9
Graham nam het laatste slokje van zijn koffie en leunde voldaan achterover. 'Ik moet de Italiaanse spoorwegen nageven dat het eten prima is.' 'Heerlijk,' beaamde Kolchinsky tussen een paar happen cassata door. Graham keek langs hem naar de laatste tafel aan de andere kant van de restauratiewagen. 'Werner heeft net afgerekend. Ze kunnen ieder moment opstappen.' 'Er is geen reden hen te volgen zolang de trein rijdt. Ze kunnen nergens heen.' Kolchinsky keek op zijn horloge. 'Hoe laat komen we in Piacenza aan?' 'De kelner zei om ongeveer half negen.' 'Nog tien minuten,' antwoordde Kolchinsky die vervolgens het laatste restje van zijn ijsje naar binnen lepelde. Graham riep de kelner. 'Mogen we de rekening?' 'II conto, per favore,' zei Kolchinsky toen de kelner Graham vragend aankeek. De man knikte en vertrok. Werner en Hendrique stonden op en liepen over het gangpad tussen de rijen tafels hun richting uit. 'Neem me niet kwalijk, was u niet in het gezelschap van Sabrina?' vroeg Werner die bij Graham bleef stilstaan. 'Sabrina?' 'De jongedame die in Vergiate is gearresteerd.' 'Ja, ik zat bij haar, maar we hadden elkaar de vorige avond pas ontmoet. Ik wist niet eens hoe ze heette. Kent u haar?' 'Ik heb haar vroeger gekend, lang geleden.' 'Waarom gaat u niet zitten?' zei Kolchinsky op de twee lege stoelen aan weerskanten van de tafel wijzend. 'Dank u wel, vader,' zei Werner en hij ging naast hem zitten. Hij stelde zichzelf en Hendrique voor, die hij Joe Hemmings noemde. 'Vader Kortov,' zei Kolchinsky terwijl hij Werners hand schudde. 'Uit welk deel van Rusland komt u?' vroeg Werner. 'Oorspronkelijk uit Moskou, maar ik werd gedwongen te vertrekken. Ik werk nu in Amerika.' 'Ja, de Russische autoriteiten zijn beruchte beeldenstormers.' Graham nam de rekening van de kelner en rekende uit zijn hoofd uit wat hij moest betalen. Kolchinsky legde de rest erbij. 'Wilt u misschien iets drinken?' vroeg Werner en hij beduidde de kelner te wachten. 'Wat wordt er in Italië na de maaltijd gedronken?' vroeg Kolchinsky. 'De favoriete dranken zijn amaretto en sambuca.' 'Amaretto? Dat heeft een amandelsmaak, nietwaar?' vroeg Kolchinsky, zich van de domme houdend. 'Drank is niet een van mijn sterkste punten.' 'Dat mag ik hopen, vader,' zei Werner grinnikend. 'U hebt trouwens wel gelijk. Het is een amandellikeur.' 'Dan wil ik graag een amaretto, dank u wel,' antwoordde Kolchinsky. Werner keek Graham aan. 'En u, meneer?' 'Green. Michael Green. Voor mij niets.' 'Weet u het zeker?' 'Absoluut.' 'Due amaretti, perfavore,' zei Werner tegen de kelner, die daarna snel wegliep. 'Is die conducteur al komen opdagen?' vroeg Graham Hendrique. Hendrique schudde zijn hoofd. 'Ik weet zeker dat er een volkomen logische verklaring voor zijn verdwijning is,' zei Werner, de ongemakkelijke stilte verbrekend. De kelner kwam terug met de drankjes. Nadat hij had betaald, hief Werner zijn glas. 'Op de toekomst.' 'Daar wil ik wel opdrinken,' zei Kolchinsky en hij klonk met hem. Werner nam een slokje. 'Ik kan me niet voorstellen dat Sabrina bij zo iets smerigs als moord betrokken is. Ze leek me altijd een toonbeeld van beschaving.' 'Moord komt in alle kringen voor,' zei Hendrique. 'Dat is zeker waar, maar toch kan ik me haar niet als moordenares voorstellen.' 'Misschien is ze een spionne,' pareerde Hendrique met een flauw glimlachje. 'Piacenza, Piacenza,' kondigde de conducteur vanuit de deuropening aan. Werner dronk zijn amaretto op en kwam overeind. 'Ik denk dat ik maar eens onder de wol kruip en een paar hoofdstukken in mijn boek ga lezen. Het was prettig met u beiden kennis te maken. We zullen elkaar zeker nog zien.' Kolchinsky greep zijn uitgestoken hand. 'Dat denk ik ook wel. En nog bedankt voor het drankje.' 'Geen dank,' antwoordde Werner met een korte buiging. Hendrique schoof zijn stoel naar achteren en volgde Werner de restauratiewagen uit. 'Wij weten dat zij het weten en ik ben er tamelijk zeker van dat zij weten wat wij het weten. Het is een patstelling. En als zij weten wat wij weten, zullen ze hun plannen zeker veranderen. Daar moeten we op voorbereid zijn.' Kolchinsky dronk zijn amaretto op en zette het glas midden op tafel. 'Precies,' zei Graham zonder enige overtuiging. Hij had Kolchinsky na de eerste zin niet meer gevolgd. Hij onderdrukte een geeuw en stond op. 'Ga je mee?' 'Natuurlijk,' antwoordde Kolchinsky. Ze kwamen bij de coupé aan toen de trein in het helder verlichte station van Piacenza tot stilstand kwam. De ramen van de gang keken op het perron uit en Graham liet zijn blik over de passagiers glijden die stonden te wachten om in te stappen. 'Er staat een non tussen,' riep Graham over zijn schouder. 'Kom binnen en doe de deur dicht,' drong Kolchinsky aan. 'Als ze me ziet, wil ze vast met me praten. Kom naar binnen.' Graham liep de coupé in en schoof de deur dicht. 'Al dat wachten gaat op mijn zenuwen werken. We raken door onze tijd heen en die schoften kunnen ons ieder ogenblik ontglippen. Wie zegt trouwens dat ze naar Rome gaan? Ze hoeven alleen maar de vrachtwagon los te koppelen en we zijn ze kwijt.' Er werd op de deur geklopt. Graham haalde zijn Beretta uit de holster, liet hem in zijn jaszak glijden en tuurde door het smalle kiertje tussen de twee dichtgetrokken gordijnen. 'De non! Ze moet je vanaf het perron hebben gezien.' 'Dat hebben we net nodig. Ik zou de deur maar opendoen.' 'We kunnen haar gewoon laten staan,' stelde Graham voor. 'We kunnen haar niet laten staan. Doe de deur open. Ik praat wel even met haar.' Graham haalde zijn schouders op en deed wat hem was gezegd. De non pakte haar tas op en kwam met gebogen hoofd binnen. 'Deze coupé is al bezet, zuster. Ik weet zeker...' Hij haperde toen ze naar hem opkeek. 'Sabrina?' 'Ik denk dat we dezelfde kleermaker hebben,' zei ze terwijl ze haar bril met zwart montuur afzette. 'Een zekere monsieur Rust.' Graham deed de deur op slot. 'Wat is er in Jezusnaam aan de hand? Hoe ben je vrijgekomen? En hoe kom je hier terecht?' Ze hield afwerend haar handen omhoog. 'Geef me een kans om te gaan zitten en ik zal jullie vragen beantwoorden.' 'Iets drinken?' vroeg Kolchinsky. Haar glimlach beantwoordde de vraag. 'Je kan later wel iets eten. De restauratie is tot tien uur open. Ik heb geen idee waarom, er zijn nauwelijks genoeg passagiers om de tafels een keer vol te krijgen,' zei Kolchinsky terwijl hij naar buiten liep om wat drankjes te halen. Hij kwam terug met een dienblaadje met wat frisdranken erop. Ze beschreef wat er was gebeurd vanaf het moment van haar arrestatie tot de vlucht met de helikopter vanuit Zürich. 'Dit is voor jou Sergei, van de baas," besloot ze, terwijl ze een verzegelde envelop uit haar tas haalde die ze Kolchinsky aanreikte. Kolchinsky scheurde het zegel open, las de brief en verbrandde hem. 'De kolonel wil dat we het plutonium zo snel mogelijk in beslag nemen. Hij vindt het te gevaarlijk om nog langer een kat-en-muis-spelletje met hen te spelen, vooral omdat Hendrique met zo'n collectie wapens rondloopt. De trein is niet al te groot en er kunnen onschuldige slachtoffers vallen als hij niet wordt tegengehouden.' 'Het eerste slachtoffer is al gevallen. De conducteur.' Kolchinsky knikte en zette haar kort uiteen wat er was gebeurd. Ze keek naar de verbindingsdeur. 'Denk eraan dat je me aanwijst onder welke bank hij ligt voor ik naar bed ga. Ik zou het vreselijk vinden boven hem te slapen.' 'Ik weet zeker dat het hem niet kan schelen,' zei Graham cynisch. Ze schonk hem een geringschattend glimlachje en wendde zich tot Kolchinsky. 'Heb je een plan in gedachten?' 'In grote lijnen. Of het haalbaar is, moeten we nog bekijken.' Sabrina en Graham luisterden zwijgend. Vervolgens werkten ze met zijn drieën de details uit, tot ze het erover eens waren hoe ze het zouden uitvoeren. Daarna ging Sabrina naar de restauratiewagen. Onder het eten dacht ze aan C.W. en ze vroeg zich af of hij met zijn onderzoek in Mainz opschoot.
***
De telefoon ging. Whitlock draaide zich slaperig om en tastte in het donker naar het lampje boven zijn hoofd. Hij gooide iets om en hij hoorde aan het geluid dat het maakte toen het op het tapijt viel, dat hij het voor een kwart gevulde glas water had omgestoten. Hij vond het knopje en bracht toen de hoorn naar zijn oor, terwijl hij met zijn onderarm zijn ogen tegen het verblindende licht beschermde. 'Hallo?' mompelde hij, een geeuw onderdrukkend. Het stemgeluid aan de andere kant was niet meer dan een schor gefluister. 'Hallo?' zei hij geïrriteerd. 'U zult harder moeten praten.' 'C.W.?' De stem was nauwelijks verstaanbaar. 'Met Karen.' 'Het is...' Hij keek met één oog op de wekker. 'God, het is tien over half drie in de nacht. Wat is er?' 'Hij staat buiten.' 'Wie?' vroeg hij, terwijl hij moeizaam rechtop ging zitten. 'De man in de zwarte Mercedes, die probeerde ons bij het Hilton te overrijden. Hij staat in het portiek. Help me alsjeblieft.' Hij hoorde het geluid van brekend glas door de telefoon. Ze gilde. 'Karen! Karen!' schreeuwde hij in het mondstuk. 'Ben je er nog?' 'Hij komt naar binnen,' jammerde ze. 'Hij gaat me vermoorden.' 'Sluit jezelf in een kamer op en barricadeer de deur. Ik kom er zo snel mogelijk aan.' 'C.W., alsjeblieft...' 'Karen, leg de telefoon neer en doe wat ik je heb gezegd.' Hij verbrak de verbinding en belde onmiddellijk de politie die beloofde direct een auto naar haar huis te sturen. Hij kleedde zich snel aan en stak de Browning in zijn zak, terwijl hij de kamer uitrende. Hij vroeg de nachtreceptionist de weg en kreeg een kort maar duidelijk antwoord. Daarna spurtte hij over de parkeerplaats naar de Golf en wist hem bij de eerste poging te starten. Hij draaide de Kaiserstrasse op en reed snel in zuidelijke richting naar de Rijn. De banden piepten toen hij de Rheinallee insloeg, een boulevard die evenwijdig aan de rivier liep. Vervolgens reed hij over de Heussbrug het oostelijk stadsdeel binnen. Hij wist niet meer waar hij was en tot zijn grote frustratie moest hij naar de brug terugrijden. Toen schoot hij de Boetckestrasse in, langs het in het oog springende kasteel aan zijn linkerhand, dat de receptionist speciaal had genoemd. Hij miste de Hindenburgerstrasse bijna, maar het lukte hem op het laatste nippertje de bocht te nemen. De Golf raakte even met zijn wielen op het trottoir, maar hij had het stuur weer snel onder controle en stopte achter de politieauto die met brandend zwaailicht voor de oude rooms-katholieke kerk stond. Hij sprong uit de auto en sprintte de oprit op, maar bij het huis werd hij tegengehouden door een geüniformeerde politieman. Hij keek langs de agent naar de glasscherven die over het tapijt in de hal verspreid lagen en legde toen in aarzelend, maar begrijpelijk Duits uit wie hij was. De agent riep naar een onzichtbare collega in de zitkamer en Whitlock mocht doorlopen. Karen zat op de rand van de bank in de woonkamer met een kamerjas strak om zich heen geknoopt en een zakdoek in haar hand. Pas toen ze opkeek zag hij de blauwachtige zwelling onder haar linkeroog. Ze rende op hem af en omhelsde hem, terwijl de tranen langs haar wangen stroomden. Even plotseling trok ze zich weer terug en glimlachte schaapachtig. Hij kneep haar geruststellend in haar hand en leidde haar terug naar de sofa waar hij naast haar ging zitten. De politieman, die in een leunstoel naast de sofa zat, ondervroeg Karen nog een tijdje en richtte toen zijn aandacht op Whitlock, die hij een paar routinevragen stelde. Toen de man die de vingerafdrukken nam, meedeelde dat hij klaar was met de voordeur, stond de politieman op en beloofde dat er de rest van de nacht regelmatig een politieauto langs zou komen. Ze bracht hem naar de deur en wachtte tot hij was weggereden voor ze naar de zitkamer terugkeerde. Whitlock reikte haar het kompres aan dat op de salontafel lag en ze hield het aarzelend op de gezwollen plek. 'Koffie?' vroeg ze zachtjes. 'Ik zet wel, hou jij het kompres maar op zijn plaats.' De compacte keuken had ingebouwde, vurenhouten kasten en in het midden stond een vurenhouten tafel met aan weerszijden een bijpassende bank. Ze ging op een van de banken zitten en keek toe terwijl hij een verse pot filterkoffie zette. Er hing een rijtje mokken aan de muur waarvan hij er twee van hun haakje haalde. Hij schonk ze vol en pakte toen een pak melk uit de ijskast, dat hij op tafel zette. 'Bedankt dat je zo vlug bent gekomen en dat je de politie hebt gebeld,' zei ze nadat hij tegenover haar was gaan zitten. 'Het spijt me alleen dat ik dat niet heb kunnen voorkomen,' zei hij op haar oog wijzend. 'En houd het kompres erop.' 'Het is een naar gevoel,' antwoordde ze met een grimas. 'Dat is de bedoeling ook. Wat is er vanavond gebeurd?' 'Ik werd wakker door een geluid van buiten en toen ik naar beneden ging zag ik dat de Mercedes in de oprijlaan stond geparkeerd. Ik weet zeker dat het dezelfde was waarmee is geprobeerd om ons bij het Hilton te overrijden. Toen zag ik een schaduw in het portiek. Ik weet dat ik de politie had moeten bellen, maar ik raakte in paniek en jij was de eerste aan wie ik dacht. Hij sloeg een van de ruitjes van de voordeur in toen we aan het praten waren...' 'Ja, dat hoorde ik,' zei hij grimmig. 'Ik rende naar de badkamer, maar de grendel is erg zwak. Hij forceerde de deur en sloeg me neer. Toen hij de politiesirene hoorde, is hij gevlucht. Godzijdank was er een politieauto in de buurt om aan het telefoontje gevolg te geven.' 'Hoe zag hij eruit?' 'Hij had een bivakmuts op. Ik ben bang, C.W. Ik ben echt bang.' 'Wil je dat ik vannacht bij je blijf?' 'Heel graag,' zei ze terwijl ze in zijn handen kneep. Hij trok zich los. 'Als nachtwaker.' 'Je bent getrouwd, hè?' 'Zes jaar.' Ze glimlachte droevig. 'Waarom zijn de beste mannen altijd getrouwd? Het is niet eerlijk.' ik weet zeker dat ongetrouwde mannen hetzelfde over vrouwen zeggen. Dat deed ik ook, totdat ik mijn vrouw ontmoette.' 'Heb je kinderen?' 'Die wilden we niet. Misschien dat we er ooit spijt van krijgen.' ik heb er nooit spijt van gehad dat ik Rudi heb gekregen. Ik heb nog altijd de herinneringen.' Ze bestudeerde zijn gezicht terwijl hij peinzend in de ruimte staarde. 'Je vrouw boft maar.' 'Boffen? Hoezo?' 'Omdat ze een echtgenoot heeft die haar niet bedriegt zo gauw ze uit de buurt is. Niet veel mannen zouden de kans om met mij te slapen, laten lopen.' Hij was verrast door de arrogantie in haar stem. Het leek misplaatst na wat ze zojuist had meegemaakt. Ze merkte zijn afkeurende blik op. 'Ik weet dat ik mooi ben. Is dat zo'n misdaad? Het is geen ijdelheid. Het is gewoon eerlijkheid.' 'Er is niets verkeerd aan als je in jezelf gelooft,' zei hij tactvol. 'Wil je nog koffie?' 'Nee, dank je.' Hij stond op. 'Probeer wat te slapen. Ik houd hier beneden de wacht.' ik blijf bij je zitten,' zei ze nadat ze de twee koppen in de gootsteen had gezet. 'Nee, ik wil dat je naar bed gaat. Je zou alleen maar in de weg lopen als hij terugkomt. Maak je trouwens maar niet bezorgd. Langs mij komt hij niet.' Ze kuste hem lichtjes op de wang. 'Nogmaals bedankt. Als je iets nodig hebt, dan ben ik boven, de tweede deur links.' 'Ik zie je morgenochtend,' zei hij met een glimlach. 'Als je iets wilt hebben, moet je het maar pakken. Er is van alles te eten en ik ga er prat op dat ik een goed voorziene drankkast heb. Hij staat in de woonkamer. Ik wijs hem je wel.' 'Dat is niet nodig. Schiet nu maar op, hup naar bed.' Ze onderdrukte een geeuw, ik voel me ineens echt moe. Ik denk dat ik nu pas de gevolgen van al die opwinding begin te voelen.' Hij wachtte tot ze naar boven was gegaan voordat hij de ramen en de deuren controleerde. Ze waren allemaal gesloten. Hij ging terug naar de keuken en schonk nog een kop koffie in. Hij keek naar de slaappillen op het dientafeltje. Dankzij de pil die hij in haar koffie had opgelost, zou ze tot de ochtend van de kaart zijn. Ze zou er een lichte hoofdpijn aan overhouden, maar dat zou ze aan haar blauwe oog toeschrijven. Hij had haar om twee redenen gedrogeerd. Ondanks haar pijnlijke plek zou ze een goede nachtrust hebben en het zou ook veiliger zijn als de inbreker mocht terugkomen. Hij deed de lichten in de kamer en de keuken uit, ging op de bank zitten en liet zijn ogen langzaam aan het donker wennen. Daarna liep hij naar de erker en trok de gordijnen open om een goed uitzicht te hebben op de straat en op de oprit. Hij ging zitten en wachtte af. Zijn hand spande zich iedere keer dat er een paar koplampen in zicht kwamen om de Browning en zijn greep verslapte pas weer als de auto vervolgens het huis voorbij reed. De Mercedes kwam een half uur later terug. Tenminste, dat was de eerste keer dat hij hem zag. Hij kwam drie keer langs, waarbij hij bij iedere gelegenheid vaart minderde om te controleren of er nog enige activiteit in het huis was. Toen hij voor de vierde keer verscheen, stopte hij aan de overkant van de weg. De chauffeur stapte uit met een Mini-Uzi in zijn gehandschoende hand. Whitlock bewoog zich naar de voordeur en drukte zich een klein stukje van het gebroken ruitje vandaan tegen de muur. Hoewel de chauffeur schoenen met rubberzolen droeg, hoorde Whitlock toch hoe hij het portaal binnensloop tot zijn silhouet dreigend opdoemde achter het geribbelde glas van de deur. Hij greep de hand toen die door het gebroken ruitje naar binnen gleed en rukte hem omhoog tegen een glasscherf. De chauffeur schreeuwde van pijn toen de glasscherf zijn hand binnendrong. Whitlock trok de ketting van de deur en rukte de deur open, waardoor het glas uit de sponning schoot en gaf de chauffeur een harde vuistslag tegen de zijkant van zijn hoofd. Door de klap sloeg hij achterover tegen de rieten meubels in het portaal. De chauffeur herstelde zich en greep een van de omvergegooide, rieten stoelen die hij met kracht in Whitlocks maag omhoogramde Daarna sprong hij over de balustrade en sprintte naar de Mercedes, terwijl zijn linkerarm slap langs zijn lichaam bungelde. Tegen de tijd dat Whitlock de Golf had bereikt, reed de Mercedes al met stijgende snelheid van het huis vandaan. Hij startte de Golfen achtervolgde de zwarte auto, terwijl deze over de Boetckestrasse raasde in de richting van de dokken langs de Rijn. De Mercedes haalde de bocht niet toen hij de Rampenstrasse wilde inslaan en botste met een klap tegen de zijkant van een geparkeerde Volkswagen. Whitlock bracht de Golf tot stilstand en wachtte. Terwijl er rook uit zijn verbogen radiateur opsteeg, reed de Mercedes achteruit en miste op een haar na een Renaultbusje dat aan de overkant van de straat stond geparkeerd. De chauffeur draaide wild aan het stuur toen de Mercedes ter hoogte van de volgende zijstraat was gekomen en slaagde er op een of andere manier in de nauwe ingang tot de straat binnen te komen zonder de carrosserie verder te beschadigen. Hij kon zich pas op het allerlaatste moment hebben gerealiseerd dat de zijstraat direct op de kade uitkwam. Hij ging op de rem staan, maar de banden pakten niet op het natte wegdek. De auto draaide een keer helemaal in het rond voordat hij nog een meter of tien doorslipte en over de wallenkant in het water verdween. Tegen de tijd dat Whitlock de motor had afgezet en naar de kade was gerend, zakte de Mercedes al met zijn achterkant weg in het water. Hij bleef nog een paar minuten staan nadat de auto was gezonken, maar er was geen spoor van de chauffeur te bekennen. Hij liep terug naar de Golf en reed naar het huis. Hij controleerde of Karen nog sliep en ging de huiskamer in. Hij ging op de sofa zitten, sloot zijn ogen en dacht aan Carmen in New York. Binnen een paar minuten was hij in slaap gevallen.
***
Graham en Kolchinsky werden gewekt door een krachtig geklop op de coupédeur. Kolchinsky klom uit de couchette en tuurde door de kier tussen de gordijnen. Hij deed de deur van het slot en schoot hem open. De tweede conducteur schonk hem een vermoeide glimlach. 'Buon giorno. Corregio, quindici minuti.' 'Grazie,' antwoordde Kolchinsky en hij pakte het dienblad van hem aan. De conducteur sloot de coupédeur en liep zachtjes fluitend de gang in. Graham wreef slaperig in zijn ogen. 'Corregio?' 'Nog vijftien minuten,' zei Kolchinsky en hij reikte hem een kop koffie aan. 'Hoe laat is het?' vroeg Graham. 'Vijf voor vier.' Graham ging rechtop zitten en keek toe terwijl Kolchinsky zich boven de kleine wasbak in de hoek van de coupé schoor. Bij iedere haal van het scheermes hield hij zorgvuldig rekening met het systematische geschommel van de trein. Vervolgens bestudeerde hij Kolchinsky's lange onderbroek. 'Zit dat in het standaardpakket van de KGB?' Kolchinsky keek Graham in de spiegel aan. 'Nee, het is gewoon handig. Het houdt de warmte vast, ideaal voor dit weer.' Graham rekte zich uit en stond op. Hij droeg een trainingspak en een paar dikke, wollen sokken. Hij liet zich soepel op de grond zakken en drukte zich moeiteloos dertig keer met één hand op, waarbij hij steeds van arm wisselde. Vervolgens ging hij op zijn rug liggen en bracht vijftig keer zijn neus naar zijn knieën. Tot slot van het korte programma drukte hij zich twintig keer normaal op, voordat hij overeind sprong en zijn handen aan elkaar afveegde. 'Doe je dat iedere dag?' vroeg Kolchinsky, terwijl hij zijn gezicht afdroogde. 'Het is maar een deel van mijn dagelijkse programma. Er is geen tijd om het helemaal af te werken.' Vijf minuten later waren ze allebei aangekleed. Ze droegen warme, isolerende kleding zodat ze straks bij het verlaten van de trein in Corregio geen last van de vrieskou zouden hebben. 'Sabrina vroeg of we haar wilden wekken voordat we zouden vertrekken. Doe jij dat maar.' Graham haalde zijn schouders op en deed de tussendeur open. Ze lag opgerold op de couchette. Haar knieën waren tot aan haar borst opgetrokken en haar rechterhand hing los op het kleed. De dekens waren tot haar middel afgegleden en hoewel ze niet gemakkelijk leek te liggen, was haar gezicht kalm en vredig. Hij stond op het punt haar wakker te schudden, toen hij plotseling van gedachten veranderde en zorgzaam de dekens tot aan haar schouders over haar heen trok en ze zachtjes om haar nek instopte. Hij overwoog haar arm onder de dekens te stoppen maar bedacht zich, omdat de beweging haar bijna zeker wakker zou maken. Kolchinsky stapte opzij om Graham de coupé weer binnen te laten. Hij deed de tussendeur zachtjes dicht. 'Zo, de cynische Michael Graham heeft ook een heel andere kant.' 'Wat nou?' zei Graham scherp. 'Waarom zouden we haar nu al wakker maken? Ze is bij dit deel van de operatie niet betrokken. Laat het kind slapen. Ze heeft een paar zware nachten in een politiecel achter de rug. Kom mee, de trein mindert vaart, we moeten bijna in Corregio zijn.' Toen ze aan het eind van de gang waren gekomen, was de trein het zwak verlichte station al binnengereden. Het perron was verlaten en op een slonzige vrouw van middelbare leeftijd met een jengelend kind na, waren ze de enige passagiers die uitstapten. Graham pakte zijn twee tassen op en volgde Kolchinsky door het onbemande controlehek de verlaten stationshal in. 'Ik ga Zürich bellen om te zeggen dat ze zo spoedig mogelijk een helikopter moeten sturen.' Graham ging op de dichtstbijzijnde bank zitten en keek toe hoe Kolchinsky overstak naar een rij telefooncellen aan de andere kant van de hal. Een prostituee kwam vanaf de straat het station binnen en liep op Graham af. Het was een jong meisje met een knap gezicht waaraan afbreuk werd gedaan door haar veel te zware make-up. Haar slanke figuur werd geaccentueerd door het strakke, zwartleren jasje en een minirok. Ze liet een voet op de bank rusten. 'Buon giorno, come si chiama? ' kirde ze verleidelijk en ze liet haar vingers over zijn lippen glijden. Hij sloeg haar hand opzij en keek haar boos aan. 'Ik ben niet geïnteresseerd. Wegwezen.' Hoewel ze geen Engels verstond, was de klank van zijn stem voldoende om haar weg te jagen. Ze liep terug naar de ingang aan de straatkant. 'Wie was dat? Een prostituee?' vroeg Kolchinsky toen hij terug kwam. 'Ja, een kindhoertje,' zei Graham achteloos. 'Een kindhoertje?' vroeg Kolchinsky met gefronste wenkbrauwen. 'Een hoer die nog minderjarig is. Als je met haar meegaat, kun je nog in de gevangenis komen ook.' Graham gebaarde naar de telefoons. 'Heb je Zürich kunnen bereiken?' Kolchinsky stak een sigaret op en knikte. 'We hebben een meevallertje. Een van onze helikopters is in Milaan. Binnen een uur moet de piloot hier zijn.' 'Waar treffen we hem?' 'Nergens. Zürich zei dat ze zullen zorgen dat er bij de landingsplaats een huurauto staat zodat de piloot ons kan komen ophalen.' Graham wierp een blik op de prostituee die bij de ingang stond. 'Als ik zo'n slet zie, denk ik dat ik Sabrina eigenlijk wat meer zou moeten waarderen.' ik denk dat je dat al doet. Je wilt het alleen niet toegeven. Kijk maar eens wat je in de trein hebt gedaan.' 'Ik heb haar toegedekt omdat we in dit stadium van onze opdracht absoluut niet kunnen gebruiken dat ze een longontsteking oploopt. Je maakt van een mug een olifant, Sergei.' 'Is dat zo?' vroeg Kolchinsky. 'Ze heeft een hoge dunk van je, weet je.' Graham staarde naar zijn voeten. 'We zijn zo verschillend. Ze is een typische yuppie, een slavin van de mode. Ze woont in het rijke deel van de stad, ze gaat uit eten in allerlei chique restaurants en ze rijdt in een Mercedes Sport die ze van haar vader heeft gekregen. Dat komt er nog bij, haar vader heeft alles voor haar gedaan. Hij heeft een flat voor haar gekocht, hij heeft een sportauto voor haar gekocht, hij heeft zijn invloed gebruikt om de secretaris-generaal .. ' 'Nee!' viel Kolchinsky hem scherp in de rede. 'Ze is hier door haar eigen verdienste, dat weet je best. Je hebt haar zien schieten, ze is een klasse apart. Ik kan je wel vertellen dat ze in alle teams jaloers op je waren toen ze jou de plaats van Jacques lieten innemen. Ze hadden er alles voor over gehad om met haar in één team te zitten.' Graham stond op. 'Er staat daar in die hoek een flipperkast. Dat is mooi om de tijd te doden.' Hij stond nog te spelen toen de helikopterpiloot veertig minuten later arriveerde. Kolchinsky bracht hem naar Graham toe om kennis te maken. 'Ben je klaar, Tommy?' 'Hé, bedoel je Tommy, die film met the Who? Ik ben onder de indruk,' zei Graham zonder zijn blik van de kast af te wenden, ik wist niet dat ze dat soort films in Rusland vertoonden.' 'Ik heb hem in het Odeon op het Leicester Square gezien. Ik vond hem afschuwelijk." 'Dat verbaast me niets, het is nauwelijks een film voor ouden van dagen.' 'Dank je wel. Ik... ben eigenlijk met een van de secretaresses van de Russische Ambassade meegegaan. Zij wilde hem zien.' 'Genoeg daarover,' antwoordde Graham die zijn zevende vrije spel noteerde. 'Oké, ik ben klaar...' Ze verlieten het station en stapten in de gehuurde Peugeot 305. Het was een kort ritje naar het primitieve vliegveldje dat niet meer was dan een strook met sneeuw bedekt grasland aan de rand van de stad. Graham pakte zijn twee tassen en liep naar de Lynx-helikopter. Kolchinsky sprak even door het open raampje met de piloot in de auto en kwam toen naar Graham toelopen. 'Klaar?' 'Ik ben klaar, maar waarom draait de piloot de helikopter niet warm?' 'Omdat hij niet vliegt. Ik vlieg.' 'Jij?' zei Graham verrast. 'Sinds wanneer vlieg jij helikopters?' 'Sinds ik twintig jaar geleden mijn brevet heb gehaald.' Graham ademde diep uit, liep toen naar de helikopter, klom naar binnen en ging naast Kolchinsky zitten. 'Ik verzeker je dat je niets te vrezen hebt.' 'Ik twijfel er niet aan,' zei Graham, terwijl hij zijn veiligheidsriemen omdeed, ik wist alleen niet dat jij met deze dingen kon vliegen. Ik veronderstel dat je je opleiding bij de KGB hebt gehad?' integendeel. Ik heb leren vliegen toen ik als militair attaché in Stockholm was gestationeerd. Het was iets om de verveling tegen te gaan.' De piloot die de koplampen van de Peugeot op de helikopter gericht had gehouden, zwaaide terug naar Kolchinsky, keerde de auto en zette koers naar de snelweg. 'Hoe lang duurt het voordat we de trein hebben ingehaald?' vroeg Graham toen ze eenmaal in de lucht waren. 'Je zit op de kaart.' Graham trok de kaart onder zich vandaan en vouwde hem op zijn knieën open. Hij liet zijn vingers langs de zwarte stippellijn lopen die de spoorweg voorstelde. Als ik het me goed herinner moest hij om 4.45 in Modena aankomen. Het is nu...' hij schoof zijn manchet omhoog om op zijn vergulde Piaget horloge te kijken, '5.17 uur. Hoe lang zou hij in Modena blijven?' 'Vijftien minuten.' 'Dan moet hij nu ergens in de buurt van Castelfranco Emilia zijn, ongeveer veertig kilometer hiervandaan.' 'We liggen iets voor op het schema dat Zürich per radio aan de piloot heeft doorgegeven. Dat betekent dat we de trein zullen inhalen voordat hij Anzola d'Emilia bereikt. Kun je me volgen?' 'Je wist het al die tijd al. Waarom zei je het niet gewoon toen ik het je vroeg?' 'Ik stelde je even op de proef,' antwoordde Kolchinsky met een glimlach. Graham vouwde de kaart op en liet hem achter zijn stoel glijden. Hij deed zijn horloge af en draaide het rond in zijn handen. 'Dat heb ik van Carrie gekregen voor mijn vijfendertigste verjaardag. We zijn die avond naar het theater geweest. Ze had de kaartjes vijf maanden van te voren gereserveerd. Ze heeft me zelfs overgehaald een smoking te dragen.' 'Jij in een smoking? Dat kan ik me niet voorstellen.' ik ook niet, maar ze was vastbesloten er een bijzonder avondje van te maken. We zijn eerst naar de show op Broadway gaan kijken, daarna zijn we naar Christ Celle gegaan, waar ik de lekkerste T-bone steak van mijn leven heb gegeten en tot slot hebben we tot drie uur in de nacht Irisch coffee zitten drinken in Fat Tuesday. En ze heeft ook nog alles betaald. God mag weten hoeveel het haar heeft gekost, maar ze wilde niet hebben dat ik ook maar een cent uitgaf. Ze zei maar steeds dat het mijn avond was. Het was de laatste keer dat we samen zijn uitgeweest. Tien dagen later werd ik naar Libië gestuurd.' 'Vasilia was dol op het theater. We gingen er minstens een keer in de maand heen, maar nu heb ik al meer dan zeven jaar geen voorstelling meer gezien, niet meer sinds haar dood. Het zou niet hetzelfde zijn zonder haar.' 'Ik begrijp wat je bedoelt,' zei Graham en hij klikte het horloge om zijn pols. Kolchinsky controleerde de luchtsnelheidsmeter en keek op zijn horloge. 'Binnen een paar minuten moeten we boven de trein zijn.' Graham ritste zijn parka tot aan zijn nek dicht en trok een paar handschoenen aan. 'Vergeet de bivakmuts niet,' bracht Kolchinsky hem in herinnering. 'Dat ben ik ook niet van plan. Hij zit in mijn tas.' 'Michael, je hoeft niet...' 'I k weet het, het is verdomd gevaarlijk, maar we zijn het er gisteren over eens geworden dat het van essentieel belang is voor het welslagen van de operatie. Maak je geen zorgen, ik ben je man. De baas heeft me altijd een waaghals genoemd, nu is het tijd om te laten zien dat hij gelijk heeft.' 'Dat heb je altijd al laten zien.' 'Het lijkt wel of je zenuwachtiger bent dan ik. Jezus, je hoeft alleen dit ding maar recht te houden. Ik ben degene die zich in het pikdonker op het dak van een rijdende trein moet laten zakken.' Kolchinsky overhandigde hem een hoofdband met een miniatuur oortelefoon en microfoon, die door een dun, onbreekbaar kabeltje met elkaar waren verbonden. Graham deed hem om en klom toen de cabine in, waar hij de bivakmuts over zijn hoofd trok. 'Trein is honderd meter voor ons uit,' zei Kolchinsky in zijn mondstuk. Graham maakte het luik open waardoor een golf ijskoude lucht de cabine binnensloeg. Na te hebben gecontroleerd dat het ene uiteinde stevig aan de vloer van de cabine was bevestigd, gooide hij de touwladder door het open luik naar buiten. Hij stak zijn hand door de leren lus aan de wand en leunde gevaarlijk naar voren om een glimp van de trein op te vangen. In de lichten van het landingsgestel kon hij de omtrek ervan vaag onderscheiden. De trein was minstens achttien meter beneden hem. 'Ik zal meer licht nodig hebben,' zei hij. 'Kijk in de zwarte doos achter je, daar moet een Halolamp in liggen.' Graham trok de lip van de doos omhoog en deed hem open. Hij vond wat hij zocht. Een schijfvormige lamp aan een verstelbare leren hoofdband. Hij was in de laboratoria van de UNACO ontwikkeld volgens het principe van de davylamp. Hij deed hem om zijn hoofd en zorgde ervoor dat de lamp in het midden van zijn voorhoofd zat. 'Klaar,' zei hij terwijl hij naar het open luik liep. Er viel een korte stilte voordat hij Kolchinsky hoorde zeggen: 'Vlieghoogte elf meter. Klaar.' Graham draaide zijn rug naar het open luik en greep het deel van de touwladder op de vloer van de cabine stevig vast. Hij stapte naar buiten, de bitter koude nachtlucht in. Hoewel er geen noemenswaardige wind stond, zwaaide de touwladder heen en weer doordat de snel ronddraaiende schroeven boven zijn hoofd een sterke luchtstroming veroorzaakten. 'Hoe gaat het daar?' vroeg Kolchinsky. 'De schroeven zorgen hier buiten voor een klein stormpje. Je kan ze zeker niet even uitzetten?' Hij hoorde Kolchinsky's gegrinnik in zijn oortelefoon. Iedere stap was een zorgvuldig voorbereide manoeuvre. Hij liet zijn voet behoedzaam van de ene sport naar de andere glijden, daar hij eerst voldoende houvast moest vinden voor hij zijn gewicht liet zakken. Uit zijn voorzichtige bewegingen bleek dat hij zich terdege van het gevaar bewust was, maar uit zijn ogen sprak geen angst. Hij was al lang geleden angst als een van de negatiefste menselijke eigenschappen gaan beschouwen. Angst ging gepaard met besluiteloosheid, domheid en onzekerheid, die iemand allemaal het leven konden kosten. Op de slagvelden van Vietnam, waar hij zoveel over zichzelf had geleerd, was hij er talloze malen getuige van geweest. Hij beschouwde angst als niet meer dan een hersenschim en de enige manier om hem te verjagen, was een absoluut geloof in je eigen kunnen. Het was een principe dat hij had ingevoerd bij de training van de leden van de Meo-stam in Thailand nadat hij in Vietnam gewond was geraakt. Degenen die hem bekritiseerden, beschuldigden hem ervan dat hij zijn manschappen hersenspoelde en daarbij weinig blijk gaf van respect voor het menselijk leven. Zijn antwoord was simpel geweest. Angst moest gevoeld worden om bestreden te kunnen worden en genoeg geloof in jezelf was een vereiste om er overheen te komen. Uit cijfers, die na de oorlog bekend werden gemaakt, bleek dat er over een periode van twee jaar onder zijn mannen niet alleen de minste slachtoffers waren gevallen, maar dat zij van alle Meo-bataljons in Thailand ook de meeste medailles voor betoonde moed hadden gekregen. Het speet hem alleen dat de cijfers niet eerder waren vrijgegeven. De meesten van zijn critici waren dood. Ze waren ten prooi gevallen aan het angstsyndroom dat hij hen, ondanks zijn verwoede pogingen, niet had kunnen laten begrijpen. De ladder slingerde gevaarlijk heen en weer tegen de tijd dat hij halverwege was. Hij kon verderop in de trein een paar lichten zien branden, waarschijnlijk in de wagons, maar het voorste stuk van de trein was in een sluier van mist gehuld, terwijl het eerste ochtendlicht aan de horizon al begon te gloren. Carrie had altijd volgehouden dat er niets mooiers was dan een zonsopgang in New York. Hij was het er niet mee eens geweest. Voor hem was schoonheid de symmetrie van de volmaakt geslagen effectbal in het honkbal of de hoekige precisie van een feilloze touchdown pass in het football. Hij zette die gedachten uit zijn hoofd en concentreerde zich op de volgende sport van de ladder. De trein was minder dan drie meter beneden hem en hij plande al hoe hij zou landen en hoe hij het zware hangslot zou zien te bereiken dat aan de deur aan de zijkant van de vrachtwagon zat. 'Michael, ik ontvang iets op de radar, recht vooruit.' Het krachtige bundellicht onder de helikopter verlichtte de hele trein. Ze zagen allebei de stenen brug dertig nieter verderop. 'Haal me omhoog,' schreeuwde Graham in het mondstuk, ik ga naar beneden,' antwoordde Kolchinsky en hij bracht de helikopter omlaag naar het dak van de achterste vrachtwagon. 'Te gevaarlijk. ..' begon Graham, maar toen voelde hij dat zijn bungelende benen het dak raakten. De helikopter helde over en de touwladder zwaaide van de trein vandaan. Toen de slingerbeweging hem weer boven de trein bracht, liet hij los en landde zwaar op het dak. Kolchinsky bracht onmiddellijk de neus van de helikopter omhoog in een wanhopige poging de brug te vermijden. Hij was er niet op tijd bovenuit en de linkerpoot van het landingsgestel botste tegen het metselwerk en raakte ontwricht. Stenen en puin vielen naar beneden op de spoorweg toen een deel van de brug door de kracht van de klap instortte. Hij slaagde erin de helikopter onder controle te krijgen, maar er klonk een schurend geluid uit een van de Rolls Royce-turbomotoren en een paar seconden later stroomde er zwarte rook naar buiten uit het bovenste deel van de romp waar ze zich bevonden. Graham was hard op zijn schouders neergekomen en hij greep zich instinctief vast aan een rand op het dak van de wagon. Het redde zijn leven. Als hij van het dak was gerold, zou hij tegen de stalen paal zijn geslingerd die was neergezet om het betonnen viaduct te ondersteunen. Hij was een moment buiten adem en bleef op het dak liggen. Zijn gezicht vertrok toen de pijn doorzijn linkerschouder golfde. 'Michael!' 'Schreeuw niet zo,' schreeuwde Graham. 'Is alles goed met je?' vroeg Kolchinsky bezorgd. 'Ik leef nog. Mijn rechterschouder doet wel verdomd veel pijn.' 'Je moet er -' 'Vergeet het maar,' snauwde Graham. 'Wat voor kans heb je tegen Milchan met een gewonde schouder?' ik schiet de smeerlap neer. Het maakt geen verschil. Ik ga naar binnen.' 'Eens zul je ons allemaal verbazen door gewoon een bevel op te volgen.' 'Reken er maar niet op,' antwoordde Graham. 'Wat is er met jou gebeurd? Ik hoorde een klap toen ik onder de brug doorging.' 'Ik heb hem geraakt. Ik heb ergens in een veld moeten landen. De motor is beschadigd.' 'En jij?' 'Een spier verrekt, dat is alles. Als het slecht met je schouder is, wil ik...' De rest hoorde Graham niet meer. Hij trok de koptelefoon onder de bivakmuts vandaan en smeet hem opzij. Hij realiseerde zich dat hij in het donker zat en haalde de schakelaar van de Halolamp over. Er gebeurde niets. Als de lamp was beschadigd, zou hij moeten wachten tot het licht werd voordat hij kon proberen de wagon binnen te komen. Nadat hij er een paar keer met zijn wijsvinger op had getikt, begon de lamp ten slotte te branden. Terwijl hij bewoog, schoot er een scherpe pijn door zijn linkerarm en hij trok hem beschermend tegen zijn lichaam. Hij wachtte tot de pijn minder werd en liep toen naar de rand van het dak. Hij greep de bovenste sport van de metalen ladder en begon langs de zijkant van de vrachtwagon naar beneden te klimmen. Ondanks de bijna ondraaglijke pijn in zijn schouder, slaagde hij erin het hangslot te bereiken en er een kleine magnetische overbrenger aan te bevestigen voordat hij weer naar boven klom. Op het dak aangekomen, haalde hij een detonator ter grootte van een lucifersdoosje uit een tasje aan zijn riem. Hij trok de antenne uit en draaide de afstemknop naar de golflengte van de overbrenger. Er klonk een gedempte explosie toen het slot werd vernietigd. Hij greep naar zijn Beretta op het moment dat Milchans kolossale handen op de bovenste sport van de ladder verschenen. Een ogenblik later verscheen zijn afschuwelijk verminkte gezicht boven de rand van het dak. Milchan greep Grahams voet en gaf er een krachtige ruk aan. Het schot ging af in de lucht. Milchan gaf een slag op zijn pols, waardoor de Beretta uit zijn hand viel en tergend langzaam naar de zijkant van het hellend dak begon te glijden. De kolf bleef hangen aan de ventilator die boven het dak uitstak. Graham ontdook een woeste stoot en graaide naar de Beretta. De trein schokte even door een oneffenheid op de spoorlijn en de Beretta schoot los. Wanhopig klauwden zijn vingers een paar centimeter ervandaan over het dak en hij vloekte toen de revolver over de rand gleed. Hij draaide zich snel naar Milchan om. Zijn schouder deed nu aan één stuk door pijn en hij kon zijn linkerarm, die slap en gevoelloos naast zijn lichaam hing, nauwelijks bewegen. Zijn woede en frustratie werden er alleen maar groter door. Hij liet zijn voet naar opzij uitschieten en raakte Milchan op de zijkant van zijn gezicht. Milchan bette zijn bloedende lip met de achterkant van zijn hand en grijnsde toen. Graham trapte opnieuw naar hem, maar deze keer greep Milchan zijn voet en trok hem moeiteloos naar de ladder. Graham zat de stoot aankomen, maar zijn linkerarm weigerde dienst toen hij hem omhoog probeerde te brengen om zich te verdedigen. Daarna werd alles zwart.
***
Een krachtig geklop op de deur haalde Sabrina uit haar diepe slaap. 'Si?' vroeg ze, terwijl ze haar hand om de Beretta onder haar kussen liet glijden. 'Buon giorno. Caffè?', vroeg de conducteur door de gesloten coupédeur. 'Non, grazie.' Ze keek op haar naakte pols en herinnerde zich toen dat haar horloge in Fribourg in beslag was genomen. 'Che ore sono?' Er viel even een stilte, voordat hij antwoordde. 'Le otto e un quarto.' 'Kwart over acht? O, God!' fluisterde ze in zichzelf.'Grazie,' riep ze. Vervolgens klom ze uit de couchette en opende de verbindingsdeur. De aangrenzende coupé was leeg. 'Bedankt dat jullie me wakker hebben gemaakt, jongens,' mopperde ze woedend, met haar handen op haar heupen. Nadat ze zich vluchtig had gewassen trok ze haar habijt aan, zette haar kap op en liet de Beretta in haar zak glijden. Ze liep direct naar de restauratiewagen en bleef in de deuropening staan om rond te kijken. Ze had geluk. Werner, Hendrique en Kyle zaten te ontbijten en te oordelen naar de hoeveelheid voedsel op hun borden, zouden ze nog wel een tijdje blijven. Het was een ideale gelegenheid om hun coupé's te doorzoeken, speciaal die van Werner. Hij mocht dan wel de leiding hebben, hij was ook de zwakke schakel. Hendrique en Kyle waren geharde misdadigers; Werner was zakenman. Ze wist dat zijn coupé de plaats was waar eventuele aanwijzingen te vinden moesten zijn. Eerst ging ze snel terug naar haar eigen coupé om de sleutels te halen die Kolchinsky van de dode conducteur had afgepakt. Haar intuïtie had haar niet bedrogen: beide coupédeuren waren op slot. Omdat ze wist dat ze maar kort de tijd had, besloot ze Werners coupé het eerst te doorzoeken. De gang was verlaten. Ze maakte snel de deur open, ging naar binnen en sloot de deur achter zich. Op het bagagerek lagen een kleine, beige koffer en een diplomatenkoffertje dat met een handboei aan de stalen pijp langs de muur was vastgemaakt. Ze klom op de couchette en draaide het diplomatenkoffertje met de voorkant naar zich toe. Het had een combinatieslot. Ze wist dat de kans dat ze de combinatie zou vinden heel klein was, zelfs als ze de hele dag de tijd had. Omdat ze had geleerd nooit iets na te laten omdat het voor de hand lag, probeerde ze de sloten toch. Ze sprongen open. Haar verbazing maakte onmiddellijk plaats voor wantrouwen. Zelfs een argeloze zakenman zou eerst de cijfers van de combinatie wegdraaien voordat hij zijn koffertje onbeheerd achterliet. Het moest een val zijn. Ze haalde een nagelvijl uit haar zak en liet hem langs de naad lopen om te controleren of er bedrading was aangebracht. Niets. Ze keek in de coupé rond of ze iets zag waarmee ze het deksel kon oplichten. Het enige dat ze zag was een krant, dus rolde ze hem op en ging naast het koffertje staan. Ze hield de krant op armafstand en lichtte er het deksel een centimeter of vijf mee op. Er gebeurde niets. Ze ademde diep uit. Ze legde de krant weg en opende het deksel. Het koffertje bevatte alleen een zilveren doos en een miniatuurschakelbord. Net toen ze de doos eruit wilde pakken, hoorde ze dat er een sleutel in het slot van de coupédeur werd gestoken. Ze sprong van de couchette, trok haar Beretta en richtte hem op de deur. De deur werd opengeschoven en Werner bleef stokstijf staan, een ogenblik van zijn stuk gebracht door de aanblik van een gewapende non. Toen hij haar een seconde later herkende, glimlachte hij en hij deed een aarzelende stap de coupé binnen met zijn armen boven zijn hoofd. Kyle volgde hem, maar hij liet zijn armen langs zijn lichaam hangen. 'Doe de deur dicht en sluit hem af,' commandeerde ze. 'Doe wat ze zegt,' zei Werner zonder zijn blik af te wenden van de Beretta die op zijn borst wees. Kyle deed de deur op slot. Haar ogen schoten heen en weer naar de tussendeur. 'Als Hendrique probeert door die deur naar binnen te stormen, ga jij er als eerste aan.' 'Hij is niet van plan om naar binnen te stormen, beste Sabrina. Ik denk trouwens wel dat je graag zou weten wat hij daarbinnen doet. Mag ik?' Verroer je niet.' 'Oké, oké, ik dacht alleen dat je je partner wel zou willen zien. Hendrique heeft orders om Graham te doden als hij niet binnen twee minuten van ons heeft gehoord.' Werner keek op zijn horloge. 'Er is bijna een minuut om. Als je denkt dat ik bluf, moet je het zelf weten, maar dan zal je verder moeten leven met de wetenschap dat je Grahams dood op je geweten hebt.' 'Doe jij de deur open,' zei ze tegen Kyle, zonder haar blik van Werner af te wenden. Kyle trok de grendel terug en klopte toen vier keer op de deur. Hij zat aan de andere kant niet op slot en Kyle opende hem. Graham lag vastgebonden en gekneveld op de couchette tegenover de deur. Hendrique stond over hem heen gebogen en hield een Franchi Spas-geweer vlak boven zijn borst. 'Wat heb je met hem gedaan?' vroeg ze bezorgd. 'We hebben hem een slaapmiddel gegeven, dat is alles,' zei Werner. 'Hij was erg agressief, zelfs met zijn handboeien om. Je hebt dertig seconden om je revolver te laten vallen. Hendrique is erg punctueel, vooral als het om doden gaat.' Hendrique keek haar met halfgesloten ogen tartend aan en zijn lippen krulden zich in een honende, minachtende glimlach. Haar vastberadenheid werd aan het wankelen gebracht. Als ze haar revolver afgaf zou ze een van UNACO's belangrijkste stelregels breken: ze zou toegeven aan de eisen van criminelen. En Graham had zijn gezin opgeofferd om een golf van terroristische bombardementen te voorkomen. Ze wist precies wat hij zou willen dat ze deed. Het zou gemakkelijk zijn om Hendrique neer te schieten. Maar als de prijs zou zijn dat hij op zijn beurt Graham doodschoot? Zoals Werner al had gezegd, zou ze tot haar dood met haar beslissing moeten leven. 'Twintig seconden.' Ze duwde Werner opzij en richtte de Beretta op Hendriques hoofd. Als antwoord drukte hij het geweer in Grahams borst. Kyle stapte naar voren om haar te ontwapenen. 'Laat dat!' snauwde Hendrique. 'We regelen dit op mijn manier.' Kyle trok zich terug. Ze keek naar Graham, wiens hoofd slap op zijn borst hing en greep de Beretta steviger vast. 'Tien seconden.' Ze slikte nerveus, met haar blik strak op Hendriques gezicht gericht. 'Zeven seconden.' Haar vinger spande zich om de trekker en Hendrique glimlachte flauwtjes in zichzelf. 'Vier seconden. Drie, twee, één...' Ze liet de Beretta uit haar hand vallen. Kyle raapte hem op en richtte hem op haar rug. Hendrique liet het geweer van Grahams borst naar beneden glijden en drukte het in zijn maag. 'Ik heb toegegeven. Wat wil je nog meer?' 'Dat heb je inderdaad,' antwoordde Hendrique en haalde de trekker over. Klik. 'Ik leer zoveel over het karakter van mijn tegenstanders door ze uit te dagen. Bovendien maakt het de strijd net dat kleine tikkeltje interessanter.' 'Je riskeerde...' 'Ik heb niets geriskeerd,' onderbrak Hendrique Werners uitbarsting. 'Ik wist dat ze zou inbinden. Er bestaat een roerende loyaliteit tussen geheim agenten, speciaal tussen partners.' 'Wil je dat ik haar vastbind?' vroeg Kyle. 'Geef me eerst de revolver,' antwoordde Hendrique. Sabrina koos het perfecte moment om haar voet in Kyles maagstreek te planten, net toen hij de Beretta naar Hendrique uitstak. Ze draaide op haar achterwerk rond naar Hendrique, maar staarde in de loop van zijn Desert Eagle. 'Het is een kwestie van snelheid. Kun je het wapen uit mijn hand schoppen voor ik de trekker overhaal?' 'Als hij geladen is,' kaatste ze terug, terwijl ze nog steeds de zoom van haar habijt boven haar enkels hield. 'Je begint het door te krijgen, maar ben je bereid de handschoen nog een keer op te nemen?' Ze liet de zoom zakken en Kyle boeide met een van pijn verwrongen gezicht haar handen achter haar rug en duwde haar ruw op de couchette naast Graham. 'Hoe wist je dat ik in de coupé was?' vroeg ze. Werner trok zijn colbertje opzij zodat een miniatuurzender zichtbaar werd die aan zijn riem was bevestigd. 'Hiermee wordt een signaal opgevangen zodra het koffertje wordt geopend.' 'Dus je hebt het opzettelijk opengelaten?' 'Dat was het lokaas, hoewel ik zeker verbaasd was je terug te zien. Ik dacht dat er een andere agent zou worden gestuurd om jou te vervangen, maar ik schijn de overredingskracht van de UNACO te hebben onderschat.' De verbazing stond in haar ogen te lezen. 'O, ja, we weten voor wie je werkt,' zei Werner triomfantelijk. 'Het heeft een tijdje gekost om erachter te komen, UNACO is niet bepaald een bekende naam.' 'Waarom doe je dit, Stefan? Je hebt alles. Geld, aanzien en je bent eigenaar van een van de succesvolste bedrijven van Europa. En hoe zit het met al die miljoenen kansarme kinderen die zijn geholpen door je liefdadige stichtingen? Ik herinner me de televisiedocumentaire die vorig jaar over je is uitgezonden. Die Afrikaanse kinderen beschouwden je als een soort Messias die gezonden was om hun hoop voor de toekomst te geven. Ik voelde me vereerd je te hebben gekend. Was het allemaal maar een schijnvertoning, de perfecte dekmantel? Wie zou een van de prominentste filantropen van de wereld ervan verdenken een wapenhandelaar te zijn?' 'Een wapenhandelaar?' zei Werner met een lachje. 'Denkt de UNACO dat ik dat ben?' Zijn gezicht kreeg een ernstige uitdrukking. 'Die stichtingen zijn inderdaad begonnen als dekmantel, maar nu zijn ze een soort obsessie geworden. Ze geven me het gevoel dat ik iets positiefs doe in de tijd dat ik in het Westen ben.' 'Je praat te veel,' snauwde Hendrique. Werner haalde berustend zijn schouders op. 'Het zal toch allemaal snel genoeg uitkomen.' Ze keek van Hendrique naar Werner. 'Je bent van de KGB?' inderdaad.' Werner klopte op het diplomatenkoffertje, ik had gehoopt dat ik mijn toevlucht hier toe niet zou hoeven te nemen, maar je hebt me geen keus gelaten. Je weet wat er in het koffertje zit. Ik zal het je laten zien.' Hij drukte de vier cijfers op het toetsenbord in en ze verschenen op het smalle scherm: 1-9-6-7. De doos sprong open. De radiozender die erin lag, was niet groter dan een aansteker en zat vast aan een opgerolde gouden ketting. Hij schoof het koffertje opzij en leunde naar voren met de zender in zijn handpalm, ik zal je intelligentie niet beledigen door eromheen te draaien. Er zitten zes metalen vaten in het krat, zoals je zonder twijfel de hele tijd al hebt vermoed. Vijf ervan bevatten plutonium. De zesde bevat een ontploffingsmechanisme. Ik zou je niet kunnen vertellen hoe krachtig het is, omdat ik het niet echt heb gezien. Alle vaten hebben hetzelfde gewicht, dus niemand van ons weet in welke ervan de explosieven zitten. Het mechanisme is in een vacuüm in het vat geplaatst, dus het is volkomen veilig zolang het verzegeld blijft. De geringste luchtstroming zal het mechanisme in werking stellen.' Hij tilde het klepje van de zender omhoog waardoor een kleine rode knop zichtbaar werd. 'Dit is de enige andere manier waarop het mechanisme in werking gesteld kan worden. Druk op deze knopen...' hij gooide zijn handen in de lucht, 'je hebt een kernexplosie vergelijkbaar met die in Nagasaki, alleen deze keer precies in het hart van Europa. De radioactieve neerslag zou voor vele komende generaties catastrofale gevolgen hebben.' Ze staarde hem vol afschuw aan. 'En jij hebt de brutaliteit om te zeggen dat je iets positiefs doet door kansarme kinderen te helpen?' Hij had een oprecht gekwetste blik in zijn ogen. 'Denk je echt dat ik die knop zou willen indrukken, terwijl ik de gevolgen ken? We zouden er niets mee bereiken als we het plutonium zouden vernietigen na alle moeite die we hebben gedaan om het bij elkaar te krijgen. We willen net zo graag een ramp voorkomen als jij. Tenslotte zou niemand van ons het overleven.' 'Wat zijn je eisen?' 'Alles wat we vragen is een vrije doortocht naar onze uiteindelijke bestemming.' 'En het is aan mij om deze eis door te geven?' 'Het is een verzoek, geen eis.' 'En als er niet op ingegaan wordt, offer je talloze levens op?' 'Als ik in het nauw zou worden gedreven en geen uitweg meer zou zien, ja.' Hij deed het klepje dicht, liet de ketting om zijn nek glijden en stopte de zender onder zijn overhemd. 'De injectienaald?' Hendrique haalde hem uit de aangrenzende coupé en gaf hem aan Werner die Sabrina's mouw oprolde. Hij vond een ader in haar armholte en drukte de naald zachtjes in haar vlees. Toen schoof hij de kap van haar hoofd waardoor haar blonde haar op haar schouders viel. 'Zo engelachtig, zo mooi,' zei hij weemoedig en legde zijn hand op haar wang. Ze trok haar hoofd met een ruk weg. 'Vaarwel, mijn lieve Sabrina.' 'Tot de volgende keer,' antwoordde ze terwijl haar stem al onduidelijk begon te worden. 'Blijf bij hen,' beval Hendrique Kyle. Sabrina schudde haar hoofd in een wanhopige poging de slaap de baas te blijven, maar haar oogleden werden steeds zwaarder. De coupé veranderde in een wazig geheel van kaleidoscopische kleuren voordat ze tegen Graham zakte.