5

 

De Saint trapte het gaspedaal nagenoeg door de vloer. Er moest zonder talmen worden ingegrepen. Elke verloren seconde kon betekenen dat hij voor een onoplosbaar probleem kwam te staan. Bovendien had hij inmiddels al heel wat tijd verspild in een discussie met zijn oude vriend luitenant Ventu-ra van de verkeerspolitie die er uiteindelijk in had toegestemd hem een korte-goM-richtingzoeker te lenen.

Spieren had met Mrs. Gilder afgesproken in de buurt van het station van de Greyhound Bussen. Zij wachtte in een café op de hoek van Sixth Street en SanPedro Street. Slechts met moeite slaagde zij er in haar zenuwen de baas te blijven, trok nerveus haar handschoenen uit en aan, beet zich op de lippen. Steeds duidelijker zag zij in welk een dwaasheid zij begaan had, verweet zich reeds dat zij zo haastig op de afspraak ingegaan was.

Spieren stond op enige afstand geduldig te wachten. Hij was niet alleen. Tim vergezelde hem. Beiden hadden Mrs. Gilder het café binnen zien gaan, en zij twijfelden er niet aan of zij was vrijwel aan het eind van haar krachten.

’’t Was de hoogste tijd,’ verzuchtte Spieren. ‘Wel, des te beter voor ons, want zodoende bereiken we des te gemakkelijker ons doel.’

Zij lieten niettemin nog een kwartier verstrijken, met geen andere bedoeling dan hun slachtoffer nog verder van de wijs te brengen. Eindelijk ging Spieren er op af, maar niet vooraleer hij Tim geadviseerd had:

‘Blijf waar je bent. Kijk goed uit. Je krijgt een knap stukje werk te zien. Je kunt er nog iets van leren! ...’

Met zijn verwaande manier van lopen stevende Spieren op zijn doel af. Tim keek hem na, zijn hoed diep over zijn voorhoofd, met de rug tegen de muur geleund. En plotseling schrok

hij. Een rijzig gebouwd man, met een krachtig mannelijk gezicht en energiek in zijn optreden, naderde de Lincoln van Mrs. Gilder. Hij liep om de wagen heen en voerde een slinkse beweging uit.

De gluiperige toeschouwer hikte van de schrik, zich meteen afvragend of de onbekende misschien een bom had geplaatst in de wagen van Mrs. Gilder. Maar met welk motief? Hoe dan ook, Spieren moest meteen gewaarschuwd worden. Tim kwam bij de muur vandaan. Te laat! ...

Spieren kwam vrijwel op datzelfde moment uit de bar te voorschijn, in gezelschap van Grace, die zich amper tegen zijn dominerende wil verzette. En hij drong aan op haast.

‘Gauw! ... Gauw! ... Ik zal ’t je straks wel.uitleggen. Kom!’ Hij voerde haar snel naar de Lincoln, startte zelf de wagen. Grace reed meteen af.

‘Er is haast bij... Geen seconde te verliezen! ...’

Over Los Angeles viel inmiddels het duister van de avond. Lichten floepten aan. Tim haastte zich naar zijn eigen wagen, die een eindweegs verder geparkeerd stond. Een strop! Een agent slingerde hem op de bon, wegens parkeren op een voor parkeren verboden plaats.

Hij zag niettemin dat de ‘bommenwerper’ in diens eigen wagen stapte, vergezeld van een vrouw. De wagen schoot weg, in dezelfde richting als die van Spieren. Wanhopig vroeg Tim zich af hoe kameraad Spieren nog tijdig te kunnen waarschuwen. Maar tevergeefs.

‘Oef!’ verzuchtte de Saint, terwijl hij de wagen behendig door het ontzaglijk drukke verkeer heen loodste.

Laurie keek hem ongerust aan, en haar ongerustheid klonk door in haar stem.

‘Ik zag ze toen de wagen van mama San Pedro Street inreed. Maar ze zijn al een heel eind uit de buurt. We zullen ons moeten haasten, Simon. Ze zijn al nergens meer te bekennen.’ “Rustig maar, Laurie,’ zei hij kalmerend. ‘Heb je gezien wat ik zo net gedaan heb?’

‘Ja,’ zei zij, zonder te weten wat hij feitelijk gedaan had.

‘Maar ik begreep niet..

‘Dan had je beter op moeten letten, want dan zou je gezien hebben dat ik iets in de Lincoln gezet heb.’

‘Wat?’

‘Een apparaat. De tegenhanger van dit apparaat hier.’

Hij wees naar een vierkant apparaat, tussen hen in op de zitbank. De bovenkant vertoonde twee wijzerplaten met heen en weer bewegende naalden.

Laurie keek hem verwonderd aan. Wat had je aan dat ding, nu haar moeder blijkbaar in gevaar verkeerde?

‘Op ditzelfde moment zendt het tweeling-apparaat in de wagen van je moeder op een bepaalde golflengte voortdurend een signaal uit... en mijn ontvanger vertelt mij automatisch op welk punt dat signaal uitgezonden wordt. We hoeven niets anders te doen dan ons te houden aan de door deze naalden gege-ven inlichtingen. Maak je niet ongerust, Laurie.’

Zij onderdrukte een zucht.

‘Simon, je hebt mij uitdrukkelijk verzekerd dat mama geen enkel gevaar loopt met die Spieren. Tenminste,’ voegde zij er aan toe, ‘geen levensgevaar.’ Zij haalde de schouders op. ‘En wat de duiten van papa betreft, dat kan me minder, schelen.’

‘Terwijl ik,’ antwoordde de Saint lachend, ‘beide in veiligheid wil brengen. Laat mij maar rustig m’n gang gaan. Ik heb zo de indruk dat dit geval ons nog de nodige verrassingen op zal leveren.’

In de Lincoln legde Spieren inmiddels de komedie er nog dikker op.

'Vlugger, Grace. Maak je niet druk over de politie.’

‘Maar...’ begon zij.

‘Daar... Neem de snelweg.’

Zij gehoorzaamde. Zij voelde zich overweldigd en gedreven door een sterkere wil dan de hare. De wagen schoot voort over een van de brede autowegen die Los Angeles doorkruisen, met luchtbruggen en tunnels.

‘Neem Hollywood Freeway,’ commandeerde Spieren. ‘Haast je!’

Grace bood geen weerstand. De wagen reed inmiddels op de-vierde baan links, de baan voor maximum snelheden. De wagen bereikte de 130. Zij passeerden Universal City, links van hen. Spieren drong aan op nog grotere snelheid.

‘Links!’ zei hij onverwachts. ‘Mulholland Drive.’

Zij gehoorzaamde, scheurde de wagen door de bocht. Zij waren nog steeds in Los Angeles, maar zij hadden zich ver van de stad kunnen wanen, zelfs in een nagenoeg verlaten heuvelland. De weg begon steil te klimmen, langs de rand van een afgrond, draaide naar de top van een heuvel. Spieren slaakte een zucht als van opluchting.

‘Heh.... hehh! ..

‘Wat is er?’ vroeg Grace. ‘Krijg ik eindelijk te horen wat er aan de hand is?’

‘Ik geloof dat ik ze af heb weten te schudden.’

Tijdens de rit had hij zich herhaaldelijk omgedraaid, turend' over de weg achter hen. Hij veinsde een vage glimlach. ‘Minder vaart, Grace. Parkeer hier even, dan kunnen we zien of er iemand achter ons aan zit.’

‘Nogmaals... hoor ik eindelijk wat de bedoeling is? Wie of wat ontvluchten we feitelijk?’

Hij haalde driftig de schouders op.

‘Ik begrijp je volkomen. M’n verontschuldigingen, Grace,’ zei hij niettemin. ‘Maar jij moet, op jouw beurt, mijn nervositeit kunnen begrijpen. Een zekere bende zit mij op de hielen. Bandieten die gespecialiseerd zijn in kidnapping. En ze hebben ’t op mij voorzien.’

Met stroeve gebaren stak hij een sigaret op, die hij evenwel meteen weer naar buiten smeet. Grace werd hoe langer hoe ongeruster, bestormde hem met vragen. Hij begon eindelijk een verklaring te geven.

‘Feitelijk is ’t nogal eenvoudig,’ begon hij. ‘Om die concessie in handen te krijgen heb ik al m’n beschikbare kapitaal moeten investeren. En nu loop ik de kans dat die bende mij nog berooft van het weinige dat mij overblijft.’ Hij lachte, een goed geveinsd hoongelach. ‘Spieren in de rol van de Geplukte Kip!’

Hij stapte uit de wagen, maar niet eer hij Grace had aangeraden haar gemak te houden. Zelf stelde hij zich achter enig struikgewas op, inspecteerde de omgeving. Een moment lang bleef hij onbeweeglijk staan, keerde dan weer naar de wagen terug.

‘Alles veilig, dunkt mij. Ik geloof dat ze dit keer mijn spoor kwijtgeraakt zijn. Dank je, Grace!’

Mrs. Gilder knikte, min of meer vastberaden.

‘Spieren, ik wil nadere bizonderheden weten omtrent die concessie. Ben je er zeker van, dat..

Hij onderbrak haar met een verontschuldigend gebaar, deed alsof hij min of meer van streek was.

‘Helaas, Grace, ik zie nu wel in dat je gelijk had toen je me aanraadde voorzichtig te zijn. Ik heb me op een stom onnozele manier bij de neus laten nemen.’

‘Werkelijk, Spieren?’ vroeg zij, ongerust.

‘Maak je geen zorgen, Grace, de belangen van je man zijn veilig. Maar ik ben geruïneerd, zonder meer! ...’

Hij nam een houding van diepe verslagenheid aan, keek als een opgejaagd dier zenuwachtig igespannen om zich heen. Het was inmiddels volslagen duister geworden. Op deze smalle weg, in een kloof tussen twee heuvelwanden, kon men geen drie meter voor zich uit zien. De lichten van de wagen bleven gedoofd. Grace zuchtte.

‘En... en,’ begon zij met gesmoorde stem.

‘Jij denkt aan het geld dat je gestort hebt, arme schat. Maar maak je niet ongerust. Ik ben niet van plan jou te plukken. Ik heb mijn bank opdracht gegeven je cheque te annuleren.’

Zij keek hem in het duister aan. Het was eenvoudig fantastisch wat hij daar, zo kalm weg, zei; maar zij was veel te overstuur om het te doorzien. Zij zag niets anders dan de ‘eerlijkheid’ van die brave Spieren. Diep ontroerd drukte zij hem de hand. ‘Dank je... Nu begrijp ik ook waarom je mij vanavond met alle geweld wilde spreken. Gelukkig dat mijn man op reis is...’ ‘Ik wilde je onmiddellijk laten weten dat ik mij, om zo te zeggen, uit de wedloop terug heb getrokken. Ik ben het slachtoffer geworden van de grote olie-maatschappijen. Dat is wel zeker. Je lacht om mijn onnozelheid, wat?'

‘Nee, Spieren,’ protesteerde Grace.. ‘Ik lach er helemaal niet om. Ik zou werkelijk blij zijn geweest als je de manoeuvre tijdig doorzien had en zodoende je kapitaal had kunnen redden. Het is ongehoord...'

‘U bedoelt, Madam?'

Zij schrok hevig. In de omlijsting van het portier tekende een gestalte zich af. Een man sprak, ironisch en met een diep stemgeluid.

‘Wij zijn ook blij dat u uw geld hebt weten te redden!’

Aan de andere kant van de wagen verscheen een tweede gestalte. Spieren nam een verdedigende houding aan.

‘Geen dwaasheden, jongmens,’ waarschuwde een stem met een neusklank, ‘’t Speelgoed dat ik in de hand heb maakt wel niet veel lawaai, maar ’t is niettemin erg doeltreffend. Stap uit!’ ‘Maar...’ begon Grace, met gesmoorde stem.

‘Vooruit! Gehoorzaam, liefje, want ik word erg gauw zenuwachtig. Achterin de wagen, allebei! En probeer niet te vluchten.’

Spieren gehoorzaamde. Mrs. Gilder volgde zijn voorbeeld. Zij kon inmiddels de trekken van de beide mannen onderscheiden. De ene was een kleurling, de andere was een nogal grote dikzak met een overdadige haardos. Grace ging achterin de wagen zitten. Spieren zette zich naast haar.

‘Wees niet bang,’ fluisterde hij haar toe. ‘Ik...’

‘Muil dicht!’ beet één van de twee aanvallers, de kleurling, hem toe.

Hij was inmiddels voorin gaan zitten, half naar hem toegewend, en dreigde met zijn automatisch pistool. De andere was achter het stuur gaan zitten en reed meteen af. Maar inplaats van naar Mulholland Drive terug te rijden, zette hij koers in tegenovergestelde richting. En de omgeving werd eenzamer en eenzamer.

Spieren kwam woest overeind zitten en nam een vechtlustige houding aan. Weliswaar was de komedie nagenoeg uit, maar het was van het hoogste belang vooral geen twijfel omtrent de toekomst te laten bestaan in het gemoed van Mrs. Gilder.

‘Hou je koest!’ commandeerde de Aziaat.

‘Mag ik dan misschien vragen wat de bedoeling is?’ vroeg Spieren, gemaakt sarcastisch. ‘Wat heeft deze vertoning te betekenen?’

‘Je bent nogal sloom van begrip, broer. En dat’s erg beroerd voor zo’n knappe jongen als jij. Dit is doodgewoon een ontvoering, als je ’t weten wilt.’

‘Jullie... jullie... zijn van plan ons...’ stamelde Grace.

‘Wis en waarachtig, zuster. Maak je inmiddels maar vertrouwd met de gedachte dat je geschaakt bent, en verder hoop ik maar dat we geen harde maatregelen hoeven te treffen om je jegens ons welwillend te stemmen, ’t Is ons begonnen om een bescheiden losprijs. We zijn heus niet veeleisend.’

‘Losprijs?’ verontwaardigde zich Spieren, terwijl hij zich weer achterover liet zakken en niet dan met moeite zijn lachlust bedwong.

Wel, Bones en Slobbo speelden hun rol uitstekend. Hij zou hun vanavond niets te verwijten hebben.

‘Wij,’ zei één van de twee bandieten, ‘hebben de tijd aan ons. Geen haast, hoegenaamd! Verder hebben we hier in de buurt een plekje waar jullie rustig kunnen nadenken en beslissen wat ’t beste voor jullie is.’

De afstand bleek inderdaad niet groot. Toen de wagen stopte werden Grace en Spieren gedwongen uit te stappen, onder bedreiging met vuurwapens, en de richting-in te slaan van een bungalow die beschenen werd door het licht van de koplampen. Tevergeefs probeerde Mrs. Gilder zich te oriënteren. In het koude licht maakte de plek een nogal sinistere indruk. Op het grasveld voor de bungalow stond een bordje: ‘Te huur’.

'Laten we voortmaken,’ zei de dikke.

Zij bereikten de deur. De Aziaat — Bones, in feite — haalde iets uit zijn zak dat Grace voor een bos sleutels hield, doch dat in werkelijkheid een sleutelring met lopers was. Reeds bij de eerste poging ging de deur open.

'Kom! ..zei hij grinnikend.

Grace stapte huiverend over de drempel. Zij besefte dat zij tot geen verzet in staat was. Enerzijds was zij de gevangene van deze bandieten, anderzijds ten prooi aan een storm van gemengde gevoelens. Zij verweet zich haar onvoorzichtigheid, haar dolzinnig verlangen een 'knappe vrouw’ te worden, haar omgang met Spieren en de gunsten die zij hem bewezen had. En van dat alles was dit nu het resultaat.

Aan de voet van de heuvel reed de wagen van Simon Templar inmiddels rond en rond, in het doolhof van straatjes en stegen die de heuvels van Los Angeles doorsnijden. Behoedzaam zocht hij zijn weg. Laurie had de richtingzoeker op haar knieën geplaatst, volgde de bewegingen van de twee naalden. 'Rechts af, Simon,’ zei zij. ‘Rechts...'

‘Inderdaad, darling,’ merkte hij rustig op, ‘maar vergeet niet dat we in een auto zitten en niet in een helikopter. We kunnen bezwaarlijk dwars door de huizen heen rijden, wel?’

‘Je hebt veel te langzaam gereden,’ verweet zij hem, pruilend. ‘Ik heb je van ’t begin af aan gezegd dat je contact moest houden met de Lincoln.’

'Jaah,' antwoordde hij, ‘zodat kameraad Spieren ons meteen in de gaten zou hebben gehad. En dan? ..

Gedurende enkele ogenblikken bewaarde hij het stilzwijgen. De Saint reed des te langzamer omdat hij met gedoofde koplampen reed en navigeerde bij het licht van de stadslichten. Hij moest, hoe dan ook, een aanrijding vermijden en de richting verder maar gissen. Plotseling remde hij, hard, ‘Wat is er?’ vroeg Laurie.

‘Ga maar eens kijken ... vóór de wagen.’

Haastig stapte zij uit. De lichte ironie in zijn stem prikkelde haar. Hoe groot haar vertrouwen in de capaciteiten van de Saint ook mocht wezen, zij vond niettemin dat hij niet energiek genoeg ingreep. Zij liep langs de wagen heen, vlak er voor bleef zij met een ruk staan... aan de rand van een afgrond. Slechts een wrak houten hek sloot aan die kant het straatje af. In het donker kon zij onmogelijk de diepte van het ravijn gissen. Er was een verbazingwekkend instinct als dat van een Simon Templar voor nodig om nog net bijtijds te remmen. Zij keerde naar de wagen terug, nogal ootmoedig.

‘Neem me niet kwalijk, Saint...’

Hij gaf geen antwoord. Moest hij erkennen dat hij was begonnen te twijfelen, zich afvroeg of de richtingzoeker wel accuraat was?

Laurie scheen te raden wat er in hem omging.

‘Vertrouw je dit apparaat?’

‘’t Moet werken tot de batterij leeg is.’

‘Maar als... als Spieren dat apparaat in de Lincoln gevonden heéft?’

‘In dat geval zullen we op mijn goed gesternte moeten vertrouwen,’ begon hij.

Zij viel hem meteen in de rede.

‘Rechtuit, Saint. We zijn in de goede richting en de weg zigzagt niet langer.’

Geleidelijk aan verhoogde hij de snelheid van de wagen, liet dan het pedaal weer los. Zijn ogen trachtten de duisternis te doorboren. Plotseling slaakte Laurie een uitroep.

‘Stop! ... Ik begrijp niets meer van die richtingzoeker van je, Simon. Alweer een verandering van richting! Nog geen vijf minuten gèleden gaven de wijzers de top van de heuvel als richting aan, terwijl ze nu plotseling weer naar omlaag wijzen. Het lijkt wel of men de spot met ons drijft.’

Inplaats van te antwoorden zette de Saint de wagen stil en stapte uit. Het meisje sloeg hem gade, zonder zijn bedoeling te begrijpen. Hij had inmiddels zelfs de stadslichten gedoofd. Het landschap rondom hen lag in duisternis gehuld, de nacht scheen heel de omgeving uit te vlakken.

‘Wat doe je, Simon?’

‘We gaan te voet verder, Laurie.’

‘En wie weet wat Spieren mijn moeder inmiddels aandoet?’

Hij vatte haar bij de arm, schudde haar driftig heen en weer. Dit was wel allerminst het moment om de moed te laten zakken. Het hele geval begon hem min of meer te ergeren. Waarom had hij zich feitelijk in dit avontuur geworpen? Hij had Laurie in vertrouwen genomen, nadat de kunstenmakerij van die kermis-apollo zijn belangstelling gaande had gemaakt. En nu begon het er op te lijken dat het allemaal op niets anders uitdraaide dan een banaal liefdesavontuur tussen kameraad Spieren en Mrs. Gilder in een afgelegen huis. Maar hij kon nu onmogelijk meer terug.

‘Kom mee,’ beval hij.

Laurie bleef plotseling staan.

‘Simon!... De Lincoln! ..

Ze waren er nagenoeg tegenaan gelopen. De richtingzoeker had hun dus geen parten gespeeld. Het bleek wel degelijk de auto van Mrs. Gilder. Echter niemand in de wagen, niemand in de omgeving. Alle lichten gedoofd. Laurie stond op het punt iets te zeggen. Simon legde zijn hand op haar mond.

‘Geen woord!’ fluisterde hij.

Hij vatte haar bij de pols en trok haar met zich mee. Zij wankelde, maar'hij hield haar ferm in zijn greep.

‘Pas op. Een trap: Daar ginder heb je ’t huis. Er brandt licht, maar de luiken zijn gesloten.’

Wat gebeurde er inmiddels in het huis waar Bones en Slobbo de beide gevangenen naar toe gebracht hadden? Feitelijk was het tafereel nogal zot. Spieren stond in het voornaamste vertrek van de woning, met Grace in zijn armen, en zij maakten precies de indruk van twee geliefden die door een jaloerse echtgenoot op heterdaad betrapt zijn. Grace keek benauwd om zich heen. Spieren speelde uitstekend de rol van de minnaar die de eer van zijn geliefde verdedigt.

Tegenover hen stond Bones, nog steeds gemaskerd, dreigend met zijn pistool. Slobbo, van zijn kant, stond op het punt een foto te nemen. Licht flitste.

‘Prachtig!’ zei Slobbo, luidkeels lachend. ‘Een mooie serie plaatjes. Nog eentje, jongelui!’

Spieren begon Grace uit zijn omarming los te laten. Bones hief meteen dreigend zijn pistool weer op.

‘Gehoorzaam... of ’t is zó met je afgelopen.’

‘Wel allemachtig!’ protesteerde Spieren. ‘Wat’s de bedoeling?’ ‘Heb je ’t nog niet door?’ vroeg Slobbo van achter zijn masker, ‘’t Is anders nogal eenvoudig. We geloven dat die >foto’s ons nog een extraatje zullen opbrengen.’

Spieren deed erg verontwaardigd, terwijl Slobbo zich met de aan het toestel verbonden automatische ontwikkelaar bezighield. ‘Laat die vertoning achterwege,’ zei hij driftig. 'Een ontvoering. Okee! Hoeveel losgeld vragen jullie?’

Terwijl Slobbo zich met het ontwikkelen van de foto’s bezighield, ging Bones er op zijn gemak bij zitten, maar nog steeds met het pistool in de hand.

‘Wel...’ begon hij, ‘we zijn zo ’t een ander aan de weet gekomen. We weten, bijvoorbeeld, dat jij geïnteresseerd bent in olie en dat je rekende op een concessie in Pakistan, maar dat je daar inmiddels van afgezien schijnt te hebben.’

Hij stond op en kwam een stap naar voren. Het wapen raakte nagenoeg de borst van- Spieren. Grace keek ontsteld toe. ‘Maar je hebt er een aardige afkoopsom aan verdiend, broer ... honderdduizend dollar!'

‘Je bent goed ingelicht,’ verzuchtte Spieren met kwijnende stem.

‘Oh, wij redden ons wel, weet je. Maar nou is ’t jouw beurt. Als je leven je iets waard is...'

Op dat moment bracht Slobbo de inmiddels ontwikkelde foto te voorschijn. Hij grinnikte.

‘Niet gek,’ zei hij opgewekt. ‘Hoeveel is mevrouw bereid er voor te betalen?’

Grace kwam half van haar stoel overeind, ondanks het dreigende pistool.

‘Wat... wat bedoelt u?’

‘U bent blijkbaar niet erg vlug van begrip. Wat zou Mr. Gilder wel zeggen als hij die foto’s onder ogen kreeg?’

‘Maar dat is vuile chantage!’ riep zij uit, haar ogen groot van ontzetting.

In de handen van de beide anderen zag zij de foto: - zij, in de armen van Spieren, in een tedere omhelzing. Ten koste van alles, hoe dan ook, moest zij verhinderen dat Harry die foto te zien kreeg, maar zij moest tevens proberen er niets voor te betalen.

‘Mijn man schopt jullie zonder meer de deur uit... en zonder een cent.’

‘Best,’ zei de schelle stem van Bones, ‘dan zullen we de foto laten publiceren. Er is wel een blad dat er een flinke prijs voor betaalt. Lollig wat! Ik zie ’t al, in een of andere schan-daal-rubriek!’

Spieren mengde zich in de discussie. Hij was eensklaps opgestaan, blijkbaar zonder zich om het pistool te bekommeren. ‘Laat mevrouw er buiten. Zij mag er in geen geval bij betrokken raken.’

‘Waarom niet?’'vroeg Slobbo.

‘Omdat ik bereid ben er zelf voor te betalen. Hier!.. .’ Hij wuifde met een genummerd kaartje. ‘Ga zo snel mogëlijk naar ’t Conquistador Hotel, naar de vestiaire, en vraag om de tas die ik daar in bewaring heb gegeven. Er... eh... zit twintig duizend dollar in.’

De beide anderen deden alsof zij elkander met de ogen om raad vroegen. De gewaande Aziaat haalde de schouders op, wendde zich tot zijn makker.

‘Okee, laten wij niet voor die edele ridder onderdoen. Ga met dat regu naar ’t hotel en kom terug met die tas. Op onze beurt nemen wij genoegen met twintigduizend.’

Slobbo knikte en ging haastig naar buiten. Grace scheen ten einde raad. Zij wilde niet dat die ongelukkige Spieren zich voor haar ruïneerde.

‘In geen geval..begon zij.

'Geen woord meer, Grace!’ verbood hij haar met grootse vrijgevigheid. ‘Je man mag in geen geval deze foto onder de ogen krijgen. Zodra deze bandieten hier de buit binnen hebben laten ze je gaan. Daarna zal ik de rekening wel vereffenen.’ Hij scheen het nuttig te achten er smalend aan toe te voegen: ‘En als ze niet gewapend waren... zou ik wel op een andere manier met hen afgerekend hebben. Maar..

Bones wuifde met zijn pistool.

‘Gezicht dicht, broer! M’n wijsvinger jeukt.'

‘Schoft!’ zei Spieren.

Opnieuw sloeg hij z|jn arm om de schouders van Mrs. Gilder. Zij verzette zich even, doch hij liet haar niet los; en zij begreep zijn bedoeling toen hij op fluisterende toon tegen haar sprak. .

‘Laat mij maar begaan. Praat er niet meer over. Ik betaal wat ze eisen. Naderhand schikken we het wel samen, jij en ik. Geduld en vertrouwen. Je betaalt me wel terug wanneer ’t je schikt.'

Zij gaf geen antwoord, voelde zich volkomen ontmoedigd. En de gedachte aan Laurie, en aan de mogelijke ongerustheid van het jonge meisje, begon haar te kwellen. Zij wendde zich tot Bones.

‘Laat mij even opbellen om mijn familie gerust te stellen.'

Het gele masker keek haar aan.

‘Geen sprake van! We kennen dat soort truukjes. Ons er in laten stinken, he? Zodra mijn kameraad terug komt met de centen kun je gaan.’    ’ ‘En gesteld dat men mij zoekt?' ‘Je nummer?’

Zij gaf hem haar telefoonnummer. Hij belde en kreeg vrijwel meteen antwoord.

‘Ik bel u even op namens Mrs. Gilder. Ze zit met motorpech, op de weg naar Santa Anna. Ze heeft mij gevraagd u te zeggen dat ze dus later thuiskomt.’

Hij belde af, maar sloeg meteen een ander nummer aan.

‘Alles okee,’ zei hij ditmaal. ‘We zijn bezig de nodige provisie in te slaan. Zodra die binnen is wisselen we het een tegen het ander uit... Nee, geen factuur.’

Hij legde de hoorn neer en leunde achterover in zijn stoel. Zijn ogen schitterden achter de amandelvormige spleten in zijn masker, terwijl hij van de een naar de ander keek.

‘Een ogenblikje geduld,’ zei hij. ‘M’n kameraad komt zo terug.’