23

Ik wist dat ik het meteen moest laten doen, omdat ik er anders later de moed niet meer voor zou hebben. De hechtingen moesten eruit gehaald worden en het bloeden moest gestopt zijn voordat we naar huis konden gaan. In onze eigen tijd zouden die hechtingen moeilijk uit te leggen zijn. Meteen toen Lia de volgende ochtend wakker werd, zei ik: ‘Het moet nu meteen.’

Ze kwam overeind en keek me met opgetrokken wenkbrauwen aan. ‘Ik kan het niet, Gabi, echt niet. Ik heb je geopereerd toen je bijna dood ging.’ Ze schudde haar hoofd een keer. ‘Maar het is heel wat anders om je te opereren nu je… weer helemaal bij bent.’

Ik rolde met mijn ogen en ging weer liggen. ‘Nu dit feest aan de gang is, staat de keuken vol alcohol. Pak een kruik sterke drank. Ik beloof je dat ik zo veel zal drinken dat ik niets meer zal voelen. Pak het scherpste mes van Kokkin. Die moeten we dan in het vuur houden, omdat we de wond misschien zullen moeten cauteriseren.’

‘Cauteriseren?’

Ik gromde. ‘Dichtschroeien! Als de wond open gaat, is dat de snelste manier om hem weer te dichten.’

Ze trok wit weg en schudde haar hoofd.

‘Lia, als je naar huis wilt…’

‘Ja! Maar dit kan ik niet, Gabi,’ zei ze. ‘Echt niet.’ Het idee om de wond aan te raken en mij pijn te doen, riep herinneringen bij haar op waar ze nog niet klaar voor was.

Ik zuchtte geërgerd. ‘Haal Fortino. En Luca, als je hem kan vinden. Maar Marcello niet.’ Ik moest zo veel mogelijk bij die man uit de buurt blijven. Als ik bij hem in de buurt was, voelde ik me… verward.

Ze knikte snel, trok een jurk aan en draaide haar haar snel in een knot – had ik maar zulk lang stijl haar! – en was binnen een paar minuten vertrokken. Ik kwam overeind, maakte gebruik van de pot, waste mijn gezicht en handen en tilde daarna mijn jurk op, om de wond te bekijken.

Het litteken was nog steeds rood en opgezwollen en amper aan elkaar gegroeid, de draadjes zaten al helemaal vastgegroeid. Ik wist dat ik misschien zou flauwvallen van de pijn.

Ik werd misselijk, liet de jurk naar beneden zakken, ging weer naar het bed en trok met enige moeite een deken over me heen. Even later zag ik dat de deur openging en Lia terugkwam, maar ze was niet alleen. Ze keek verontschuldigend over haar schouder en trok een wenkbrauw op.

Marcello.

Hij liep naar binnen, maar bleef ver bij me uit de buurt. ‘Vrouwe, uw zus vertelde me verontrustend nieuws.’

‘O?’ vroeg ik neutraal, terwijl ik Lia boos aankeek.

‘Ze vertelde dat u van plan bent vandaag uw hechtingen eruit te halen. Zouden we niet nog een dag kunnen wachten? Ik heb de beste dokter van Siena laten roepen en hij zal u helpen.’

‘Nee. Ik ben ervan overtuigd dat ze er vandaag uit moeten. Als ik een dag langer wacht, zal het alleen maar meer pijn doen.’

Hij fronste. ‘Weet u het zeker?’ Hij aarzelde en haalde een hand door zijn haar. ‘Ik heb al heel wat van dergelijke wonden gezien. Mag ik uw hechtingen bekijken?’

Ik keek even naar Lia en daarna naar hem. ‘Goed,’ zei ik vermoeid. ‘Geef mijn zus even de tijd om me klaar te maken.’

Hij knikte en keerde me zijn rug toe. Ik duwde de dekens naar beneden en Lia trok mijn jurk op tot aan mijn borst, waardoor mijn zij te zien was. Daarna bedekte ze mijn heup en mijn benen weer met een deken en daarna kuchte ze even. Marcello draaide zich langzaam om. Zonder te aarzelen liep hij naar me toe en onderzocht de wond net zo afstandelijk als een arts bij de eerste hulp in een tv-serie.

‘Ziet u?’ vroeg ik.

‘U zou ze nog een dag of twee kunnen laten zitten,’ zei hij. ‘We kunnen wachten tot na het feest. De wond is nog niet dichtgegroeid…’

‘Ik wil ze eruit hebben, Marcello,’ zei ik zachtjes. Ik duldde geen tegenspraak. ‘Ik wil er niet nog een paar dagen tegenop zien…’ En als het nodig was, moest ik zo snel mogelijk naar de graftombe kunnen gaan. Mijn moeder zou gek worden als ze die enorme hechtingen zag. Het litteken zelf was al erg genoeg.

‘Laat me een boodschapper naar de arts sturen om te zeggen dat het haast heeft. Hij zou hier vanavond al kunnen zijn.’

‘Nee,’ zei ik. Ik pakte zijn hand. ‘Haal ze er zelf uit. Snel. U kunt het. U hebt een vaste hand.’

Zijn mond viel een beetje open, maar daarna perste hij zijn lippen stijf op elkaar. ‘Nee, ik kan het niet,’ fluisterde hij. Hij knielde naast me neer, negeerde Lia en streelde mijn voorhoofd. ‘Ik kan u geen pijn doen.’

‘Geef me dan maar een mes, dan doe ik het zelf.’

Hij zuchtte diep en keek me aan. ‘Nee, u zult moeten wachten op de arts.’

Er kwam een dienstmeisje binnenlopen en ze wierp een blik op mij en mijn ontblote zij, op Marcello die vlak bij me zat, en naar de tafel. Ze zette en een emmer stomend water neer, legde een mes en wat verband ernaast, maakte een kniebuiging voor Lia en ging er snel vandoor.

Ik keek naar het plafond en zuchtte. ‘Haal Fortino,’ zei ik tegen Lia. Ze draaide zich om en vertrok meteen. Ze was waarschijnlijk net zo blij dat ze de gespannen situatie kon ontvluchten als het dienstmeisje dat voor haar vertrokken was…

Marcello keek me doordringend aan. ‘Hij zal het niet doen.’

‘Wel na alles wat ik voor hem gedaan heb.’

‘Waarom bent u zo eigenwijs?’ riep hij uit. Hij kwam overeind en strekte zijn handpalmen gefrustreerd naar me uit. ‘Wat is er met u aan de hand? Waarom moet dit nu meteen? Het feest is in volle gang. En waar zult u zijn? In deze kamer, met vreselijk pijn!’

‘Geloof me,’ zei ik, terwijl ik de andere kant op keek. ‘Ik weet zeker dat het nu het juiste moment is.’ Ik zou het niet erg vinden om het feest vanavond mis te lopen. Zo heb ik in elk geval een goed excuus.

Hij liep heen en weer, opende zijn mond om wat te zeggen, maar bedacht zich, telkens weer.

Gelukkig kwam Fortino er snel aan. Hij zag mijn ontblote zij en keek snel naar het plafond. ‘Vrouwe?’

‘Heer Fortino,’ zei ik. Ik wachtte tot hij mij aan durfde te kijken. Hij deed zijn best niet naar de blote huid te kijken. ‘Ik wil graag dat u mijn hechtingen verwijdert.’

Hij fronste. ‘De arts…’

‘Komt pas morgenochtend aan. Ik wil dat ze nu verwijderd worden.’

Hij slikte zichtbaar en keek me weer aan. ‘Ik zal doen wat u me vraagt,’ zei hij. Hij liep naar de emmer en het mes en daarna naar het kleine vuur. Hij stak het mes in de kolen. ‘Fortino!’ riep Marcello.

Fortino schudde zijn hoofd. ‘Ze weet wat ze wil, Marcello. Houd haar hand vast.’

Marcello liep nog twee keer heen en weer en pakte toen een kleine flacon van de tafel. Hij trok de kurk eruit en gaf de flacon aan me. ‘Neem een grote slok,’ zei hij. Met zijn grote bruine ogen keek hij me smekend aan. Ik deed gehoorzaam wat hij zei en nam twee grote slokken. De vloeistof brandde in mijn keel en ik voelde het in mijn slokdarm naar beneden zakken. Hij pakte het flesje uit mijn hand en goot een flinke hoeveelheid van de drank over mijn wond. Het prikte en brandde en ik hapte naar adem. Daarna greep hij mijn hand vast, alsof we zouden gaan handje drukken. Hij zou het direct van me winnen; ik was bang en voelde me zo slap als een vaatdoek.

‘Snijd alle lusjes los,’ zei hij tegen zijn broer, ‘en trek daarna snel alle draden eruit. Dat is het ergste.’

Hij sprak alsof hij het zelf ook had meegemaakt. Ik keek diep in zijn ogen. Waar zaten zijn wonden? Waar was het bewijs van zijn eigen hechtingen, waar zaten de littekens die allang weer genezen waren? Op zijn rug? Op zijn heup? Op een vreemde manier stelde de gedachte aan genezen littekens me gerust. Als hij het kon, kon ik het ook.

Ik kromp ineen toen Fortino het eerste lusje lossneed. Er waren er achttien in totaal. Ik keek diep in Marcello’s ogen en vond daar kracht. Ik bedacht dat ik nog maar een minuut met hem zou hebben en nu wilde ik elk ogenblik nog met hem doorbrengen, hoeveel pijn het ook deed. Hij keek me aan en het leek alsof hij de hechtingen ook telde in zijn hoofd. Toen Fortino pauzeerde, wist ik wat er zou gaan komen.

‘Snel,’ hijgde ik. Mijn hart ging razendsnel tekeer. ‘Fortino, niet stoppen, wat er ook gebeurt. Trek ze er gewoon uit.’ Ik draaide me om en keek even naar hem. ‘Begrepen?’

Hij knikte en hield zijn blik op de hechtingen gericht. Het waren nu vreemde witte puntjes die uit mijn zij omhoog staken als zielige, schamele witte grassprietjes.

Ik keerde mijn blik af en zag dat Luca binnenkwam. Lia duwde haar vuist tegen haar mond en staarde naar me. Luca strekte zijn armen naar haar uit. Ze aarzelde even, maar draaide zich toen toch naar hem toe. Hij drukte haar hoofd tegen zijn borstkas. Het was duidelijk dat ze niet wilde zien wat er zou gebeuren. Hij keek gespannen naar mij.

‘Houd me vast,’ zei Marcello om mijn aandacht te krijgen.

‘Nu,’ zei ik tegen Fortino, terwijl ik Marcello bleef aankijken.

Tijdens het verwijderen van de eerste twee hechtingen lukte het me om stil te blijven. Hij deed het zo snel dat mijn hersenen bijna niet konden registreren wat het was dat me zo veel pijn deed, hoewel ik wist wat er zou komen. Maar daarna drong het wel goed door en bij het verwijderen van de derde en vierde hechting begon ik te jammeren. Bij het verwijderen van de vijfde hechting was ik aan het huilen.

En bij het verwijderen van de zesde hechting schreeuwde ik het uit. Ik beet op mijn deken om het geluid te dempen. Het lukte me niet langer om in Marcello’s ogen te kijken en de sterke heldin te blijven. Ongeveer bij het verwijderen van de dertiende hechting viel ik flauw. Ik gaf me over aan de zwarte diepte die me verwelkomde.

Toen ik wakker werd rook ik de geur van geschroeid vlees. Het duurde even voordat de nieuwe pijn in mijn zij tot me doordrong. Ik realiseerde me dat ze mijn huid inderdaad hadden dichtgeschroeid op een paar plaatsen waar de wond weer open was gesprongen. Gelukkig was ik toen al niet meer bij kennis, dacht ik. De pijn was nu ook al erg genoeg.

Ik deed mijn ogen open en was bang dat hij al weg zou zijn, maar hij zat nog steeds naast me. Hij hield mijn hand nu liefdevol vast, niet meer zo stevig als een soldaat die op het punt staat zijn kameraad te verliezen.

‘Bedankt,’ mompelde ik. Luca, Lia en Fortino stonden achter hem. Ze keken me allemaal gespannen aan en haalden opgelucht adem toen ze me hoorden spreken.

‘Neem hier nog maar een slokje van,’ zei hij. Hij bracht een beker naar mijn lippen, zodat ik nog wat van de heldere vloeistof kon drinken. Ik voelde het naar beneden zakken, maar het brandde nu niet meer zo. Hij gaf me nog een slok. Ik voelde de mist van de alcohol opkomen en dat gaf me wat verlichting. De pijn was niet minder, maar ik maakte me er minder druk om.

‘Het hele kasteel is in rep en roer,’ zei hij zachtjes. Met een doek veegde hij de zweetdruppeltjes van mijn voorhoofd.

‘Hoorden ze me schreeuwen?’

Hij gaf me een klein knikje. ‘Ik moet gaan,’ zei hij bedrukt.

‘Ze zal willen weten wat er is gebeurd,’ zei ik. ‘Vertel haar dat ik mijn hechtingen wilde verwijderen. Zodat ik naar Pistoia kan gaan.’

‘Naar Pistoia?’ vroeg hij fronsend.

‘Zij weet wel wat ik bedoel,’ zei ik.

‘U mag niet naar Pistoia. Het is diep in Florentijns gebied en…’

‘En we gaan er ook niet echt naartoe. Maar zeg dat wel tegen Romana, goed? Wilt u dat voor me doen? Vertrouwt u me?’

Hij aarzelde. ‘Maar u gaat nu toch nog niet weg, Gabriella? U moet hier nog zeker een paar dagen blijven. U moet rusten en uw huid de kans geven te genezen. U moet verzorgd worden.’

Langzaam opende ik mijn ogen. ‘Ik weet het. Ga, Marcello, samen met Fortino. Ga naar uw gasten en laat Lia voor mij zorgen.’

‘Weet u het zeker?’ vroeg hij. Hij streek met zijn duim langs mijn wenkbrauwen.

‘Ja, heel zeker.’