'Ik denk eigenlijk van niet,' zeg ik, met een poging luchtig te klinken.'Ik weet zeker datje veel slanker was dan ik! En... klei-ner.'
'Maar we zijn even lang!' zegt mam verbaasd. 'Ach, pas hem eens aan, Becky!'
Vijf minuten later staar ik naar mijzelf in de spiegel in mijn moeders slaapkamer. Ik zie eruit als een in veel stroken en volants verpakt worstenbroodje. Het kanten lijfje is strak, met aangerimpelde mouwen en ruches aan de hals. Hij zit strak tot helemaal op mijn heupen, waar nog veel meer ruches zitten, en waaiert vandaar uit in een sleep met laagjes.
Ik heb nog nooit van mijn leven iets aangehad dat minder flatteus was.
'Och, Becky!' Als ik opkijk is mam tot mijn afgrijzen in tranen. 'Wat ben ik toch een rare!' zegt ze, lachend over haar ogen vegend. 'Het komt alleen... mijn kleine meid, in de jurk die ik aanhad...'
'Ach, mam toch...' Ik omhels haar in een opwelling. 'Het is... echt een prachtige jurk...'
Maar hoe moet ik er nu bijzeggen dat ik hem niet wil dragen?
'En hij past je zo perfect,' slikt mam, en ze wriemelt wat, op zoek naar een zakdoek. 'Maar jij moet beslissen.' Ze snuit haar neus. 'Als jij vindt dat hij je niet past... moet je het gewoon zeg-gen. Ik vind het niet erg.'
'Ik... nou...'
O,god.
'Ik zal... erover nadenken,' kan ik eindelijk uitbrengen, en kijk mam met een flauwe glimlach aan.
We stoppen de trouwjurk weer in de hoes en maken wat sandwi-ches voor de lunch. We kijken naar een oude aflevering van Changing Rooms op de nieuwe kabeltelevisie die pap en mam hebben laten installeren. En daarna ga ik, hoewel het nog een beetje vroeg is, naar boven om me voor te bereiden op de ont-moeting met Elinor. De moeder van Luke is zo'n vrouw uit Manhattan die er altijd tiptop en uitermate onberispelijk uitziet, en vooral vandaag wil ik haar evenaren wat betreft uiterlijke verzorging.
Ik trek het mantelpak van DKNY aan, dat ik met Kerstmis voor mezelf heb gekocht, een gloednieuwe panty en mijn schoe-nen van Prada, een proefmodel dat in de uitverkoop was. Dan bekijk ik zorgvuldig mijn verschijning, zoek alles af op vlekjes en kreukeltjes. Ik wil ditmaal niet betrapt worden. Er zal geen loshangend draadje zijn, of ergens een kreukje, waar haar rönt- genkraalogen op kunnen inzoomen.
Ik heb net bijna besloten dat ik er oké uitzie, als mam gejaagd mijn kamer binnenkomt. Ze ziet er chic uit in een paars kostuum van Windsmoor en haar gezicht gloeit verwachtingsvol.
'Hoe zie ik eruit?' zegt ze met een lachje. 'Netjes genoeg voor Claridges?'
'Je ziet er heel mooi uit, mam! Die kleur staat je echt heel goed. Laat me alleen even...'
Ik pak een tissue, maak hem vochtig onder de kraan en veeg een beetje over haar wangen, waar ze Janices opvatting van het opbrengen van blusher heeft nagebootst.
'Zo. Perfect!'
'Dank je, schat!' Mam tuurt naar zichzelf in de spiegel van de garderobekast. 'Nou, dat wordt gezellig. Eindelijk de moeder van Luke leren kennen.'
'Mmm,' zeg ik zonder veel overtuiging.
'Ik ga er vanuit dat we best goede vriendinnen kunnen wor-den! Zeker als we bij elkaar komen om de trouwerij voor te bereiden... Je weet wel, Margot van de overkant is zo bevriend geraakt met de moeder van haar schoonzoon, dat ze samen op vakantie gaan. Zij zegt dat ze geen dochter kwijt is, maar er een vriendin bij heeft!'
Mam klinkt echt opgetogen. O, god. Hoe bereid ik haar voor op de waarheid?
'En zoals Luke haar beschrijft lijkt Elinor me heel lief. Hij schijnt erg dol op haar te zijn!'
'Ja, dat is hij,' geef ik met tegenzin toe. 'Ontzettend dol.'
'Hij vertelde ons vanochtend over al dat geweldige liefdadig-heidswerk dat ze doet. Ze moet wel een gouden hart hebben!'
Terwijl ma doorkeuvelt, dwalen mijn gedachten af en herin-ner ik me een gesprek dat ik had met Lukes stiefmoeder, Anna- bel, toen zij en zijn vader bij ons op bezoek waren.
Ik ben echt zeer op Annabel gesteld. Ze is heel anders dan Elinor, veel zachter en rustiger, maar met een lieve glimlach, waardoor haar hele gezicht straalt. Zij en Lukes vader wonen in een slaperig gedeelte van Devon in de buurt van het strand, en ik verlang er echt naar wat meer bij hen te zijn. Maar Luke is op zijn achttiende het huis uitgegaan en gaat nauwelijks meer terug. Ik heb overigens het gevoel dat hij vindt dat zijn vader zijn leven een beetje heeft verknoeid door zich als advocaat in de provincie te vestigen, in plaats van de wereld te veroveren.
Toen ze naar New York kwamen, hadden Annabel en ik ein-delijk een middag voor onszelf. We wandelden door Central Park, pratend over allerlei verschillende dingen en niets leek onbespreekbaar. Dus haalde ik maar eens diep adem en vroeg haar wat ik altijd al had willen weten - hoe zij ertegen kan dat Luke zo verblind is door Elinor. Ik bedoel, Elinor mag dan zijn biologische moeder zijn, maar Annabel is degene die er zijn hele leven altijd voor hem is geweest. Zij was degene die voor hem zorgde als hij ziek was, die hem hielp met zijn huiswerk en iede-re avond zijn eten klaarmaakte. En nu is ze opzijgezet.
Eventjes kon ik de pijn op het gezicht van Annabel zien. Maar toen glimlachte ze een beetje en zei ze dat ze het volkomen begreep. Dat Luke al sinds hij een heel kleine jongen was ont-zettend graag zijn echte moeder wilde kennen, en dat hij nu de mogelijkheid had.om bij haar te zijn. En dat hij de kans moest krijgen om daarvan te genieten.
'Stel je voor dat jouw goede sprookjesfee langskwam,' zei ze. 'Dan zou je je toch ook blindstaren? Dan zou je toch ook een tijdlang alle andere mensen vergeten? Hij heeft tijd nodig met haar.'
'Zij is niet zijn goede sprookjesfee!' zei ik vinnig terug. 'Zij is de boze fee!'
'Becky, zij is zijn natuurlijke moeder,' zei Annabel met zacht verwijt. En toen stapte ze op een ander onderwerp over. Ze wil-de niet kwaadspreken over Elinor, of wat dan ook.
Annabel is een heilige.
'Wat is het toch jammer dat ze elkaar niet hebben gezien toen Luke opgroeide!' zegt mam. 'Wat een tragisch verhaal. Ze dempt haar stem, hoewel Luke het huis al uit is. 'Luke heeft me vanochtend nog verteld hoe dolgraag zijn moeder hem zou heb-ben meegenomen naar Amerika. Maar haar nieuwe Amerikaanse man vond het niet goed! Arme vrouw. Wat een verdriet zal ze hebben gehad. Haar kind achterlaten!'
'Tja, zou kunnen,' zeg ik met een lichtelijk opstandig gevoel. 'Behalve dan... dat ze niet weg had hóéven gaan, nietwaar? Als ze er zoveel verdriet van had, waarom heeft ze dan niet tegen die nieuwe man gezegd dat hij kon ophoepelen?'
Mam kijkt me verbaasd aan.
'Dat is wel erg cru, Becky.'
'Ach... dat zal wel.' Ik haal even mijn schouders op en pak mijn lipliner.
Ik wil de boel niet opfokken voor we zelfs maar begonnen zijn. Dus zeg ik niet wat ik er echt van vind, bijvoorbeeld dat Elinor nooit enige belangstelling voor Luke had getoond, tot zijn pr-bedrijf het zo geweldig begon te doen in New York. Luke heeft altijd zo ontzettend zijn best gedaan om indruk op haar te maken - dat is in feite de echte reden waarom hij het bedrijf naar New York heeft uitgebreid, hoewel hij dat niet zal toege-ven. Maar ze negeerde hem compleet, dat akelige mens, tot hij een paar werkelijk grote contracten binnenhaalde en in de kranten werd genoemd, toen kreeg ze plotseling in de gaten dat hij nuttig voor haar kon zijn. Vlak voor Kerstmis startte ze een eigen liefdadigheidsinstelling - de Elinor Sherman Foundation - en maakte Luke tot directeur. Toen lanceerde ze die met een enorm galaconcert - en wie denk je dat er vijfentwintig uur per dag mee bezig was om haar te helpen, waardoor hij zo uitgeput was dat de kerst een volslagen fiasco werd?
Maar daar kan ik tegen hem niets over zeggen. Toen ik het onderwerp één keer ter sprake bracht, ging Luke helemaal in de verdediging en zei hij dat ik altijd al een probleem met zijn moeder had gehad (wat in zekere zin klopt) en dat ze hopen van haar tijd opofferde om mensen in nood te helpen. Wat wilde ik nog meer? Bloed zien?
Waarop ik zo gauw geen antwoord kon vinden.
'Ze is waarschijnlijk een heel eenzame vrouw,' zit mam te peinzen. 'Arm mens, helemaal alleen in haar flatje. Heeft ze een kat om haar gezelschap te houden?'
'Mam...' Ik leg een hand op mijn hoofd. 'Elinor woont niet in een "flatje". Het is een duplex aan Park Avenue.'
'Een duplex? Wat is dat - een soort maisonette?' Mam trekt een medelijdend gezicht. 'O, maar dat is toch niet hetzelfde als een fijn huis, toch?'
O, ik geef het op. Dit heeft geen zin.