***

12. Honderden rozen
Natuurlijk vroeg ik me af waarom Randy in Phoebes auto had gezeten. Ik dacht dat ze woedend op hem waren omdat hij mij verdedigd had, en dat hij niets meer met ze te maken wilde hebben. Ik kon me niet voorstellen wat ze hem hadden beloofd om hem zover te krijgen dat hij meeging. Ik wist zeker dat ze hem hadden uitgelachen omdat hij het voor me had opgenomen, en hem treiterden met zijn gevoelens voor mij.
Iedereen op school dacht aan niets anders dan aan het ongeluk en sprak over niets anders. Toen de details duidelijk begonnen te worden, hoorde ik dat Phoebe niet haar riem om had, en ondanks het feit dat haar airbag goed had gefunctioneerd, uit de wagen was geslingerd. Roger had zijn riem vastgemaakt, en de airbag redde zijn leven; hij had slechts een paar geringe verwondingen opgelopen. Ashley was er ook bij geweest, maar zij was op de voorbank gevallen, die de schok had opgevangen. Ze had alleen haar arm gebroken. Gelukkig was haar zus er niet bij.
De gebeurtenissen wierpen een donkere schaduw over de school, en de depressie van de leerlingen was het opvallendst tijdens de lunch. Er heerste een ongewone rust in de anders zo luidruchtige, kakofonische kantine. Het gerinkel van borden, bestek en pannen was boven alle gesprekken uit te horen. Als iemand lachte, vielen de anderen stil en keken naar hem of haar, en de lach werd afgebroken.
Natuurlijk wisten we allemaal dat  niemand van ons onkwetsbaar was. De dood kon elk willekeurig moment op onze deur kloppen. Maar de natuurlijke orde der dingen - geboorte, jeugd en kracht, volwassenheid en prestaties, pensioen en wijsheid, ouderdom en dood - was op dramatische wijze veranderd, en een tijdje althans zag ieder van ons zijn of haar eigen sterfelijkheid weerspiegeld in het overlijden van de arme Randy. Het was bijna of de dood ons had bedrogen en op oneerlijke wijze had gewonnen, de regels had gebroken. Met bracht onze wereld in opschudding, deed de grond onder onze voeten beven, nam ons de wind uit de zeilen en liet ons stuurloos rondzwalken. De minuut stilte waarom de directrice 's ochtends door de intercom verzocht, zette de toon voor de rest van de dag.
Ik voelde dat als Phoebe was gestorven in plaats van Randy, haar vrienden ontgetwijfeld hun verdriet en woede op mij zouden hebben gericht, verwachtend dat ik me erover zou verheugen. Per slot had ze in de ware zin van het woord mij op deze school de oorlog verklaard, en aangenomen werd dat ik iets van voldoening zou voelen.
Maar ze waren zich er ook allemaal van bewust hoe hecht mijn vriendschap met Randy was. In wat voor toestand Phoebe ook verkeerde, zij leefde nog en mijn meest standvastige bondgenoot, een onschuldige, zachtaardige jongen, was niet meer. Dus in plaats van me onderzoekend aan te kijken of ze iets van leedvermaak bespeurden, keken ze naar me in de verwachting van tranen en verdriet. Voor het merendeel kregen ze die ook. Telkens als ik naar Randy's lege lessenaar keek, of opkeek, in de illusie dat hij naast me kwam staan, werden mijn ogen vochtig en moest ik ten slotte heimelijk een traan van mijn wang vegen.
Aan het eind van de dag bracht Wally de moed op om me aan te spreken. Na de laatste bel haalde hij me in de gang in.
'Hé,' zei hij, mijn arm aanrakend.
Ik draaide me naar hem om. Het grootste deel van de dag had ik me als een automaat bewogen, me in half bewusteloze toestand bevonden, ronddolend, starend naar niets, nauwelijks de stem horend van de docent.
ik kan het gewoon niet geloven' zei hij, toen ik hem alleen maar aankeek, ik had bijna zelf in die auto gezeten. Ik kon niet weg. Mijn vader had le veel te doen in huis.'
'Dan heb je geluk gehad.' zei ik.
Hij knikte en sloeg zijn ogen schuldbewust neer.
'Hoe gaat het met Roger?'
'Hij komt morgen weer op school. Hij is ongedeerd, maar heeft een hevige schok gehad. Ik heb hem in de lunchpauze gesproken. Hij informeerde naar jou.'
'Waarom?'
'Hij dacht... door wal er met Randy gebeurd is...'
'Waarom is hij met ze meegegaan, Wally? Ik dacht dat Phoebe kwaad op hem was.'
'Dat weet ik niet,' zei hij snel en hield zijn ogen neergeslagen.
ik geloof je niet. Ik had hem nel gesproken, en hij vertelde dat ze zich kwaad had gemaakt omdat hij mij verdedigde.'
'Ik weet het niet,' zei hij weer en keek me van terzijde aan. ik denk dat ze hem vertelde dat ze probeerden een manier te vinden om vrienden te worden, dat het allemaal verkeerd was gegaan en ze de dingen recht wilde zetten. Misschien plaagde ze hem. Ik weet het niet. Je weet hoe ze kan zijn.'
'Ja, dat weel ik, en daar had ik niet lang voor nodig. Kijk eens hoe lang jij daarover hebt gedaan.'
'Niemand wilde dat  hij dood zou gaan, Grace. Man, iedereen is er kapot van, vooral Roger. Hij heeft vaak geprobeerd hem te beschermen. Dat heb je gemerkt. Hij vond het vreselijk als ik Randy plaagde.'
Ik voelde me wal milder gestemd. Dat was waar, dacht ik.
'Hoe is het ongeluk werkelijk gebeurd, Wally ?'
'O.' Hij stak zijn handen omhoog. 'Dat weet ik niet. fk was er niet bij.'
'Nee,' zei ik. 'Hoor geen kwaad, spreek geen kwaad.' Ik draaide me om en wilde weggaan.
'Ik weet het echt niet,' hield hij vol, en kwam naast me lopen. 'Roger zei dat ze gewoon veel te hard reed.'
'En dat  was alles wal er mis was?' vroeg ik met een keiharde blik.
'Hij zei dat ze wal gerookt hadden voordat ze weggingen, maar hij dacht dat  het al gezakt was.'
Ik bleef staan. 'Weet je wat mensen doen in situaties als deze, Wally?'
Hij schudde zijn hoofd.
'Ze ontkennen hel, ze willen het niet meer weten. Ze liegen tegen zichzelf, om zich niet slecht te hoeven voelen. Of ze zoeken iemand die ze de schuld kunnen geven. Randy's dood is te erg, zelfs voor iemand die zo egocentrisch is als Phoebe. Als Roger weer naar me vraagt, zeg hem dan maar dat alles in orde is met me. Ik heb Phoebe
niet haar zin gegeven, en ik ben niet zo schuldig als zij. Denk je dat  je dat allemaal kunt onthouden?'
Hij keek of hij op het punt stond in huilen uit te barsten. Hij knikte.
'Over een paar maanden als ze weer achter het stuur zit van de nieuwe auto die ze haar vader weer heeft weten af te troggelen, en jij zit achterin, denk daar dan aan,' zei ik. Toen draaide ik me om en liet hem staan.
Ik bleef lopen tot ik besloot een bus te nemen en naar huis te gaan.
Mama was thuis. Ze was net terug uit het ziekenhuis waar ze Dallas en Warren gezelschap had gehouden. 'Met Phoebe komt het goed,' zei ze. 'Het zal een lang herstel worden en daarna zullen ze een cosmetische operatie moeten overwegen. Warren opent het restaurant morgen. Het is beter dat iedereen weereen normaal leven gaat leiden en zich bezighoudt met zijn werk. Hoe was het op school?'
'Triest.'
'En ik hoopte zo dat we al die droefheid en depressies achter ons konden laten en in een betere wereld leven...' Ze schudde verslagen haar hoofd.
'Misschien kunnen we die niet achter ons laten," zei ik verbitterd. 'Misschien zullen die ons de rest van ons leven blijven achtervolgen, althans van het mijne.'
'Wat is dat voor praat, Grace?'
'Realistisch,' zei ik, en ging naar mijn slaapkamer. Ik liet me op bed vallen en verborg mijn gezicht in het kussen. Was het mijn verbeelding of was het waar dat iedereen met wie ik in wat intiemer contact kwam algauw daarna een droevig lot te wachten stond, van Autumn tot Augustus tot Randy? Ergens in mijn achterhoofd kon ik die zeemeeuw zien cirkelen in de lucht, draaiend als in wanhoop en pijn, wegvliegend vlak voordat papa vertrok op zijn missie, de missie die zou eindigen met zijn dood. Kon er een vloek rusten op iemand? Was ik net als Jona, altijd slechte vibraties veroorzakend voor mensen om wie ik gaf en met wie ik goed bevriend raakte?
Misschien moet ik alleen maar vriendschap sluiten met mensen die ik niet mag, dacht ik.
Mama klopte op mijn deur. 'Grace?'
Ik draaide me naar haar om.
ik vind het niet prettig als je zo praat, lieverd. Ik weet datje verdriet hebt om je vriend, maar je kunt jezelf niet kastijden. Dat helpt niet. Het maakt het alleen maar moeilijker voor iedereen.'
ik kan er niks aan doen hoe ik me voel, mama.'
ik weet het. Ik heb net met Winston gesproken. Hij leeft intens met ons mee en hij komt ons over een uur halen om met ons te gaan eten.'
'Ik ga niet mee,' zei ik koppig.
'Grace, alsjeblieft. Ik zal me ongelukkig voelen als ik weet dat jij thuis zit te mokken en te pruilen. We moeten doorgaan en proberen wat plezierigs in ons leven te vinden. Ik duld dit niet langer,' zei ze vastberaden.
Ik keek naar haar op. 'Wat niet?'
'Deze neerwaartse spiraal, al dat ongeluk en die somberheid. Dat verdienen we niet.'
'Randy verdiende het niet om te sterven.'
'Natuurlijk niet, maar we kunnen niet veranderen wat er gebeurd is en het doet hem en jou en ons geen goed om je steeds verder in je depressie te begraven. Het lot krijgt zijn zin niet met ons,' zwoer ze. 'En trek nu iets lichts en vrolijks aan, en laten we wat zon terugbrengen in ons leven.'
'Dat kan ik niet,'jammerde ik.
'Grace.' Ze stond met haar armen langs haar zij, haar handen tot vuisten gebald. 'Hoe denk je dat ik het doe? Hoe denk je dat ik wakker werd die ochtend nadat je vader verongelukt was en hoe ik ben doorgegaan? Ik had het gevoel dat ik binnenstebuiten was gekeerd. Ik had bij hem in dat  graf willen springen. Het zou zoveel gemakkelijker zijn geweest om de dekens over mijn hoofd le trekken en het te ontkennen, ontkennen, ontkennen. Maar dat staat het leven niet toe, Grace. En we blijven niet eeuwig verliezers,' verklaarde ze.
'En nu sta je op en ga je mee met mij en Winston, en je confronteert de wereld weer en leert le profiteren van elke kans, elke zegen, elk klein geluk dat op je weg komt. Onze tijd van opoffering en verdriet loopt ten einde.' voorspelde ze.
Ik staarde haar aan. Ik had de hele tijd dat ze sprak mijn adem ingehouden. Ze zag er zo anders uit dat ik ervan overtuigd was dat als mijn vader nu terugkwam, hij zou denken dat hij in het verkeerde huis terecht was gekomen.
'Iets lichts en vrolijks,' bracht ze me in herinnering. Ze draaide zich om en verliet mijn kamer zo krachtig dat het leek of ze de lucht achter zich leegzoog.
Ik ging naar de badkamer en keek in de spiegel naar mijn sombere gezicht. Natuurlijk wilde ik me niet wentelen in droefheid en verslagenheid. Ik wilde me niet in een duistere depressie hullen. Ik dacht alleen niet dat  ik mama's kracht en vermogen had om die van me af te zeilen.
Ik nam een warme douche. Ik deed mijn haar. Ik koos een felblauwe blouse en bijpassende rok en deed wat lippenstift op. Toen ik mezelf in de spiegel bekeek, zag ik de donkere kringen ondermijn ogen. Ik probeerde te glimlachen, maar mijn gezicht voelde zo strak en broos dat ik dacht dat het zou barsten als ik het te hard probeerde.
Mama klopte op mijn deur. 'Winston is er, lieverd.'
'Ik kom,' riep ik terug. Ik bekeek mezelf nog een keer en ging toen naar haar toe. Ze zag er even mooi uit als altijd, en ze droeg weer iets nieuws, een roodzijden jurk met een hoge split. Ze droeg een nieuw paar gouden oorbellen en een parelketting die ik niet van haar kende.
'Waar heb je die vandaan?' vroeg ik.
'Onze boetiek in Palm Beach.'
'Onze boetiek in Palm Beach?'
Winston stond in de deuropening. 'Dames,' zei hij, en strekte zijn armen uit. Mama ging snel aan zijn rechterkant staan, en ze keken allebei naar mij. Na een lichte aarzeling ging ik links van hem staan, en hij begeleidde ons naar de limousine.
'Waar gaan we vanavond naartoe?' vroeg ik. 'Toch niet naar Bermuda of zo, hè?'
Winston lachte. 'Nee. Gewoon een restaurant aan het water. Twintig minuten rijden of zo. Geen grote verrassingen.' Toen werd hij weer ernstig. 'Ik weet hoe je je voelt, Grace. Het is vreselijk om op zo'n maniereen jonge vriend te verliezen.'
'Ik had gehoopt dat we er niet over zouden praten,' viel mama hem in de rede.
'Nee, nee,' zei Winston. 'We kunnen niet weglopen voor onze teleurstellingen, en ons verstoppen. In plaats daarvan moeten we wegen zoeken om sterker te worden.'
Dat beviel me. Het beviel me dat hij voldoende zelfvertrouwen had om te doen wat hij wilde, wat hij vond dat hij moest doen, zelfs als het iemand mishaagde die hij juist heel graag wilde behagen.
'Toen ik op de universiteit was, heb ik mijn beste vriend op soortgelijke wijze verloren, dooreen auto-ongeluk. Hij en ik waren renpaarden.'
'Renpaarden?' vroeg mama.
'Ja, veldloop. Ik was nog maar een slungel. Ik was lid van het kampioensteam van school, en ik kwam als tweede aan in de landelijke competitie. Ik zag er in die tijd uit als een gazelle, een en al benen, lang en mager. Mijn moeder zei altijd dat ik zo mager was dat ze mijn ontbijt kon zien.'
Ik lachte.
'Om kort te gaan, mijn kamergenoot, Paul Thoreau, was ook een hardloper. Hij was de snelste op de tweehonderd meter en had naar de Olympische Spelen gekund. Een aardigere kerel bestond er niet, gevoelig, meelevend, erg gericht op zijn familie, en religieus. In al die tijd dat ik hem gekend heb, heb ik hem nooit één lelijke opmerking horen maken over een ander. Hij hield liever zijn mond, en hij vloekte bijna nooit. We plaagden hem daarmee,' zei hij, glimlachend bij de herinnering. 'Hij gebruikte uitdrukkingen als "Lieve help!" of "Goeie hemel!" Hij vond de dood op weg terug naar de universiteit. Een dronken vrachtwagenchauffeur reed recht op hem in. Hij had geen schijn van kans. De vrachtwagen zwenkte gewoon zijn baan van de weg op.
ik wil graag denken dat hij hardloopt in de hemel en trofeeën wint. In ieder geval wilde ik uit het team, stoppen met hardlopen, en mijn coach... Ik zal hem nooit vergeten. Rolly Allen nam me terzijde en zei: "Weetje, Paul zal de rest van je leven naast je blijven. Je kunt hem niet ontlopen, Winston."
ik moest erom glimlachen, en je zult het niet geloven, maar spoedig daarna liep ik de beste wedstrijd van mijn leven, en toen ik van de baan kwam stond Allen daar, en ik zei: "U had gelijk. Bij elke stap liep hij naast me."
'Als je een hechte vriendschap hebt met iemand, neem je ze voor altijd mee. Denk daaraan. Het zal geen eind maken aan de pijn en het verdriet, maar je kunt doorgaan en je wedstrijden uitlopen en je werk doen. En uiteindelijk is dat toch wel het belangrijkste.'
Ik besefte pas dat ik huilde toen hij zich naar voren boog niet /i|ii zakdoek in de hand en de tranen van mijn wangen veegde. Toen raakte hij mijn hand aan en ik pakte de zijne. We hielden elkaar lan ge tijd vast. Ik zag dat mama met een glimlach op haar gezicht toe keek en toen leunde ik achterover en luisterde naar hun gesprek over een komende liefdadigheidsbijeenkomst waar we van Winston absoluut met hem naartoe moesten.
Het leven was voorbestemd om door te gaan, en dat zou het doen in een nog sneller tempo dan daarvoor. Mama ging weer aan het werk in het restaurant, maar naarmate de weken en maanden verstreken, werd het meer en meer een parttime baan. Altijd als Winston ergens met haar of met ons beiden naartoe wilde, belde ze Dallas en kreeg ze die avond vrij. Natuurlijk vroeg ik me af hoe ze al die nieuwe kleren, nieuwe schoenen en juwelen kon betalen voor haarzelf en voor mij, en toen verklapte ze me op een ochtend dat  Winston onze rekening bij de boetiek betaalde.
'Hoe kun je?' vroeg ik verbijsterd.
'Hel was van begin af aan zijn idee, Grace. Ik kende niemand in Palm Beach en wist zeker de weg niet in de boetieks en kapperszaken.'
'Bedoel je dat hij zelfs dat heeft geregeld, dat nieuwe kapsel van
je?'
'Hij doet het graag. Financieel betekent het niets voor hem, en...'
'Maar dat is... van iemand profiteren,' Hapte ik eruit.
'Nauwelijks,' zei ze. 'Ik kan me niet voorstellen dat iémand van Winston Montgomery zou kunnen profiteren. Het is waarschijnlijk net andersom.' Ze klonk bijna kritisch. Ik was inmiddels erg gesteld geraakt op Winston. Ik zag niet in dat hij tegen iemand onaardig zou kunnen zijn. 'Ik heb hem niet gevraagd die dingen voor ons te kopen, Grace. Hij heeft het zelf aangeboden.'
'Maar...'
'Geen gemaar. Hij zit aan de top, en als hij een beetje van dat geld op ons wil laten regenen, ben ik niet van plan een paraplu op te steken. Ik heb je al gezegd, ik heb er genoeg van om het slachtoffer te spelen, het lijdend voorwerp van een onverzoenlijk, meedogenloos en wreed noodlot. We zullen terugvechten tot het ons met rust laat en op zoek gaat naar een zwakkere prooi.
'Bovendien wil Winston dat we met hem meegaan, soms met het vliegtuig, naar de chicste gelegenheden en party's. Ik zei dat we dat niet konden omdat we geen kleren hadden voor al die dingen, en hij zei dat hij niet wilde dat we iets zouden missen door iets zo onbelangrijks als kleren en schoenen. Dat waren zijn eigen woorden. Ik zei dat we geen liefdadigheid konden accepteren, vooral niet voor dure dingen die we niet vaak zouden gebruiken, en hij antwoordde dat we hem een plezier zouden doen. Hij mag ons heel erg graag, Grace!' riep ze uit. 'Hoe kan ons dat kwalijk genomen worden?'
Ze wachtte op mijn reactie. Ik wist niet wat ik moest zeggen. Winston gaf me nooit het gevoel dat ik een liefdadigheidsgeval was of dat hij ons een gunst bewees. Mama had gelijk. Hij was degene die altijd dankbaar was en verslagen keek als we ons zelfs maar een beetje ongelukkig voelden of als er een mogelijkheid bestond dat we niet met hem mee konden. Zijn favoriete uitdrukking was: 'Jullie geven me cachet.'
'Ik vind het alleen... een beetje vreemd,' zei ik.
'Niet doen," hield ze vol. 'Als hij het niet wil, dan zal hij ons dat heus wel zeggen. Hij is er niet de man naar om iets tegen zijn zin te doen.'
Was mama verliefd op hem of bewonderde ze hem alleen en genoot ze van zijn gezelschap? vroeg ik me af. Soms klonk ze alsof ze hem geweldig vond, en soms klonk ze of hij slechts iemand was die haar bezig kon houden tot er zich iets beters of belangrijkers voordeed. Het leek me dat het grootste gevaar van rijk zijn was dat je gebruikt werd, dat er van je geprofiteerd werd, maar als het je niet kon schelen, als het je voldoening schonk en je vond dat je er iets voor terugkreeg, wat maakte het dan voor verschil? Vooral voor iemand die zo rijk was als Winston Montgomery.
'Oké,' zei ik. Ik wilde er geen ruzie over maken.
De lijst van alles waar Winston met ons naartoe wilde leek elke week langer te worden. Meestal kon ik niet mee. Ik moest leren voor een proefwerk of had te veel huiswerk. Ik raakte eraan gewend zelf mijn eten klaar te maken. Mama stelde altijd voor iemand te vragen samen met mij te eten, maar na het tragische ongeluk en Randy's dood trok ik me terug op mijn eigen stek. De tijd leek ongemerkt voorbij te gaan. De ene week was net als de andere.
Ik stond op vriendschappelijke voet met de andere leerlingen, praatte over school en huiswerk, maar weigerde elke uitnodiging voor een party. Twee jongens wilden een afspraakje maken, maar ik verzon zoveel excuses dat ze het algauw opgaven. Ondanks alles wal mama tegen me zei, kon ik het gevreesde gevoel niet van me afzeilen dat ik anderen op de een of andere manier ongeluk bracht.
Toen Phoebe eindelijk weer op school kwam, werd ze als een soort heldin behandeld. Met kostbare cosmetische chirurgie waren bijna al haar littekens verdwenen. De paar die nog te zien waren werden als eretekens beschouwd. Ze had het overleefd, maar het ongeluk en het trauma daarna veranderden niets aan haar innerlijk. Integendeel, het versterkte zelfs haar arrogantie en verwaandheid. Ze was nu nóg meer het middelpunt van de aandacht dan daarvoor.
Het enige wat veranderde was haar concentratie op mij. Ik bleef bij haar uit de buurt, en ten slotte besloot ze me te negeren. Misschien herinnerde ik haar te veel aan Randy en zijn dood, en dat wilde ze meer dan wat ook vermijden. Ik beschouwde het ironisch als Randy's geschenk aan mij. Hij wilde dat Phoebe me niet langer lastigviel, en dat was hem gelukt. Alleen was de prijs veel te hoog. Ik haatte haar daarom, maar ik stond er niet te lang bij stil.
Winston werd in die weken meer mijn vertrouweling dan mama. Ze had een stadium bereikt waarin ze niet wenste te denken, te horen of te praten over iets dat onaangenaam of triest was.
'Als je toegeeft aan één traan, komt er een hele stortvloed van droefheid op je af,' zei ze. 'Je moet alleen maar aan vrolijke, grappige, mooie dingen denken.'
Ze keek zelfs niet meer naar haar favoriete soap omdat er te veel droevigs in gebeurde. Ze keek liever naar geesteloze komedies, als ze al televisiekeek. Meestal had ze het te druk met het plannen van haar garderobe of het werken aan haar uiterlijk.
Ze verdiepte zich in modetijdschriften, las de plaatselijke krant en tijdschriften van Palm Beach zo aandachtig dat ze op de hoogte was van alle roddels. Winston was er aanvankelijk door geamuseerd, maar keek later met een enigszins bezorgde blik naar mij. 'O, Jackie,' zei hij eens, toen ze kwebbelde over wat deze erfgename had gedaan en dat rijke zoontje had gekocht, 'je moet die mensen niet zo verafgoden. En je moet beslist niet op ze willen lijken. Als ze doodgaan, verdwijnen ze in een rookspiraal.' Hij en ik lachten maar mama keek ontdaan.
Later zei ze tegen me: 'Winston kan dan wel tegen ons gekheid maken over die mensen, maar geloof me, het zijn de burgers van dit land, en hij bewijst ze meer dan alleen lippendienst.'
Ik wilde dat tegenspreken, maar hield mijn mond. Laat maar, dacht ik. Misschien komt hier gauw een eind aan, en wie weet, misschien verhuizen we wel. Dat was per slot iets waar wc aan gewend waren. Ik zou me beslist niet ertegen verzetten als ze dat zou voorstellen. De winter ging bijna ongemerkt over in het voorjaar, en heel vaak begonnen in het voorjaar de gesprekken over ons vertrek naar een andere basis.
Maar wat nu zou plaatsvinden was juist het tegendeel, ook al zag het er korte tijd naar uit dat het niet zou gebeuren. Op een avond tegen eind mei kwam mama ongewoon vroeg thuis van een liefdadigheidsbal in Palm Beach. Ik was bezig te studeren voor mijn overgangsexamen maatschappijleer, en zat nog achter mijn bureau mijn aantekeningen door te nemen, toen ik de voordeur hoorde opengaan, die daarna met zoveel kracht werd dichtgesmeten dat de hele flat trilde.
'Mama?' riep ik uit mijn kamer.
Ze liep zonder antwoord te geven naar haar kamer. Ik had geen idee wat er gebeurd kon zijn, maar was er zo aan gewend dat het ene onaangename feit werd gevolgd door het andere, dat ik bevend wachtte op het vervolg. Ik ging naar haar kamer en keek naar binnen. Ze deed woedend haar sieraden af en trok haar kleren uit.
'Wat is er? Waarom ben je zo vroeg thuis?' vroeg ik. Ik dacht niet dat ze zou antwoorden, maar plotseling hield ze op met zich uitkleden en draaide zich naar me om. 'Het kan me niet schelen als een man jaloers is en zich opwindt omdat je te veel tijd doorbrengt met een andere man of mannen. Dat verwacht ik zelfs en daar ben ik blij om. Maar een man die me bekritiseert omdat ik te veel tijd doorbreng met andere vrouwen en inga op hun uitnodigingen voor lunches in de betere clubs, is... is... om razend te worden!' Ze keek alsof ze in staat was haar haren uit haar hoofd te trekken.
'Misschien wil hij alleen datje niet omgaat met vrouwen van wie hij weet dat ze niet echt aardig zijn,' opperde ik.
'Waarom denken alle mannen die ik in mijn leven ben tegengekomen toch dat ze de wijsheid in pacht hebben, dat ze zelfs beter weten dan ik wat goed voor me is? Kan ik niet onderscheiden wie wel en niet aardig is, wie wel en niet oprecht is? Ben ik daarvoor van hen afhankelijk?'
Dit was de eerste keer dat ik ooit een hint kreeg dat er zelfs maar een greintje ongenoegen was geweest in haar relatie met papa. Tenzij ze hem natuurlijk niet meetelde.
'Papa was toch niet zo?'
'O, nee? Je vader was marineofficier, Grace. Hij voerde het bevel. Dat was niet iets wat hij gemakkelijk kon achterlaten als hij thuiskwam.'
Ze zag de uitdrukking op mijn gezicht en ontspande zich. 'Dal was niet onplezierig. We hadden geen ruzie over dingen zoals de meeste huwelijkspartners, maar mannen in het algemeen voelen zich superieur. Heb je dat nooit gemerkt?'
Ik wilde nee zeggen, maar durfde niet.
'De macht in deze wereld ligt grotendeels in handen van mannen, Grace. Zij nemen de besluiten over belangrijke dingen, en telkens als een vrouw probeert een klein stukje van hen af te pakken beginnen ze te schreeuwen dat ze geen vrouw is of te ambitieus. De waarheid is dat ze bang voor ons zijn, bang dat we slimmer zijn en de hele zaak over zullen nemen.' Ze knikte en plofte neer op de stoel voor de toiletspiegel.
'Dus je hebt een enorme ruzie met Winston?'
'Nee, geen enorme ruzie. Ik heb alleen gezegd dat hij me onmiddellijk naar huis moest brengen. Dat deed hem een beetje aarzelen. Ik zei dat hij, als hij kritiek op me had, me dat onder vier ogen moest vertellen en tien keer moest nadenken voor hij het zei. Hij begreep hel.'
Ze zweeg even. 'Als de telefoon gaat, neem dan op en zeg dat ik slaap of in de badkamer ben als het Winston is.'
'Oké,' zei ik, en ging weg.
Ze kon in de toekomst zien. Een uur later ging de telefoon, en het was Winston. Ik vertelde hem dat ze sliep.
'O. Goed, zeg maar dat ik morgen terugbel. Hoe gaat het met je, Grace?'
'Ik leer hard voor mijn examen.'
'Is het al zover? De tijd vliegt. Voor je het weel, ben je nel zo oud als ik,' zei hij mei een kort lachje. 'Geniet van je jeugd.'
'Jij bent nog niet oud, Winston.'
Dal hoorde hij graag, ik hoopje gauw weer te zien,' zei hij. Ik had medelijden met hem toen we ophingen.
Mama kwam naar haar deur. 'Was dat Winston?'
'Ja, ik heb hem verteld dat je sliep."
'Wat zei hij?'
'Dal ik je moest zeggen dat  hij morgen terug zou bellen.'
'Dan ben ik niet thuis,' zei ze. 'Niet voordal ik het wil.'
Ze deed haar deur dicht en toen weer snel open en keek naar me. 'Luister goed naar me, Grace. Mannen moetje trainen als... als huisdieren. Wij zijn altijd in het nadeel, dus moetje gebruikmaken van alles wat we hebben, elke emotie, elk gebaar, elk woord dat we zeggen. En vooral seks. Kijk niet zo geshockeerd. Het is gewoon een wapen in het arsenaal. Vrouwen die dat niet gebruiken, worden misbruikt. Daar zijn voorbeelden genoeg van. Zorg dat jij daar niet bij hoort.' Ze deed haar deur weer dicht.
Ik wist niet of ik moest lachen of huilen. Ik was te geschokt om een van beide te doen. En mijn aantekeningen voor maatschappijleer boden geen oplossing en geen opluchting.
Misschien had Winston gebeld terwijl ik op school was. In dat geval hield mama zich aan haar woord en nam niet op. Maar toen ik thuiskwam werd ik begroet door de geur van rozen, en toen ik in de keuken keek, was ik als aan de grond genageld door het schouwspel: niet tientallen rozen, maar honderden. De hele keuken was ermee gevuld, elk beschikbaar oppervlak, de tafel, de stoelen, de grond.
'Nou dit is wat ik een behoorlijk excuus noem,' zei mama trots, met haar handen op haar heupen en met een knikje naar de overdaad aan rozen.
Ik zou al spoedig ontdekken dat het niet alleen een excuus was. Het was de basis voor een huwelijksaanzoek.
Dat kwam twee dagen later. Mama had zich laten vermurwen en
was de avond nadat de rozen waren bezorgd met Winston gaan eten. Ze kwam pas heel laat thuis, toen ik allang naar bed was. Ik hoorde haar vaag binnenkomen. De volgende ochtend was ze niet zoals gewoonlijk op om met mij te ontbijten. Ik keek bij haar naar binnen en zag dat ze nog sliep. Ze had niet eens haar jurk opgehangen. Heel stilletjes deed ik het voor haar, en ging toen naar school.
Toen ik terugkwam was ze in een fantastische stemming. Ze moest naar haar werk, maar ik had haar nog nooit zo vrolijk gezien.
ik heb een van je lievelingshapjes gemaakt, Grace. Parmezaanse garnalen. Ze staan in de koelkast. Je hoeft het alleen maar op te warmen. Ik kom pas laat thuis,' ging ze verder, 'dus maak je niet ongerust.'
'Waar ga je naartoe?'
'Ergens,'jubelde ze, lachte, en ging weg.
Weer kwam ze pas thuis toen ik allang sliep, maar toen ik de volgende ochtend opstond, was ze wakker, al lag ze nog in bed. Ze riep me toen ik naar de keuken ging.
Ze zat rechtop, met een glimlach om haar lippen. Haar blauwe ogen straalden.
'Goeiemorgen,' zei ik. 'Waar wasje gisteravond?'
in een triomfwagen,' zei ze lachend. 'Van goud en fonkelend van de diamanten. Als je naar buiten had gekeken, had je me door de nachtlucht kunnen zien rijden.'
'Wat?' Ik lachte verward.
ik heb een verrassing voor je.' Ze slak haar hand naar me uit. Eerst zag ik het niet eens. Misschien wilde ik het niet zien. Ze wachtte kennelijk op een reactie van mijn kant, maar ik staarde er alleen maar naar.
'Wat is het?' vroeg ik.
'Kijk dan, malle!' riep ze en hield haar hand op. In het licht van de ochtend fonkelde de grote diamant zo fel dat zelfs een blinde hem zou zien. Ik kwam dichterbij.
'Wat is dat?' vroeg ik, heel goed wetend wat het was.
'Een verlovingsring,' zei ze. 'Hij heeft hem speciaal voor mij laten ontwerpen. Het is een zeskaraats heldere marquis. Met het werk dat daaraan besteed is, de kwaliteit, de kleur,' ging ze verder, terwijl ze haar hand alle kanten opdraaide om haar ring te bewonderen, 'zou
hel me niets verbazen als hij een kwart miljoen dollar waard is.'
'Je bent met Winston verloofd?'
'Ja. Ga zitten, dan zal ik je alles vertellen.'
Ik deinsde achteruit. 'Ik moet naar school.'
'Vergeel die school nou maar even.'
'Dat kan ik niet. Ik heb vandaag een wiskunde-examen.'
'Nou, je hebt nog lijd. Ik zal een taxi voor je bellen, zodat je er sneller bent,' ging ze geërgerd verder. 'Dit is belangrijk, Grace. Toe dan,' drong ze aan. 'Haal die rimpels uit je voorhoofd en ga zitten.'
Ik deed wal ze vroeg. Een luid gerommel begon in mijn buik en kroop omhoog naar mijn borst. Zo luid dat ik haar bijna niet kon verstaan.
'Vanaf het eerste moment dat ik Winston ontmoette, had ik het gevoel dat hij naar ons was gezonden.'
'Naar ons gezonden? Door wie?'
'Door onze beschermengel natuurlijk. Ik kon het zien aan de manier waarop hij in het restaurant naar me keek, tegen me sprak, naar me glimlachte. Ik wist al van tevoren wie hij was. Dallas had me ingelicht. Dat deed ze vanafhel ogenblik dat ik daar kwam. "Niet dat ik niet denk dat een vrouw en haar tienerdochter het niet alleen kunnen redden in de wereld," zei ze, "maar waarom zou je?'"
Mama lachte. 'Zo is Dallas altijd geweest, op zoek naar de gemakkelijkste weg. Ik heb het haar nooit kwalijk genomen, nu zeker niet. Maar om kort te gaan, ik dacht niet dat er veel zou voortkomen uit mijn gesprekken met Winston, maar hij was kennelijk vastbesloten me te leren kennen, en dat heb ik hem toegestaan.'
Wat wil dat zeggen? vroeg ik me af.
'Toen we elkaar beter leerden kennen, besefte ik dat hij niet alleen erg rijk maar ook erg aardig was. Dat gaat niet altijd samen, weetje. Al heb ik nooit iemand gekend die zo rijk was als Winston.'
Ze keek naar me, en ik denk dat ik meesmuilde.
ik ben geen goudzoeker, Grace. Ik hou er niet van om mensen te gebruiken of van ze te profiteren, en we zijn niet bepaald arm. We hebben wat we nodig hebben om ons leven leiden.'
'Waarom heb je die ring dan geaccepteerd?' vroeg ik snel.
ik zei om ons leven te leiden. Ik ben tot de conclusie gekomen dat we wat beters verdienen. Zoals ik al zei, ik ben niet als een geldwolf
achter Winston aangegaan. Je hebt gezien hoe ik hem zelfs op een avond de waarheid heb gezegd en me naar huis heb laten brengen.'
'Maar je zei dat  dal was om hem op te voeden.'
'Hoe dan ook. Ik was bereid hem te verliezen als mijn zelfrespect in het geding kwam. Hij maakte me het hof, overlaadde mij en jou met geschenken, en ik heb nooit gevonden dat  ik hem daarvoor iets verschuldigd was, en ik heb hem ook nooit iets aangeboden, en. dat moet ik hem nageven, hij heeft nooit om iets gevraagd. Zoals ik je al vaker heb gezegd, hij geeft echt graag aan de mensen die hem na aan het hart liggen.'
'Hou je van hem, mama?'
'Hij is een goed mens, Grace, een vriendelijk man, en hij heeft mij bijna net zo hard nodig als wij hem.'
'Je bedoelt zijn geld.'
'Laten we daar niet op neerkijken en op wat het voor ons kan betekenen.' Ze staarde naar de ring en wendde toen even haar blik af, slikte een traan weg. 'Ik zal nooit meer zo'n geweldige man vinden als je vader, en ik wil niet aan de buitenwereld verschijnen als een stuk vlees dat tentoongesteld wordt. Het mooiste wat Winston me heeft gegeven is dat hij me van de markt heeft gehaald. Ik kon het zien aan de wellustige blikken van de jongelui die in de bar van de Tremont Inn kwamen. Toen ze hoorden met wie ik uitging, keken ze dwars door me heen, en dat kwam me uitstekend van pas.
'Het gaf me klasse.' zei ze, haar hoofd opheffend. 'Ik voelde me een persoonlijkheid en niet gewoon de weduwe van een marineman van wie iedereen verwacht dat ze hunkert naar een andere man.
'En toen hij ons begon mee te nemen naar die liefdadigheidsgelegenheden en ik die... die ongelooflijk rijke mensen ontmoette, dacht ik bij mezelf dat zij geen haar beter zijn dan wij. Waarom hadden zij zoveel en was ons zo'n armzalig lot toebedeeld? Waarom zou ik me daarbij neerleggen ?
'En toen ik zag hoe mooi je was in die dure kleren, hoe je straalde op dat jacht en toen hij met ons ging eten op Paradise Island en je met hem danste, toen wist ik wat ik voor ons moest doen, en dat heb ik gedaan. Ik schaam me er niet voor en ik voel me niet schuldig.'
'Maar... maar je houdt niet van hem, mama. Je gaat trouwen mei een man van wie je niet houdt.'
'Ik mag hem graag, Grace, en hij houdt genoeg van mij om aan te vullen wat mij ontbreekt. We zullen het goed hebben samen, heel goed,' beweerde ze nadrukkelijk.
'Maar hij is zoveel ouder dan jij,' jammerde ik. 'Hij kon je vader zijn.'
'Je vader zei ook altijd dat hij mijn vader kon zijn. Hij zei dat hij twee kleine meisjes had, twee jonge vrouwen voor wie hij moest zorgen, en dat was prima. Ik wil graag dat een man voor me zorgt. Ik ben niet een van die vrouwen die erop uit zijn te bewijzen dat ze even sterk en capabel zijn als een man. Ik hoef het niet te bewijzen. Ik weet het, maar als ik de keus heb, dan kies ik om te worden vertroeteld, verwend, beschermd, en lid te worden gemaakt van de geprivilegieerde klasse.
'Vond je het niet prettig zoals die stylist in de kapperszaak alles deed om het me naar de zin te maken en zoals die verkoopsters in de boetiek bijna over hun voeten struikelden om ons van dienst te zijn? Ik wel, en zo zal het voortaan blijven.
'Ik kan nu een lange neus trekken naar het lot. Ik kan ertegen zeggen met zijn staart tussen de benen te gaan. En wat narigheid betreft, dat is ook voor jou voorbij, Grace. Volgend jaar ga je naar een particuliere school en hoefje geen strijd meer te leveren met een Phoebe of welk ander meisje ook dat vindt dat ze beter is dan jij. Je zult het hele stel kunnen kopen en verkopen, en dat zullen ze beseffen.
'Nee,' schreeuwde ze bijna, 'ik hou niet van hem, maar ik zal comfort en zekerheid hebben. Liefde heb ik gehad. Die werd uil mijn hart gerukt, maar ik zal niet verwelken als een bloem zonder water of zon. Ik zal mijn eigen zon hebben wanneer ik maar wil, en we zullen onze bloemen begieten met champagne.
'Wees blij voor me, Grace. Wees blij voor ons beiden. Winston is zo dol op ons, soms denk ik wel eens dat hij meer van jou houdt dan van mij. Jij bent de dochter die hij nooit heeft gehad, maar zo graag wilde hebben, en jij vindt hem ook aardig. Dat weet ik.'
ik zeg niet dat dat niet zo is.'
'Mooi,' zei ze kortaf, alsof ze daarmee elke verdere discussie afsloot. 'We trouwen over twee maanden, en het huwelijk wordt voltrokken op Joya del Mar, en het zal een bruiloft worden als voor een vorstin.
'Je vader en ik hadden geen grote bruiloft, niet meer dan een simpele plechtigheid met een paar familieleden. We hebben een huwelijksreis gemaakt van twee dagen naar Atlantic City. We praatten er vaak over om opnieuw te trouwen en dan een groot feest te geven en een echte huwelijksreis te maken.'
'Weet Winston dat allemaal?' vroeg ik. 'Gelooft hij datje veel van hem houdt?'
'Ik zal je alleen vertellen wat hij gisteravond tegen me zei voordat hij me die ring gaf. Hij zei dat de dag dat ik zo kwaad op hem was de droevigste en moeilijkste dag was die hij had meegemaakt sinds de dood van zijn vrouw. Daarvoor wist hij dat hij mij nodig had om zijn leven de moeite waard te maken. Hij vroeg me of ik dat wilde doen, en ik zei ja, dat wilde ik en zou ik doen. Ik zal een goede vrouw voor hem zijn, Grace, en jij zult een goede dochter zijn. We zullen hem gelukkig maken, en dat is meer dan de meeste mannen in hun huwelijk zijn, geloof me.
'Wees blij voor ons, Grace, alsjeblieft,' smeekte ze en nam mijn hand in de hare.
Ik keek naar onze ineengeslagen handen en knikte. 'Oké, mama. Als jij dit wil.'
ik wil het, heel erg graag.'
'Ik moet naar school,' zei ik.
ik zal een taxi bellen.'
ik kan de bus nog halen.'
'Maar je hebt nog niet ontbeten, en je hebt een examen. Toe dan, eet wat, dan zal ik intussen bellen,' drong ze aan. 'We hoeven ons geen zorgen te maken over de kosten,' voegde ze er met een lachje aan toe.
Ik keek haar aan. Nee, dat hoeven we niet, dacht ik. 'Oké.' antwoordde ik en maakte wat toast en jam klaar en schonk koffie in.
Toen de taxi kwam, riep ik naar haar en ze riep terug: 'Veel succes, lieverd. Succes en geluk is wat we voortaan zullen hebben.'
Haastig liep ik naar de taxi en gaf de chauffeur het adres. We reden weg, en ik keek achterom naar de flat, een van onze vele tussenstations. We bevonden ons nog op een lange reis. Ik wilde me blij voelen voor mijn moederen mij. Dat wilde ik echt. Ik besefte hoeveel een huwelijk met Winston Montgomery voor haar betekende en hoe het haar een gevoel van veiligheid en geborgenheid gaf, die haar ontstolen waren door een tragisch ongeluk met de helikopter.
Ze zou het nu allemaal achter zich kunnen laten, en waarschijnlijk was dat beter, dacht ik.
Maar op de dag dat ze met Winston trouwde, zou mijn papa werkelijk voorgoed zijn heengegaan. Ze zou een andere naam krijgen. Ze zou de vrouw worden van een andere man.
Het was of je een boek dichtklapte en op de plank zette, het begroef op een kerkhof van emoties en herinneringen. Geen gelach meer, geen glimlachjes om iets wat papa had gezegd. Geen gezwaai en militaire groet meer.
Dat alles zweefde weg op de vleugels van een zeemeeuw en liet mij op het strand staan in een vreemde nieuwe plaats, starend naar het water en wachtend op een teken dat zou duiden op wat ons te wachten stond.