34

Jacobs liet zich door het stoere gedrag van Adrien niet bang maken. Hij controleerde eerst de veiligheidspal en stopte dan tergend langzaam de P88 tussen zijn broekriem. Hij wist natuurlijk ook wel dat hij het in een vuurgevecht met Adrien zou moeten afleggen, en dat was niet alleen omdat Adrien over een Uzi beschikte; hij was gewoon een slechte schutter.

Adrien deed een stap opzij om Christofer door te laten. Zoals altijd zag die eruit om door een ringetje te halen. Het zijden overhemd van vanmiddag had plaatsgemaakt voor een op maat gemaakt blauw overhemd en een eveneens geheel op maat gemaakte geelbruine pantalon met ingeweven draad van exact dezelfde tint blauw als zijn overhemd.

‘Zeg hem dat hij met die Uzi de andere kant uitwijst’, zei Jacobs. ‘Hij maakt me nerveus.’

Christofer veegde het zweet van zijn kale schedel met een opgevouwen zijden zakdoek. Hij wees met de zakdoek naar Sam, een verfijnd gebaar dat tegelijk misprijzen inhield. ‘Wie is zij?’

‘Sam Keizer’, zei Jacobs. ‘Zij is…’

‘Ik weet wie Sam Keizer is, Tsjop Tsjop. Ik herinner me niet dat we hadden afgesproken dat ze zou meekomen.’

‘Ze is me gevolgd. Ik kon haar overmeesteren.’

‘Is dat zo?’ vroeg Christofer op een toon die geen twijfel liet bestaan dat hij weinig geloof hechtte aan Jacobs' verklaring. Hij gebaarde naar zijn vriendje. ‘Adrien, fouilleer haar en sluit haar op in de achterkamer.’

Sam stak een hand uit naar het pistool op haar rug, maar Adrien zette bliksemsnel een stap vooruit en gaf haar met de Uzi een tik tegen de zijkant van haar hoofd die hard genoeg aankwam om haar op andere gedachten te brengen. Hij fouilleerde haar, kneep in haar borsten en haar billen, afstandelijk en efficiënt, zoals een veehandelaar een rund aftast, nam de Glock en haar Nokia onder zijn hoede, en duwde haar voor zich uit naar de achterkamer. In de deuropening draaide ze zich plots om.

‘Als je het niet voor jezelf doet, doe het dan voor Tamara, Jacobs’, zei ze met aandrang.

Adrien gooide haar van ver op het bed, trok de deur dicht en draaide de sleutel om.

‘Wat wil ze dat je doet?’ vroeg Christofer.

‘Ze verlangt dat ik me aangeef als dader van de roof.’

‘Niet meer dan dat?’ Christofer bestudeerde een poster aan de wand van South African Jetair Tours. ‘Je moet jezelf de nor indraaien zonder dat je daar een extra voordeel mee verkrijgt? Maak dat je grootje wijs.’

‘Ze kan de kolere krijgen’, zei Jacobs. ‘Zeg me liever waar Tamara is.’

‘In de auto.’

‘Is alles goed met haar?’

‘Redelijk. Ze deed wat moeilijk. We hebben haar een kalmeermiddeltje toegediend.’

‘Ik wil haar zien. Als haar iets mankeert, is de deal af.’

Christofer glimlachte. ‘Je naïviteit is ontwapenend’, zei hij. ‘Als dat zo is, mag je er getuige van zijn hoe Adrien de voering uit jouw geliefde zuster naait.’

‘Van Adrien hoeft ze niets te vrezen’, sneerde Jacobs. ‘Met wat hij slikt aan anabole steroïden dient zijn lul alleen nog om te plassen. Een geluk voor jou dat hij zijn mond nog kan gebruiken.’

Adrien stapte naar hem toe en bracht langzaam de loop van de Uzi tot op de hoogte van Jacobs' bovenlip. ‘Ik hoef dit niet te pikken, man.’

Christofer legde een hand op zijn schouder en zei: ‘Adrien, kalm, oké? Tsjop Tsjop meent dat niet zo. Rustig maar.’ Hij toverde een pakje Marlboro tevoorschijn en bood hen een sigaret aan. Adrien weigerde en ging met een boos gezicht met zijn rug bij het raam staan. Na een korte aarzeling accepteerde Jacobs de sigaret. Hij wachtte tot Christofer met een verfijnd gebaar hen allebei vuur gaf.

‘Zullen we eerst de details bespreken?’ vroeg Christofer.

‘Welke details?’

‘De ruil, engel. Jij krijgt Tamara. Ik krijg de diamanten.’

‘Jij krijgt niets. Je mag de diamanten voor mij verkopen en je mag eenderde van de opbrengst behouden.’

‘De helft, engel. En dan mag je blij zijn dat Levitt op apegapen ligt want met hem erbij zou je nog minder krijgen.’

‘Wat heeft Levitt ermee te maken?’ vroeg Jacobs verbluft.

‘Je hebt je bijnaam echt niet gestolen, Tsjop Tsjop. Dacht je heus dat ik Levitt uit de weg zou ruimen? Kom nou, waarom zou ik het risico lopen als het zoveel gemakkelijker is de handen ineen te slaan? En dan die in-de-plaatstreding. Denk eens even na, man. Levitt zou vanaf de eerste dag geweten hebben dat iemand in zijn naam bij Rawstorne voor veertien miljoen dollar aan diamant had besteld. Zelfs van op zijn sterfbed in het ziekenhuis houdt hij nog een oog op zijn zaakjes. Hetzelfde met Rawstorne. Een gewiekst zakenman als hij zou direct argwaan koesteren als Levitt opeens het tienvoudige van de gebruikelijke partij wilde kopen. Levitt en Rawstorne hebben de hoofden bij elkaar gestoken en kwamen tot de conclusie dat ze onder dezelfde vlag zouden varen. Heb je heus geen idee waarom ze je lieten begaan?’

‘Nee’, zei Jacobs. ‘Zeg jij het maar.’

‘De verzekering, engel’, zei Christofer op haast vriendelijke toon. ‘Je mocht Rawstornes kroonjuwelen komen stelen en via Chinsky weer bij hem inleveren. Het was Rawstorne zelf die jou via zijn handlanger Chinsky de alarmcode doorspeelde. Niet die arme Rita Bleicher zoals hij jou liet geloven.’ Hij blies met getuite lippen een wolkje rook in de richting van Adrien en glimlachte. ‘Het was een mooi plan. Maar er was een factor waarmee ze niet hadden gerekend.’

Jacobs probeerde te slikken, maar zijn mond was poeder-droog. ‘Welke?’

‘Jouw frenetieke karakter, engel. Ze wisten natuurlijk niet dat jij nog een meer dan honderd jaar oude vete met Rawstorne had uit te vechten. Tamara heeft ons de familieoverlevering uit de doeken gedaan. Is het daarom dat je Rawstorne zo hebt afgetuigd dat hij voor de rest van zijn leven verlamd is?’

‘Ik ben veel te zacht geweest. Ik had hem de nek moeten breken.’

‘Dat was tegen de afspraak, engel. Je zou geen geweld gebruiken, weet je nog? Hoe dan ook, hij heeft je onderschat. Dat geldt ook voor Chinsky. Die verknalde het al door de vluchtauto verkeerd te parkeren. Later, in de parking, slaagde hij er niet in het zaakje af te maken.’

Jacobs gooide zijn brandende sigaret op de grond en trapte hem uit. ‘Je bedoelt: slaagde er niet in mij van kant te maken?’

‘Je zegt het goed.’ Christofer keek op zijn horloge, een elegante Baume & Mercier van wit goud en omlijst met tweeëntwintig baguettevormig geslepen diamanten. ‘Tijd om tot de orde van de dag over te gaan.’

‘Wacht even’, zei Jacobs. ‘Ik wil graag eerst weten welke rol jij hier exact in hebt gespeeld.’

‘Middelman, engel. Ik bracht de partijen bijeen tegen een procentje. Dat ze de verzekering wilden oplichten, was het minste van mijn zorgen. Maar ik wist niet dat Rawstorne jou door Chinsky van kant wilde laten maken. Dat zou ik nooit geaccepteerd hebben.’ Hij legde een gemanicuurde hand op het borstzakje van zijn hemd. ‘Hand op het hart.’

Nee, pa! Niet Rawstorne! Niet opnieuw.

De ellendeling. Hoe moest hij in zijn vuistje hebben gelachen toen hij hem in de gedaante van Levitt zag binnenkomen, terwijl hij de hele tijd wist wie hij was en wat hij van plan was. Zijn doodvonnis had hij toen al getekend. Wat een schlemiel was hij weer geweest. Zelfs het geniale idee om de gelijkenis met Levitt te gebruiken, was hem half en half ingefluisterd geweest. Het was Christofer geweest die hem het eerst op de gelijkenis attent had gemaakt.

‘Je gelooft me toch?’ vroeg Christofer.

Jacobs kwam tot bezinning, uiterlijk kalm, van binnen een vloedgolf van wilde gedachten en kolkend bloed.

‘Ik geloof alles wat je wilt op voorwaarde dat met Tamara alles wel is.’

‘Oké.’ Christofer gaf een rukje met zijn hoofd in de richting van de deur. ‘Adrien, haal haar als je wilt.’

Ze wachtten zwijgend tot Adrien Tamara binnenbracht. Toen hij haar losliet, dreigde ze te vallen. Jacobs liep naar haar toe en bracht haar naar een stoel. Ze leek ongedeerd, alleen had ze een wondje aan het rechteroor dat niet meer bloedde. Hij knielde naast haar neer. ‘Tamara, alles goed met jou?’

Nu pas leek ze hem te herkennen. ‘Hé, broertje’, lispelde ze. ‘Ben je er ook? Leuk.’ Ze wiegde met het hoofd. ‘Die twee nichten wilden weten waar je de diamanten had verborgen, maar ik heb hun dat lekker niet verteld.’ Met haar wijsvinger wuifde ze Christofer dichterbij. ‘Zal ik je zeggen waarom?’

‘Zeg maar’, zei Christofer.

‘Omdat jullie over het paard getilde zakkenwassers zijn’, kraaide ze. Ze zakte onderuit in de stoel en sloot de ogen. ‘Verdomde mietjes.’

Christofer bleef onbewogen onder deze uitval. Hij gebaarde naar Adrien. ‘Breng haar hiernaast bij dat andere kutwijf.’

Adrien pakte Tamara bij een arm en trok haar ruw overeind.

‘Kalm aan, pillenslikker.’ Jacobs duwde Adrien opzij en pakte Tamara van hem over. Adrien keek naar Christofer die de schouders ophaalde. ‘Laat hem.’

‘Kom, zus. We gaan slapen’, zei Jacobs.

Tamara legde beide armen om zijn nek en liet zich met gesloten ogen meevoeren. Bij de deur van de slaapkamer wachtte hij tot Adrien de deur van het slot had gedaan. Voor hij Tamara op het tweede bed neerlegde, pakte hij het plastic zakje met het overschot van zijn geld uit zijn binnenzak en stopte dat in een van de zakken van Tamara's stretch pantalon.

‘Wat zit daarin?’ vroeg Christofer, die hen was gevolgd.

‘Mijn geld’, zei Jacobs. ‘Voor het geval ons iets overkomt.’

Hij zag de blik van verstandhouding tussen Christofer en Adrien en hij begreep meteen wat ze met hem van plan waren.

Hij richtte zich op.

Sam Keizer zat met gekruiste benen op het andere bed en sloeg hen gade.

‘Doe het voor Tamara, Jacobs’, zei ze nogmaals.

Hij knikte.

‘Wegwezen’, zei Adrien en hij gaf hem een duw in zijn rug.

Hij gehoorzaamde. Hij wist dat hij niet tegen hen was opgewassen. Het enige wat hij kon doen was hen weglokken, weg van Lanseria Airport, weg van Tamara. Bij de deur bleef hij opeens staan en keek om.

‘Zeg tegen Tamara dat ze niet tot Jahrzeit hoeft te wachten om de doden te herdenken. Vraag haar of ze ook een steen wil leggen op de zerk links van onze Skepper.’

Voor Sam kon vragen wat hij daarmee wilde zeggen, had Adrien de deur dichtgetrokken en op slot gedraaid.