetage een doordringende etenslucht. Ze aten een Russische stoofschotel met ui en selderij, een meeneemmaaltijd van de Matrjoshka, en dronken er een glaasje diepgekoelde wodka bij. De huiselijke sfeer en de drank maakten de tongen los. Katja vertelde in grote lijnen en met snedige anekdotes over de mannen in haar leven, maar de aandachtige luisteraar hoorde dat er achter de luchtige vertelsels, vooral wat de bakker betrof, een schuldgevoel school. Ik heb te gemakkelijk aan zijn avances toegegeven, Thomas. Brood wordt overal gebakken. Van zijn kant beschreef Thomas – zij het minder badinerend – zijn mislukte huwelijk met Sonja, die er nooit genoeg van kreeg en hem had gebruikt en misbruikt, net als Angela en de weinige vrienden die hij had gehad, en die geen van allen een hand hadden uitgestoken om te helpen toen het misging, integendeel hem een mes in de rug hadden gestoken, uitgezonderd Sergej Jakov. Ze dronken een tweede glaasje op de gezondheid van Sergej en ze beloofden elkaar plechtig hem volgende week woensdag een bezoek te brengen in de gevangenis.
Terloops vroeg Katja wat zijn plannen waren voor de toekomst.
‘Dat weet ik niet. Dat hangt wat af van de winst.’
‘Winst? Welke winst?’
‘Van EuroMillions. Als ik de enige winnaar ben in rang 1, koop ik een groot appartement in Monaco. Of een villa op de Bermuda's. Maar ik blijf niet in België. No way.’
‘O.’
Hij keek op zijn horloge. ‘Tijd om de tv aan te zetten. Omstreeks halfelf wordt de trekking uitgezonden op één.’
Toen de trekking begon, zaten ze elk gereed met een balpen en een vel papier om de nummers te noteren die door de nieuwslezer werden opgesomd. Er werden vijf nummers uit vijftig en twee sterren uit negen getrokken.
‘Zevenentwintig… achtentwintig… eenendertig…’
Thomas hoefde zijn formulier niet te controleren. Hij kende zijn combinatie vanbuiten. Zijn hart klopte tot in zijn keel. Eindelijk!
‘Zesenveertig…’
Hij kon met moeite een triomfkreet onderdrukken.
‘Zevenenveertig…’
Thomas schreef zonder commentaar het nummer op.
‘De sterren zijn twee en negen.’
Katja kon haar ongeduld nauwelijks bedwingen. ‘En?’ vroeg ze met glinsterende ogen.
Voor hij antwoord gaf, vergeleek hij nog eens de nummers op zijn papier en dat van Katja met die op het scherm. Toen legde hij langzaam zijn pen neer.
‘Vier nummers juist. Geen sterren.’
Ze keek onzeker. Ze wist helemaal niets over de lotto of andere kansspelen. ‘Betekent dat dat je gewonnen hebt?’
Hij haalde de schouders op. ‘Een krats. Voor de grote pot moet je alles juist hebben. Vijf nummers en twee sterren.’
Ze kwam naast hem staan, streelde zijn haar. ‘Wat jammer voor je. Je was er zo zeker van dat je zou winnen.’
Hij staarde naar het schuine planken plafond van de zolder, waar Katja in de nok een paar glinsterende papieren sterren aan een koordje had opgehangen. Was dat zo? Of had hij de hele tijd gedaan alsof, goed wetend dat hij een eeuwige verliezer was.
Katja bracht hem nog een glaasje wodka. Ze zette de tv uit en legde een cd op. ‘Rachmaninovs derde symfonie’, zei ze. ‘Zijn mooiste.’ Op het rustige orthodoxe gezang aan het begin volgde een grote golf orkestrale energie. Katja deed de lichten uit, op een enkele schemerlamp na. Thomas' fladderende geest vond rust in de zangerige tussenspelen tussen de telkens terugkerende motieven.
‘Ach, wat doe je met zoveel geld?’ fluisterde Katja terwijl ze hem uitkleedde en naar bed bracht. Ze kwam naast hem liggen en zei hem dat hij haar moest neuken, en voor Thomas was het zo lang geleden dat ze hem moest helpen met haar handen en haar mond en toen hij ten slotte bij haar binnendrong, schreeuwde ze zo hard dat hij bijna terug naar af ging, maar haar verslindende begeerte sleurde hem mee, over bergtoppen en door valleien, gedragen door de muziek van Rachmaninov in een eindeloze, wanhopige, dierlijke hunkering.
Een mensenleven later werd Thomas wakker door het piepen van een mobiele telefoon. Hij voelde het bed bewegen, Katja drukte de gsm tegen haar oor, zei: ‘Da’, en luisterde. Tegelijk stapte ze uit het bed en liep zo geluidloos mogelijk naar het keukentje.
‘Kagda?’
Aan haar vraag ‘wanneer’ kon hij horen dat ze slecht nieuws had gekregen. Er volgde een onheilspellende stilte, alleen onderbroken door haar ademhaling, geteisterd door emotie. Daarna werd er in het Russisch een fluisterend gesprek gevoerd waarin woorden vielen als bol'nica en operaciya. Katja beëindigde het gesprek met een paar bemoedigende woorden. Hij wachtte tot ze weer naar bed kwam, maar dat gebeurde niet.
Hij opende zijn ogen. Katja zat op een keukenstoel met haar hoofd in haar handen, haar gezicht verborgen achter een warrig gordijn van haar neerhangende asblonde haren. Hij stapte uit het bed, vond zijn jeans en trok die aan.
‘Wie was dat? Je lijkt helemaal overstuur.’
Ze mompelde iets zonder op te kijken.
‘Wat zei je?’
‘Het was mama.’ Ze gooide haar haar naar achteren en veegde een traan weg. ‘Papa heeft gisteren een hartaanval gehad. Hij is er slecht aan toe.’
Hij ging op de stoel aan de andere kant van het tafeltje zitten, niet wetend wat te antwoorden.
‘Hij moet dringend geopereerd worden. Overbrugging van de kransslagader.’
‘Wanneer?’
‘Deze week nog. Alleen…’
‘Wat?’
Ze liep naar de gootsteen en pakte een doos tissues. Ze droeg alleen het lichtblauwe T-shirt, dat tot net boven haar schaamhaar reikte.
‘Hij ligt in het ziekenhuis van Kertsj. Daar zijn ze niet echt voorzien op dat soort van gecompliceerde ingrepen. Eigenlijk zou hij naar Kiev of Moskou overgevlogen moeten worden.’ Ze trok een zakdoekje uit de doos en veegde haar gezicht af. ‘Zoiets kost handen vol geld. Voor een keuterboer niet te betalen.’
‘Hebben jullie in Oekraïne geen kosteloze gezondheidszorg?’
‘Met de gezondheiszorg is het in de Russische Federatie slecht gesteld. De meeste instellingen zijn in handen van de Staat, die nauwelijks de middelen heeft om daadwerkelijk te investeren. Als je voor iemand het beste verlangt, ben je op particuliere ziekenhuizen aangewezen. En die zijn niet goedkoop.’ Ze trapte de pedaalemmer open en gooide de tissue weg. ‘We wisten al lang dat het tot een operatie zou komen, en spaarden het nodige geld bijeen.’
Ze vulde de waterketel en zette hem op het komfoor.
‘Wacht even’, zei Thomas. ‘Dat geld waar je mijn verteer in de Puchkin mee hebt betaald? Was dat…?’
Ze knikte. Haar handen gingen automatisch verder met de bewegingen die nodig waren om koffie te zetten en de tafel te dekken.
‘Hoeveel kost die operatie?’
‘Vast tweehonderdduizend. De vlucht naar Moskou en het hotel van mama niet meegerekend.’
‘Tweehonderdduizend wat?’
‘Nieuwe roebels. Dat is ongeveer zesduizend euro.’
Thomas haalde uit zijn sporttas de envelop met de rest van het geld dat hij bij Angela had opgehaald. ‘Hier heb je al 3800. Die kun je gebruiken als aanbetaling.’
Katja keek met grote ogen naar de envelop. ‘Waar heb je dat zo opeens vandaan?’ vroeg ze.
‘Ik had het nog te goed van Angela.’
Ze aarzelde. ‘Het is veel meer dan ik voor je heb betaald aan de Puchkin.’
‘Dat kan best’, zei hij. ‘Maar het is minder dan wat ik je schuldig ben. En dan heb ik het niet alleen over geld.’
Ze bloosde. ‘Weet je het zeker?’
‘Zorg jij nu maar dat je vader zijn behandeling krijgt. Voor hij het ziekenhuis verlaat, zorg ik voor de rest van het geld.’
‘Hoe?’
‘Dat is mijn probleem.’
Thomas voelde zich opeens overspoeld door een golf van woede en verontwaardiging. De tijd dat hij zou wachten tot de mug in zijn colaflesje zou pissen, was voorbij. Hij zou de mug bij de nek grijpen en dwingen te pissen waar en wanneer hij het wilde. Zo nodig zou hij de andere flesjes omverschoppen en stuktrappen. Katja zou verdomme haar geld krijgen.
En hij wist hoe.