13
Eigenlijk was het heel onverstandig van Mariëlle om Eelco binnen te laten, bedenkt ze terwijl ze naar Leiden rijden. Ze kent hem helemaal niet, en voor hetzelfde geld zat zij, Nadine, helemaal niet op zijn bezoekje te wachten. Daar moet ze het later even met Mariëlle over hebben.
Maar zelfs dat ernstige voornemen verbleekt bij het gevoel van gelukzaligheid dat bezit van haar heeft genomen. Hij is geïnteresseerd! Hij is voor haar van Amsterdam naar Leiden gekomen…
Zodra Sigrid de auto voor Nadines huis geparkeerd heeft, pakken ze snel hun spullen en stappen uit.
‘Ik ben héél benieuwd,’ zegt Sigrid. ‘Ik heb je in geen tijden zo enthousiast gezien over een man, dus ik verwacht heel wat.’
‘Misschien is hij weggegaan,’ zegt Nadine, optimistisch als altijd.
Maar Eelco zit nog steeds in de achtertuin en kijkt wat om zich heen. Mariëlle heeft een bakje borrelnootjes op tafel gezet en laat net in de keuken ijsblokjes in hun glazen vallen.
‘Ik had verwacht dat hij zou bellen, niet dat hij onaangekondigd langs zou komen,’ zegt Nadine tegen Mariëlle als ze de keuken in loopt.
‘Gezellig toch? We hebben leuk zitten praten. Ga nou maar naar hem toe, hij zit al zo lang op je te wachten! Hoi Sigrid, wil je ook wat drinken?’
‘Lekker,’ zegt Sigrid. ‘Met een paar van die ijsblokjes, graag.’ Nieuwsgierig rekt ze haar hals om een glimp van Eelco op te vangen.
Een beetje zenuwachtig loopt Nadine langs haar dochter de keuken uit, het terras op.
‘Wat een verrassing!’ zegt ze.
Eelco kijkt over zijn schouder en staat op als hij haar ziet.
‘Ik was in de buurt,’ zegt hij. ‘Ik had je gebeld, maar je nam niet op en opeens reed ik door de wijk waar je woonde, en het volgende moment stond ik voor je deur. Toen heb ik maar aangebeld.’
Hij lacht verontschuldigend, voorbereid op een frons of een terechtwijzing, maar Nadine glimlacht terug.
‘Ik zie dat Mariëlle goed voor je gezorgd heeft.’ Ze draait zich om naar haar dochter en haar vriendin, die eveneens het terras oplopen en een stoel uitkiezen. ‘Eelco, dit is Sigrid. Sigrid, dit is Eelco.’
‘Je wordt wel in één keer voor de leeuwen geworpen,’ lacht Sigrid. ‘Ik heb Nadines ouders ook maar even gebeld. Ze kunnen hier ieder ogenblik zijn.’
Nadine duwt haar op haar stoel. ‘Mijn ouders zitten op dit moment in de auto, ergens in Bulgarije. Eelco, neem alsjeblieft niets serieus van wat zij vertelt.’
Eelco grijnst en maakt het zich gemakkelijk in zijn stoel. Het gesprek dat zich ontspint is geanimeerd en ontspannen. Nadine en Mariëlle zitten naast elkaar en op een gegeven moment zegt Eelco: ‘Jullie lijken op elkaar, zeg. Als zussen!’
Mariëlle trekt een gezicht en Nadine weet precies wat er door haar heen gaat. Voor een moeder is het een leuk compliment om met haar dochter vergeleken te worden, terwijl de dochter, met haar sterke behoefte aan een eigen identiteit, niet zit te wachten op dat soort vergelijkingen.
‘Zoveel lijken we ook weer niet op elkaar,’ begint ze, maar Sigrid doet er nog een schepje bovenop door te zeggen dat Mariëlle een jongere uitgave van Nadine is.
‘Ik was vroeger een laatbloeier, hoor,’ zegt Nadine met een knipoogje naar haar dochter. ‘Zoveel smaak en zo’n eigen stijl als Mariëlle heeft, had ik toen nog niet.’
‘We leven in heel andere tijden,’ zegt Eelco. ‘Wat wisten wij vroeger nou helemaal? Tegenwoordig word je vierentwintig uur per dag op de hoogte gehouden van wat er gebeurt in de wereld, hoe je je moet kleden, hoe je moet denken. Vroeger mocht je stemmen als je achttien was, nu wordt er in de helft van de tv-programma’s om je stem gevraagd, kun je je mening geven op internet, contact leggen met leeftijdgenoten aan de andere kant van de wereld… Jongeren van nu worden veel sneller volwassen. Soms zie ik van die meiden lopen die je zo achttien schat, terwijl ze net dertien zijn.’
‘Dat is waar,’ zegt Sigrid. ‘En op de een of andere manier lijken ze allemaal op elkaar. Veel make-up, een piercing in de navel, hoge hakken, uitdagend kijken… Meisjes krijgen een heel raar beeld van hoe ze zich moeten kleden en gedragen.’
‘Hallo! Daar doen ze niet allemaal aan mee,’ onderbreekt Mariëlle haar.
‘Jij niet, maar veel andere meisjes wel. Ik ben blij dat ik geen dochters heb. Het lijkt me een hell of a job om ze veilig naar de volwassenheid te loodsen,’ zegt Sigrid.
‘Volgens mij dachten onze ouders er precies zo over. Daar hadden we het net in de auto nog over.’
Sigrid wendt zich tot Eelco en kijkt hem vragend aan. ‘Nadine vertelde me dat je uitgever bent. Dan krijg je natuurlijk stápels manuscripten op je bureau. Lees je al die boeken ook echt?’
‘Ik lees ze, maar niet helemaal. En ook niet allemaal. Eigenlijk is dat de taak van de redacteuren. Zij brengen de eerste schifting aan en als het ze wat lijkt, ga ik me ermee bemoeien. Vaak heb je aan één pagina genoeg om je een oordeel te vormen. Voor de zekerheid lees je dan nog even door, maar als het na vijf bladzijden niet beter wordt, gaat het manuscript op de stapel “retour’’.’
‘Dus al die briefjes met afwijzingsteksten als “uw verhaal past niet in ons fonds” betekenen gewoon “u kunt niet schrijven, val ons niet lastig,”’ zegt Nadine.
‘Niet allemaal. Soms is een verhaal wel degelijk goed geschreven, maar wijkt het inderdaad van het fonds van een uitgeverij af. Maar je hebt gelijk, het wordt negen van de tien keer gebruikt om een schrijver af te wijzen zonder hem al te zeer te kwetsen. Wat niet voor jou geldt, maar dat heb ik je al uitgelegd.’ Eelco legt zijn hand op Nadines blote, bruine arm.
Zowel Mariëlle als Sigrid volgt de beweging van de hand en even voelt Nadine zich ongemakkelijk. Dan ontspant ze zich en legt ze haar hand op die van Eelco. Een klein intiem gebaar, maar met grote zeggingskracht.
Of het daaraan ligt dat Mariëlle opeens opstapt weet Nadine niet – waarschijnlijk heeft ze gewoon genoeg van hun gezelschap en moet ze nodig haar sociale contacten op msn onderhouden – maar Sigrid neemt wel degelijk om die reden afscheid.
‘Ik laat jullie nu maar alleen,’ zegt ze met een veelbetekenende blik als Nadine haar uitlaat. ‘Leuke man, Nadine. Goede keus!’ Ze kust haar vriendin op de wang.
Achter het stuur steekt ze goedkeurend haar duim op en dan rijdt ze weg. Als ze de straat uit is, loopt Nadine het huis in, terug naar Eelco.
Hij maakt net een wandelingetje door haar tuin, langs de paarse en lavendelkeurige borders.
‘Je houdt van tuinieren,’ zegt hij als Nadine aan komt lopen.
‘Ja,’ bevestigt ze. ‘Het ontspant me. Ik heb er niet veel verstand van, maar ik vind het leuk om kleurencombinaties te bedenken en de hele boel weer te verplaatsen als het niet werkt.’
‘Daar gaat het om,’ zegt Eelco, ‘dat je doet wat je leuk vindt.’
Nadine knikt. ‘Over doen wat je leuk vindt gesproken, heb je mijn manuscript nog naar Aurora gestuurd?’
‘Dat had ik toch beloofd? Ik heb Cynthia gesproken en ze vond het veelbelovend klinken. Misschien zou ik dat niet moeten zeggen, anders is het zo’n teleurstelling als het niets wordt, maar zij zegt zoiets niet zomaar.’
‘Aan teleurstellingen ben ik inmiddels wel gewend.’
‘Is het zo erg? Toch niet met alles?’ Eelco pakt haar hand en trekt haar naar zich toe. ‘Want dan ga ik extra mijn best doen om daar verandering in te brengen.’
Door die ene blik van Eelco voelt ze zich opeens zestien, en ze weet dat ze nu precies zo lacht als Mariëlle. En wat het effect van die glimlach is.
Eelco buigt zich naar haar toe. Hij kust haar en een gloeiende warmte jaagt als een koortsaanval door haar heen.
Op het moment dat Eelco’s handen onder haar topje verdwijnen, neemt ze met moeite afstand.
‘Mariëlle is thuis,’ zegt ze, met een blik op haar slaapkamerraam. De jaloezieën zijn dicht, maar ze weet zeker dat ze door een kiertje bespied worden.
Eelco knikt begrijpend. Ze staan tegenover elkaar, een beetje onhandig, te zeer in beslag genomen door de hevigheid van hun gevoelens om terug te kunnen keren naar een gemoedelijk gesprek. Net als Nadine wil vragen of hij iets wil drinken, trekt Eelco haar tegen zich aan.
‘Ga met me mee. We gaan eten in een goed restaurant aan zee, en dan maken we een lange wandeling naar een héél verlaten stukje strand,’ fluistert hij in haar oor.
Het is een verleidelijk voorstel, maar Nadine schudt haar hoofd. ‘Dat gaat echt niet. Ik heb Mariëlle al zo vaak alleen laten zitten, ik wil vanavond thuis zijn. Gisteravond hebben we ook al niet samen gegeten.’
Eelco moet duidelijk zijn teleurstelling wegslikken, maar hij knikt. ‘Misschien moeten we ook niet te hard van stapel lopen. Maar ik ben gek op je, Nadine. Vanaf het moment dat ik je heb ontmoet, denk ik voortdurend aan je. Ik wil bij je zijn, je beter leren kennen.’
Hij kust haar en Nadine beantwoordt die kus.
‘Dat wil ik ook,’ zegt ze zacht. ‘Maar deze keer wil ik het goed doen. Rustig aan, de tijd nemen.’
Eelco knikt. ‘We doen het op jouw manier. Die klinkt trouwens heel verstandig. De tijd waarin het alleen om scoren ging heb ik intussen ook wel achter me liggen. Ik ben zevenendertig, ik wil iets serieus, iets wat werkt. Dan ga ik nu maar. Jij gaat wat tijd aan je dochter besteden en ik bel je vanavond. Misschien kunnen we morgen wat leuks gaan doen? Met z’n drietjes is ook prima,’ zegt Eelco. En dan plotseling, alsof hij iets bedenkt: ‘Weet je wat, ik neem jullie allebei mee uit eten en dan maken we er een gezellige avond van.’
Lachend schudt Nadine haar hoofd. ‘Ik denk dat Mariëlle heel andere plannen heeft dan met ons in een restaurant zitten.’
‘Heeft ze een vriendje?’
‘Dat zou best eens kunnen. Ze vertelt me niet zoveel,’ zegt Nadine gelaten.
‘Pubers…’ Eelco schudt zijn hoofd.
‘Heb jij kinderen?’ De vraag komt ineens bij Nadine op.
Tijdens hun etentje hebben ze het voornamelijk over haar en haar boek gehad, aan meer persoonlijke informatie zijn ze niet toegekomen.
‘Twee jongens. Ze wonen bij mijn ex,’ zegt Eelco.
‘O,’ zegt Nadine verbouwereerd. ‘Dus je bent gescheiden.’
‘Al vier jaar. Je denkt toch niet dat ik hier anders met jou zou staan?’
‘Nee… Hoewel, van sommige mannen weet je dat nooit. Ik was er eigenlijk zomaar van uitgegaan dat je niet getrouwd was. Waarom hebben we het daar niet over gehad?’
Eelco kust het puntje van haar neus. ‘Omdat dat niet nodig was,’ zegt hij. ‘Telepathische krachten hebben ons verbonden. Dan wéét je dat het goed zit. Toen ik je ontmoette in De Bonte Koe kon ik me niet voorstellen dat je nog vrij was. Je was zo mooi, zo spontaan en ongedwongen. Die kan rijen mannen krijgen, dacht ik. Hoe is het mogelijk dat je al zo lang alleen bent?’
Het compliment brengt een glimlach op Nadines gezicht, maar die verdwijnt door Eelco’s laatste vraag.
‘Belangstelling genoeg, maar nooit voor lang. Het begint iedere keer veelbelovend, maar toch hoor ik vervolgens niets meer van zo’n leuke vent die een week eerder nog beweerde dat hij zo verliefd op me was.’ Met iets stoers in haar houding, alsof het haar eigenlijk niet zoveel uitmaakt, haalt Nadine haar schouders op. ‘Ik weet ook niet wat het is hoor, misschien ligt het wel aan mij. In ieder geval ben ik er een stuk voorzichtiger door geworden.’
Eelco strijkt een lok haar uit haar gezicht. ‘Ik ben serieus. En ik ben absoluut niet van plan om je te laten zitten, Nadine.’