Ayinde

Tijdens haar opleiding had de nadruk gelegen op de klassiekers: Shakespeare, heel veel Milton en Donne en de bijbel als literatuur. Ayinde had het hele scala aan dode blanke mannen bestudeerd, dikke boeken vol symboliek en aanwijzingen. Nu ze erop terugkeek, had ze zelf een aanwijzing verwacht: donder, bliksem, een kikkerregen, een sprinkhanenplaag. Of tenminste een overstroming in de kelder. Maar er was niets. De dag waarop haar wereld instortte, was een dag als alle andere. Beter dan de meeste, zelfs.

Julian en zij hadden samen, zij aan zij, in het enorme Richardloze bed geslapen. Om zes uur 's ochtends was de baby wakker geworden. Ayinde had de gordijnen opengedaan en zat in kleermakerszit tegen het met textiel overdekte hoofdeinde naar het geluid van de blender te luisteren, waarin de kokkin Richards eiwitshake maakte; naar het zachte geritsel van de kranten toen Clara die op de eetkamertafel legde; het geluid van de bus van de bloemist die de oprit opreed.

Er werd zacht op de deur geklopt. 'Goedemorgen,' riep Ayinde. Clara kwam zachtjes binnen, knikte naar Ayinde en Julian, zette een dienblad met thee, toast, honing en de ochtendkrant op het tafeltje aan het voeteneinde van het bed en liep zachtjes weer naar buiten. Ayinde sloot haar ogen. Ze wist zeker dat het personeel zich dingen over haar afvroeg. Ze wist dat de spelersvrouwen zich dingen afvroegen. Tijdens de officiële teambijeenkomst - een barbecue in juli bij het zomerhuis van de coach aan de kust van Jersey - hadden de vrouwen Julian overladen met cadeautjes: een handgemaakte trui met het nummer van zijn vader erop, mini-Nikes en -Timberlands, piepkleine kleertjes van spijkerstof en leer en een nylon Sixers-trainingspakje in maat 50’56.

Toen waren de vragen begonnen. Of eigenlijk één vraag: heb je al een nanny? Alle andere vrouwen hadden fulltime hulp; inwonende hulp, in de meeste gevallen. En geen van hen werkte. Ze brachten hun dagen winkelend, lunchend, trainend, echtgenote-zijnde door, waren altijd beschikbaar om met hun man mee op reis te gaan, hem te steunen, en om seks met hem te hebben, nam Ayinde aan. Ze konden zich niet voorstellen dat Ayinde geen nanny wilde. Ayinde had zich stil gehouden toen ze een saillant stukje uit Succes met baby's voor zichzelf citeerde. Als je werk alleen dient om je een gevoel van richting te geven, een gevoel dat je in de wereld iets betekent, wil ik dat je naar dat kleine schatje gaat (tenzij hij net een dutje doet, natuurlijk!) en dat je Ukkie vasthoudt. Elke richting, ieder doel, alles wat je ooit kunt hopen of wensen, heb je in je armen. Je hebt al een baan. Jouw functie heet: moeder. En er is geen baan ter wereld die belangrijker is dan die.'

De oude, pre-Priscilla Ayinde zou haar retoriek als reactionaire, antifeministische onzin hebben verworpen en misschien had ze het boek wel tegen de muur gekwakt om haar ideeën erover kracht bij te zetten. Maar de post-baby Ayinde - Ayinde met Julian in haar armen, gekweld door herinneringen aan de halfslachtige ouders die zij had gehad, vastberaden haar baby perfect of in ieder geval bijna perfect op te voeden en, als ze eerlijk was zonder werkaanbiedingen in zicht - had het boek verslonden. Wat kon werk haar geven dat haar baby haar niet gaf? Aannemend dat ze überhaupt ergens zou worden aangenomen? 'Mijn functie heet moeder,' fluisterde ze tegen zichzelf. Ze zei het alleen tegen zichzelf. Ze had het een keer per ongeluk hardop tegen haar vriendinnen gezegd en Becky had er zo hard om gelachen dat ze bijna in haar latte was gestikt.

Er werd weer op de deur geklopt en Richard kwam binnen. Hij rook naar aftershave en zeep. Een loszittende nylon korte broek hing om zijn heupen tot aan zijn knieën; in zijn T-shirt zonder mouwen kwamen zijn gespierde armen goed uit. Hij ziet er goed uit, dacht Ayinde, maar het was een afstandelijke vorm van waardering, hetzelfde soort dat ze aan een beeld in een museum zou geven. 'Hé schat,' zei hij en kuste haar voorhoofd. 'Hé, kleine man,' zei hij en streelde Julians hoofd met zijn vingertoppen. Ze namen zijn schema door: hij zou de hele dag in Temple zijn om een workshop voor een juniorenteam te leiden en dan zou hij na het avondeten met zijn zakelijk manager en zijn publicist de details van een nieuwe deal over een creditcard doornemen. Hij legde zijn hand onder Ayindes kin en kuste haar zacht. Toen liep hij naar de keuken, waar zijn shake en zijn kranten op hem wachtten en vertrok toen, nam ze aan, door de voordeur, waar zijn auto met chauffeur stond te wachten om hem naar Temple te rijden, waar een paar dozijn tieners vol ontzag op hem zou staan wachten, helemaal opgewonden dat ze dezelfde lucht zouden inademen als haar man.

Het was een prachtige herfstochtend, de hemel was fris en blauw en de bladeren van de esdoorn begonnen net te verkleuren. Ayinde duwde Julians wandelwagen over de lange oprit. Ze vroeg zich af of er kinderen aan de deur zouden komen om snoep; of de kinderen uit de buurt dapper genoeg waren om de oprit op te fietsen of dat Richard eenvoudigweg de bewaker in zijn Hummer voor de brievenbus zou zetten met een zak snoep om uit te delen.

Om tien uur legde ze de baby neer voor zijn door Priscilla Prewitt opgedragen dutje en het lukte haar te douchen, haar tanden te poetsen en zich aan te kleden. Om twee uur reed ze naar de stad om met Kelly te lunchen. Ze aten gegrilde kip met raketsla bij Fresh Fields terwijl hun baby's in hun wandelwagen lagen en elkaar negeerden. 'Hoe gaat het op je werk?' vroeg ze.

'Prima!' zei Kelly en streek haar steile blonde haar glad. 'We zoeken nog steeds een nanny. Ik heb deze week heel wat gestoorde types gezien. Dus nu is Steve thuis om voor Oliver te zorgen terwijl ik werk en dat is prima!' Oliver begon onrustig te worden. Kelly tilde hem op, rook aan zijn billen, trok een vies gezicht en reikte naar haar luiertas. 'O god, o nee. Heb jij een extra luier? En doekjes? God, dat doet Steve nou altijd. Hij gebruikt alles tot het op is en dan vervangt hij niets. Wat stom dat ik het huis uit ben gegaan zonder die tas te controleren!'

Ayinde kon niet voorkomen dat ze zich een heel klein beetje zelfgenoegzaam voelde toen ze Kelly haar pakje biologische, gerecyclede katoenen doekjes en een van haar katoenen luiers gaf ('Die zijn het beste voor het milieu en voor Ukkies billetjes,' zei Priscilla Prewitt) en na de lunch ook, toen ze Julians autostoeltje op de bank klikte en zijn wandelwagen behendig in de achterbak vouwde. 'Mijn functie heet moeder,' fluisterde ze terwijl ze beiden naar huis reden. En ze was er goed in ook, dacht ze, zelfs als het saai en vervelend was, zelfs als de dagen maar niet voorbij leken te gaan, zelfs als ze zichzelf er steeds op betrapte dat ze op haar horloge keek, de uren telde, de minuten zelfs, tot Julians volgende dutje of bedtijd, wanneer ze even haar handen vrij zou hebben. Haar functie heette moeder en ze deed het prima.

Toen ze thuiskwam, stonden er zes auto's op de oprit, haastig geparkeerd, alsof hun eigenaren zo dicht mogelijk naar de voordeur waren gereden voor ze naar binnen waren gerend. Ayinde parkeerde achter de achterste auto en voelde de eerste onrust in haar ruggengraat kriebelen. Vier vreemde auto's en twee die ze herkende: de zwarte stadsauto, glanzend en anoniem, die Richard reed naar waar hij heen gereden wilde worden en de Audi met het nummerbord coach, in dezelfde opvallende zilverkleur als het haar van de eigenaar. Geen ambulance, bedacht ze zich en dacht aan Lia. Ze trok haar handtas over haar schouder, tilde Julian in zijn autostoeltje uit de auto en liep naar binnen. De kokkin was een aanrecht dat er brandschoon uitzag, langzaam aan het schoonmaken en de zakelijk manager die bij de deur stond, knikte hallo zonder Ayinde aan te kijken.

Richard zat in de eetkamer, in elkaar gezakt aan het hoofd van de tafel waar achttien mensen aan konden zitten. Zijn mahoniehout getinte huid had een askleurige ondertoon en zijn lippen zagen blauw rond de randjes. 'Richard?' Ze zette Julian op de tafel. 'Wat is er?'

Hij sloeg zijn ogen op om haar aan te kijken en hij keek zo getergd dat ze een paar stappen achteruit deed, met een hak achter de franje van een antiek Perzisch tapijt bleef steken en bijna viel. 'Wat is er gebeurd?'

'Ik moet je iets vertellen,' zei Richard. Zijn ogen waren bloeddoorlopen. Hij is ziek, dacht Ayinde verwilderd. Hij is ziek, hij moet naar een dokter, hij moet naar het ziekenhuis, hij moet hier helemaal niet zijn... Ze keek om zich heen. De eetkamer vulde zich met vreemdelingen. Er stond een man in een broek met een gekreukt Oxford-shirt met een grote FedEx-envelop in zijn hand; achter hem stond een vrouw in een donkerblauw pak met een knotje. Geen stethoscoop of witte jas te zien.

'Wat is er aan de hand?'

'Als we nou eens allemaal gaan zitten,' zei de coach. De toon van zijn stem, de vriendelijkheid, deed Ayinde denken aan haar eigen vader - niet in zijn echte leven, natuurlijk, maar in de rol die hij op Broadway had gespeeld in De maan om middernacht - en aan de speech die hij had afgestoken toen hij zijn toneeldochter vertelde dat haar moeder was overleden. Hij had een Tony voor die rol gewonnen, bedacht ze zich vaag. 

Julian was in zijn autostoeltje in slaap gevallen. Ze nam hem toch in haar armen en legde zijn slapende hoofdje tegen haar schouder. Richard trok zichzelf langzaam uit zijn stoel omhoog en liep naar haar toe, bewegend alsof hij ineens tien jaar ouder was of een pees had gescheurd, de grootste angst van iedere basketballer. 'Er is iets gebeurd in Phoenix,' zei hij. Zijn stem klonk zo laag dat Ayinde er bijna niet tegen kon.

Phoenix. Phoenix. Daar ging Richard regelmatig naartoe; daar was het hoofdkwartier van het frisdrankbedrijf waar hij reclame voor maakte. Hij was er drie weken geleden voor het laatst geweest. 'Wat is er dan gebeurd?' Ze staarde Richard aan en probeerde het te bedenken. Had hij daar tijdens het trainen of in een ondermaatse fitnessruimte in een hotel een blessure opgelopen?

'Er was een meisje,' mompelde hij. Ayinde voelde haar hele lichaam koud worden. Parfum, fluisterde haar geest. Ze greep Julian zo stevig vast dat hij in zijn slaap naar adem snakte. Parfum, zei haar geest nogmaals. En toen kwamen er zes woorden, gesproken met een stem die zonder twijfel van Lolo was: 'Dat heb ik je toch gezegd?'

Ze stak haar kin omhoog, vastberaden niet in te storten voor die menigte vreemdelingen. 'Wat is er gebeurd?'

'Ze...' Richards stem ebde weg. Hij schraapte zijn keel. 'Ze is zwanger.'

Nee, dacht Ayinde. Niet haar Richard. Dat niet. 'En jij bent de vader?'

'Dat moet de rechtbank bepalen,' zei de vrouw in het blauwe pak.

'Wie ben jij?' vroeg Ayinde onderkoeld.

'Dat is Christina Crossley,' zei de coach. Ze is de crisiscommunicatiemanager.' Hij trok zijn hoofd tussen zijn schouders. 'We hebben haar ingehuurd voor... zo lang als het duurt. Tot het is opgelost.'

Christina Crossley Crisis! zong het in Ayindes hoofd.

'Die vrouw heeft beschuldigingen geuit,' zei Christina Crossley. 'Richard vliegt morgen naar Phoenix om een dna-monster te geven. Daarna...' ze trok haar schouders op, 'zien we wel.' Christina Crossley perste haar lippen op elkaar. 'Het probleem is dat ze er al mee naar de pers is gegaan. De roddelbladen. National examiner wil er woensdag mee openen, wat betekent dat de serieuze pers het als eerlijk spel zal beschouwen.'

Eerlijk spel. Ayinde probeerde te bedenken wat dat betekende, ieder woord apart te overwegen, maar dan sloeg het nog nergens op. Het was geen spel en het was al helemaal niet eerlijk. Niet voor haar. Niet voor Julian.

'We hebben een persconferentie gepland’ vervolgde Christina Crossley. 'Die is morgenmiddag om vijf uur, zodat we in ieder geval in het avondnieuws zitten.' Ze glimlachte professioneel medelevend naar Ayinde. 'We kunnen vanmiddag gebruiken om aan je verklaring te werken.'

Ayinde staarde de vrouw aan voor ze bedacht dat er maar één ding was dat ze kon zeggen.

'Eruit’ zei ze.

Christina Crossley keek naar de coach en toen naar Ayinde. Haar professionele glimlach was ineens graden in temperatuur gedaald. 'Mevrouw Towne, ik weet niet zeker of u de ernst van de situatie inziet. Richards inkomen - zijn toekomst - hangt af van hoe we dit verhaal in de pers brengen...'

'Eruit!'

Ze renden: de coach, Christina Crossley, de melkkleurige blanke wiens naam niet was gezegd, ze renden allemaal over de in de was gezette hardhouten vloeren en het handgeknoopte Perzische tapijt. De kristallen in de kroonluchter rammelden door hun voetstappen. Richard, Ayinde en Julian waren alleen in de kamer. Richard schraapte zijn keel. Ayinde staarde hem aan. Hij wiebelde met zijn voeten. Hij zei niets. Ze voelde zich bevroren, vastgenageld.

'Het spijt me,' flapte hij er uiteindelijk uit.

'Hoe kun je,' zei ze. Het was geen vraag maar een verklaring. Hoe kun je.

'Het spijt me,' zei hij nogmaals. 'Maar Ayinde, het betekende niets. Het was één nacht. Ik weet haar achternaam niet eens!'

'Dacht je dat ik dat geloof?' vroeg ze op eisende toon. 'In de nacht dat onze zoon werd geboren, kwam je naar me toe met de parfum van een andere vrouw op je...'

'Wat?' Hij staarde haar verbijsterd aan. 'Schatje, waar heb je het over?'

'Hoeveel?' schreeuwde ze tegen hem. 'Hoeveel vrouwen, Richard? Hoe lang bedrieg je me al?'

'Ik weet niet over welke parfum je het hebt. Het is maar één keer gebeurd, Ayinde, dat zweer ik.'

'Nu moet ik me zeker beter voelen, hè, omdat je me maar één keer hebt bedrogen’ gierde ze. 'Hoe kun je zo stom zijn! Hoe kun je het...'

Haar stem bleef in haar keel steken. 'Hoe kun je het zonder condoom hebben gedaan?'

'Ze zei dat ze aan de pil was.'

'O Richard’ kreunde Ayinde. In al die jaren dat ze hem kende, had ze haar man van alles gevonden: slim, vriendelijk, een beetje ijdel. Ze had nog nooit gedacht dat hij stom was. Tot nu.

'Het was een vergissing’ zei hij en keek haar met zijn gekwelde ogen aan. 'Dat zweer ik.'

'Je hebt al een keer gezworen’ zei Ayinde. Ze voelde zich alsof ze haar lichaam had verlaten en het hele tafereel van een enorme afstand bekeek. 'Je hebt gezworen van me te houden. En van niemand anders, toch? En me te eren? Of herinner ik het me verkeerd?'

Hij staarde haar aan. 'Nou, jij hebt hetzelfde beloofd en toen heb je me uit mijn eigen bed getrapt.'

Ze was zo verbijsterd dat ze nauwelijks kon ademen. 'Dus dit is mijn schuld?'

Hij keek naar de tafel en zei niets.

'Richard, ik heb net een kind gekregen...'

'Je hebt een kind’ zei hij, 'maar je hebt ook een man. Ik had je nodig en je hebt me afgewezen.'

'Dus het is mijn schuld’ herhaalde ze en bedacht zich dat dit ook een waarheid in Richards leven was: het was altijd de schuld van een ander. Hij weet verlies van een wedstrijd aan een van zijn teamgenoten, een verdediger die een middenspeler van de tegenpartij niet goed blokte, een aanvaller die zijn vrije worp miste. Hij weet zijn persoonlijke tekortkomingen aan zijn opvoeding: een tienermoeder, een liefhebbende oma, allebei zonder middelbare schoolopleiding, beiden met hun handen vrij, klaar om prins Richard alles te geven wat hun inkomen maar toestond. En dan de nba, te veel, te snel, auto's, huizen en geld, allemaal ingepakt in de ingebouwde garantie dat er iemand is die ervoor opdraait en dat er een Christina Crossley is die de bende gladstrijkt en opruimt als je uiteindelijk toch iets doet wat erg genoeg is om de aandacht van de hele wereld te trekken.

'Het spijt me,' zei hij. 'Als ik het ongedaan kon maken...' Zijn stem brak.

'Je moet je laten testen op soa's. En op aids’ zei ze. Hij staarde haar even dommig aan en schudde toen zijn hoofd. Ayinde dacht weer aan haar moeder. Lolo had een hekel aan Richard gehad vanaf het moment dat ze zijn naam voor het eerst had gehoord. 'Sportin' Life', had ze hem genoemd, naar de drugdealer uit Porgy and Bess. 'Hoe is het met Sportin' Life?' had ze gevraagd als ze belde. Je trouwt niet met zo'n man, had Lolo haar dochter geïnstrueerd, alsof Ayinde haar om advies had gevraagd. Nee, dat doe je niet! Je hebt lol met hem, meisje. Je zorgt dat je foto in de kranten staat. En dan zoek je een man om mee te trouwen.

'Ik hou van hem,' zei Ayinde tegen haar moeder. Lolo haalde haar schouders op en ging verder met het aanbrengen van haar valse wimpers, de wimpers die ze iedere dag droeg, zelfs als ze alleen maar naar de lobby ging waar, behalve de verveelde portier, geen enkel publiek toekeek hoe ze haar post ophaalde.

'Het is je eigen begrafenis,' had ze gezegd.

Ayinde kneep haar oogleden half samen en staarde naar Richard. De hele wereld zal ons uitlachen, dacht ze en die gedachte schopte haar terug in haar lichaam, in deze kamer, in het hier en nu van wat haar man had gedaan. Mij uitlachen. Julian uitlachen. Ze stak haar kin nog verder omhoog. 'Eruit,' zei ze.

'Ze zullen met je willen praten,' zei Richard. 'Over wat we nu gaan doen.'

'Eruit,' zei ze nogmaals met een stem die ze nauwelijks als haar eigen herkende. Hij stond op met neerhangende schouders, slofte de kamer uit en ze bleef alleen achter met Julian in haar armen. Ze duwde haar neus tegen zijn hals en ademde zijn warme melkachtige geur in, zijn zoete adem. Er stond een hoofdstuk over scheiding in het boek van Priscilla Prewitt. 'Huwelijk op de klippen? Concentreer je op je prijs. Onthoud wat er echt toe doet. Onthoud wie er op de eerste plaats staat. Studie na studie - net als gezond verstand - toont aan wat we in ons hart al weten. Baby's zijn gelukkiger als mammie en pappie samen onder één dak wonen.'

Ayinde kneep haar ogen dicht en wist dat er ondanks het feit dat ze hem had weggestuurd nog mensen in huis waren. Als ze goed luisterde, kon ze hen allemaal horen: de kokkin, de schoonmaaksters, de publicist, de zakelijk manager, de trainer, de masseuse, de tuinman, de tuinarchitect, de bezorgers, assistenten, stagiaires en de secretaresses die haar huis in- en uitliepen zoals Richard haar huwelijk was in- en uitgelopen. Ze vroeg zich af of iedereen wist wat er was gebeurd. Ze vroeg zich af of Richard vrouwen mee naar huis nam als ze bij haar ouders in New York was of een middagje op stap ging. Ze vroeg zich af of de huishoudster de lakens had rechtgetrokken en of de kokkin een ontbijt voor twee had gemaakt.

Ze liet zich op een tweezitsbankje vallen en greep naar haar mobieltje. En toen belde ze haar vriendinnen en zei hun dat ze naar het gastenverblijf moesten komen en vroeg of ze onder het rijden alsjeblieft niet naar de radio wilden luisteren.

Ayinde realiseerde zich dat Richard niet echt was vertrokken. Hij had zichzelf alleen in de logeerkamer opgesloten. Ze liep een keer of vijf langs de deur, terwijl ze haar armen slordig vol propte met haar kleren en die van Julian, die ze daarna de trap af droeg, langs de keuken waar de kokkin en Clara hun blik afwendden, langs de eetkamer waar de coach en de advocaten en Christina Crossley zaten, de deur uit en naar de slaapkamer van het gastenverblijf. Toen ging ze met haar baby in haar armen op de oprit staan en wachtte.

Kelly's auto reed als eerste de oprit op. 'Wat is er aan de hand?' vroeg ze door het open autoraam. Ze had bleke wangen. Haar haar hing er in natte slierten tegenaan en ze rook naar Ivory-zeep. 'Gaat het wel?'

'Ik wil wachten tot Becky er ook is,' zei Ayinde.

Kelly knikte en stapte uit de auto en Lia stapte uit aan de passagierskant. 'Ik hielp een handje met Oliver,' zei Lia. 'Ik hoop dat je het niet erg vindt... geef hem maar,' zei ze en strekte haar armen uit. Ayinde keek en zag dat ze Julian vasthield als een zak aardappels, met een arm lukraak om zijn middel. Hij had maar één sokje aan. En hij huilde. Hoe lang huilde hij al? vroeg ze zich af terwijl ze hem aan Lia gaf, die hem tegen haar schouder legde.

'Ssh, ssh,' fluisterde ze. Julian stak zijn duim in zijn mond en hij stopte met huilen terwijl Becky's kleine Honda de oprit op kwam rijden.

Ayinde leidde hen naar het gastenverblijf, dat op instructie van Richard was omgebouwd tot volledig uitgerust clubhuis, met zware lederen meubels, een breedbeeldtelevisie, een volledig uitgeruste bar achterin de woonkamer met Richards prijzen op speciaal gebouwde glazen plankjes erboven. Allesbehalve een bordje met verboden voor meisjes, dacht Ayinde. Ze had zo'n bordje moeten kopen. Dat had ze aan het kruis van haar man kunnen spijkeren.

Haar vriendinnen zaten in een rijtje op de bank met hun baby's en die van haar op schoot. Toen kon ze het niet meer uitstellen.

'Richard,' zei Ayinde. Haar stem beefde. 'Hij is op zakenreis naar Phoenix geweest. Hij heeft... Er was...' ze realiseerde zich dat ze geen idee had hoe ze het moest zeggen. 'Een vrouw in Phoenix zegt dat ze zijn kind krijgt.' Zo. Kort en direct.

Het drietal staarde haar aan. 'Dat geloof ik niet’ zei Kelly uiteindelijk. 'Dat zou Richard nooit doen.'

'Hoe weet jij dat?' snauwde Ayinde. Kelly keek weg. 'Hij heeft het echt gedaan,' zei Ayinde. 'Dat heeft hij me verteld. En ik vertrouwde hem.' Toen boog Ayinde voorover. Ze greep zichzelf vast, ademloos door de plotselinge pijn die door haar buik gierde. Het voelde alsof ze werd opengereten. Dit deed honderd keer meer pijn dan de bevalling.

Becky's armen lagen warm om haar heen. Ze hielp Ayinde overeind en leidde haar naar de bank. 'Is dit de eerste keer?'

Parfum, fluisterde Ayindes geest weer. 'Dat weet ik niet,' zei ze. O nee? hoorde ze Lolo vragen op haar hautaine, spottende toon. Weet je het niet, of wil je het niet weten? 'Maakt het wat uit?' Ze zag stukjes van de gospel volgens Priscilla Prewitt voor haar ogen dansen. 'Onthoud wat echt belangrijk is.... de belangrijkste baan in de wereld... mammie en pappie samen onder één dak.' 'Ik kan niet bij hem weg. Niet met een baby. Dat vertik ik.'

'Wat ga je dan doen?' vroeg Becky.

Ayinde kon wel raden wat er nu kwam. Toen ze als verslaggeefster had gewerkt, had ze minstens tien van dit soort schandalen besproken en er nog eens honderd gelezen. Ze zou als een showpaard worden opgetrommeld om haar man terzijde te staan. Ze zou worden gefotografeerd terwijl ze naar hem staarde met een idiote Nancy Reagan-blik van adoratie op haar gezicht. Ze zou zijn hand moeten vasthouden. De wereld zou haar uitlachen. Ze zou een rake slotzin zijn, een waarschuwende fabel, een slechte grap. En waarover? Een groupie, een cheerleader, zo vervangbaar als die papieren bekertjes met een sportdrank- je erin dat de spelers tijdens de wedstrijd dronken en weggooiden? Een of ander wicht dat met sterren neukte om er triomfantelijk tegen haar vriendinnen over op te kunnen scheppen, met een aandenken dat Richard haar had toegeworpen: een petje met handtekening, een t-shirt, een baby? Ze boog voorover, naar adem snakkend en de pijn gierde weer door haar lijf.

Becky's stem klonk zo vriendelijk als Ayinde altijd had gehoopt dat de stem van haar moeder zou klinken. 'Misschien moet je met Richard gaan praten.'

Julian begon 'eh, eh, eh,' te mekkeren, wat betekende dat hij bijna echt zou gaan huilen. 'Ssh, liefje,' fluisterde Lia, die hem tegen haar borst wiegde; de rand van haar honkbalpet wierp een schaduw over zijn gezicht.

Ayinde voelde hoe haar lichaam zonder dat ze er invloed op had, bewoog; ze voelde hoe haar handen aan haar haar voelden en hoe haar voeten begonnen te lopen.

De logeerkamerdeur was dicht maar niet op slot. De deurklink gleed onder Ayindes hand naar beneden. Richard lag in het donker in bed. Hij had zijn kleren, inclusief schoenen, nog aan en lag met zijn armen strak langs zijn lichaam. Dodenhouding, dacht ze. Bij yoga noemen we dat de dodenhouding. Ze opende haar mond, maar merkte dat ze niets tegen haar man te zeggen had; helemaal niets.