8

 

Toen de trein het station van Milaan binnenliep, moest Graham twee keer naar de priester die op het perron stond kijken voor hij zijn ogen geloofde. Kolchinsky hield een bijbel in de ene hand en een versleten tas in de andere. Hij wachtte geduldig tot iedereen was uitgestapt. Toen ging hij naar binnen en liep regelrecht naar de coupé die Sabrina had gehad. Hij leek van binnen op slot te zitten en de gordijnen waren dichtgetrokken. Alweer bezet. Hij deed de deur van de aangrenzende coupé open en stapte naar binnen, blij dat hij de nauwe gang uit was, waar passagiers elkaar verdrongen om de paar overgebleven coupé's te bemachtigen. 'Is deze plaats vrij?' Kolchinsky wees op de lege stoel. 'Kom binnen, vader,' zei Graham glimlachend, terwijl hij Kolchinsky's uitmonstering opnam. 'Ben je je bisschopsstaf vergeten?' Kolchinsky keek achter zich en sloot de deur. 'Ik kan je sarcasme wel missen. Ik hoopte dat ik de coupé naast je kon nemen, maar hij is al bezet.' 'Door mij. Ik dacht dat het wel van pas zou komen,' zei Graham en hij gooide Kolchinsky de sleutel toe. 'Als dit een film was, zou ik zeggen dat ze je helemaal de verkeerde rol hebben gegeven. Een KGB-priester.' 'Ex-KGB,' kaatste Kolchinsky terug. 'En wat gebeurt er als iemand je vraagt hem te zegenen? Je weet hoe godsdienstig die Italianen zijn.' 'Dan doe ik het. Dit was bij de KGB mijn voornaamste dekmantel en ze hebben ervoor gezorgd dat ik overal op voorbereid was.' 'Je zit vol verrassingen,' zei Graham. Vervolgens leunde hij met een ernstig gezicht naar voren. 'Hoe gaat het met Sabrina?' Kolchinsky stelde hem van de laatste ontwikkelingen op de hoogte, met inbegrip van Philpotts ultimatum aan Kuhlmann. 'En als Kuhlmann nu eens weigert bakzeil te halen?' 'De secretaris-generaal zou de Zwitserse Assemblee onder druk kunnen zetten om hem te dwingen toe te geven, maar ik denk niet dat het zo ver komt. Daar is hij te professioneel voor. Daarom is er in Europa geen andere hoofdcommissaris die al zo lang op zijn stoel zit als hij. Hij bevindt zich nu alleen in een lastig parket. Hoe kan hij bewerkstelligen dat ze vrijkomt zonder zich de woede van de internationale pers op de hals te halen?' Graham ving vanuit zijn ooghoek een glimp van een bekend gezicht op. 'Wat doet hij verdomme hier?' 'Wie?' vroeg Kolchinsky. 'De politieman die Sabrina heeft gearresteerd.' 'Revolver en holster,' zei Kolchinsky en stak zijn hand uit. 'Wat?' 'Het is een redelijke veronderstelling dat hij hier is om jou te spreken. We kunnen net niet gebruiken dat hij je revolver en holster vindt. Geef ze maar.' Graham gaf zijn revolver en holster aan Kolchinsky, die ze in zijn zwarte leren tas stopte. 'Doe alles wat hij vraagt, zelfs als het betekent dat je met hem mee moet naar het bureau voor verdere ondervraging. We zullen je er snel genoeg uit hebben en ik blijf in de tussentijd hier om die andere twee in de gaten te houden.' 'Je weet niet eens hoe ze eruit zien,' zei Graham. 'Ik weet hoe Werner eruit ziet.' Kolchinsky deed een bijbel op zijn schoot open. 'Van nu af aan kennen we elkaar niet.' Toen de brigadier op de deur klopte, keek Kolchinsky op en gebaarde hem binnen te komen. De brigadier tikte aan zijn pet. 'Het spijt me dat ik u stoor, vader, gaat u gerust verder met lezen. Ik ben hier voor deze heer.' 'Wat nu weer?' snauwde Graham. 'Wilt u alstublieft opstaan?' zei de brigadier. Graham ging staan en de brigadier fouilleerde hem vakkundig. Daarna trok hij zijn armen achter zijn rug en deed hem de handboeien om. Een tweede geüniformeerde politieman haalde Grahams twee reistassen van het bagagerek en verdween ermee. 'Wat denken jullie dat ik heb gedaan?' 'U staat onder arrest wegens samenzwering tot moord. U wordt door de Zwitserse politie in staat van beschuldiging gesteld.' Kolchinsky sloot zijn bijbel en keek op. 'Moord?' 'Maakt u zich er maar niet druk om, vader. Het is een zaak voor de politie.' Graham werd de coupé uitgeleid en de brigadier greep zijn arm vast toen ze bij het trapje van de wagon kwamen. Hij gaf twee van zijn mannen opdracht ruimte te maken tussen de nieuwsgierige toeschouwers die zich rondom de trein hadden verzameld, nadat ze de politie een paar minuten daarvoor hadden zien arriveren. Toen ze vlak bij de politiewagen waren, gingen de toeschouwers aan hun rechterkant uit elkaar om een witte Alfa Romeo door te laten. Een paar meter van de politiewagen vandaan stopte hij. De chauffeur stapte uit en liep naar Graham en de brigadier toe. De brigadier sprong in de houding. De man nam de brigadier apart en praatte zachtjes tegen hem. De brigadier overhandigde hem een sleutel. De man liep op Graham af. 'Meneer Green, ik ben inspecteur De Sica van de Milanese recherche. Ik ben bang dat er een misverstand heeft plaatsgevonden.' Hij maakte de handboeien los. 'Ik kan u alleen maar mijn oprechte verontschuldigingen aanbieden voor wat er is gebeurd. De mannen die er verantwoordelijk voor zijn, zullen er nog van horen.' Hij overhandigde Graham zijn paspoort. 'Nogmaals, ik kan alleen maar zeggen dat het me erg spijt wat er is gebeurd. U weet mijn naam voor het geval u er werk van wilt maken.' De menigte dunde uit zodra de twee auto's uit het gezicht waren, maar er bleven een paar toeschouwers om Graham heenhangen, terwijl ze mompelend met elkaar praatten. Graham liep ten slotte terug naar de trein en ging naar binnen. 'Wat had dat in godsnaam te betekenen?' vroeg hij toen hij in de coupé terugkwam. Kolchinsky haalde de Beretta en de holster uit de tas en overhandigde ze hem. 'Ik zou denken dat hoofdcommissaris Kuhlmann net door de knieën is gegaan.' Ze draaiden zich naar het raam terwijl de trein trillend in beweging kwam en daardoor zagen ze geen van beiden dat Werner langs de deur liep. Toen hij bij zijn eigen coupé in de volgende wagon kwam, merkte hij dat de gordijnen dicht waren en de deur op slot zat. Hij klopte woedend op het raam. Een onzichtbare hand deed de gordijnen een stukje uit elkaar en een ogenblik later ging de deur open. Hendrique zat op een van de banken en maakte methodisch de onderdelen van zijn Desert Eagle automatische revolver met een lap schoon. Kyle bleef onzeker naast Werner staan. 'Heb ik nu al toestemming nodig om mijn eigen coupé binnen te komen?' snauwde Werner. 'Eddie, laat ons alleen. Ik spreek je straks,' zei Hendrique zonder op te kijken. Werner deed de deur, na het haastige vertrek van Kyle, weer op slot en ging toen tegenover Hendrique zitten. 'Sinds wanneer is mijn coupé een ontmoetingsplaats voor jou en je handlangers?' 'Dat is niet zo,' antwoordde Hendrique, die vervolgens de springveer oppakte en iedere spiraal zorgvuldig, bijna liefkozend begon schoon te maken. 'Eddie kwam alleen maar om te vragen of ik had gezien wat er op het perron was gebeurd.' 'En had je dat gezien?' 'Nee.' 'Zeker te druk bezig met het schoonmaken van je revolver?' 'Te druk bezig met een telefoongesprek met Benin,' antwoordde Hendrique. 'Wat had generaal Benin te zeggen?' 'Zijn knappe bollen hebben eindelijk uitgezocht wie onze twee vrienden zijn. Blauwoog is een voormalig Delta-officier. Hij heet Mike Graham. De achternaam van de vrouw is Carver, niet Cassidy.' Werner knipte met zijn vingers. 'Natuurlijk! Sabrina Carver. Haar vader was ooit ambassadeur. George Carver.' 'Die in Mainz gebruikt zijn eigen naam, Whitlock. Ze werken als team voor de UNACO.' 'UNACO? Ik dacht dat dat alleen maar een mythe was.' 'Dat willen ze de wereld graag laten geloven. Ze schijnen zich buitengewoon veel moeite te getroosten om hun sporen uit te wissen.' 'En hoe is Benin er dan achtergekomen?' Hendrique glimlachte ijzig. 'Als Directoraat S iets wil weten, komt het er altijd achter.' 'Wat gaat er nu gebeuren?' 'We gaan gewoon op dezelfde manier door. We zijn het meisje al kwijtgeraakt. Met Whitlock rekenen we in Mainz af, zodat alleen Graham nog overblijft. Voor hem heb ik al iets in gedachten.' Werner keek toe terwijl Hendrique de Desert Eagle onderdeel voor onderdeel in elkaar begon te zetten. 'Als je hem doodt, krijgen we alleen de autoriteiten maar op onze nek.' 'Wie zegt dat we hem gaan doden? We zullen hem in een val laten lopen, net als het meisje.' 'Je hebt gehoord wat er op het station is gebeurd. Dat was geen kwestie van persoonsverwisseling. Het bevel om Graham vrij te laten moet van de hoogste top zijn gekomen. De politie zal nu wel een flink eind bij hem uit de buurt blijven.' 'Als hij binnen de grenzen van de wet blijft. Waarom denk je dat het zo gemakkelijk was om dat meisje van Carver in de val te laten lopen? Ze heeft de wet gebroken en de UNACO kan haar niet vrijkrijgen zonder zichzelf bloot te geven. We kunnen hun penibele positie nog verder uitbuiten, alleen gebruiken we deze keer een onschuldig slachtoffer. Een Italiaan. Dat zal zeker in het hele land grote verontwaardiging wekken. De autoriteiten zullen hem wegens moord moeten aanklagen.' 'En wat zou de UNACO moeten verhinderen meer agenten te sturen?' 'Niets, maar Graham is onze eerste zorg. Zoals mijn instructeur in Balasjikha altijd zei: "Je hoeft maar één stap voor te zijn om de wedstrijd te winnen". Als we Graham kwijt zijn, zijn we hun een paar stappen voor. Tegen de tijd dat ze meer agenten hebben geïnstrueerd en hierheen gestuurd, zijn we allang weg.' 'En wat gebeurt er als dat plan van je mislukt?' 'Dan moet je misschien je troefkaart uitspelen,' zei Hendrique en hij wierp een blik op het diplomatenkoffertje op het bagagerek boven Werners hoofd, dat met het handvat was vastgekluisterd aan de holle, stalen pijp die langs de muur liep. Werner slikte nerveus. 'Begin je te twijfelen?' vroeg Hendrique sarcastisch. 'Ik zal alles doen om het succes van deze operatie te verzekeren,' antwoordde Werner fel. 'Een man die bereid is voor zijn overtuigingen te sterven. Wat een ontroerend, maar nutteloos gebaar.' 'En waarvoor ben jij bereid te sterven? Geld?' Hendrique drukte het magazijn in zijn revolver. 'Geld is een prikkel om te leven. Hoe hoger de inzetten, hoe sterker de prikkel om te leven. Wat heeft een dode nu aan geld, of als we het er nu toch over hebben, aan overtuigingen?' 'Mijn bedrijf is wereldwijd meer dan vierhonderd miljoen pond waard. Denk je dat al dat geld me een grotere prikkel geeft om te leven? Mijn leven heeft zin omdat ik een ideaal nastreef. Dat heb ik aan het marxisme te danken.' Hendrique stond op en liet het automatisch pistool in zijn schouderholster glijden. 'Met zo'n inspiratiebron is het gemakkelijk te begrijpen waarom je Benins lievelingetje bent.' 'Hoe wil je Graham in de val laten lopen?' 'Ik ga twee vliegen in één klap slaan. Ik geef je de details later wel. Nu wil ik dat je ergens gaat zitten waar je gezien wordt. De restauratiewagen, de bar, het panoramarijtuig. Het maakt niet uit waar, zolang je maar gezien wordt.' 'Waarom?' 'Een alibi. Er moet geen enkele kans zijn dat je met de moord in verband wordt gebracht.' Hendrique wachtte tot Werner was vertrokken voordat hij de conducteur ging zoeken. Hij vond hem in een benauwd, rommelig hokje achterin de wagon. Hij sloeg de aangeboden koffie af en toen hij zag dat de conducteur zijn eigen gebarsten kopje volschonk, was hij blij toe. Het leek wel stroop. De conducteur luisterde naar Hendriques plan en weigerde er aanvankelijk zelfs maar over na te denken. Zijn houding veranderde als bij toverslag toen Hendrique een pak bankbiljetten uit zijn zak trok. Hij haalde er vijf biljetten van 50 000 lire vanaf. De conducteur stelde een paar wijzigingen in het plan voor die het volgens hem gesmeerder zouden laten lopen. Hendrique luisterde zwijgend, blij dat de conducteur de indeling van de trein zo goed kende. Ze namen het herziene plan door en Hendrique gaf de bankbiljetten aan de conducteur, die ze in zijn jaszak stopte. Hendrique keek hem na toen hij vertrok. Hij pakte een verfomfaaid Italiaans tijdschrift van de vloer en begon het door te bladeren. Het model op de middenpagina herinnerde hem aan zijn vrouw. Hij had haar ontmoet kort nadat hij in 1973 van Balasjikha afstudeerde. Ze was een van de danseressen in een afschuwelijke floorshow in een armoedige nachtclub in Casablanca, waar de drank goedkoop en het voedsel oneetbaar was. Een maand later trouwden ze. Eerst had hij gedacht dat de man die een paar minuten na de plechtigheid arriveerde, een vriend van haar was. Toen de waarheid aan het licht kwam, de man bleek haar pooier te zijn, leek het alsof hij een klap in zijn gezicht kreeg. Hij had de man in het bureau van de burgerlijke stand bewusteloos geslagen, en hoewel ze hem huilend had gesmeekt te geloven dat ze niet meer in het vak zat, had hij Casablanca dezelfde dag verlaten. Hij had haar nooit meer gezien. Hij rukte de middenpagina eruit, scheurde hem in stukjes en smeet het tijdschrift woedend tegen de muur. Het moest nu ongeveer tijd zijn, dus liep hij naar de aangrenzende wagon. De conducteur zat op één knie en tuurde aandachtig in een van de ventilatieschachten. Hij keek op naar Hendrique en knikte voordat hij het rooster teruglegde. Hendrique haalde het bordje 'Buiten Gebruik' van de toiletdeur en sloot zich binnen op. De deur was nog maar net dicht, toen de eerste rookslierten door het rooster omhoog kringelden en binnen enkele seconden vormden ze een dikke, wazige mist die zich snel in de gang verspreidde. De conducteur, die aarzelend aan het ene eind van de gang had gestaan, liep snel de rook in, klopte luid op de coupédeuren en verzocht de passagiers naar de volgende wagon te gaan tot het defect zou zijn opgespoord. Hij verzekerde hun dat er geen gevaar dreigde en dat het alleen maar een mechanische storing ergens in de ventilatieschacht was. Hij beloofde dat hij het persoonlijk in orde zou maken, zodat ze zo snel mogelijk naar hun coupé's konden terugkeren. Binnen dertig seconden was de wagon verlaten. De conducteur klopte vier keer op de deur van het toilet en Hendrique kwam naar buiten. Hij volgde de conducteur door de nog steeds dichter wordende rook tot ze bij de afgesloten coupé kwamen die Sabrina had gehad. Hendrique tuurde de aangrenzende coupé binnen. Hij was leeg. De conducteur hield de sleutelbos dicht bij zijn gezicht terwijl hij zich inspande om de verschillende sleutels te onderscheiden. Ten slotte vond hij de goede en opende de deur. 'Waar bent u naar op zoek, signore?' 'Niets,' antwoordde Hendrique en hij liet zijn handen in zijn jaszak glijden. De verbazing op het gezicht van de conducteur maakte plaats voor angst toen hij zag dat Hendrique een overlevingsmes met een zwart heft in zijn handen had. Het vijftien centimeter lange lemmet glinsterde in het licht boven hun hoofd. Hendrique stootte het mes in de zachte, opgeblazen buik van de conducteur en draaide het toen omhoog, waardoor het lemmet de borstkas binnendrong. Een sadistische glimlach krulde zich om zijn mondhoeken toen hij het lichaam van de conducteur in de laatste seconden voor zijn dood, zag stuiptrekken. De conducteur zakte tegen de kast en gleed toen levenloos op de grond. Hendrique trok het mes uit het lichaam en pakte zijn geld terug voordat hij de volgende coupé binnenging om het bezwarende bewijsmateriaal te planten. Daarna verdween hij naar buiten, de dikke rook in. Graham, die een meter verder in de volgende wagon zat, had sinds hij de coupé had verlaten het vage gevoel dat er iets niet in de haak was, maar hij kon er de vinger maar niet opleggen. Terwijl hij naar de rook staarde die tegen het glas aan de andere kant van de deur golfde, realiseerde hij zich opeens wat hem had dwarsgezeten. Hij greep Kolchinsky's arm. 'Ik zei je dat me iets dwarszat, maar nu weet ik wat het was. Als die rook werd veroorzaakt door een mechanisch defect in de ventilatieschacht zouden we een brandlucht moeten ruiken.' Kolchinsky zette de deur op een kier en snoof de lucht in. 'Er hangt geen brandlucht.' 'Precies.' 'Een afleidingsmanoeuvre?' vroeg Kolchinsky achterdochtig. 'Je mag drie keer raden wie erachter zit. Ben je gewapend?' 'Nee. Mijn revolver zit in mijn tas,' zei Kolchinsky schuldbewust. 'Het maakt niet uit. Ik ga wel voorop.' Graham glipte de met rook gevulde gang in, met Kolchinsky vlak achter zich aan. 'Hij kan een boobytrap hebben geplaatst,' zei Kolchinsky toen ze bij hun coupé waren aangekomen. 'Niet in zo'n korte tijd. Hendrique is een methodisch werkende smeerlap.' Tóch nam Graham geen risico's. Hij drukte zijn rug tegen de lambrisering tussen de beide coupé's en duwde de deur met zijn vingertoppen een paar centimeter open. Hij voelde met zijn vingers langs het deurkozijn of er bedrading was aangebracht. 'Waar ben je?' riep hij toen hij klaar was. 'Achter je,' klonk het antwoord. 'Het is veilig.' Graham duwde de deur open, liet zich op één knie zakken en bestreek met de Beretta in zijn vooruitgestoken hand de coupé. Kolchinsky kwam uit de rook te voorschijn en deed de deur achter zich dicht. Hij boog zich voorover en tikte met zijn vinger op een vlek op het vloerkleed. 'Wat is het?' vroeg Graham. 'Bloed,' antwoordde Kolchinsky en pakte toen zijn Tokarev-pistool uit zijn tas. Graham vond nog een andere vlek op de zitbank en ontdekte toen een veeg op de muur onder het bagagerek. Pas toen viel hem op dat zijn tas gedeeltelijk openstond. Hij liet zijn tassen nooit openstaan. Hij haalde hem van het rek en nadat hij hem op bedrading had gecontroleerd, ritste hij hem open en keek erin. Hij haalde het bebloede mes eruit. Ze draaiden zich allebei om naar de verbindingsdeur. Kolchinsky schoof hem open. Graham liet zijn Beretta zakken toen hij de conducteur zag liggen. Kolchinsky controleerde zijn pols. Toen keek hij omhoog en schudde zijn hoofd. Ze wisten allebei wat er gedaan moest worden. 'Het raam,' zei Graham. 'Zelfs als hij er doorheen zou kunnen, wat ik sterk betwijfel, ben ik bang dat iemand in de wagon achter ons wel eens een beetje achterdochtig zou kunnen worden als hij een lichaam naast de rails ziet vallen. Vergeet het raam maar.' 'De klerenkast?' 'Veel te klein.' 'Dan blijft er niets meer over en als deze rook is opgetrokken, zal Hendrique of een van zijn maatjes terugkomen met iemand van het personeel om de conducteur te zoeken.' 'Er is misschien een plaats om hem te verbergen. Je hebt verband in je tas, ga dat halen. In mijn tas zit een Zwitsers legermes, breng dat ook mee.' 'Verband?' 'Doe wat ik je zeg, Michael!' Graham kwam terug met een rol verband en het Zwitsers legermes. Hij hurkte naast Kolchinsky, die bezig was het uniformjasje van de dode los te knopen. 'Wat moet je met verband? Hij is verdomme dood.' 'Hopelijk kan ik het bloeden stelpen, tenminste tijdelijk. We kunnen niet hebben dat het daar onderuit loopt.' Kolchinsky wees op een triplex schot tussen de onderkant van de bank en de vloerbedekking. 'Ik weet niet wat erachter zit, maar het is onze enige kans. Gebruik het mes om het open te wrikken.' De triplex plaat werd door een tiental spijkertjes op zijn plaats gehouden en Graham lette erop dat hij ze niet te veel verboog toen hij ze lospeuterde. Het leek een eeuwigheid te duren, maar in werkelijkheid kostte het hem nauwelijks anderhalve minuut om de plank uit zijn houten omlijsting te halen. Slechts twee spijkertjes waren zo verbogen dat ze niet meer te gebruiken waren. Hij tuurde in de opening. De ruimte was leeg. Hij keek naar de dode. Zou hij erin passen? Hij krabbelde overeind en gluurde tussen de dichtgetrokken gordijnen door. De rook werd dunner. 'Nou, zo moet het dan maar,' zei Kolchinsky, terwijl hij het verband met een strakke knoop vastmaakte. 'Laten we eens kijken of we hem erin kunnen krijgen.' Ze probeerden het lichaam in de opening te duwen, maar de ruimte was te klein. 'Trek zijn benen omhoog, dan lukt het wel,' zei Kolchinsky terwijl hij het lichaam met het hoofd naar voren naar binnen schoof. Graham deed wat hem was gezegd, maar hoewel de benen er net in pasten, staken de voeten nog steeds op het kleed naar buiten. Hij probeerde ze tegen de benen van de dode aan te drukken, maar ze sprongen weer terug. Kolchinsky drukte de plank over de opening en hamerde de spijkers met zijn hiel weer op hun plaats. 'Het gewicht van zijn benen zal de plank weer wegdrukken. Het is maar dun triplex.' 'Dat duurt wel een tijdje. Iemand zal zich zijn reisje heugen als hij eindelijk te voorschijn komt.' Kolchinsky gebruikte met Grahams aarzelende toestemming het overhemd waar het mes in de tas bovenop had gelegen om de bloedvlekken van het kleed te verwijderen. Toen wikkelde hij het om het mes en stopte het in zijn eigen tas. Tegen de tijd dat ze klaar waren, was de rook verdwenen. Graham ging zijn coupé uit en liep naar de ventilatieschacht in de gang. Het was eenvoudig om het rooster eraf te tillen en de rookbom eruit te lichten. Hij schoof het rooster weer op zijn plaats en ging terug naar zijn coupé, waar hij Kolchinsky de rookbom toewierp. 'Het mechanisch defect,' zei Kolchinsky, terwijl hij hem in zijn handen liet draaien. 'Let eens op waar hij is gemaakt.' Kolchinsky moest de bom dwars houden om de opdruk te lezen. 'Amsterdam.' 'Hendriques woonplaats.' Er werd op de deur geklopt. Kolchinsky duwde de rookbom in zijn tas en stond op om de deur te openen. Een jongeman stelde zich voor als de tweede conducteur en keek in de coupé rond voor hij zich weer naar de deur omdraaide en Hendrique wenkte hem te volgen. 'Neem me niet kwalijk dat ik u lastig val, maar ik ben gevraagd als tolk op te treden. Deze man spreekt geen Engels en ik herinner me dat u me gisteravond hebt verteld dat u geen Italiaans spreekt. En u, vader? Spreekt u Engels?' 'Engels of Italiaans, dat maakt geen verschil.' 'Het lijkt erop dat de conducteur verdwenen is en verscheidene passagiers zijn er zeker van dat ze hem de coupé hiernaast hebben zien binnengaan toen al die rook er hing. We hebben de deur geprobeerd, maar hij moet van binnen op slot zitten. Het is mogelijk dat hij zichzelf binnengesloten heeft om aan de rook te ontsnappen en dat hij daarna bedwelmd is geraakt. De enige andere manier om binnen te komen is via uw verbindingsdeur.' 'Dan moeten we maar snel gaan kijken,' zei Kolchinsky op een toon alsof hij geschrokken was. Nadat hij de deur van het slot had gehaald, schoof hij hem open en liep de coupé binnen, waar hij op de natte plek op het tapijt ging staan. De conducteur stak zijn hoofd om de hoek van de deur, haalde toen zijn schouders op en stapte achteruit. Hendrique drong zich langs hem heen en staarde naar de plaats waar hij het lichaam had achtergelaten. De woede stond in zijn ogen te lezen, terwijl hij van Kolchinsky naar Graham keek. 'Hij moet weer opgeknapt zijn,' zei Kolchinsky. 'Ik weet zeker dat hij vroeg of laat weer zal opduiken,' voegde Graham eraan toe terwijl hij Hendriques woedende blik vasthield. Hendrique vertrok zonder een woord te zeggen. De conducteur verontschuldigde zich voor de overlast en sloot de deur achter zich. Graham deed de tussendeur weer op slot en wendde zich tot Kolchinsky. 'Het kan me niet schelen wat de baas zegt, maar ik vermoord Hendrique als hij nog iets probeert.' 'Je weet wel beter dan je oordeel door emoties te laten vertroebelen,' reageerde Kolchinsky fel. 'Het is van het grootste belang dat we uitvinden waar het plutonium heen gaat. Als je Hendrique doodt, kan de hele operatie in gevaar komen.' 'Ik blijf verdomme niet zitten wachten tot hij me te grazen neemt.' 'Je beoordeling komt er over twee maanden aan. De kolonel zou me levend villen als hij wist dat ik het je heb verteld, maar hij zal er bij de secretaris-generaal op aandringen dat het de laatste keer is. We vinden allebei dat je je in de laatste twaalf maanden voldoende hebt bewezen. Doe niets stoms.' Graham zuchtte diep en ging zitten. 'Ik verwacht niet dat je als een willoos slachtoffer gaat zitten afwachten en de kolonel evenmin. Als je in gevaar bent, moet je je natuurlijk verdedigen, maar je wordt nu alleen maar onder psychische druk gezet en je bent sterk genoeg om dat te verdragen.' 'Net als Sabrina?' vroeg Graham met holle stem. Kolchinsky liet de vraag onbeantwoord.

*** 

Die middag om 16.27 uur werd Sabrina officieel beschuldigd van de moord op Kurt Rauff. Het was geen verrassing voor haar en hoewel ze wist dat Philpott zijn uiterste best zou doen om haar vrij te krijgen, voelde ze zich toch in de steek gelaten toen ze Frosser de vereiste formulieren zag invullen. Ze had zich niet meer zo eenzaam gevoeld sinds haar angstaanjagende jeugdervaring in de kelder vol ratten en ze verlangde ernaar een vertrouwd gezicht te zien of alleen maar een vertrouwde stem te horen, zodat ze zou weten dat ze niet was vergeten. Als C.W. hier was, zou hij geruststellend haar hand vasthouden en haar met zijn zachte, kalmerende stem op haar gemak stellen. Ondanks haar penibele situatie moest ze in zichzelf glimlachen toen ze zich probeerde voor te stellen dat Graham hetzelfde zou doen. Hij zou nog liever een paar gloeiende kolen vasthouden en er zou weinig medeleven in zijn stem doorklinken. Hij zou haar vertellen dat ze niet zo'n medelijden met zichzelf moest hebben. Ze wist wel wie van de twee ze nu liever bij zich zou hebben... Ze keek naar de man die naast haar zat. Een advocaat met een rood gezicht en dunner wordend, verwaaid haar, die door het openbaar ministerie was aangewezen om haar te vertegenwoordigen. Hij had vijfentwintig frustrerende minuten met haar doorgebracht toen hij haar aan het praten probeerde te krijgen. Ze had hem genegeerd en er de voorkeur aan gegeven naar de muur te staren. Hij leek de indruk te hebben dat hij haar een grote dienst bewees door aanwezig te zijn. Ze was sterk in de verleiding gekomen hem op zijn nummer te zetten, maar ze wist dat het sop de kool niet waard was. Hij was gewoon een doorsnee advocaatje. Ze wist dat de UNACO haar door de beste advocaat die er te krijgen was, zou laten verdedigen, wat het ook zou kosten. Pas dan zou ze er in toestemmen mee te werken. Een krachtig geklop op de deur onderbrak haar gedachten. Brigadier Clausen stak zijn hoofd naar binnen en vroeg of hij Frosser even alleen kon spreken. Frosser smeet zijn pen woedend op tafel, liep rakelings langs de politieagente bij de deur en verdween de gang op. Een paar minuten later stormde hij weer naar binnen met een telexbericht in zijn hand geklemd. Hij wenkte de advocaat en ze bespraken de telex kort op fluisterende toon. De advocaat keerde weer terug naar de tafel. 'U wordt naar Zürich overgebracht voor verdere ondervraging.' Ze wist intuïtief dat Philpott met deze laatste ontwikkeling te maken had. Als ze haar zouden ondervragen over de zaak Dieter Teufel, zou ze naar Lausanne zijn gebracht en niet naar Zürich. Ze wist dat Philpott iets in zijn schild voerde en ze voelde zich een stuk opgewekter. Frosser zag dat ze glimlachte en leunde over de tafel naar voren tot zijn gezicht vlak bij het hare was. 'Onthoud één ding. Waar u gaat, ga ik.' Hij liep de kamer uit. Toen hij een kwartier later terugkwam, had hij een map in de ene en haar jas in de andere hand. Hij gooide de jas voor haar op tafel. 'De helikopter is gearriveerd.' Ze had haar jas nog niet aangeschoten of Frosser schoof haar rechtermouw omhoog en klikte een handboei om haar tengere pols. Hij deed de andere handboei om zijn linkerpols en leidde haar naar de deur. De advocaat pakte zijn koffertje op en haastte zich achter hen aan. Ze bleef plotseling staan en draaide zich naar hem om. 'En waar denkt u dat u heen gaat?' 'Garbo praat!' zei Frosser cynisch. 'Ik heb al een chaperonne,' zei ze terwijl ze een rukje aan haar geboeide pols gaf. 'Ik heb er niet nog een nodig.' 'Dit is een hele ernstige...' 'En ik pak de zaak om mijn manier aan,' viel ze hem in de rede. 'U bent ontslagen.' De van zijn stuk gebrachte advocaat wendde zich tot Frosser om steun. Frosser haalde alleen zijn schouders op. 'Ze heeft het recht u te ontslaan.' De advocaat probeerde haar te bepraten, maar ze draaide haar rug naar hem toe en trok aan de handboeien. Frosser leidde haar door een nauwe gang, waarna ze via een brandtrap op het autodepot aan de achterkant van het politiebureau uitkwamen. Het midden van het depot was vrijgemaakt om de Apache-helikopter ruimte te geven om te landen. Zijn rotoren stonden stil en de piloot was in diep gesprek gewikkeld met het jonge agentje dat was aangewezen om de auto's uit de weg te zetten. Ze keken op naar het naderende tweetal, namen Sabrina van top tot teen op en lieten hun blik op haar rusten. Het jonge agentje ontwaakte uit zijn trance, groette Frosser beleefd en liep snel terug naar het politiebureau. De piloot, een hoofdinspecteur van de Zwitserse Luchtpolitie, grijnsde naar Frosser. 'Leuk afspraakje heb je, Bruno.' Grinnikend klom hij in de cockpit. Frosser volgde Sabrina de cabine in, die van de cockpit was afgescheiden en sloot de deur achter zich. Ze deden de veiligheidsriemen om terwijl de piloot gas gaf om de rotoren te starten. De piloot wachtte tot de tachometer van de motorrotor het normale vliegtoerental aangaf, daarna vroeg hij vermogen aan het rotorsysteem om de helikopter van de grond te lichten. Toen hij eenmaal in de lucht was, zette hij de stuurknuppel schuin en gaf meer gas om sneller te stijgen. Vervolgens bepaalde hij zijn positie en de helikopter helde scherp over boven het politiebureau en vloog pal in noordoostelijke richting.

*** 

De schemering was al over Zürich gevallen toen de helikopter volgens afspraak op een verlaten landingsstrook vijf kilometer van Kloten International Airport vandaan aan de grond kwam. Een zwarte Mercedes stond naast de allang niet meer gebruikte hangar en de enige inzittende wachtte tot de rotoren stilstonden, voor hij uitstapte en de overwoekerde landingsbaan overstak naar de roerloze helikopter. Het luik ging open en Frosser sprong het kleine stukje naar beneden, waarbij hij erop lette dat hij zijn rechterarm gestrekt hield zodat hij Sabrina niet achter zich aan zou trekken. Ze negeerde zijn uitgestoken hand en sprong lichtvoetig uit de cabine. De man liet Frosser zijn penning zien en leidde hen naar de Mercedes. Toen de rotoren begonnen te draaien, keek Frosser over zijn schouder en stak in een gebaar van erkentelijkheid zijn hand naar de piloot op. De chauffeur hield het achterportier open en sloot hem zodra Frosser na Sabrina was ingestapt. Hij ging achter het stuur zitten en reed de Mercedes snel van de hangar vandaan. Hij stuurde hem een verwaarloosde weg op, die vroeger voordat het vliegveld werd gesloten, een drukke, militaire verbindingsweg was geweest en kwam een kilometer of vijf verder bij de grote snelweg aan. Hoewel het verkeer druk was, hadden ze nauwelijks oponthoud, zodat de Mercedes binnen vijftien minuten de Zollbrug aan de rand van het stadscentrum kon bereiken. Toen ze de Museum-strasse inreden, merkte de chauffeur dat er een politieauto achter hen reed, die met zijn lichten in zijn achteruitkijkspiegel seinde. Hij had er geen idee van wat ze van hem wilden, maar toen de koplampen maar bleven knipperen, stopte hij langs de kant van de weg voor het Zwitsers Nationaal Museum. 'Wat is er aan de hand?' vroeg Frosser. 'Ik weet het niet, meneer,' antwoordde de chauffeur en hij drukte zijn penning tegen de ruit toen de agenten naar de auto toekwamen. Een van de mannen keek even naar de penning en duidde de chauffeur toen dat hij zijn raampje moest opendoen. De chauffeur siste van woede, maar voldeed aan het verzoek. 'We vervoeren een gevangene naar het bureau Bahnhofstrasse. Wat is het probleem?' 'Wilt u even uit de auto komen, meneer?' 'Wat is het probleem?' herhaalde de chauffeur. 'We willen graag even in de kofferbak kijken.' Frosser leunde voorover naar het open raampje. 'Waarom wilt u in de kofferbak kijken? Dit is een politieauto.' 'Daar ben ik me van bewust, maar we hebben onze orders.' 'Doe hem maar open,' snauwde Frosser en hij leunde achterover. De chauffeur was de auto nog niet uit of de twee politiemannen draaiden hem om en drukten hem tegen de achterdeur. 'Wat is er verdomme aan de hand?' vroeg de chauffeur, maar toen hij zich probeerde om te draaien werd hij weer tegen de zijkant van de auto teruggeduwd. Zijn handen werden op zijn rug gedraaid en een paar handboeien klikten om zijn polsen. Een tweede politieauto kwam met gierende remmen voor de Mercedes tot stilstand. Er stapten twee geüniformeerde politiemannen uit. Een van hen droeg de onderscheidingstekenen van een inspecteur. 'Hoofdinspecteur Frosser? Ik ben inspecteur d'Angelo.' 'Wat is er aan de hand, inspecteur?' vroeg Frosser verbijsterd. 'Deze man is een van haar medeplichtigen.' 'Waar hebt u het over?' schreeuwde de chauffeur woedend. 'Ik werk bij de recherche in Zürich. De hoofdinspecteur heeft mijn identiteitskaart gezien.' 'Die heeft hij van het lichaam van de echte rechercheur gehaald,' zei de inspecteur. 'Mijn foto zit erop, controleer het maar als u wilt.' De inspecteur negeerde de chauffeur. 'Er is twintig minuten geleden een opsporingsbevel uitgevaardigd toen het lichaam van de echte rechercheur werd gevonden. We zijn blij dat we net op tijd zijn.' 'Ik weet niet wie deze mannen zijn, maar ze spelen duidelijk onder één hoedje met de gevangene.' zei de chauffeur, terwijl hij aan zijn handboeien rukte. 'Er is één manier om onze geloofwaardigheid te bewijzen. U hebt vanmiddag een telex uit Zürich ontvangen. Is dat juist?' 'Ja,' zei Frosser aarzelend. 'Ik weet wie het heeft verstuurd.' De inspecteur wendde zich tot de chauffeur. 'U ook?' 'Nee, maar...' 'Het is verzonden door de hoofdcommissaris. Alleen voor uw ogen bestemd. Is dat juist?' Frosser knikte. 'De hoofdcommissaris heeft gevraagd deze informatie bij het opsporingsbevel in te sluiten omdat behalve u tweeën, niemand ervan wist. Hij zit nu te wachten tot hij u over de radio kan spreken, meneer.' 'Meneer, het is een val,' schreeuwde de chauffeur. 'De telex is vanuit het kantoor van de hoofdcommissaris verzonden. Hoe zouden we ervan kunnen weten als hij de informatie niet zelf heeft gegeven?' 'Ik geloof jullie,' zei Frosser. 'Meneer, u wordt...' De inspecteur liet hem niet uitspreken. 'U staat onder arrest wegens moord met voorbedachten rade,' zei hij. 'Breng hem weg, mannen.' De chauffeur verzette zich hevig toen hij werd weggeleid en hij bleef over zijn schouder naar Frosser schreeuwen. 'Ik ben u dankbaar,' zei Frosser terwijl hij met de inspecteur meeliep naar de politiewagen. 'Dat had heel gevaarlijk voor me kunnen worden.' 'Daarom heeft de hoofdcommissaris zich persoonlijk met het opsporingsbevel bemoeid, meneer. We hebben hier met een professionele bende te maken.' Frosser wierp een zijdelingse blik op Sabrina. 'Dat hoeft u mij niet te vertellen.' 'Ga uw gang, meneer,' zei de inspecteur op de radio wijzend. Frosser liet zich op de passagiersstoel zakken en stak zijn hand uit naar de radio. De drie politiemannen gingen voor de deur staan, zodat Frosser onzichtbaar was voor passerende automobilisten. De inspecteur haalde een verdovingsrevolver te voorschijn en voordat Frosser kon reageren, schoot hij hem in zijn nek. Sabrina hield Frossers lichaam met haar vrije hand tegen toen hij voorover zakte en drukte hem terug naar achteren in de stoel. 'Drie hoeraatjes voor de cavalerie,' zei Sabrina met een glimlach. 'Had je door hoe ik je heb laten merken wie we waren?' vroeg de inspecteur terwijl hij in Frossers zakken naar de sleutel van de handboeien zocht. 'Je zei dat de chauffeur de identiteitskaart van het lichaam van de echte politieman had gehaald en niet van zijn lijk. Een UNACO-agent zal nooit een politieman doden, maar hem slechts immobiliseren. Heel subtiel, inspecteur.' 'Zeg maar Alain,' zei hij. Vervolgens maakte hij haar handboei los en deed hem om Frossers andere pols. 'Kom mee, meneer Rust zit te wachten. We nemen de Mercedes, uiteraard met een politie-escorte.' 'Wat is er met de chauffeur gebeurd?' 'Die ligt lekker te slapen, net als onze vriend hier. Als we bij het pakhuis zijn aangekomen, worden ze weer naar de Mercedes overgebracht en ergens in de buurt van het bureau Bahnhofstrasse achtergelaten. Wanneer ze wakker worden, merken ze dat ze hun bestemming toch hebben bereikt.' 'Bedrog met een glimlach. Hoort allemaal bij de service van de UNACO.' Ze ging naast hem in de Mercedes zitten. 'Waar is dat pakhuis waar je het over had?' 'Ben je daar nog nooit geweest?' vroeg Alain, terwijl ze de politiewagen over de Wilchebrug volgden, ik wist zelfs niet dat het bestond.' 'Dat weten maar weinig mensen. Het is monsieur Rusts troetelkindje.' Alain draaide de Limmatquai op. Aan weerszijden van de weg, die evenwijdig aan de rivier liep, lag een grote verscheidenheid aan restaurants, café's en nachtclubs. Er bevonden zich zelfs een paar bordelen die waren overgewaaid uit de Niederdorf, de rosse wijk van de stad, die maar een paar meter verderop lag. De sfeer deed haar denken aan Greenwich Village, het Newyorkse paradijs voor bohémiens. Ze passeerden het barokke stadhuis en de gothische kerk in het water met zijn prachtige glas-in-lood ramen. Daarna staken ze de kruising van de Quaibrug en de Ramistrasse over en reden de Utoquai op, die aan de licht gezwollen oevers van het meer lag. Alle drie de auto's sloegen een verlaten zijstraat van de Utoquai in, die bezaaid was met stenen en puin van de afgebrokkelde muren van de bouwvallige gebouwen aan weerskanten. Het bord aan de ingang van de straat waarschuwde: VALLEND PUIN. PARKEREN OP EIGEN RISICO. Een tweede bord verderop was nog onheilspellender: ONVEILIGE GEBOUWEN. GEVAARLIJK. VERBODEN TOEGANG. De voorste politieauto minderde vaart toen hij bijna aan het eind van de doodlopende straat was gekomen. Hij draaide de korte oprit van het laatste pakhuis op en stopte vlak voor de gedeukte golfijzeren deur. De chauffeur sprak in de radio en identificeerde zich met een wachtwoord. De deur werd van binnenuit elektronisch geopend en de drie auto's reden naar binnen. Sabrina had verwacht dat er in het pakhuis een levendige bedrijvigheid zou heersen. In plaats daarvan was het somber en verlaten. De twee bewusteloze politiemannen werden achterin de Mercedes gezet en Alain zwaaide naar haar voor hij achteruit de straat opreed. De golfijzeren deur sloeg weer dicht. Aan de andere kant van het pakhuis zagen ze een roestige kooilift boven de vloer uitkomen. Toen hij was gestopt, kwamen Philpott en Rust eruit te voorschijn. 'Is alles goed met je, chérie?' vroeg Rust bezorgd. 'Prima. Je hebt me wel lang laten wachten.' Ze keek hem gespeeld verwijtend aan. 'Wat is het hier eigenlijk precies?' 'Het Europese Testcentrum van de UNACO,' antwoordde Philpott. 'Net zoiets als op Long Island?' 'Het werkt volgens hetzelfde principe, alleen is dit kleiner.' Philpott tikte met zijn stok op de betonnen vloer. 'Het zit allemaal hieronder.' 'De hele straat is van ons, hoewel we alleen dit gebouw in gebruik hebben,' voegde Rust eraan toe. 'Dus jij hebt die borden opgesteld?' Rust knikte. 'Er is structureel niets mis met deze gebouwen. Ze ogen alleen bouwvallig, dat is alles. We hadden in het begin last van geparkeerde auto's, maar nadat er een paar door vallend puin waren beschadigd, ging het als een lopend vuurtje door de stad dat je je auto hier maar beter niet kon parkeren.' 'Bedoel je "gegooid" puin?' vroeg ze. 'Er is niemand gewond geraakt, chérie. Het heeft alleen de verzekering wat geld gekost. We moesten onze privacy beschermen. We zijn zelfs zo ver gegaan dat we overal in de straat brokken puin hebben neergegooid om de indruk te wekken dat de gebouwen onveilig waren. 'Het is ook net het decor van een slechte film,' zei ze met een uitgestreken gezicht. Philpott en Rust krompen tegelijk in elkaar, ik kon het met laten,' zei ze grijnzend. Een rood lampje aan de muur naast de lift begon plotseling te flikkeren en de pulserende lichtstraal boorde zich door de halfdonkere ruimte. 'Waar is dat voor?' vroeg ze. 'Let maar op,' antwoordde Rust. Een cirkelvormig deel van de vloer daalde een klein stukje. De twee helften ervan schoven uit elkaar en verdwenen onder de vloer eromheen. Binnen dertig seconden was er midden in het pakhuis een gat van vijftien meter doorsnee ontstaan. Eerst verschenen de schroeven en vervolgens kwam de romp van een Lynxhelikopter te voorschijn. Hij stond op een plateau dat van onder het pakhuis door een krachtige, hydraulische pers omhoog werd gebracht. Toen het op gelijke hoogte met de vloer was gekomen, kwam het tot stilstand. 'Ik ben onder de indruk,' zei ze. 'Wat gaat er verder met die helikopter gebeuren?' 'Hij gaat je naar Italië brengen, zodat je weer op de trein kan stappen,' zei Philpott bars. 'Ga nou maar naar binnen. Je bent al achter op het schema.' De piloot stak zijn arm uit en opende de deur. Ze stond stil voordat ze de cockpit binnenklom en draaide zich om naar Philpott. 'Dank u, meneer.' 'Bedank me maar door deze samenzwering te vernietigen.' Ze knikte, klauterde toen naast de piloot en bevestigde de veiligheidsriemen om haar lichaam. De piloot wachtte tot Philpott en Rust met de kooilift naar beneden waren gegaan voor hij de rotoren startte. Ze stak haar hoofd naar voren om uit het raam naar het dak te kijken. 'Wanneer gaat het open?' 'Als ik klaar ben om te vertrekken. Het werkt op dezelfde manier als de vloer.' Hij wees op een reistas aan haar voeten. 'Dat is voor jou.' Ze ritste hem open en keek erin. 'Wiens idee was dit?' 'Ik weet niet eens wat het is. Monsieur Rust vroeg me of ik hem aan je wilde geven.' 'Ik had het kunnen raden,' zei ze en ze liet hem de open tas zien. 'Is het wat ik denk dat het is?' vroeg hij, niet in staat een glimlach te onderdrukken. 'Precies.' Hij grinnikte en hield toen de radiomicrofoon voor zijn mond. 'Sierra-Lima-Uncle 127, klaar voor vertrek.' 'Dak in werking gesteld,' kwam het antwoord. Er viel een pauze, daarna klonk er een andere stem over de radio. 'Emile, dit is Jacques Rust. Vergeet het pakje niet.' 'Pakje is al afgeleverd, monsieur Rust.' De piloot hield haar de microfoon voor. Ze pakte hem uit zijn hand. 'Ik krijg je hiervoor nog wel, Jacques.' 'Ik verheug me erop, chérie. Au revoir.' 'Au revoir,' antwoordde ze glimlachend en ze gaf de microfoon terug aan de piloot. Ze leunde achterover terwijl de helikopter begon te stijgen. Frosser zat alleen in het kantoor van de commandant van het politiebureau Bahnhofstrasse met een tweede beker koffie op de tafel naast zich. Hoewel het al een uur geleden was sinds hij in de Mercedes wakker was geworden, deed zijn hoofd nog steeds pijn door de nawerking van de verdoving en op zijn polsen zaten nog steeds rode striemen op de plaats waar de handboeien zich in zijn huid hadden gedrongen. Hij had de chauffeur van de recherche naar huis gestuurd, de jongen had zijn best gedaan. Het was voor het grootste deel zijn eigen schuld geweest. Wat hem nog het meest frustreerde was, dat hij in Zürich geen wettelijke bevoegdheden had, zodat hij niet actief kon deelnemen aan de zoekactie die op touw was gezet om de vrouw terug te vinden. Er werd op de deur geklopt, maar hij herkende het silhouet niet door de matglazen deur. 'Binnen,' riep hij en strekte zijn handen uit naar het straalkacheltje aan zijn voeten. Hij schoot overeind toen de deur openging. Reinhardt Kuhlmann zag er moe en afgetobd uit. De donkere wallen onder zijn ogen staken scherp af bij zijn bleke gezicht en zijn verwaaide haar hing slordig over zijn oren en voorhoofd. Hij streek het haar uit zijn ogen en knoopte zijn kasjmier jas los. 'Laat mij die voor u nemen, commissaris,' zei Frosser. 'Ik houd hem aan, Bruno. Ik blijf niet lang,' antwoordde Kuhlmann en hij forceerde een glimlach. 'Ga toch zitten, ga zitten.' Frosser balanceerde ongerust op de rand van zijn stoel. Hij wist dat Kuhlmann iets te zeggen zou hebben over de gebeurtenissen die tot de ontsnapping van de vrouw hadden geleid, maar hij had nooit verwacht dat Kuhlmann in eigen persoon zou komen. Het scheen de ernst van de situatie alleen maar te benadrukken. 'Ik heb net met commandant Moussay gebeld,' zei Kuhlmann met een blik op het naamplaatje op het bureau. 'Er is al een handjevol getuigen naar voren gekomen die zeggen dat ze gezien hebben dat een Mercedes door twee politiewagens werd geëscorteerd over de Limmatquai. Geen van hen weet waar de auto's zijn heen gegaan.' 'Het is een begin, meneer,' zei Frosser optimistisch. 'Verder zal hij niet komen. We hebben hier met beroeps te maken. Zo'n goede politieman als hij zal nog een paar dagen vergeefs moeite doen om aanknopingspunten te vinden. Daarna zal het onderzoek op een laag pitje komen te staan en binnen een paar weken zal er alleen nog maar een dossier in de berg onopgeloste zaken van over zijn. En ik wil dat het ook zo blijft.' Frosser keek hem verbijsterd aan. 'Ik kan u niet volgen, meneer?' 'Ik wil dat de zaak in de ijskast wordt gezet, zowel hier als in Fribourg.' Frosser staarde naar het kacheltje en dacht na over de telex van Kuhlmann eerder die middag. 'U hebt me in de val laten lopen, meneer.' Kuhlmann liep naar het raam en keek tussen de latjes van de jaloezieën door naar de verlichte stad die zich als een reusachtige prentbriefkaart voor hem uitstrekte. 'Ik had geen keus.' 'U wist dat ze de vrouw zouden ontvoeren. U hebt mijn leven op het spel gezet.' 'Je leven is nooit in gevaar geweest. Ik wist dat ze de vrouw zouden ontvoeren, maar ik wist niet waar of wanneer ze het zouden doen.' Frosser schudde langzaam zijn hoofd. 'Ik kan het niet geloven, meneer. U hebt me opzettelijk in de val laten lopen.' 'Ze moest vrijgelaten worden, maar de aanklachten konden niet worden ingetrokken door de enorme publiciteit die deze zaak al heeft getrokken.' 'Moest worden vrijgelaten?' 'Moest worden vrijgelaten,' herhaalde Kuhlmann. 'Het bevalt me net zo min als jou, maar er zijn momenten dat je je trots opzij moet schuiven.' 'Wie was ze?' 'Dat is geheim. Ik kan je alleen vertellen dat ze een undercover agente is. Toen ze Rauff neerschoot, was ze met een onderzoek bezig.' 'En als ik nu eens weiger de zaak neer te leggen?' vroeg Frosser. 'Ik weet zeker dat er promotie voor je in het vat zit. Dat is al vier maanden zo, dus je hoeft niet te denken dat het een soort omkoping is. Gooi je toekomst niet weg omdat je de moord op een onbeduidende misdadiger wilt oplossen. Het is de moeite niet waard, Bruno.' 'Nee, meneer, dat lijkt me ook niet.' Frosser stond op. 'U kunt de zaak als gesloten beschouwen.' Kuhlmann verliet het kantoor. Frosser hief zijn beker en bracht een toost uit. 'Op gelijkheid en gerechtigheid.'