1. Mama's plan

Als ik alleen was in onze flat, en dat was heel vaak, kon ik geluiden horen van andere families onder ons en om ons heen. Ze drongen door de dunne muren en door de buizen heen. Ik kon alles horen, door de muur aan de ene kant van de kamer en die aan de andere kant of in een ander vertrek, bij voorkeur de badkamer of de keuken - de symfonie van de Garden Apartments, zoals ik het noemde. Het was bijna of je een ander station zocht op de radio.

Er waren gezinnen die altijd ruzie leken te hebben, klagend, schreeuwend, dreigend, met gegrom en gegil. Er waren er ook die zachtjes praatten, lachten en soms zelfs zongen. En vaak kon ik iemand horen snikken, of zelfs huilen, alsof iemand was ingemetseld, zoals in het verhaal van Edgar Allan Poe. En natuurlijk kon ik televisietoestellen horen en hiphopmuziek. Er woonden minstens zes blanke families in ons woningbouwproject, maar die brachten ongeveer dezelfde muziek voort. Vaak hoorde ik daar net zoveel geschreeuw en gehuil.

Ik kende niemand die zoveel aandacht schonk aan de symfonie van de Garden Apartments als ik. Ze hadden het allemaal te druk met hun eigen lawaai om naar iemand anders te luisteren; het duurde meestal geen uur voordat de stilte bij hen werd verbroken. Stilte - dat leerde ik al heel jong - is iets dat mensen angstig maakt, of in ieder geval een heel onbehaaglijk gevoel geeft. De ergste straf die je mijn schoolvriendinnen kon aandoen was ze te laten nablijven, ze te dwingen stil te zijn en elke communicatie verbieden. Ze draaiden heen en weer op hun plaats, maakten rare grimassen, bogen hun hoofd en wachtten alsof er spinnen in hen waren losgelaten die heen en weer kropen in hun maag en borst. Als eindelijk de bevrijdende bel ging, stormden ze naar buiten alsof er een confet- tibom ontplofte. De een praatte nog luider dan de ander, soms schreeuwden ze zo hard, dat de aderen in hun slapen opzwollen.

Mama was niet veel anders. Zodra ze thuiskwam zette ze de radio of de televisie aan en riep: 'Het lijkt hier wel een lijkenhuis!'

Als ze weer een paar glazen had gedronken met een vriendin, danste en lachte ze en riep me om bij haar te komen terwijl ze het eten klaarmaakte. Als ik niet kwam of een onwillig gezicht trok, werd ze kwaad en zei dat ik vreemd was, en gaf de schuld aan papa en zijn familie.

'Nog nooit een naam beter zien passen dan de naam die ik jou heb gegeven, kind,' verklaarde ze. 'De enige keer dat ik ooit een glimlach van je zie is als je zingt in die kerk. Wil je soms een non worden of zo? Word eens wakker. Schud eens met dat kontje van je. Je hebt een goed figuur, meid. Je boft datje niet op je vader lijkt en net zulke stevige botten hebt als Tania Gotchuck of zo.

'Je hebt mijn neus en mond en je krijgt mijn fi-guur.' Ze draaide rond met haar handen op haar heupen alsof ze omringd was door spiegels.

Maar mama had geen spiegels nodig om zichzelf te bekijken. Ze kon haar weerkaatsing zien in een glas op de tafel of in een zilveren voorwerp, en plotseling haar haar gladstrijken of haar gezicht aanraken en klagen dat ze te snel oud werd. Dat was niet waar. Ze was er alleen zo bang voor, dat de ontdekking van een piepklein rimpeltje of een enkele grijze haar paniek bij haar opwekte.

'Je zou je niet zo belachelijk zenuwachtig maken over je uiterlijk als we nog een tweede kind hadden,' zei papa tegen haar. 'Dan zou je iets belangrijkere hebben om over te denken.'

Het was of hij een voetzoeker midden in de kamer liet ontploffen, maar zolang ik me herinner, wilde papa meer kinderen hebben. Ik weet dat hij intens naar een zoon verlangde. Maar mama mopperde dat haar heupen na mijn geboorte meer dan een centimeter dikker waren geworden en dat nóg een kind haar zou veranderen in 'een van die walrussen die hier rondwaggelen met een sleep snotapen die ze zich niet kunnen veroorloven. Mij niet gezien. Ik ben nog jong genoeg om een paar hoofden op hol te kunnen brengen.'

'Dat is het enige wat jou gelukkig maakt, Lena,' antwoordde papa. 'Als je maar het middelpunt van de aandacht bent.'

Het klonk niet als een beschuldiging of zelfs maar kritiek. Het was gewoon de nuchtere constatering van een feit. Maar toch begon mama altijd weer te zeuren dat hij wilde dat ze dik en lelijk was, zodat ze niet langer de begeerte van andere mannen zou wekken.

'Je was vroeger zo trots als een pauw als ik aan je arm liep, Cameron Goodman. Je paradeerde met me langs je vrienden, schepte op met je ogen. Je deed of ik een soort sieraad was, en ik heb er nooit iets van gezegd, nee toch? Dus waarom moet je nu plotseling klagen?'

'Ik klaag niet, Lena, maar er is nu meer in het leven. We zijn gesetteld. We hebben een huis, een kind. We zouden ons gezin moeten uitbreiden,' zei papa op smekende toon. Hij stak zijn handen naar voren met de palmen omhoog, als iemand die bedelt om liefde en genegenheid.

'Ik heb het je al honderd keer gezegd, Cameron. Met jouw salaris kunnen we ons niet meer kinderen permitteren,' antwoordde ze, en draaide zich snel om. Ze wilde een eind maken aan de discussie of die uit de weg gaan.

Dat was niet eerlijk, zelfs geen goed excuus. Papa verdiende een behoorlijk salaris. Hij had altijd goed verdiend. Nu was hij hoofd van de veiligheidsdienst van Cobbler's Market, een groot warenhuis in Ninth Street. Hij was in het leger bij de militaire politie geweest; toen hij afzwaaide, kreeg hij banen bij diverse veiligheidsdiensten, tot hij gekozen werd tot hoofd van een dienst.

Het was niet alleen zijn grote gestalte die een aanbeveling was voor die baan, ook al was hij één meter negentig lang en woog hij honderdvijf kilo. Hij werd beschouwd als een verstandige en nuchter denkende man, en een goed manager. Ik weet zeker dat zijn kalme, geduldige karakter hem hielp om met mama overweg te kunnen. Er was heel wat voor nodig om hem driftig te maken. Hij scheen te weten dat er dan zoveel woede en razernij in hem ontketend zou worden, dat hij die misschien niet in bedwang zou kunnen houden. Hij was bang voor zichzelf, voor wat hij zou kunnen of willen doen.

Het verbazingwekkende was dat mama nooit bang voor hem leek, nooit aarzelde of een stap achteruit deed, zelfs niet als het ernaar uitzag dat ze zich op glad ijs begaf. Ik heb gezien dat ze dingen naar zijn hoofd gooide, hem duwde, zelfs schopte. Hij was als een boomstronk, onwrikbaar, onberoerd, sterk en onverstoorbaar, wat mama alleen maar nog kwader leek te maken. Ten slotte, gefrustreerd door haar onmacht om hem het soort reactie te ontlokken dat ze wenste, trok ze zich van louter uitputting terug.

'Je bent net je vader met dat kille karakter van je,' zei ze beschuldigend, terwijl ze haar lange rechterwijsvinger naar me uitstak als een aanklager in de rechtbank - want volgens haar filosofie was gebrek aan extravertheid en emotionaliteit niets meer of minder dan een misdaad. 'Daar komt dat ijs in je aderen vandaan. Dat heb je niet van mij, kind. Ik ben een en al hitte,' pochte ze. 'Als een man in deze ogen kijkt, smelt hij weg.'

Dan wachtte ze tot ik het met haar eens zou zijn, of zou glimlachen of jaloers kijken, maar ik deed niets van dat alles, wat haar honend deed lachen.

'Wat mankeertje, kind? Denk je soms datje beter bent dan wij?'

Ik schudde krachtig mijn hoofd.

'Want ik heb nooit iets gedaan om je in die waan te brengen. Ik heb je nooit volgepompt met complimentjes, zodat je met je neus in de lucht liep. Nou? Heb ik dat gedaan?'

Ik wist dat ze het niet zou opgeven voor ik iets gezegd had.

'Nee, mama.'

'Nee, mama,' deed ze me na. 'Dus?' vroeg ze, met haar handen nog steeds op haar heupen, 'Waarom zit je dan altijd thuis? Waarom heb je geen vriendinnen, geen vriendjes? Toen ik zo oud was als jij deed mijn vader een dubbel slot op de deur om de jongens buiten te houden. En jij bent zeventien en je hebt nog niet één echt afspraakje gehad. En ik hoor je telefoon ook niet overgaan,' klaagde ze.

Ik moest bijna lachen om haar grieven. Alle andere meisjes van mijn leeftijd klaagden steen en been dat hun ouders voortdurend mopperden omdat ze te vaak aan de telefoon zaten of 's avonds te laat thuiskwamen of met de verkeerde jongens omgingen.

'Schaam je je voor dit huis, voor ons? Is dat de reden waarom je bijna nooit een woord zegt? Geneer je je voor je familie? Hè?'

Ik schudde weer mijn hoofd.

'Want het ergste soort meisje is een snob,' ver-klaarde mama. 'Erger dan die andere soort die mannen het hoofd op hol brengt en ze plaagt en zo. Ben je een snob? Denken je vriendinnen dat soms ook? Denk je soms datje, omdat je een aardige zangstem hebt, die niet aan ons, gewone mensen, kunt verspillen? Nou? Geef antwoord, verdomme.'

'Ik ben geen snob, mama. En ik schaam me ook niet voor jou of papa.'

De tranen sprongen in mijn ogen, maar ik drong ze terug.

Ze trok haar wenkbrauwen op, verbaasd dat ze zo'n sterke verbale reactie uit me had losgekregen.

'Nee? Goed, wat ben je dan? Wat is je probleem, kind? Waarom zeggen de mensen dat je vreemd en stil bent en nooit een woord zegt? De mensen hier zeggen goedemorgen en jij knikt alleen maar. Of ze vragen hoe het met jou en je familie gaat en jij glimlacht in plaats van te praten. Ik hoor er vaak genoeg over. Sommigen vinden het leuk om het me in te peperen. Heb je daarom soms geen goeie vriendin en geen vriendjes? Vast wel,' zei ze knikkend. 'Ik weet dat jongens hun tijd niet willen verspillen aan iemand die doet of ze doofstom is.

'Je bent niet lelijk. Allesbehalve. Je lijkt te veel op mij. Wat is het dan? Ben je alleen maar verlegen? Is dat het? Had die lerares van je basisschool gelijk al die jaren geleden? Hè? Heb je geen zelfvertrouwen?' Ze gaf me een por tegen mijn schouder. 'Ben je bang dat ze je uit zullen lachen?' Ze gaf me weer een por. 'Nou?'

Ik legde mijn hand op mijn schouder waar hij pijn begon te doen, maar ik huilde niet en vertrok zelfs mijn gezicht niet.

'Zeg het eens!'

'Niemand interesseert me nog,' zie ik kalm.

Dat legde haar het zwijgen op. Ze dacht er even over na en schudde toen haar hoofd.

'Nou ja, je hoeft niet elke jongen als je toekomstige echtgenoot te zien, Ice. Wil je niet gewoon eens een avondje uit en je amuseren?'

Ik gaf geen antwoord.

'Je bent verlegen,' besliste ze met overtuiging in haar stem. 'Je lijkt gewoon te veel op je vader. Hij was zo verlegen, dat ik hem die eerste keer een zoen moest geven. Hoe vind je dat? Verbaast het je dat die grote, stoere man bang was om een meisje te zoenen? En zo was het. Hij stond zo te trillen op zijn benen, dat ik hem met één vinger omver had kunnen duwen.' Ze lachte. 'Die uitwerking heb ik op de meeste mannen. En die zou jij ook kunnen hebben, als je maar naar mij wilde luisteren. Je doet niet eens lippenstift op als ik er niet achteraan zit en je hebt nog steeds je wenkbrauwen niet geëpileerd, zoals ik je geleerd heb.'

Mama had toen ze zeventien was, zes maanden een opleiding gevolgd tot schoonheidsspecialiste. Het was haar enige serieuze poging geweest om een carrière op te bouwen, maar het ontbrak haar aan verantwoordelijkheidsgevoel en discipline om het door te zetten. Als ze vermoeid wakker werd, ging ze gewoon niet en het duurde niet lang of ze vroegen haar om te vertrekken. Maar ze had veel geleerd.

'Je hebt die boog nodig,' ging ze verder, terwijl ze met haar wijsvinger over mijn linkerwenkbrauw streek. 'Het hoogste punt moet recht boven je iris komen. Wenkbrauwen zijn de omlijsting van je ogen, Ice. Wees niet bang om ze te epileren! Waarom zou je trouwens bang zijn voor zoiets?'

'Ik ben niet bang, mama.' Ik deed een stap ach-teruit.

'Waarom doe je het dan niet? Je kunt je ogen groter laten lijken. Denk eraan wat ik je gezegd heb. Trek de haartjes uit aan de onderkant, niet aan de bovenkant. Het beste moment om het te doen is na de douche. Dan is het minder pijnlijk.'

Ik sloeg mijn ogen neer, in de hoop dat ze er zoals gewoonlijk genoeg van zou krijgen en ze over een andere geliefde ergernis zou beginnen, bijvoorbeeld dat onze flat zo klein was of dat ze die nieuwe jurk niet kon kopen die ze zo graag wilde hebben, omdat hij te duur was. Gewoonlijk eindigde ze met het dreigement dat ze een baan zou gaan zoeken, maar ze moest haar eerste sollicitatie nog insturen. Het grootste gedeelte van de dag bracht ze door met het verzorgen van haar haar en haar huid, met haar fitnessoefeningen of lunchafspraken met haar vriendinnen, die meestal de hele middag duurden. Ze dronk altijd te veel tijdens die lunches en ze stonk naar rook. Ik vroeg haar eens waarom ze rookte en dronk als ze zoveel om haar uiterlijk gaf, en ze reageerde met een waterglas door de kamer te gooien en mij ervan te beschuldigen dat ik een godsdienstfanaat was. Ze dreigde me te beletten naar liet kerkkoor te gaan of me te dwingen het schoolkoor in de steek te laten.

'Het is de enige keer dat ik ooit iets van be-langstelling bij je zie. Wat is dat voor leven voor een jong meisje? Zelfs vogels doen meer dan alleen maar zingen.'

Ons schoolkoor en het kerkkoor stonden allebei aan de top en we werden vaak gevraagd om te komen zingen op regerings- en liefdadigheidsbijeenkomsten. Maar wist mama veel! Ze kwam zelden naar me luisteren als ik zong.

'Je zult een temerig en dik mens worden, en dag in, dag uit piekeren over je zielenheil in plaats van plezier te maken,' ratelde ze door. Nu ze eenmaal op gang was, leek ze voortgedreven door haar eigen stuwkracht, als een auto die bergafwaarts rijdt met een kapotte rem.

'Mijn mama was zo, en daarom was ik blij uit dat huis weg te kunnen toen je vader kwam en me zwanger maakte,' zei ze zonder enige schaamte.

Andere moeders zouden het verheimelijkt hebben datje een ongelukje was, maar niet mijn moeder. Als ze erover praatte, was ze, afhankelijk van haar stemming, óf door papa verleid, óf slim genoeg om zwanger te worden en te trouwen als middel om aan de gevangenis thuis te ontkomen. Wat de reden ook was, mijn geboorte had een klap toegebracht aan haar jeugd en schoonheid. Ze hield nooit op me te herinneren aan die paar centimeter extra op haar heupen, afgezien van de stress om voor een baby te moeten zorgen.

'Als je je wat beter verzorgde, Ice, zouden de jongens je mee uit vragen. Nu kijken ze geen twee keer naar je, tenzij je een gemakkelijke verovering bent.'

Ze sperde haar ogen wijdopen over haar eigen verbeeldingskracht: ze zag me al op een straathoek of op de achterbank van een geparkeerde auto.

'Als je dat doet, smijt ik je de straat op,' dreigde ze. 'Ik laat de mensen geen smerige dingen vertellen over mijn dochter.'

Ik staarde haar aan, om te laten merken dat ze nu echt nonsens verkondigde.

'Kijk niet zo naar me, kind. Er is tegenwoordig niet veel voor nodig om een net meisje te veranderen in een straatmeid. Ik zie het overal om ons heen gebeuren. Die Edith Merton zou net zo goed een bord op de deur kunnen spijkeren,' verklaarde ze, wijzend naar onze voordeur. 'Die hele familie hoort uit hun huis te worden gezet.'

De Mertons woonden aan het eind van de gang. Ediths vader was chauffeur op een stadsbus. Ze had een broertje van tien jaar en haar moeder werkte voor een stomerij en wasserij. Ediths dubbele probleem was dat ze op dertienjarige leeftijd al zware borsten had en dat haar ouders het zo druk hadden om te zorgen dat ze een dak boven hun hoofd hadden en eten op tafel, dat ze te veel aan zichzelf werd overgelaten.

Mama's obsessie met zichzelf en haar jeugdige voorkomen had één goed resultaat, veronderstel ik. Ze was doodsbang om ziek te worden, vooral iets dat haar huid zou aantasten. Ze had me verboden ooit bij Edith thuis te komen, en ik mocht haar nooit bij ons thuis uitnodigen. Mama zag haar als een wandelende besmetting en interpreteerde elk vlekje op haar gezicht als een bewijs van geslachtsziekte.

Als gevolg van wat de mensen een neurose zouden noemen, wilde mama dat alles in huis onberispelijk was. Als ze ooit iets deed, was het ons huis en onze kleren schoon te houden. Natuurlijk was ik degene die het meeste deed, maar ik mopperde niet. Behalve zingen in het kerkkoor en het schoolkoor en mijn huiswerk maken, had ik niet veel te doen met mijn tijd.

Maar kort nadat mama en ik onze meest recente eenzijdige discussie hadden gehad over mijn erbarmelijke sociale leven, kwam mama tot de conclusie dat het afbreuk begon te doen aan haar eigen reputatie.

'Als ik met mijn vriendinnen uitga,' klaagde ze, 'praten ze binnen de kortste keren over hun kinderen die een nieuwe liefde hebben, scheppen ze op over de manier waarop ze zich optutten of hoe mooi ze zijn, en ik moet er zwijgend bij zitten, alleen maar luisteren en hopen dat niemand naar jou informeert. Maar ik weet wat ze denken als ze naar me kijken: "Arme Lena. Ze heeft een zware last te dragen thuis." Hoe denk je dat ik me dan voel, hè?

'Dat zal ik je vertellen,' ging ze verder, wetend dat ze van mij geen antwoord zou krijgen. 'Het geeft me het gevoel dat ik een achterlijk kind thuis heb, een meisje dat nooit naar de kapper gaat, nooit naar me luistert wat haar make-up betreft, nooit om een nieuwe jurk vraagt en nooit iets anders doet dan lezen of naar haar muziek luisteren en zich met een reisagent de hemel in zingen. Je bent een handicap!' verklaarde ze. 'En ik ben van plan er voor eens en voor altijd wat aan te doen.'

Ik had geen idee wat ze bedoelde, maar ik keek haar nieuwsgierig aan. Ze glimlachte.

'Je hebt gewoon een duwtje nodig, kind. Dat is alles. Je moet even op weg geholpen worden. Dat zegt zelfs je vader.'

Dat laatste betwijfelde ik. Hoogstwaarschijnlijk hield ze een van haar tirades als hij laat uit zijn werk kwam en moe was en niet veel tegenstand kon bieden. Om haar de mond te snoeren, knikte hij waarschijnlijk veel, bromde wat en keek alsof hij het met haar eens was, maar ik vermoedde dat hij de volgende dag, als hem ernaar gevraagd zou

worden, zelfs niet meer wist waar het gesprek over

ging-

Tenminste, ik hoopte dat het waar was. Papa loog nooit tegen me of bekritiseerde me omdat ik te stil was of te teruggetrokken. Hij hield van de rust waar we van genoten als mama er niet was om ons op een of andere fout te wijzen. Vaak zaten hij en ik rustig bij elkaar te lezen of te luisteren naar zijn jazzplaten. We zeiden op die stille momenten meer tegen elkaar dan de meeste mensen die urenlang praten.

'Luister eens naar die trompet,' zei hij soms, en dat deed ik. Dan knikte hij en keek naar me en zag dat ik begreep waarom hij zoveel van jazz hield.

Hij had een waardevolle collectie oude jazzplaten, waaronder Louis Armstrong, Lionel Hamp- ton, Art Blakey op de drum, en zangeressen als Carmen McRae, Ella Fitzgerald en Billie Holi- day. Hij vond het heerlijk als hij zag hoe ik kon luisteren naar Carmen McRae die 'Bye Bye Blackbird' zong, en haar dan imiteerde. Hij zei dat ik Ella Fitzgeralds 'Lullaby of Birdland' prachtig kon zingen. Hij speelde de plaat en ik zong mee. Ik kon de intense voldoening op zijn gezicht zien als ik voor hem zong. Als mama er was, bladerde ze door een van haar beauty magazines en keek zo nu en dan naar mij, heen en weer geslingerd tussen de neiging me een complimentje te geven en te klagen dat ik me ermee tevreden stelde thuis te blijven, of over mijn gebrek aan belangstelling voor de muziek waar de meisjes van mijn leeftijd van hielden.

'Je maakt een raar kind van haar. Ze luistert niet naar hiphop of welke muziek ook waar kinderen van haar leeftijd naar luisteren, en dat is jouw schuld, Cameron,' mopperde ze.

'Ik luister naar echte muziek,' antwoordde papa dan. 'En zij vindt het fijn. Daar is toch niks mis mee?'

'Echte muziek,' mompelde mama. 'Mijn idee van echte muziek is ergens naartoe gaan om die te horen en te dansen en je te amuseren, en niet in een kamer zitten en met je vingers op de leuning van je stoel trommelen.'

Ze gingen weieens uit in het weekend, maar mama was nooit erg blij met de gelegenheden waar papa haar mee naartoe nam. De mensen daar waren te oud of te kalm en stonden buiten de werkelijkheid.

'Jij staat niet in de wereld zoals ik,' zei ze tegen hem. 'Je weet er niets van.'

Papa sprak niet tegen. Hij trok zijn muziek om zich heen als een stalen gordijn en zat er tevreden bij, zo behaaglijk als iemand die een warm bad neemt. Ik luisterde, zong, leerde over tempo en beat, fraseren en ritme, terwijl mama mokte of naar haar slaapkamer ging waar ze de televisie keihard aanzette. Op die avonden joegen we de stilte de deur uit.

Ten slotte besloot mama echt iets aan me te doen, mijn lot in handen te nemen, precies zoals ze gedreigd had. Ze was weer terug bij het idee dat sommige meisjes alleen maar een duwtje nodig hadden. Nou, ze zou meer geven dan een duwtje. Ze zou me een stevige por geven.

Op een middag kwam ze thuis, toen ik in mijn slaapkamer op bed lag en mijn wiskundehuiswerk maakte. Ze had een verbluffende mededeling voor me.

'Je kunt je goede gesternte danken, kind. Ik heb een afspraakje voor je versierd met een knappe jongen.'

'Wat zeg je?' vroeg ik.

'Ik heb een afspraak voor je voor zaterdagavond. We moeten de stad in om iets fatsoenlijks voor je te kopen en dan moet ik je helpen met je haar en je make-up. Als je met iemand uitgaat, vertegenwoordig je ook mij,' zei ze. 'De mensen zullen zeggen, dat is de dochter van Lena Goodman, en als ik met je klaar ben, zullen ze zeggen: "Ik zou Lena's dochter overal herkennen, een meisje dat zo knap is moet wel haar dochter zijn.'"

'Wat bedoel je, een afspraak?' vroeg ik. Mijn hart bonkte als een vuist op een steen.

'Ik weet dat jullie het niet graag meer een af-spraakje noemen. Dat woord schijnt ouderwets te zijn geworden. Jullie - ja wat? - "gaan met iemand stappen"?' Ze meesmuilde en schudde haar hoofd. 'Nou, voor mij blijft het een afspraak. De man haalt je af, neemt je mee naar een fatsoenlijke, gezellige gelegenheid, en betaalt alles.'

'Welke man?' Ik ging rechtop zitten.

'Louella Carters jongste broer Shawn. Hij heeft dit weekend verlof uit het opleidingskamp voor mariniers, en we hebben geregeld dat jullie zaterdagavond samen uitgaan. Hij is een heel knappe jongen en een militair zal beslist ook goedgemanierd zijn. Ik heb zelf met hem aan de telefoon gesproken en hij was een en al "Ja, mevrouw" en "Nee, mevrouw" en "Dank u, mevrouw.'"

'Ik ga niet uit met iemand die ik nog nooit ontmoet heb, mama,' protesteerde ik.

'Natuurlijk doe je dat. Heb je nog nooit gehoord van een blind date ? Je zit met je neus in je school-boeken of je luistert naar die oude platen van je vader, maar daar moet je toch weieens van gehoord hebben.'

'Ik hou niet van een blind date,' zei ik.

'Je hebt er nog nooit een gehad! Je bent überhaupt nog nooit met een jongen uit geweest, dus hoe kun je zeggen dat je er niet van houdt, Ice?'

'Dat weet ik gewoon.'

'Nou, deze keer doe je je best maar om eens iets leuk te vinden wat ik voor je doe. Ik heb niet zomaar een afspraak voor je gemaakt, zie je. Ik heb eerst een hoop jongens onder de loep genomen. Louella is een vriendin van me en haar broer moet een goeie jongen zijn die geen misbruik zal maken van een onschuldig meisje als jij. Ik zal niet zeggen dat hij je niet zal willen zoenen en zo, maar je weet wanneer je moet stoppen.'

Ze dacht even na.

'Ja toch? Je hebt dat toch allemaal op school ge-leerd?'

Ik knikte.

'Goed. Dat is dus geregeld.'

'Er is niets geregeld,' zei ik.

Ze keek me even woedend aan en toen kwam ze verder de kamer in, met fonkelende ogen, een strakke kaak en gebalde vuisten tegen haar heup geperst. Ze boog zich over me heen.

'Ik zei dat het geregeld is. Je wordt mooi opgetut en je amuseert je, of je wilt of niet en je zult ervoor zorgen dat ik trots op je ben en me iets geven om over op te scheppen als ik met mijn vriendinnen samen ben, hoor je? Dit is één zaterdagavond dat je je nu eens niet opsluit in je kamer en zit te zingen, of met je vader naar zijn antieke platen luistert.'

'Maar-'

'Geen gemaar, Ice. Ik wil dat je je best doet om je te amuseren. Doe het voor mij als je het niet voor jezelf wilt doen,' ging ze op zachtere, bijna smekende toon verder. Haar gezicht vertrok door de inspanning die haar dat kostte.

Ik staarde haar even aan en sloeg toen mijn ogen neer.

'Nou?'

'Oké, mama.'

'Goed. Goed. Later zul je me ervoor bedanken. Je hoort dankbaar te zijn dat je een moeder hebt die weet hoe ze je aan moet kleden om er goed uit te zien. Andere meisjes zijn afhankelijk van hun vriendinnen of van iets dat ze in een tijdschrift hebben bekeken en zien er meestal stom uit. Ik ben

er om je van mijn ervaring te laten profiteren.

'Het eerste wat we moeten doen is je haar laten knippen.'

'Wat? Nee, mama. Ik wil mijn haar niet laten knippen,' kermde ik.

'Natuurlijk wel. Dat weetje nu nog niet, maar als je bij de kapper bent en mijn persoonlijke kapster Dawn die bos haar van je onder handen neemt, zul je er heel blij mee zijn,' zei ze op bevelende toon. 'Je kunt je haar niet eeuwig los laten hangen. Het ziet er onaantrekkelijk uit.'

Ze raakte mijn haar aan.

'En het heeft niet het volume en het satijnachtige gevoel dat het hoort te hebben. Mannen raken mooi haar graag aan en zien graag een vrouw met een mooi omlijst gezicht. Je profiteert niet van je goede kwaliteiten, Ice. Ik heb maanden achter je aan gezeten om iets te doen aan deze... deze troep. En nu hebben we een reden om het te doen en dat zullen we.

'Daarna gaan we op zoek naar een jurk. Misschien kunnen we gebruikmaken van een van die kortingen die je vader krijgt en waarvan we niet genoeg profiteren. Je hebt ook nieuwe schoenen nodig.'

'Ik wil mijn haar niet laten knippen, mama.'

'Ik heb al een afspraak met de kapper gemaakt. Morgenochtend om negen uur.'

'Om negen uur? Dan zit ik op school, mama.

'Morgen niet.'

'Maar-'

'Je slaat nooit een dag over, Ice. Eén dag kun je wel missen, en zeg niet dat dat niet kan. Ik zie sommige meisjes van jouw klas hier rondhangen onder schooltijd en net doen of ze ziek zijn of zoiets en er een leuke dag van maken. Niemand komt ze controleren. Jij hebt in ieder geval een goede reden om niet te gaan.'

'De kapper is geen goede reden om niet naar school te gaan, mama.'

'Voor mij wél, vooral omdat je nooit naar de kapper gaat en zeker als je zo'n belangrijke avond in het verschiet hebt,' hield ze vol.

'Belangrijke avond,' mompelde ik.

'Ja, het is een belangrijke avond. Het is zoiets als ze die debutantenbals noemen, je intrede in de wereld.'

Ik begon te lachen en haar gezicht werd hard en koud.

'Lach je me uit, Ice?'

'Nee, mama.'

'Zet niet zo'n verwaand gezicht.'

'Ik ben niet verwaand. Maar, mama, dit heeft niets te maken met een debutantenbal.'

'Voor mij wél en dat hoort het voor jou ook te zijn, en dat wórdt het ook. Je kunt me later bedanken.' Ze liet me verbijsterd en ongerust achter.

Het leek bijna op vroeger tijden, toen de ouders het huwelijk van hun kinderen arrangeerden. Als een van mijn klasgenootjes erachter kwam wat ze had gedaan, zou ik pas echt het mikpunt van hun spot worden, dacht ik. Mama's vriendinnen kennende, was het gemakkelijk te geloven dat de roddels zich als een lopend vuurtje zouden verspreiden.

'De moeder van Ice heeft een afspraakje voor haar gemaakt. Ze kan er zelf geen krijgen,' zouden ze zeggen. Ze zouden me plagen en vragen of mijn moeder ook een afspraakje voor hen wilde maken.

Ik moet een manier vinden om hier onderuit te komen, dacht ik. Ik zou naar papa kunnen gaan, maar dan zou het een heftige ruzie worden tussen hen, en die hadden ze de laatste tijd al te vaak gehad. Ik wilde niet de oorzaak zijn van weer zo'n ruzie.

Misschien kan ik net doen of ik ziek ben, dacht

ik.

Nee, daar zou ze nooit in trappen. Ze is zo op-gewonden hierover, dat ze me met vierenveertig graden koorts en een gezicht onder de mazelen nog erop uit zou sturen.

Misschien zou Louella's broer niet komen. Misschien zou hij van gedachten veranderen. Mis-schien zou hij niet gedwongen willen worden om met een meisje van high school uit te gaan, dat hij nog nooit had gezien. Misschien...

Misschien heb je wel een leuke avond, zei een ander stemmetje in mijn hoofd. Misschien vind je hem aardig.

Heel misschien, je weet nooit, heeft je moeder gelijk. Probeer jezelf niet wijs te maken dat je nooit gedroomd hebt van een gezellige avond met een aardige jongen.

Ja, misschien heeft je moeder gelijk. Ik zou het gauw genoeg weten, dacht ik, en schikte me in het onvermijdelijke als iemand die op een vlot naar de Niagara Falls drijft.