Dertien
Moskou/Sterrenstad
-
Tori droomde van Koi. Ze zag de ongereptheid van wit doordrenkt met rood, ingewanden glinsterend in het zonlicht, stoom afgevend als een Azteekse offerande. Ze mediteerde over de onverzettelijke wilskracht van de krijger en vroeg zich af hoe het kwam dat de Japanners, net als zoveel andere volken met een eeuwenoude beschaving, bepaald hadden dat bloed zelfs de meest gecorrumpeerde ziel weer zuiver maakte.
Russell maakte haar wakker. Had ze gedroomd over het bloed van Koi of over het bloed van Christus?
'We zijn net in Novosibirsk geland om bij te tanken,' zei Russell. 'We bevinden ons precies halverwege Moskou.'
Hoewel ze op een vliegveld voor de burgerluchtvaart stonden en een officieel vluchtplan hadden ingediend, had de militaire commandant van een nabij gelegen luchtmachtbasis zijn adjudant gestuurd. Deze was in het gezelschap van een man in burger met een mager, pokdalig gezicht; ongetwijfeld in dienst van de KGB. De twee mannen bestudeerden de vervalste diplomatieke documenten die waren geproduceerd door de afdeling Titulatuur en Identificatie van het filiaal van De Promenade in Tokio. Vrijwel alles was voorgedrukt; het personeel van de afdeling hoefde slechts de juiste namen, titulatuur en bestemming in te vullen. Onder toevoeging van een serie officiële machtigingen waren de documenten klaar voor gebruik. De twee mannen voerden een hele show op: ze maakten notities, overlegden met elkaar, hoorden Russell uit. Maar hun meeste interesse ging uit naar Tori's benen. Kennelijk vertrouwden ze het niet erg, want ze liepen vervolgens naar voren om de vluchtleiding uit te horen. Veertig minuten later verlieten ze het vliegtuig, maar niet zonder Russell dreigend aan te kijken en een laatste, broeierige blik op Tori's benen te werpen.
'Geile klootzakken,' zei Tori.
Russell beantwoordde hun chagrijnige gezichten met een glimlach en zei: 'Jij zou ook geil worden als je ergens in het achterland werd weggestopt met alleen maar een Kalashnikov om je warm te houden.'
Toen de Russen eindelijk vertrokken waren, maakte Russell het zich gemakkelijk. 'Er is één ding dat me nog steeds dwarszit over die hele toestand waar Bernard in verstrikt is geraakt. Ik ben er net als jij van overtuigd dat Bernard niks afwist van Hitasura's handel in supercocaïne, maar hoe komt hij in 's hemelsnaam aan de fondsen om die nucleaire wapens mee te financieren? De Japanners doen het heus niet voor niets. En ik kan je verzekeren dat hij geen gebruik maakt van het geld van De Promenade. Ik weet niet of hij het ooit heeft overwogen, maar zelfs Bernard is niet in staat dergelijke bedragen te verduisteren zonder dat ik er iets van merk.'
'Daar zeg je zowat.' Tori dacht over zijn woorden na. 'Het is iets wat ik volslagen over het hoofd heb gezien. Maar goed, zelfs als ik er wel aan had gedacht, hadden Koi en Hitasura ons op dat gebied toch niet verder kunnen helpen.'
Russell keek bedachzaam. 'Weet je, ik geloof niet dat ik ooit zal kunnen begrijpen wat er tussen jou en Koi gebeurd is. Hoe hebben jullie ooit een verbintenis met elkaar kunnen sluiten? Eerlijk gezegd vond ik het afschrikwekkend dat zij ook maar iets in zich had waar jij aansluiting bij vond.'
'Ach, Russ, Koi had ook een heel andere kant. Die heb jij nooit gezien.'
'Koi was een koelbloedige moordenares.'
'Dat ben ik ook.'
'Ze genoot ervan Deke te martelen.'
'Luister, Russ, Koi werd voortgedreven door demonen. Misschien waren het niet precies dezelfde demonen waar Bernard zich door opgejaagd voelt, maar veel scheelt het niet. Of denk je soms dat Bernard minder last heeft van spookbeelden dan zij dat had? Het enige verschil tussen hen is dat Bernard een manier heeft gevonden ze in zijn leven te incorporeren.'
'Maar begrijp je dan niet dat Koi hard op weg was een tweede Fukuda te worden?'
'En wat is er in de loop der tijd met Bernard Godwin gebeurd, Russ? Kun je me daar met enige zekerheid een antwoord op geven? Nee? Dan zal ik het je vertellen. Bernard is net zo goed een koelbloedige moordenaar.'
'Maar zijn motieven zijn volstrekt onzelfzuchtig...'
'Dat is een manier van denken die typerend is voor De Promenade,' zei Tori. 'Ik heb het niet over motieven; ik heb het over moraal. Koi had tenminste de moed onder ogen te zien wat er met haar was gebeurd...'
'Waarna ze zelfmoord pleegde.' Hij schudde zijn hoofd. 'Ik begrijp niets van mensen die de voorkeur geven aan de dood boven het leven.'
'Met voorkeur heeft het niets te maken.' Tori keek hem fel aan. 'De dood was een boetedoening voor haar zonden. Koi stierf op eerzame wij ze, als seppuku, en daarmee zuiverde ze haar ziel. Vergeleken met dat wat Bernard doet, lijkt het me zo gek nog niet.'
Russell stond op. 'Al dat gepraat over de dood bezorgt me de kriebels.'
Hij liep naar voren.
Tori keek uit het raampje van de cabine en staarde in het niets. 'Verdomme!' siste ze. 'Hoe kan hij zo begripvol zijn en tegelijkertijd zo stompzinnig.'
Ze schudde haar hoofd en ging achter hem aan. Ze wilde dat hij haar zou begrijpen, dat hij eindelijk eens een idee zou aanvaarden dat niet was gegrondvest op logica, wiskunde of een denken in tegenstellingen.
'Russell.'
Gedurende een ondraaglijk lang moment keken ze elkaar aan. Toen greep Russell haar bij haar blouse en trok haar stevig tegen zich aan. 'Nu kun je me niet meer tegenhouden,' zei hij schor.
'Dat wil ik helemaal niet,' zei ze en zijn lippen bedekten de hare. Tori opende haar mond en haar tong zocht de zijne. Haar rug boog naar achteren en ze duwde haar borsten tegen zijn lijf. Ze voelde zich duizelig en zwak, alsof ze alle kracht in haar bovenlichaam was kwijtgeraakt. Tegelij-kertijd voelden haar benen vreemd, zwaar aan, alsof ze bedolven waren onder het zand. Haar dijen stonden in vuur en vlam en ze snakte naar adem.
Russell trok haar blouse los en met ruwe bewegingen verkenden zijn handen haar borsten. Hij vond haar tepels en ze kreunde in zijn mond. Ze kon niet langer wachten en haar eigen handen gingen op zoek naar zijn riem en gulp. Buiten zichzelf van opwinding trok ze zijn broek naar beneden en genoot van het machtige gevoel hoe zijn geslacht in haar hand groeide. Ze bracht hem tot onder haar korte rokje, schoof met haar andere hand het onderbroekje opzij en ramde hem in zijn volle lengte naar binnen. Ze schreeuwden het allebei uit en Russell duwde haar verschillende keren hard tegen het tussenschot. Als ze kabaal maakten, konden ze zich daar geen van beiden druk om maken; het kon hun niets schelen dat ze het risico liepen betrapt te worden.
'Russ, Russ, o!'
Haar ogen waren gesloten; ze duwde haar gezicht tegen zijn ruwe wangen en voelde zoiets als elektrische schokken tot diep in haar onderbuik doordringen.
Toen klonk er een gekreun dat diep uit zijn keelholte leek te komen, of eigenlijk meer een brul, lang aangehouden en bezield van gepijnigd verlangen. Hij ging nu zo diep in haar dat ze op het moment van zijn orgasme het gevoel had niet meer te kunnen ademhalen. Tegelijkertijd begonnen haar eigen stuiptrekkingen; haar ogen sprongen wijdopen en ze hijgde luid. Toen, veel te snel, gleed hij uit haar.
'Nee,' kreunde ze. 'O, nee. Nog niet.'
Maar hij zakte op zijn knieën, zocht naar haar opening, groef zich in en zijn tong maakte trillende bewegingen om haar diep gevoelde kern, wat haar bijna aan het gillen bracht.
Ze draaide met haar heupen, hield met haar handen zijn hoofd vast en streelde liefdevol door zijn haar terwijl ze nogmaals begon te sidderen, en nogmaals.
'O god...'
Tori viel voorover en ze tuimelden samen op de vloer. Ze legde haar hoofd tegen zijn borst en genoot ervan zijn hart te horen dat klopte op een geheel ander ritme dan het hare. Het was alsof ze uit deze ene, enkelvoudige cadans kon opmaken wat hem bewoog: wat hij plezierig vond en wat niet, wat hem gelukkig maakte en wat hem verdriet bezorgde, wat hem troostte en wat hem angst aanjoeg. Ze wist dat het slechts een illusie was; mensen zaten veel te ingewikkeld in elkaar om op zo'n manier te kunnen worden ontleed. Maar het was een illusie die ze koesterde. Toen ze eindelijk weer in hun stoelen zaten, zei Tori op spottende toon:
'We zitten al bijna in Moskou, maar het enige waar we aan kunnen denken is seks.'
'Het is een overlevingsinstinct dat ons parten speelt,' zei Russell. 'We zijn er allebei van doordrongen dat ons problemen te wachten staan, maar toch gaan we ermee door. Een deel van ons doet al het mogelijke om ons eraan te herinneren dat we nog steeds in leven zijn.'
'Is dat de manier waarop je onze vrijpartij beschouwt? Als het volgen van een primitief instinct?'
'Ik geloof dat ik weer iets verkeerds heb gezegd.'
'Dat kun je wel zeggen!' zei Tori en draaide zich van hem weg.
'Wind je niet zo op,' zei Russell.
'Hoe wil je dan dat ik reageer? Eerst beleven we een vrijpartij waar je u tegen zegt en dan vertel je me zoiets! Betekende het nu echt niets meer voor je dan een soort van antropologische paringsdans?'
'Natuurlijk wel!' schreeuwde Russell. 'Heb je dan niet gehoord hoe ik mijn liefde aan je verklaarde? Ik heb daar nog geen enkele reactie op mogen ontvangen.'
In de stilte die volgde, keken ze elkaar lang aan.
'Soms zou ik willen dat ik niet van je hield,' fluisterde Russell. 'We verschillen als dag en nacht van elkaar. Je bent een raadsel voor me. Soms boezem je me angst in. De dingen waar jij toe in staat bent... ik vraag me af wat ik mezelf allemaal op de hals haal door op jou verliefd te worden.'
'Dat weten we nooit,' zei Tori zachtjes. 'Maar dat is nu juist een van de dingen die de liefde zo opwindend maakt. De onzekerheid. Er samen achter komen wat de toekomst voor ons inhoudt.'
'Tori,' zei Russell. 'Hou je van me?'
'O, Russ.' Ze kuste hem hartstochtelijk op de lippen. Toen ze zijn hoofd wegduwde, zei ze: Ik ben ook bang.'
'Waarvoor?'
'Dat ik mijn onafhankelijkheid verlies.'
Ik ben je vader niet.'
Ze keek hem verbaasd aan. 'Wat bedoel je daarmee?'
'Dat is er toch met je gebeurd? Je zocht steun bij je vader en omdat je die niet kreeg, werd je afhankelijk van Bernard Godwin.'
'Maar hoe kun je zoiets zeggen...'
'Omdat het de waarheid is.' Russell hield haar vast. 'Of denk je misschien dat Bernard jou bij toeval ontmoette? Hij hield je al maanden in de gaten. Hij begreep hoe jij psychologisch in elkaar zat en daarom was hij in staat jou te strikken en een loyale medewerkster van je te maken. Die manier van werken heeft hij tot zijn specialiteit gemaakt.'
Tori overdacht zijn woorden. Ze keek naar de waterdruppels die streepjes trokken over het raam; het was alsof deze horizontale regen haar een nieuwe, vreemde wereld voortoverde. 'Ik hou van je, Russ.'
Ze hielden elkaar een tijdje vast zonder iets te zeggen. Ten slotte begon hij weer te bewegen en zei: 'Zoals je weet, zouden we nu eigenlijk de piloot de opdracht moeten geven rechtsomkeert te maken. Liefde en veldwerk, dat is een dodelijke combinatie.'
'Het is te laat om ons hieraan te onttrekken.'
'Geloof je dat nu echt?'
'Je blijft plichtsgetrouw als altijd, Russ. Het werk gaat voor, onder alle omstandigheden.'
'Niet altijd,' zei hij en raakte haar aan. 'Die tijd is voorbij.'
De 727 vloog door naar Moskou.
Kapitein Nikolev bevond zich op het hoofdkwartier van departement N en was verdiept in het geestdodende administratieve werk verbonden met de zaak Bondasenko/Ponomareva, toen er een routinebericht binnenkwam. Het betrof de Amerikaanse diplomatieke missie uit Tokio, die enige tijd was opgehouden op Sheremetyevo vanwege de gebruikelijke bureaucratische rompslomp. Nikolev dacht aan de memo die Mars hem had laten zien en besloot zijn typemachine in de steek te laten. Mars had het niet met zoveel woorden gezegd, maar hij verkeerde duidelijk in de overtuiging dat deze 'diplomatieke afvaardiging' meer van doen had met Witte Ster dan met internationale diplomatie. Hij belde naar beneden naar de garage en vroeg om een auto met chauffeur, graaide naar zijn pet en liep de betonnen trap met twee treden tegelijk af, op weg naar de zwarte Zil die op hem stond te wachten. Het regende hard en het verkeer liep vast. Nikolev gaf zijn chauffeur de opdracht via de Chaikalaan de stad te verlaten, zodat ze het vliegveld Sheremetyevo zo snel mogelijk zouden bereiken. Het was belangrijk dat hij zou arriveren voor iemand van de Amerikaanse ambassade de 'diplomatieke afvaardiging' zou komen ophalen. Ondanks al het cynisme dat hij zich bij de KGB eigen had gemaakt, werd Nikolev volkomen overrompeld door de twee Amerikanen die, zo bleek, nog steeds verwikkeld waren in de uitzonderlijk inefficiënte Sovjetbureaucratie. Dat kwam niet eens zozeer door de grote, elegante Amerikaanse man met zijn koelbloedige ogen en scherpe tong; het ging hier duidelijk om een professional, zij het dat hij bepaald niet de indruk maakte van een diplomaat. Het kwam vooral door de schitterende, goedgebouwde blondine met haar adembenemende ogen. Nikolev moest zichzelf dwingen een andere kant op te kijken, want anders zou hij zich er voor altijd in verliezen. Haar tong was zo mogelijk nog scherper dan die van haar compagnon. Ze droeg een kort rokje en een bloesje zonder mouwen. Kapitein Nikolev bestudeerde de contouren van haar armspieren. En die benen van haar... nog nooit in zijn leven had hij iets dergelijks gezien. Wie was deze opmerkelijke vrouw?
De twee Amerikanen werden omgeven door een kluwen wantrouwige, verveelde dienstkloppers. Kapitein Nikolev schudde zijn verwondering van zich af en liep op hen toe met het zelfvertrouwen en het aplomb van iemand die werkt voor een onzichtbare organisatie en daarom geheel andere regels in acht neemt dan de gemiddelde burger. Hij sloeg een blik op de diplomatieke papieren. Hoewel hij er zonder meer van uitging dat ze vervalst waren, kon hij dat op geen enkele manier bewijzen. De papieren zagen er zeer authentiek uit en hij was ervan overtuigd dat het KGB-laboratorium tot dezelfde conclusie zou komen.
'Mijnheer Slade, juffrouw Nunn.' Kapitein Nikolev stelde zich voor in het Russisch en vroeg: 'Spreekt een van u Russisch?'
'Ik spreek het een beetje,' zei Tori, 'maar het is lang geleden dat ik het voor het laatst gebruikt heb.'
Kapitein Nikolev glimlachte en neeg zijn hoofd. 'Uw accent valt wel mee, juffrouw Nunn. Maar hoe is uw vocabulaire?'
'Daar zullen we snel genoeg achter komen.'
Jazeker, dacht Nikolev. Dat zullen we zeker. Hij sloeg de documenten dicht en gaf ze terug. 'Zo te zien is alles in orde,' zei hij.
'Echt?' Tori keek verrast. 'Waarom zitten we hier dan al een uur vast op het immigratiekantoor?'
Nikolev haalde zijn schouders op. 'Bureaucratieën zijn overal ter wereld dezelfde, denk ik.' Hij glimlachte. 'Misschien maakte iemand zich zorgen dat u boven het militaire vliegveld buiten Novosibirsk hebt gevlogen.'
Tori zei: 'We werden eromheen geleid, als u het weten wilt.'
'Natuurlijk. Ik heb begrepen dat de veiligheidsvoorschriften buiten Moskou niets te wensen overlaten. Maar toch...' Hij glimlachte nogmaals.
'Ik hoop dat u er geen bezwaar tegen hebt als ik een aantal van mijn mannen het vliegtuig laat doorzoeken.'
'Ik ben bang dat ik u daar geen toestemming voor kan geven,' zei Tori.
'Dit is een diplomatieke missie. We zijn hier gekomen met een toestel dat toebehoort aan de regering van de Verenigde Staten. U moet ons immuniteit verlenen en datzelfde geldt voor het vliegtuig.'
'Ik beloof u dat wij uw persoonlijke bezittingen ongemoeid zullen laten. U zult echter begrijpen dat een aantal van mijn superieuren zich bezorgd afvraagt of u misschien camera's met telelenzen aan boord heeft.'
Tori zei: 'Ik verzeker u dat wij niets van dat alles bij ons hebben.'
'Ik trek uw oprechte bedoelingen niet in twijfel juffrouw Nunn, maar de voorschriften...'
'U laat ons toestel met rust, kapitein, tenzij u uit bent op een diplomatiek incident. Onze regering heeft bijzonder uitgesproken opvattingen over dit soort schendingen van het internationale recht.'
Kapitein Nikolev aarzelde even en glimlachte toen. 'U heeft gelijk, natuurlij k,' zei hij.' Ik had het nooit mogen suggereren, natuurlij k. Ik begrij p niet wat mij bezielde.' Hij gebaarde naar de uitgang van het immigratiekantoor. 'Als u mij wilt volgen? Ik heb een auto klaarstaan om u mee te nemen naar de Tsjaikovskistraat. Om iets goed te maken voor al het ongerief.'
Tori zag zijn afwachtende blik en wist dat hij haar wilde testen. Nu al had ze het verontrustende gevoel dat deze kapitein Nikolev van de KGB-grensbewaking op geen enkele manier geloof hechtte aan hun diplomatieke status. Maar hoe kon dat?
Terwijl ze door de gang liepen, vroeg Russell in het Engels: 'Wat is hier in godsnaam aan de hand?'
Tori keek hem grijnzend aan. 'Deze charmante kapitein van de KGB is zo vriendelijk ons een ritje naar de stad aan te bieden.'
'Dat is alleraardigst van hem,' zei Russell, die welbewust haar manier van praten overnam en daarmee aangaf dat hij haar hint had begrepen: misschien verstaat er wel iemand Engels hier.
'Zo denk ik er ook over.'
De chauffeur van kapitein Nikolev hield het portier van de zwarte Zil open en ze stapten in. Nikolev had zijn chauffeur van tevoren verteld dat hij terug wilde via dezelfde Chaikalaan, hetgeen bepaald niet de kortste route was naar de Amerikaanse ambassade in de Tsjaikovskistraat. 'Het leek me een aardig idee u iets van de omgeving te laten zien voordat ik u afzet bij uw plaats van bestemming.'
'Dat stellen we bijzonder op prijs, kapitein,' zei Tori nadat ze zijn woorden voor Russell had vertaald. 'We kennen Moskou geen van beiden.'
'Een eerste diplomatieke missie!' zei Nikolev enthousiast. 'Dan dien ik u een rondleiding te geven die u nooit meer zult vergeten.'
Hoe komt het toch, dacht Tori bij zichzelf, dat ik in al zijn woorden een onheilspellende ondertoon hoor? Het lijkt alsof hij het ene zegt en iets heel anders bedoelt.
Ze passeerden de Lenin-heuvels en de universiteit; het was hier dat hij en Mars gisteren met elkaar hadden gepraat. De rit ging verder langs de Moskva en door het Gorki-park, dat weelderig bloeide in de prille zomer.
'Dit is de mooiste tijd van het jaar,' zei Nikolev. 'Wat een gelukkig toeval dat u juist nu bent gekomen.'
'Toeval heeft daar niets mee te maken,' zei Tori. 'We zijn hiernaartoe gestuurd door ons ministerie van Buitenlandse Zaken.'
'Maar natuurlijk.' Het was een vreemde gewaarwording, dacht hij, een dergelijke woordenwisseling met een vrouw. Hij had liever met de man te maken gehad, Russell Slade, maar aangezien Slade geen Russisch leek te spreken, moest hij het er voorlopig mee doen.
'Weet u,' zei hij ineens, 'deze rondleiding heeft me hongerig gemaakt. En u heeft net een half etmaal in een vliegtuig doorgebracht. Mag ik u voor de lunch uitnodigen.'
'We stellen uw aanbod op prijs,' zei Tori, 'maar we moeten onze eerste afspraak nakomen.'
'Ik geloof dat het tijdverschil met Japan u enigszins in de war heeft gebracht, juffrouw Nunn.' Nikolev keek haar aan met een brede glimlach.
'Door uw betreurenswaardige oponthoud op Sheremetyevo heeft u uw eerste afspraak gemist. En als ik er niet was geweest, hadden ze u en de heer Slade waarschijnlijk de hele dag vastgehouden. Bovendien is het lunchtijd. En ik wil u graag laten kennismaken met het beste restaurant van Moskou.'
Het was waar dat Tori en Russell uitgehongerd waren. Maar zodra ze de Krasnokursantskystraat in waren gedraaid, realiseerde Tori zich maar al te goed hoezeer ze zich beet had laten nemen. Haar blik viel op het Lefortovo, een afstotelijk gebouwencomplex dat door de veiligheidspolitie werd gebruikt voor verhoor en hechtenis. Ze herkende het onmiddellijk van foto's en hetzelfde gold voor Russell. Ze schoot omhoog en vroeg: 'Wat heeft dit te betekenen?'
Kapitein Nikolev lachte. 'U denkt toch zeker niet dat ik u daarheen breng?' Hij schudde zijn hoofd. 'Dat Lefortovo is alleen voor spionnen en criminelen.' De zwarte Zil stopte aan de andere kant van de straat. 'U zult mijn gast zijn in het restaurant Lefortovo.'
'Alleraardigst,' zei Tori terwijl ze de verregende straat op stapte.
'Dat valt nogal tegen,' zei Nikolev, die haar sarcasme niet leek op te merken. 'Ik moet bekennen dat de inrichting niet bijzonder is. Maar het eten is goed en de bediening is prima, wat helaas een zeldzaamheid is in Moskou. En het is goedkoop. Mensen als ik, die hun salaris verdienen in het leger, moeten voortdurend op hun roebels passen.' Ze liepen naar binnen. 'Ik neem aan dat voor u en de heer Slade hetzelfde geldt.'
'Waarom denkt u dat?' vroeg Tori.
Toen ze aan een tafeltje zaten, keek Nikolev Tori lange tijd bedachtzaam aan. Toen zei hij: 'Ik heb begrepen dat overal ter wereld overheidspersoneel onderbetaald wordt. Of heb ik het mis?'
Tori ging niet op zijn vraag in. In plaats daarvan zei ze: 'Kapitein, ik zou graag willen weten waarom u juist deze gelegenheid heeft gekozen om ons mee naartoe te nemen. U had zich toch kunnen realiseren dat de locatie ons zou tegenstaan. Alleen al de naam van dit restaurant.'
'Ja ja, daar was ik mij heel goed van bewust,' zei Nikolev. Hij stopte even om wodka te bestellen. Toen de butler was vertrokken, ging hij verder:
'Het punt is dat we het een en ander met elkaar te bespreken hebben. In Moskou moet men de plaats van onderhandelingen nu eenmaal met enige zorg kiezen.'
'Onderhandelingen?'
'Wat zegt hij?' vroeg Russell, die bezorgd was vanwege de uitdrukking op haar gezicht. Toen ze de woorden had vertaald, vroeg hij: 'Wat wil die bobo nu eigenlijk?'
'Deze bobo,' zei kapitein Nikolev in vrijwel accentloos Engels, 'wil deze gelegenheid aangrijpen u een voorstel te doen.'
De stilte aan tafel was oorverdovend. Tori zond Russell een dodelijke blik toe.
Nikolev schraapte zijn keel. Het leek alsof hij zich even ongemakkelijk voelde als de twee anderen. De situatie werd - voorlopig - gered door de komst van de wodka. Hij hief zijn glas. 'Waar zullen we op drinken?'
'Op de ontmanteling van de Lefortovo-gevangenis,' zei Tori.
'Dat er een onderzoek moge komen naar de twijfelachtige praktijken daar,' zei kapitein Nikolev.
Daar dronken ze op, maar het was een compromis waar Tori zich niet echt mee op haar gemak voelde. Deze man was tenslotte een kapitein van de divisie Grensbewaking van de KGB. Waar was hij nu eigenlijk op uit?
Zij en Russell waren nog geen minuut doorgedrongen tot de Rode Sector, het territorium van de vijand, of diezelfde vijand had hen al opgepikt. Maar ging het hier eigenlijk wel om de vijand?
Deze man verried geen enkele emotie; hij gedroeg zich niet vijandig maar ook niet als vriend. Er heerste tussen hen slechts een soort van onuitgesproken spanning. Het was een heel ander soort spanning dan als ze ruzie had met Russell: intenser, duisterder, ondoorzichtiger. En hij had meer te verbergen. Het intrigeerde haar dat deze man een geweldige hoeveelheid stress leek te verduren. Ze vroeg zich af waar hij bang voor was. Haar gedachtengang werd onderbroken door de kapitein. 'Laat ik proberen enige duidelijkheid te scheppen,' zei hij. 'Kijkt u eens goed om u heen. U zult voornamen' j k militairen zien.Demeesten werken aan de overkant van de straat. Ik ken er een aantal persoonlijk, hoewel er geen vrienden van me bijzijn. We hebben nooit samen gegeten en onze wederzijdse kinderen zijn niet met elkaar bevriend. Ik kan hier iedereen mee naartoe nemen zonder dat iemand zich erover zal verbazen. Ze zullen ervan uitgaan dat het vrienden, gasten of zakelijke compagnons van me zijn.' Hij hield zijn hoofd scheef. 'Begrijpt u?'
Nikolev keek toe hoe Tori en Russell veelbetekenende blikken uitwisselden. Toen zei hij: 'Ik weet wat u denkt. "Wat wil die bobo nu eigenlijk?" Tussen twee haakjes, wat is een bobo eigenlijk?'
'Weet u wat een clown is?' vroeg Russell. 'Zoiets.'
'Ik begrijp het.' Nikolev fronste. Toen werd de eerste gang geserveerd en zijn gezicht klaarde op. 'Ze hebben maar één menu hier. Ik hoop dat u het niet bezwaarlijk vindt geen keuze te hebben.'
'We beginnen er al aan te wennen,' zei Tori.
Ze aten min of meer in stilte. Toen de bordjes van de laatste gang werden weggehaald, zei Nikolev: 'Goed. Ik neem aan dat we ons nu wat beter voelen. Heb ik gelijk of niet?'
'Sommigen van ons misschien wel,' zei Russell venijnig.
'Wat de heer Slade bedoelt,' sprak Tori haastig, 'is dat we nog steeds niet weten wat hier aan de hand is. Het is duidelijk dat u iets van ons wilt, maar we hebben geen flauw idee wat.'
'Voor het moment zult u daar genoegen mee moeten nemen,' zei Nikolev. 'Mag ik aannemen dat we intussen zo ver zijn dat we... met elkaar kunnen praten?'
'Het ligt eraan waarover,' zei Russell.
Kapitein Nikolev keek hem enige tijd aan alsof hij maar niet tot een belangrijke beslissing kon komen.'Dit is een kwestie van vertrouwen, naar ik aanneem,' zei hij. Hij haalde een zakdoek te voorschijn en veegde zijn voorhoofd af. 'Ik vraag me af of ik u wel kan vertrouwen.'
Russell, die net een slok thee had genomen, verslikte zich bijna van verbazing. Hij begon te hoesten en er verschenen tranen in zijn ogen. Tori zat achterover en keek Nikolev aan alsof hij gek was geworden.
'Heb ik iets vreemds gezegd?'
'Dat kunt u wel zeggen,' zei Tori. 'Maar vertelt u nu eens wat dat voorstel van u inhoudt.'
'Het gaat om... de uitwisseling van informatie.'
'Jij mag eerst, Ivan.'
'Russell!' riep Tori.
'Nou én?' reageerde Russell. 'Onthou alsjeblieft waar we zijn, Tori. In een land waar mensen voor schuldig worden gehouden tot bewezen is dat ze schuldig zijn. Alles wat we zeggen of doen kan tegen ons gebruikt worden, vooral als we hier eenmaal aan de overkant zitten. Praten met deze kerel is hetzelfde als een wandeling maken in het moeras. Volgens mij is hij zo zot als Daffy Duck.'
'Neemt u mij niet kwalijk,' zei kapitein Nikolev. 'Die Daffy Duck, is dat ook een bobo?'
Tori bracht de handen voor haar gezicht. Toen boog ze naar voren. 'Kapitein, wij hebben niets te verbergen. Ik wil dat u daar goed van doordrongen bent.'
Nikolev knikte.
'Aan de andere kant kunnen de heer Slade en ik op geen enkele manier aan de weet komen of ü te vertrouwen bent.'
'Tori, in 's hemelsnaam...'
'Ik begrijp wat u bedoelt,' zei kapitein Nikolev. Hij leek enigszins opgelucht. 'We bevinden ons in een... remise, zo zegt u dat toch?'
'Een patstelling, bedoelt u,' zei Russell.
Kapitein Nikolev knikte bedaard. 'Dank u. Dat woord zal ik onthouden. Het Amerikaanse idioom is... moeilij k.'
'Vertelt u mij wat.'
'Wat moet ik u vertellen?'
'Laat maar,' zei Tori. Ze legde haar gespreide handen op tafel. 'Hoe wilt u dit nu aanpakken?'
'Ik wil u graag mijn voorstel voorleggen... maar niet hier.'
'Waar dan wel?' vroeg Russell.
'Een villa. In de Lenin-heuvels.'
Tori glimlachte. 'Kapitein, probeert u de situatie eens van onze kant te bekijken. We kunnen op geen enkele manier we ten of u...'
'Ik spreek Engels met u,' reageerde Nikolev onmiddellijk. 'Wist u dat KGB-agenten dat helemaal niet mogen? We moeten doen alsof we geen Engels verstaan om op die manier meer aan de weet te komen.'
'Dat zegt mij niets,' merkte Russell op. 'We hebben geen enkele garantie dat...'
'Laten we eerlijk zijn,' zei Tori, 'hij kan van ons ook niet weten of we te vertrouwen zijn.' Tegen Nikolev zei ze: 'We zullen luisteren naar uw voorstel, kapitein, maar meer kan ik u niet beloven.'
Kapitein Nikolev knikte.
'Heel fijn,' bromde Russell. 'We worden hoe dan ook genaaid.'
Op het moment dat Tori en Russell nog vastzaten op het immigratiekantoor op Sheremetyevo, werd Irina omhelsd door Mars Volkov. Toen maakte hij zich los en hield haar op armslengte om haar in de ogen te kijken. 'Ik maakte me zorgen om je,' zei hij. 'Ik had er weliswaar mee ingestemd dat je de amateur-detective zou uithangen, en geloof me als ik zeg dat ik je daar geweldig dankbaar voor ben, maar aangezien Valeri en zijn knechtjes van de KGB nog steeds vrij rondlopen, vreesde ik het ergste. Ik wilde al bijna de politie bellen. Wat een gelukkig toeval dat ik je nu net aantrof!'
'Inderdaad, je had geluk.' KGB. Kalm blijven. Irina deed haar best niets van haar angst te verraden. Hij is nog niet van plan zijn werkelijke identiteit te onthullen, dacht ze. Hetgeen betekent dat hij iets van me wil. Maar wat? 'Ik geloof dat de KGB Valeri's appartement in de gaten houdt. Ze hadden me bijna te pakken.'
'Dan is het maar goed dat ik in de buurt ben,' zei Mars. De regen sloeg tegen de voorruit en de wereld leek gereduceerd tot een kleine, grijze bol met de afmetingen van een gevangeniscel. Irina kreeg de onberedeneerbare neiging naar de draagbare computer te kijken om er zeker van te zijn dat hij er nog steeds lag. Natuurlij k was dat zo. Ze bleef strak voor zich uit kijken, naar de ondoordringbare, grijze aanslag op de voorruit.
'Je hebt geen rui te wissers,' zei Mars.
'Ze zijn gestolen. Het is mijn eigen schuld. Op een dag vergat ik ze mee naar binnen te nemen.'
Hij haalde zijn schouders op. 'Er ligt nog een paar in de kofferbak. Ik pak ze wel even.'
Irina keek toe hoe hij over de achterbank schoof, uitstapte en naar achteren liep. Ze legde haar handen op het stuur en liet haar rechterhand vervolgens afzakken naar de versnellingspook. Ze zag hoe Mars de kofferbak opende en zich vooroverboog.
Ze hoefde alleen maar de motor te starten en de auto van de handrem te halen; niets kon haar verhinderen te ontsnappen aan de gevangeniscel die Mars voor haar in gedachten had. Eenvoudiger kon niet. Irina voelde hoe haar hele lijf zich schrap zette voor de ontsnapping. Maar was het wel zo eenvoudig? Waar was dat hele contingent KGB'ers gebleven dat Valeri's appartement ineens omsingelde? Het kon toch niet zo zijn dat ze Mars hier alleen achter hadden gelaten.
Ze hoorde hoe Mars de kofferbak dichtsloeg en gaf een gilletje van schrik terwijl haar hart oversloeg. Toen liep hij naar voren en bevestigde met één hand de ruitewissers. Even later kwam hij naast haar zitten op de voorbank. Valeri's Toshiba schoof hij tussen zijn benen. Irina keek opzij en zag een pistool in Mars' rechterhand. Het was naar de grond gericht.
Hij zag haar kijken en zei: 'Ik dacht dat ik een van Valeri's KGB-knechtjes zag. Je zou kunnen zeggen dat het oorlog is geworden tussen ons tweeen.' Hij stak het wapen weg.
'Ik heb niet meer gedaan dan wat je me hebt gevraagd.' Irina vroeg zich af of haar stem hem even onzeker in de oren klonk als haar. Ze hoopte van niet. 'En je moet toegeven dat ik degene was die het contact tussen Natasha en Valeri heeft ontdekt.'
'Ja,' zei Mars, 'dat heb je zeker. En zoals ik al zei, ben ik je daar zeer erkentelijk voor. Maar je hebt me ook versteld doen staan, Irina. Wat voerde je uit in Valeri's appartement?'
'Ik was op zoek naar informatie over Witte Ster.' Ze keek hem aan en dacht: was jij het zelf die de arme Natasha net zolang heeft gemarteld tot ze het geheim van Valeri's dochter prijsgaf? En heb je haar vermoord toen ze je alles had verteld wat ze wist? Klootzak die je bent! Ze zei: 'Je had me daar immers zelf om gevraagd.'
'En wat heb je gevonden?'
Ze moest ineens denken aan het pistool dat hij in zijn binnenzak had gestoken. 'Ik heb de hele woning doorzocht, maar niets gevonden.'
'Behalve dit dus,' zei Mars. 'Wat zit erin?'
'Valeri's computer,' zei ze.
'Een illegale computer,' zei Mars. 'Dat verbaast me niets van Valeri Denysovich.' Hij keek Irina aan. 'Maar waarom heb je hem meegenomen?'
KGB. Kalm blijven. Irina vocht tegen de angst die haar verlamde, spoorde zichzelf aan iets te verzinnen, iets waar hij geloof aan kon hechten zonder dat ze hoefde te verraden dat...
'Ik weet al wat je wil zeggen,' zei Mars. 'Jij dacht dat de computer geheime informatie zou kunnen bevatten.'
Haar hersens leken één ondoordringbare massa te zijn geworden. 'Ja.'
Wat kon ze anders zeggen?
Mars keek bedachtzaam voor zich uit. Toen zakte hij achterover op de bank en sloot zijn ogen. Langzaam tekende zich een glimlach om zijn lippen af. 'Het kan geen kwaad een kijkje te nemen.'
Irina realiseerde zich nu pas dat ze er beter aan had gedaan de computer weg te gooien. De gegevens hadden beter verloren kunnen gaan dan dat ze in handen van de KGB zouden vallen. Vanbinnen treurde ze om Valeri, om Natasha, om Witte Ster, om zichzelf, want het walgelijke monster naast haar had gewonnen. Nu wist ze wat hij van haar wilde.
Ze zette de ruitewissers aa en de voorruit gaf na één of twee slagen een iets beter zicht. Gezien de primitieve en inefficiënte voorruitverwarming zou ze het hiermee moeten doen. Ze ademde diep in en vroeg: 'Waar gaan we heen? Naar jouw appartement?'
'Nee,' zei Mars. 'Naar Sterrenstad.'
Arbat zwom rondjes.
'Wat is er met haar aan de hand?' vroeg Lara.
'Ik weet het niet,' moest de Held toegeven. Hij sprak de dolfijn aan met de speciale klik-geluiden waar Lara niets van begreep maar waar ze intussen wel aan gewend was geraakt. Arbat hield onmiddellijk op met haar nerveuze rondgang, stak haar neus uit het water en uitte een lange reeks spraakklanken.
'Er is iets mis,' zei de Held.
'Wat?'
'Ik weet het niet. En Arbat zelf ook niet. Maar er is iets heel vervelends gebeurd.'
'Volkov?'
'Ja, ik denk het,' zei de Held. Hij zwom naar Arbat toe en legde zijn armen om haar heen. Ze bewoog met haar snoet tegen zijn gezicht. 'Rustig maar,' fluisterde hij en herhaalde het toen in haar eigen taal. Op dat moment begreep Lara hoezeer hij zich zorgen maakte. Hij probeerde op deze wijze ook zichzelf gerust te stellen. Lara ging naar hem toe. 'Misschien hoeven we niet meer zo bang te zijn voor kameraad Volkov als in het verleden. Ik geloof dat we hem ervan overtuigd hebben dat jij geworden bent tot iets dat buiten zijn bereik ligt.'
De Held glimlachte. 'Het was een mooi foefje. Jij die onder water zwom en vlak langs zijn benen scheerde terwijl ik mijn zogenaamde attaque kreeg.'
'Je was bijzonder overtuigend,' zei Lara.
'Kameraad Volkov heeft me in de afgelopen maanden genoeg gelegenheid gegeven mijn rol verder te ontwikkelen.'
Lara keek ineens ernstig en raakte zijn arm aan. 'Je toneelspel laat niets te wensen over, maar ik maak me wel zorgen om de werkelij ke effecten van de kosmische straling waaraan je bent blootgesteld. Wat gaat er met je gebeuren als die zich begint te manifesteren?'
'Wat gebeurt er met ons wanneer we sterven?' reageerde de Held. 'Het zijn allemaal intrigerende vragen, maar we weten er nu eenmaal geen antwoord op.' Hij glimlachte geruststellend. 'We zien wel.'
'Denk je dat Irina de moed zal kunnen opbrengen jou daarin bij te staan?'
'Ik weet het niet,' zei de Held naar waarheid. 'Ik heb haar zo goed mogelijk proberen uit te leggen wat me staat te wachten. Maar het is nu eenmaal onmogelijk het onkenbare uit te leggen.'
'Je houdt van haar. Zo is het toch?'
De Held bleef enige tijd zwijgend in zijn zoutwaterbassin drijven. Toen zei hij: 'Ik hou van de kleur tussen de sterren. Dat is waar mijn gedachten het meest ronddwalen.'
'Je hoeft niet bang te zijn dat ik jaloers word,' zei Lara. 'Tatiana en ik zullen je nooit verraden, zeker niet na alles wat je voor ons gedaan hebt. Je hebt ons laten zien hoe belangrijk ons verleden is en hoe onwaarachtig ons heden. Je hebt ons de geborgenheid gegeven van de familie die we gemist hebben.'
De Held strekte zijn arm uit en verstrengelde zijn vingers met die van Lara. 'Als ik van Irina houd, is dat op een manier die jullie geen van beiden kunnen bevatten. Ik zou tenminste niet weten hoe ik mijn gevoelens onder woorden moest brengen.'
'Je spreekt met haar zonder zelfs maar iets te zeggen.'
'Dat is waar.'
'Net zoals je dat deed met de entiteit tussen de sterren.'
'Ja.'
'Hoe ging dat in zijn werk, die manier van communiceren?'
De Held glimlachte. 'Dat heb ik je al zo vaak verteld.'
'Het is net als een verhaaltje voor het slapengaan,' zei Lara. 'Ik krijg er geen genoeg van.'
'Goed dan,' zei de Held terwijl de concentratie van zijn gezicht was af te lezen. 'Het was alsof ik op een spijkerbed lag, alsof ik met blote voeten over een vloer rende die bezaaid lag met glassplinters. Het was alsof ik zoveel chocolade had gegeten dat mijn voorhoofd er bol van stond. Het was alsof ik van al mijn zintuigen was afgesloten en alsof ik mijn lichaam van me af had gezet, zoals je dat met een herinnering doet. Het was alsof ik slechts was verbonden met de gedachtenprocessen van mijn eigen geest.' Hij sloot zijn ogen en het was alsof de wereld werd buitengesloten. De duisternis had hem in zijn macht. 'Het was alsof al die dingen tegelijkertijd gebeurden. En toch gebeurde er niets van dat alles.'
'Wat gebeurde er dan wel?'
'Ik zal proberen het op een andere manier te zeggen. Er is nog nooit een menselijk wezen geweest dat zo ver van de aarde verwijderd is geweest. Maar toen de communicatie begon, drong het tot mij door dat mijn reis me naar de spil van de dingen had geleid. Ik was er zo diep in doorgedrongen dat ik kennismaakte met een geheel nieuwe bestaanswijze.'
'De spil van wat?'
'Ik weet het niet,' zei de Held. 'Misschien van de tijd zelf.'
Lara was vlak bij hem. 'Kon ik het maar begrijpen.'
'Ja,1 zei hij zachtjes. 'Dat zou ik ook graag willen.'
'Arbat begrijpt het.'
'Arbat is heel bijzonder.'
'En Irina. Ik geloof dat zij het ook begrijpt.'
De ogen van de Held waren als sterren in de lege ruimte. Ze straalden zowel warmte als licht uit. 'Irina weet hoe de entiteit en ik communiceerden.'
'Ik benijd haar.'
Arbat drukte intussen steeds met zijn neus tegen de hand van de Held en even later gleed Tatiana het zwembad in.
'Volkov is terug,' zei ze rustig, met een veelbetekenende blik. 'Hij heeft Irina bij zich. En Valeri's draagbare Toshiba.'
'O God.' De stem van de Held bezorgde de twee vrouwen kippevel. Voor de deur van de villa draaide kapitein Nikolev zich om en keek Tori en Russell aan. 'Deze woning hoort toe aan de man wiens bevelen ik moet opvolgen.'
Russell zei: 'U bedoelt uw superieur van de eenheid Grensbewaking.'
'Nee. Mijn divisie wordt op het moment ingezet ter ondersteuning van departement N van de KGB. Mars Volkov, het hoofd van departement N, is de man die de leiding heeft over mijn eenheid.'
'Een invloedrijk man, naar ik aanneem,' zei Tori.
'Ik vertel u dit,' zei kapitein Nikolev, 'om u te overtuigen van mijn goede bedoelingen. Ik neem een enorm risico door u hier mee naartoe te nemen.'
Hij keek hen beiden nogmaals aan, draaide zich om en ontsloot de voordeur. Hij liep snel over de stenen vloer en liet hen zien waar de microfoons waren verborgen. Hij opende een grenehouten dressoir. Achter een spiegel bevond zich een verborgen ruimte met een professionele bandrecorder. Nikolev haalde de spoelen van de recorder zodat Tori en Russell zeker wisten dat het apparaat niets van wat ze zeiden kon opnemen. Toen ze zich ervan hadden verzekerd dat geen van drieën een microfoon op het lijf droeg, namen Tori en Russell plaats op een onelegante Scandinavische zitbank die was gestoffeerd met aartslelijke, donkerbruine tweed. Kapitein Nikolev ijsbeerde door de kamer en Tori voelde dat hij zich opnieuw aan het opfokken was. De spanning sloeg op haar over en ze kon nog nauwelijks stilzitten.
Nikolev keek hen ineens aan en zei: 'Departement N van de KGB, dat onder leiding staat van Mars Volkov, heeft als opdracht de elementen op te sporen die betrokken zijn bij Witte Ster om ze vervolgens uit te roeien.' Hij ademde diep in. 'Voor ik verderga, wil ik iets van u weten. Witte Ster heeft aan het buitenland om hulp gevraagd. Is dat de reden voor uw bezoek aan Moskou?'
'Is dit uw voorstel?' vroeg Russell.
'Dit is het begin van onze uitwisseling van informatie.' Nikolev had een gepijnigde uitdrukking op zijn gezicht. 'Dit is een moeilijke situatie voor mij, mijnheer Slade. Ik zou willen dat u daar enig begrip voor op kon brengen.'
'Dit is een moeilijke situatie voor ons allemaal,' zei Tori.
'Verroer je niet,' zei Russell en stond op. Hij begon de rest van de villa te verkennen.
Toen hij de kamer had verlaten, keken Nikolev en Tori elkaar aan als gladiators die zich afvroegen of ze elkaar moesten bevechten dan wel hun krachten moesten verenigen om een aanslag te doen op het leven van de keizer.
'Hij is een moeilijke man,' zei Nikolev. 'Vol wantrouwen.'
'Daar wordt hij voor betaald.'
'En waar wordt u voor betaald, juffrouw Nunn?'
Tori stond op en begon nu zelf langzaam door de kamer te lopen. Toen ze haar rondje had gemaakt, ging ze vlak voor hem staan en keek hem recht in de ogen. Ik word betaald,' zei ze, 'om te bepalen wie onze vrienden zijn.'
Nikolevs blik viel op haar gespierde armen. Hij bevochtigde zijn lippen.
'Wat gebeurt er met degenen waarvan u besluit dat ze geen vrienden zijn?'
'Die dood ik,' zei Tori.
Ik ben een vriend, juffrouw Nunn. Gelooft u me?'
Tori zei niets.
Toen Russell in de woonkamer terug was, zei Nikolev: 'Waar zocht u naar?'
'Sufkoppen van de KGB,' zei Russell. 'Maar ik geloof dat u er zelf één bent. Klopt dat?'
'U heeft mijn vraag nog niet beantwoord,' zei Nikolev. 'Voor ik verder kan gaan, moet ik van u weten of u iets te maken heeft met Witte Ster.'
'Dat is correct,' zei Tori.
'Wel godverdomme!' Russell was duidelijk niet gelukkig met die uitspraak. 'Nu zijn we er geweest.'
'Hoezo?' zei Tori terwijl ze Nikolev in de gaten hield. 'Misschien werken we wel voor Mars Volkov. De kapitein heeft wat dat betreft nog steeds geen enkele zekerheid. Misschien heb ik wel een leugentje verteld om hem uit te lokken, zodat ik hem straks kan aangeven als verrader van de staat.'
Ze keek glimlachend in Nikolevs bezorgde gezicht. 'Heb ik gelijk of niet, kapitein?'
Nikolev bevochtigde nogmaals zijn lippen. 'Jawel. Dat zou heel goed kunnen.'
'Maar hoe dan ook, de leerling is geworpen. We zullen erachter moeten komen of het wederzijds vertrouwen gerechtvaardigd is.'
Nikolev wendde zijn blik af. Hij staarde een tijdje naar de grond. 'Ik kom om Caesar te begraven, niet om hem te prijzen.'
Russell zei: 'Wat?'
'Ik voel me een beetje als Brutus, mijnheer Slade, dus ik hoop dat u er begrip voor op kunt brengen dat ik enige tijd nodig heb voor ik ter zake kan komen.' Hij liep naar het raam toe en keek uit over de Lenin-heuvels. Ten slotte zei hij: 'Het gaat om een plan dat is uitgebroed door de KGB, maar waar het leger zijn instemming mee heeft betuigd. Een invasie van Litouwen en Letland. We staan aan de vooravond van een krankzinnige militaire campagne met als doel de Baltische staten te heroveren, een gebied dat onze president zich in de euforie van de perestrojka heeft laten ontglippen.'
Russell schommelde heen en weer op zijn hielen en floot zachtjes. Tori zei niets.
'U begrijpt dat ik me nu aan hoogverraad schuldig maak,' ging Nikolev verder. 'Maar goed. De campagne begint over dertien uur precies. Morgenochtend vroeg. Het wordt een enorme slachtpartij. Er zal een officiële verklaring worden uitgegeven dat de nieuwe, nog onstabiele Baltische regeringen geïnfiltreerd zijn door gevaarlijke westerse elementen die een bedreiging vormen voor de nationale veiligheid van de Sovjetunie.'
In de geladen stilte die volgde, vroeg Tori: 'En wat gebeurt er met de president?'
'Bepaalde elementen binnen de KGB en het leger zijn de overtuiging toegedaan dat de president in de ban is geraakt van dezelfde soort persoonlijkheidscultus als indertijd met Yoeri Andropov het geval was. Op het moment dat het bevel wordt gegeven de Baltische staten binnen te vallen, zal de president van de USSR vermoord worden door zijn eigen lijfwachten. Het is alsof we in Rome leven ten tijde van Claudius.'
'Maar dit is waanzin,' zei Russell. 'Denkt u nu echt dat wij dit kletsverhaal...'
Tori pakte hem bij de arm en hij zweeg. 'Wat heeft dit hele verhaal met ons te maken, kapitein? Wij staan nog machtelozer dan u op dit moment.'
'Maar dat is niet waar,' zei Nikolev met enige nadruk. 'Niet als ik u in vertrouwen kan nemen. Niet als u mij vertrouwt. U moet weten dat wij er al enige tijd van op de hoogte zijn dat Witte Ster materiële hulp krijgt van het Westen. Als u hiernaartoe bent gekomen voor Witte Ster, bent u voor mij een geschenk uit de hemel. Mars Volkov is op j acht naar de leider van Witte Ster, Valeri Bondasenko. Wij weten niet waar hij is, maar als representanten van de westerse groeperingen die Witte Ster ondersteunen zult u ongetwijfeld in staat zijn een boodschap aan hem door te geven. Als u die mogelijkheid hebt, vertel dan wat er aan de hand is. Alleen Witte Ster is bij machte deze hele krankzinnige onderneming te stoppen. De organisatie wordt gesteund door grote delen van de Sovjet-bevolking. Het enige waar het hen tot nu toe aan ontbrak was een goede bewapening. Maar nu denken we te weten dat...'
'Wat denkt u te weten, kapitein?' vroeg Tori. 'Dat ze nu wél over de wapens beschikken die ze nodig hebben?'
'Ja,' zei Nikolev. 'We hebben geen idee waar het om gaat, maar we vermoeden dat ze een soort van arsenaal hebben aangelegd dat ze pas zullen gebruiken als de tijd er rijp voor is.' Hij balde zijn vuisten. 'En die tijd is nu gekomen. U moet Valeri Bondasenko ervan overtuigen dat het hele land in gevaar is. Hij moet zijn wapens gebruiken om Witte Ster aan de macht te brengen in het Kremlin.'
Russell sprak Tori aan. 'Je begrijpt toch hopelijk wel dat deze kerel ons voor zijn karretje wil spannen. Bondasenko heeft zich kennelijk zo goed verborgen dat niemand hem kan vinden. Nikolev wil gebruik van ons maken alsof we een stelletje bloedhonden zijn. Zodra we Bondasenko hebben gevonden, komt hij met een heel legertje KGB'ers en...'
'Nee, nee! Dat is helemaal niet waar ik op uit ben! Ik vertel u de waarheid!'
'Geef ons eerst een bewijs,' zei hij tegen Nikolev.
'Maar hoe moet ik dat...?' Nikolev zweeg plotseling en knikte toen. 'Ik zal u een voorstel doen. Mars Volkov heeft Valeri Bondansenko's tekstverwerker in handen gekregen. We hebben reden om aan te nemen dat het hele netwerk van Witte Ster in de software van de computer is opgeslagen. We moeten absoluut zien te voorkomen dat Volkov toegang krijgt tot die informatie. Hij zou in staat zijn de hele beweging in zesendertig uur op te rollen.
Ik was van plan die computer aan hem te ontfutselen terwij l j ullie Bondasenko probeerden op te sporen, maar nu weet ik iets beters. U gaat met mij mee, zodat u met eigen ogen kunt zien dat ik de waarheid spreek. Door Mars Volkov op die manier te verraden, zet ik mijn eigen leven op het spel en dat van de mannen die ik tot mijn vertrouwelingen reken.'
'Als we met u meegaan,' zei Tori, 'zullen we heel wat kostbare tijd verlie-zen. We moeten Bondasenko immers ruim voor zonsopgang zien te bereiken.'
'Daarheeftugelijkin/zeiNikolev. 'We nemen enorme risico's. De kans dat we Bondasenko niet op tijd zullen bereiken wordt op deze manier alleen maar groter. Ik moet bekennen dat ik u met tegenzin meeneem; het lot van een hele natie staat op het spel. Maar ik zie geen andere manier om tegemoet te komen aan de bezwaren van de heer Slade.'
'Russell?'
'Ik hou voet bij stuk,' zei Russell.
Nikolev zei: 'U moet me helpen. U moet. Als de invasie en de moordaanslag niet verhinderd kunnen worden, ben ik bang dat er geen terugweg meer mogelijk is. We zullen terugkeren naar de donkere tijden die we onder Stalin hebben gekend, naar een onderdrukkende dictatuur. We zullen voor altijd verloren zijn.'
'We zijn verloren,' zei de Held vlak voor Mars in gezelschap van Irina binnen kwam lopen. Tatiana was het zwembad al uitgestapt. 'Kameraad,' zei ze. 'Irina.'
'Goedemiddag, Tatiana,' zei Mars. 'Kijk eens wat ik heb meegenomen.'
Hij hield de draagbare tekstverwerker omhoog. 'Zouden jij en Irina hem willen aansluiten? Zorg wel voor een beveiligde stroomtoevoer.'
Tatiana deed wat haar gevraagd was. Vanuit haar ooghoeken hield ze Irina in de gaten. Irina durfde niets te zeggen of te doen wat het wantrouwen van Mars zou opwekken. Er bestond nog steeds de kans, dacht ze, dat hij rekende op haar loyaliteit. Zolang die mogelijkheid nog bestond, wilde ze er optimaal gebruik van maken. Ze zou hem zeker geen aanleiding geven voor twijfels. Irina ritste de de draagtas open, haalde de Toshiba te voorschijn en overhandigde de transformator en elektriciteitskabel aan Tatiana. Terwijl ze de computer op een tafeltje installeerde, liep Mars naar de rand van het zwembad en tuurde de glinsterende diepte in.
'Odysseus,' zei hij, 'voel je je al wat beter?'
'Beter? Ik ben me er niet van bewust dat ik ziek ben geweest.'
Mars knielde neer. 'Je kreeg een attaque. Weet je dat niet meer?'
'Nee.'
Mars stond plotseling op, alsof hij er genoeg van had. Hij draaide zich om en liep naar de computer. Irina had een stoel bijgeschoven. Lara kwam Mars vertellen dat er telefoon voor hem was. Vanuit haar ooghoek zag Irina hoe hij naar de muurtelefoon liep, in de hoorn sprak en naar een lang verhaal luisterde. Ze wist het niet zeker, maar het leek alsof zijn gezicht steeds verder betrok. Mars gaf een korte reactie en hing op. Irina ging weer aan het werk. Haar vingers dansten over het toetsenbord en een hele reeks recepten rolde over het scherm.
Mars kwam achter haar staan. 'Waar gaat dit over?' wilde hij weten.
'Ananastaart.' Irina vroeg zich af wat voor nieuws hij had ontvangen. Zijn humeur was er bepaald niet beter op geworden. Was dat goed of slecht nieuws voor haar?
'Wat een onzin,' reageerde Mars. 'Wat zit er nog meer in dat apparaat?'
'Zo te zien zit het vol met recepten.'
'Kom nou, zeg. Valeri Denysovich zal heus niet de moeite hebben genomen een illegale computer aan te schaffen om er alleen maar recepten in op te slaan.' Mars schudde zijn hoofd. 'Wat is hij toch een wijf.'
'Maar dan wel een wijf dat jij tevergeefs probeert te pakken te krijgen.'
Het was de Held die had gesproken. Iedereen verstijfde van schrik. Mars draaide zich om en liep met stramme benen terug naar het zwembad. Hij keek de Held met harde ogen aan. 'Wie heeft jou dat verteld?'
De Held zei niets. Hij dreef rustig op het zoute water.
'Ik vroeg wie je dat verteld heeft.'
Arbat raakte in paniek en begon te klikken en te ratelen. Mars had zijn pistool getrokken en richtte het op het hoofd van de Held.
'Geef me antwoord, Odysseus, of ik schiet je kop aan flarden.'
Irina stond op en liep naar hem toe. 'Mars,' zei ze zachtjes. Ze legde haar hand op zijn arm. 'Niet doen, Mars.'
'Er is niemand die me dat verteld heeft, kameraad,' zei de Held. 'Je hebt immers de informatiestroom op efficiënte wijze uit weten te schakelen. Bovendien had ik niemand nodig om het me te laten vertellen. Ik kan je gedachten lezen.'
'Waar heb je het over?'
'Je hebt alles en iedereen gemanipuleerd om tot een beslissende krachtmeting te komen met je aartsvijand. Heb ik gelijk of niet? Doe maar geen moeite het te ontkennen, Volkov. Je hebt alles gedaan wat in je macht lag en met welk resultaat? Zelfs voor jou blijft Bondasenko onvindbaar.'
'Hou je kop!' riep Mars. Intuïtief drong het tot Irina door dat Mars het risico niet wilde lopen door Odysseus als KGB'er te worden aangewezen. Mars had geen idee dat Odysseus haar daar allang van op de hoogte had gebracht.
Irina knielde naast het zwembad neer en keek in de ogen van de Held. Ze wisselden zwijgend informatie uit, waarna Irina zei: 'Laat hem met rust, Odysseus. Je hebt hem nu wel genoeg geprovoceerd.'
De Held zonk het diepe water in en Arbat ging achter hem aan. Mars tuurde een tijdje in het water. 'Hoe doet hij dat toch?' vroeg hij.
'Hoe kan hij zo lang onder water blijven?'
'Misschien is hij voor de helft dolfijn geworden,' grapte Irina, maar zijn ontstelde blik maakte haar duidelijk dat dit voor Mars geen onderwerp was om grapjes over te maken. Dat zette haar aan het denken. Ze herinnerde zich het vorige gesprek tussen de Held en Mars en begon te begrijpen op welke manier Odysseus hem wilde bevechten.
'Het komt door al dat wachten,' zei Russell. 'Ik kan daar absoluut niet tegen.'
'Je zit natuurlijk weer over Nikolev te piekeren,' zei Tori. 'Je denkt nog steeds dat hij ons gebruikt als een stelletje bloedhonden.'
'Ik wilde dat ik net zoveel vertrouwen in hem had als jij.'
'Ach, Estilo en Hitasura vertrouwde ik ook.'
Ze zaten bij het raam in een restaurant dat zich op de eenentwintigste verdieping van het Rossiya-hotel bevond en hadden een prachtig uitzicht op het Kremlin en de gouden koepels van de Sint Basilius. Na drie kwartier wachten hadden ze nog steeds hun drankjes niet gekregen. Veel maakte dat niet uit; ze hadden toch geen haast.
Tori had van tevoren een handgeschreven briefje in een envelop gedaan, geadresseerd aan ene mevrouw Kubysheva, de naam die ze van Hitasura had gehoord. Vervolgens had ze de brief bij de receptie af gegeven. Dejongeman die de envelop aannam, keek eerst naar de naam en zei toen in vlekkeloos Engels: 'Ik kan u aanraden het restaurant boven eens uit te proberen, mevrouw. De eenentwintigste verdieping biedt een uitzicht over de stad dat zijn weerga niet kent.'
Tori en Russell volgden zijn advies op.
'Hitasura heeft iedereen om de tuin weten te leiden,' zei Russell terwijl hij uit het raam staarde. 'En wat Estilo betreft, zat je er misschien niet eens zo ver naast. Zonder zijn hulp waren we hier niet eens.'
'Om nog maar te zwijgen van die arme Ariel.'
'Dat is waar.' Russell knikte. 'Arme Ariel. Hij wilde de waarheid kennen en daarom moest hij dood.'
Tori trok iets uit haar jaszak te voorschijn en legde het tussen hen in op tafel. Ze streek de kreukels glad. 'Er is iets wat ik je nog niet heb verteld. Vlak voor hij stierf, was Ariel erop gebrand dat ik dit in handen kreeg. Hij beschouwde het kennelijk als iets belangrijks.'
Russell keek naar de foto. 'Ik zie Ariel. Zo te zien in San Francisco.'
'Dat klopt. De foto is genomen in een parkje, vlak bij zijn huis.'
Hij keek op de achterkant en zag de datum - 21 maart.
'Christus!' Tori rukte de foto uit zijn hand en bestudeerde de afbeelding. Het drong ineens tot haar door dat Bernard Godwin in dezelfde periode zijn reis richting Japan had gemaakt. Ze hield de foto vlak voor haar neus en keek aandachtig naar de mensen op de achtergrond. En jawel hoor, links van het stelletje, aan de rand van de foto, bevond zich een man. Bernard Godwin. Russell zag het ook. De gestalte viel nauwelijks op, maar wie eenmaal wist waarnaar hij moest zoeken, herkende hem meteen.
'Ariel wist dat hij iets in zijn schild voerde,' zei Tori. Russell knikte. 'Dat lijkt er wel op.'
'Zou hij daarom zijn vermoord?'
'Dat lijkt me sterk.' Russell klonk sceptisch. 'Er moet nog meer aan de hand zijn met deze foto. Het simpele feit dat Bernard in San Francisco was, kan toch nauwelijks een bezwarende omstandigheid genoemd worden?
Misschien was hij er op vakantie, of op bezoek bij een geliefde, of wat dan ook.' Hij bestudeerde de foto opnieuw en gaf hem terug aan Tori. 'En dat stelletje, ken je dat ergens van?'
Tori schudde haar hoofd. 'Ze bevinden zich nog verder weg dan Bernard. Het lijkt er trouwens wel op dat ze zijn kant op lopen.'
'Hadden we maar een donkere kamer,' zei Russell, 'dan konden we een vergroting maken. Als de foto niet al te grofkorrelig wordt, maken we misschien een kans die twee alsnog te identificeren.'
'We kunnen altijd nog naar de KGB gaan. Ik weet zeker dat ze donkere kamers te over hebben.'
'Héél leuk.' Russell keek stuurs voor zich uit. 'Het spijt me, Tori, maar ik heb op de een of andere manier het gevoel dat Nikolev niet helemaal eerlijk tegen ons is.'
'Volgens mij vergis je je, Russ, en hoe je het ook wend of keert, we zullen hem moeten vertrouwen.'
Eindelijk verscheen er een serveerster om hun bestelling op te nemen.
'Verwacht er maar niet te veel van,' zei Russell. 'Het eten zal nog wel even op zich laten wachten.'
'Nog even en het is donker,' zei Tori terwijl ze zag hoe de lichten op het Rode Plein werden ontstoken. 'Dit is een koude stad, zelfs in het begin van de zomer.'
'Dat komt omdat de temperatuur er niets mee te maken heeft,' bromde Russell. Hij zakte achterover tegen de rug van zijn stoel. 'Al dat wachten, daar kan ik nu eenmaal niet tegen.'
'Ik ben bang dat ons weinig anders te doen staat zolang we geen antwoord krijgen van mevrouw Kubysheva.'
'Als we een antwoord krijgen. Nu Bondasenko is ondergedoken, zal de organisatie zich weinig risico's willen veroorloven.'
'Ik denk dat ze juist vanwege die noodsituatie contact met ons zullen zoeken,' zei Tori. 'We weten dat ze Hitasura om hulp hebben gevraagd. Nu we eenmaal hier zijn, zullen ze ons zeker niet mijden.'
Tori staarde naar de koepels van de Sint Basilius. Het viel haar op hoezeer ze zich een vreemdeling voelde in deze stad. Ze herinnerde zich de verhalen over het oude Rusland die ze van haar vader had gehoord en vroeg zich af hoe een bezoek aan zijn vaderland hem nu zou bevallen. Ze vermoedde dat het moderne Rusland hem even neerslachtig zou maken als zijzelf. Perestrojka of niet, dit land was nog steeds even onderontwikkeld als een derde-wereldland.
Toen ze klaar waren met eten, was het al tien uur. De stad werd langzamerhand in duisternis gehuld.
'We moeten het maar uit ons hoofd zetten,' zei Russell. 'En Nikolev zijn we ook uit het oog verloren. Hij vertrok naar Zvezdny Gorodok, waar dat ook moge liggen.'
'Sterrenstad,' zei Tori. 'De plaats waar de kosmonauten van het Russische ruimte vaartprogramma worden gehuisvest en opgeleid.'
'We hadden met hem mee moeten gaan.'
'Daar valt nu niets meer aan te veranderen.'
De rekening kwam op een klein schoteltje. Tori pakte haar op en zag dat er een papiertje onder lag, kleiner dan de rekening zelf. Ze greep ernaar en las snel wat erop stond. Met een gezicht dat rood werd van opwinding keek ze Russell aan en zei zachtjes: 'We hebben contact.'
'Irina,' zei Mars, 'kom even hier.'
Irina liet maar al te graag haar zogenaamde zoektocht door Valeri's software in de steek en liep naar de plek waar Mars zich moest bevinden. Hij had zich teruggetrokken in een donkere hoek en ze kon zijn gezicht niet goed onderscheiden.
Hij hield een deur voor haar open en zei: 'Hierin.'
Toen ze in de kleine cabine stonden, zei hij: 'Odysseus is naar bed gegaan en dit is het moment waarop ik iets met je wil bespreken.'
Irina knikte en probeerde zo rustig mogelijk te blijven.
'Heeft hij jou weieens verteld waar hij zijn informatie vandaan haalt?'
Irina knipperde met haar ogen. 'Zijn informatie? Ik dacht dat hij die van Natasha Mayakova kreeg.'
'Ja, zij heeft hem een aantal berichten doorgegeven, dat is wel duidelijk,' zei Mars. 'Maar ik geloof er niets van dat ze de enige was. Hij is altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Natasha zag hem misschien één keer per week. Ik zie hem veel vaker.'
'Hij heeft mij niets verteld en ik had het gevoel dat ik niet moest proberen hem onder druk te zetten.'
'En hij maakte ook geen opmerkingen over Lara of Tatiana?'
Irina voelde haar hart overslaan. 'Nee.'
'Was hij wantrouwig toen je hem vroeg waar hij zijn informatie vandaan haalde?'
'Nee,' zei Irina, 'het was ook niet zozeer dat ik het hem rechtstreeks moest vragen. Bovendien... had hij andere dingen aan zijn hoofd.'
'Zoals?'
Irina keek van hem weg. 'Hij is bijzonder actief... op seksueel gebied.'
'Zo.'
'Ben je nu boos op me?'
'Misschien moet je me die vraag over een halfuur nog eens stellen.'
Irina draaide haar hoofd weer naar hem toe en keek hem strak aan. 'Wat gebeurt er over een halfuur?'
'Dan zal ik met zekerheid vast kunnen stellen of jij me al dan niet hebt verraden aan Valeri Denysovich.'
Het begon te suizen in Irina's oren en ze dacht dat ze flauw zou vallen.
'Maar wat zeg je me nu? Valeri is van de KGB. Je weet toch hoezeer ik hen verafschuw.'
'Het enige dat ik nu kan zeggen, is dat ik minder van je weet dan ik wel zou willen.'
'Je bent hier heel anders dan ik van je gewend ben,' zei Irina in een poging de ondervraging te doen stoppen. 'Hoe kun je mij in 's hemelsnaam verdenken? Ik was nota bene degene die Natasha Mayakova heeft aangegeven.'
Mars knikte. 'Jazeker, maar misschien was dat een vergissing.'
'Een vergissing? Geloof me, ik wist precies wat ik deed.'
'Ik vraag het me af,' zei Mars. 'Het werk dat je hebt verricht, brengt geweldig veel spanningen met zich mee, zelfs voor een professional. En een professional ben je zeker niet, Irina. Je moet over een enorme mentale en emotionele hardheid beschikken om vriendschap met iemand te sluiten en hem vervolgens op commando te kunnen verraden.
En daarnaast gebruik je zoveel energie om te doen alsof je een ander bent dat je op een gegeven moment het gevoel krijgt werkelijk die ander te zijn. Zo is het toch, Irina? Je kunt het gerust toegeven, want het gebeurt zelfs met de meest geharde professionals. Je illusies worden werkelijkheid en vice versa. Het is in zekere zin een vorm van camouflage. Als je zelf gelooft in je valse identiteit, zullen de mensen in je omgeving dat ook doen.'
'Dat doet er niet toe,' zei Irina, die zich in de verdediging voelde gedrongen. 'Ik heb daar geen last van.'
'Weetje dat zeker?' Hij kwam steeds dichterbij. Kon hij horen hoezeer haar hart tekeerging? 'Wie ben je nu eigenlijk echt? De lieftallige Irina Ponomareva waar mijn familie kennis mee heeft gemaakt? Of de uitgekookte Katya Boroskaya die Natasha Mayakova heeft verraden? Of de onverzettelijke Irina Ponomareva die Valeri Denysovich bespioneert?' Hij hield zijn hoofd schuin en keek haar aan met een alwetende blik. 'Wist je dat zelfs ik er moeite mee heb al die verschillende persoonlijkheden uit elkaar te houden? Ik zou het niet meer dan logisch vinden als dat ook voor jou gold.'
'Ik begrijp niet wat je van me wilt,'zei Irina. 'Waarom probeer je mij dit soort uitspraken in de mond te leggen?'
Mars spreidde zijn handen. 'Het enige wat ik probeer, is illusie en werkelijkheid van elkaar te onderscheiden, feit en fictie, mythe en realiteit. Ik werk als een archeoloog die aan het graven is op een historische vindplaats. Er zijn heel wat mensen die gebruikmaken van de vaardighe-den waar ik over beschik.'
'Ik begrijp niet waar je naartoe wilt.'
'Je moet weten, Irina, dat ik mijzelf hiervan nog het meest de schuld geef. Ik was degene die je overhaalde dit driedubbele leven te leiden en het is nu pas tot me doorgedrongen dat ik daar verkeerd aan heb gedaan. Niet dat ik veel keus had. Valeri Denysovich dwong me ertoe. Het is vanwege hem dat ik je op het koord liet dansen. En nu ben je eraf gevallen. Je hebt je evenwicht verloren. Je bent je werkelijke identiteit kwijt en het dringt niet tot je door wie je werkelijke bondgenoot is.
En zoals ik al zei: ik begrijp dat allemaal best. En het spreekt vanzelf dat je niet betrokken bent geweest bij enige criminele activiteit. Je kunt nergens voor worden aangeklaagd, wat je bekentenis ook verder aan het licht zal brengen. Ik zal daar persoonlijk op toezien.' Hij raakte haar aan met een troostend gebaar. 'Je kunt op me rekenen, Irina. Ik ben je beschermengel.'
Wat Irina nog het meest bevreemde en beangstigde, was dat hij haar bijna had overtuigd. Er school zoveel waarheid in zijn woorden dat het niet moeilijk was het hele verhaal te accepteren, alles wat hij had gezegd: dat ze nergens bang voor hoefde te zijn, dat ze niet zou worden aangeklaagd, dat hij het onder alle omstandigheden voor haar op zou nemen. Hij maakte het haar uitermate moeilijk de leugens te zien die hij had verstopt in zijn versie van de waarheid, maar Irina herkende ze uiteindelijk toch. Ze stelde zich voor hoe hij Natasha had gemarteld en vroeg zich af hoe ze zich in 's hemelsnaam zou kunnen verzetten tegen een man die zoveel macht en zoveel charisma had. Ze zag in dat er niet veel tijd meer was. Het was duidelijk dat Mars hoe dan ook uit was op een confrontatie, goedschiks of kwaadschiks. Ze moest zich te weer stellen, maar hoe? Toen dacht ze aan Odysseus, die al bijna achttien maanden lang zijn gevangene was. Hij had Mars van zich afweten te houden. Hoe hij dat had gedaan? Door zich de psychologische oorlogvoering van Mars toe te eigenen en daarmee terug te slaan. Oppervlakkig gezien leek het misschien alsof Mars onaantastbaar was, maar Odysseus had het tegendeel bewezen.
Mars was bang van Odysseus omdat deze hem ervan had overtuigd dat hij een metamorfose onderging. Was dat dan voor honderd procent gelogen? Irina wist het niet en ze vermoedde dat Odysseus het zelf ook niet wist, ondanks zijn zelfverzekerde en dappere optreden. Hij was immers het proefkonijn geweest van een experiment waarbij werd bekeken wat het effect was van kosmische straling op lichaam en geest van de mens. Maar er was dus een manier om Mars te bevechten.
Mars sloot zijn vingers om haar pols en zij viel voorover in zijn armen.
'Ik begrijp niet wat je verder nog van me wilt, Mars,' fluisterde ze. 'Ik heb alles gedaan waar je me om vroeg.'
'Ik wil dat je me de waarheid vertelt, Irina. Gewoon de waarheid.'
Ze legde haar hoofd op zijn schouder en drukte haar lichaam tegen het zij ne, niet als een vrouw die hem wilde verleiden, maar op de manier die hij van haar wenste: als een hulpeloze, in de war gebrachte vrouw die steun bij hem zocht.
'Irina,' zei hij in haar oor, 'je kunt me alles vertellen. Dan komt het allemaal weer goed. Dat beloof ik je.'
'O, Mars.' Ze dwong zichzelf te denken aan de manier waarop ze Natasha Mayakova had verraden en barstte in tranen uit. 'Je moet me geloven als ik zeg dat Odysseus me volledig overviel toen hij me in het zwembad benaderde.'
'Dat begrijp ik, koshka. Ik zie ook hoezeer Tatiana en Larazich lichamelijk tot hem aangetrokken voelen.'
'En het was die tijd van de maand. Ik was net in mijn vruchtbaarste periode.'
Ze voelde hoe zijn lichaam verstijfde en klemde zich des te steviger aan hem vast.
'Ik weet het niet zeker, natuurlijk,' ging ze door, 'maar een vrouw weet dat soort dingen vaak veel eerder dan een dokter. Maar nu ben ik zo bang. Ik vraag me af of Odysseus nog eigenlijk wel een mens is. En volgens mij weet hij het zelf ook niet, ook al doet hij alsof er niets aan de hand is. Ik ben bang voor datgene wat zich in mijn baarmoeder ontwikkelt. Stel nu eens dat... maar dat is zo verschrikkelijk dat ik er niet eens over na wil denken. Ik zou zelfmoord plegen. Ik zou...'
Mars duwde haar onwillekeurig van zich af. Hij keek haar met grote ogen aan en kon gedurende een lang, ondraaglijk moment geen woord uitbrengen.
'Hoe heb je dat kunnen doen?' vroeg hij ten slotte. 'Hoe kon je het laten gebeuren op precies het verkeerde moment?'
'Dat zei ik je. Hij overviel me.' Irina huiverde van haar eigen optreden. Ze dacht bij zichzelf: Wie is het die dit zegt? 'Hij gaf me geen tijd eraan te denken. Ik was weerloos.'
'Ik...'
Op dat moment werden ze gestoord door eenvenijniggeklopopdedeur.
'Wat is er?' Mars was zo nerveus dat hij bijna schreeuwde.
'Kapitein Nikolev is hier om u te spreken,' zei Tatiana.
'Zeg maar dat ik bezig ben. Ik kom...'
'Hij zegt dat het dringend is, kameraad. Hij moet u nu spreken.'
'Verdomme!'zei Mars. Hij keek naar Irina. 'Ga terug naar de computer. Zorg dat je de informatie vindt die we nodig hebben.'
Hij liep in de richting van het zwembad en keurde haar geen blik meer waardig.
'Waar gaat het om, kapitein?' vroeg hij kortaf.
Nikolev nam Mars ter zijde. Tatiana en Lara keken van een afstandje toe.
'We hebben Valeri Bondasenko gelokaliseerd.'
'Uitstekend,' zei Mars, die voor even de verschrikking vergat waar Irina hem mee had opgezadeld. 'Breng hem hiernaartoe.'
'Ik ben bang dat dat niet gaat, kameraad.'
'Niets is onmogelijk, kapitein. Breng hem hier! Dat is een bevel. Ik moet weten welke geheimen van Witte Ster in deze computer zijn opgeslagen.'
'We zullen hem samen op moeten zoeken,' zei Nikolev.
'Ik blijf hier,' zei Mars vastberaden. 'Ik vertrouw het niet als de Held hier achterblijft met alleen Lara en Tatiana in zijn gezelschap.'
'Laat hem door een aantal van uw mannen bewaken.'
'Nee,' zei Mars. 'Een dergelijke daad van agressie zou alles tenietdoen wat ik hier in de loop der tijd heb opgebouwd. De Held is veel te belangrijk voor ons. Via hem kunnen we inzichten verwerven die ons kunnen helpen bij het ontwikkelen van een geheel nieuwe technologie.'
'Ik zal u vertellen hoe de situatie ervoor staat, kameraad,' zei Nikolev.
'Er was maar één manier om Bondasenko te vinden en die manier heb ik benut. Herinnert u zich de Amerikaanse diplomatieke missie uit Tokio? Ik ben hen tegemoet gereden toen ze op Sheremetyevo stonden. Ze kwamen inderdaad af op het gecodeerde noodsignaal van Witte Ster dat we wisten te onderscheppen.'
Nikolev boog zich verder naar voren. 'Ik heb hen weten te overtuigen van mijn goede bedoelingen. Ze denken dat ik aan hun kant sta. Ze wisten een manier om met Bondasenko in contact te komen en dat is precies wat ze nu aan het doen zijn, in het Rossiya-hotel.'
'Heeft Valeri Denysovich zich daar verborgen?'
'Nee. Het hotel wordt kennelijk gebruikt als ontmoetingsplaats. We moeten daar naartoe gaan en ons voordoen als vrienden. Of in ieder geval ik. De Amerikanen kunnen Bondasenko zover krijgen dat hij hen toegang verschaft tot de informatie in de computer. Zodra dat het geval is, zal ik u een elektronisch seintje geven. Ik weet dat u er zelf bij aanwezig wilt zijn als Valeri wordt gepakt, dus ik stel voor dat we met zijn tweeën gaan.'
Mars dacht na over de woorden van de kapitein. 'Het klinkt als een onberispelijke strategie,' zei hij. 'Op één ding na. Hoe zullen de Amerikanen Valeri Denysovich ervan overtuigen dat zij toegang moeten krijgen tot de computer?'
'Ik heb hen over de coup verteld.'
'Je hebt waf gedaan?'
Nikolev dacht even dat Mars een hartaanval zou krijgen. 'Het was de enige manier om hen voor ons karretje te spannen,' zei hij. 'U heeft me zelf geleerd dat de waarheid beter werkt dan een leugen wanneer je iemand in de val wilt lokken. Geloof me, die Amerikanen zijn niet de eerste de beste. Als ik had gelogen, zouden ze me onmiddellijk hebben doorzien. Hoe zei u dat ook alweer, kameraad? Wie zich laat verleiden door de waarheid, gaat eraan ten onder. Zo was het toch?'
Mars liet de woorden tot zich doordringen en knikte. 'We gaan,' zei hij.
'En neem de Toshiba mee.'
Beneden aangekomen liepen de twee mannen naar Nikolevs zwarte Zil. Nikolev kroop achter het stuur en Mars ging naast hem zitten met de Toshiba op schoot.
'Waar is je chauffeur gebleven?' vroeg Mars.
'Ik heb al mijn mannen de opdracht gegeven de Amerikanen in de gaten te houden,' zei Mars terwijl hij de auto startte en wegreed. 'Zonder dat ze er iets van merken, natuurlijk, maar daarom had ik ze allemaal nodig. Ik heb een onzichtbaar kordon om het Rossiya opgesteld.'
Mars lachte.' Goed werk, kapitein. U kunt een promotie tegemoet zien.'
Er was nauwelijks verkeer op de weg en de Zil kon daarom flink opschieten. Toen ze Sterrenstad ruimschoots achter zich hadden gelaten, stuurde Nikolev zijn wagen naar de kant van de weg, waarna hij stopte en de motor afzette.
'Wat is er, kapitein?' vroeg Mars.
Nikolev draaide zich naar hem toe met een pistool in zijn hand. Hij hield de loop op Mars gericht. 'Overhandigt u mij de Toshiba, kameraad.'
Mars knipperde niet één keer met zijn ogen. 'Maar kapitein, u stelt mij teleur.'
'Dat is dan jammer,' snauwde Nikolev. 'Ik wil de computer en ik wil hem nu.'
'Dan hoop ik voor u dat de gegevens op de harde schijf de moeite waard zijn,' zei Mars, 'anders heeft u uw leven voor niets opgeofferd.'
'Dat zullen we nog wel eens zien,' zei Nikolev. 'Geef hier.'
'En wat gebeurt er met mij als ik dat eenmaal heb gedaan?' Mars bestudeerde het gezicht van zijn opponent en knikte. 'Ik begrijp het. Dat is dus waar het op uitdraait. Een bonk dood vlees op de weg, ten prooi aan de roofvogels.'
'U bent een gevaarlijk man, kameraad,' zei Nikolev.
'Daar heeft u gelijk in,' zei Mars en haalde de trekker over van het kleine vuurwapen dat hij in zijn schoot verborgen had gehouden, onder de Toshiba. De knal in de besloten ruimte van de Zil was oorverdovend en de twee mannen werden heen en weer geslingerd vanwege de krachtige naschok. Kapitein Nikolev keek met verbijstering naar het bloed dat uit hem stroomde. De kogel was echter afgeschampt tegen de computer, waardoor hij enigszins van koers was veranderd en de maagstreek had geraakt, lager dan Mars voor ogen had gestaan.
Mars haalde uit naar Nikolevs pistool en in een reactie daarop haalde Nikolev de trekker over, zodat het dak van de Zil werd doorboord. Nikolev graaide naar Mars en gaf met de muis van zijn hand een mep tegen de keel van zijn tegenstander. Mars verloor de greep op zijn pistool en Nikolev sloeg het uit zijn hand.
De Toshiba viel met een klap op de grond. Mars balde zijn vuisten en beukte in op Nikolevs maag, precies op de plek waar de kogel was ingeslagen. Nikolev schreeuwde en de tranen sprongen hem in de ogen. Mars wilde van de gelegenheid gebruikmaken zijn pistool van de grond te rapen, maar Nikolev greep naar zijn arm in een poging die te breken. Mars zette zijn tanden op elkaar en duwde zijn elleboog in Nikolevs gezicht. Hij hoorde het onmiskenbare geluid van een verbrijzeld kaakbeen en dacht: nu heb ik hem.
Dat had hij verkeerd gedacht. Nikolev, die bijna niets meer zag van de pijn, kreeg het voor elkaar twee keer kort en ongenadig in te slaan op Mars'
solar plexus. Heldere, kleurloze vlekken dansten Mars voor de ogen en hij voelde dat hij op het punt stond flauw te vallen. Uit alle macht probeerde hij zijn gepijnigde middenrif weer onder controle krijgen en kromp in elkaar toen de derde klap hem beroofde van de zuurstof waar hij zo'n dringend behoefte aan had. Met de moed der wanhoop gaf hij opnieuw een klap tegen Nikolevs ge-zicht en dit keer klapte de nek van zijn tegenstander naar achteren, zodat het achterhoofd tegen de voorruit knalde en het glas aan diggelen sloeg. Nikolev lag in een onnatuurlijke houding achterwaarts over het dashboard heen en knipperde met zijn ogen. Hij leek althans tijdelijk buiten bewustzijn. Mars gebruikte dit respijt door gulzig adem te halen. Toen sloeg hij net zo lang in op Nikolevs zij tot de ribbenkast het begaf.
Nikolev viel zijdelings op de grond. Zijn gezicht was besmeurd met bloed en glassplinters waren doorgedrongen tot in zijn wangen. Zijn ogen staarden omhoog. Mars moest bijna huilen vanwege de enorme hoeveelheid energie die het gevecht hem had gekost. Hij vervloekte zijn tegenstander en gaf een trap tegen zijn hoofd. Daarna boog hij zich voorover en hield zijn hoofd tussen zijn benen om te voorkomen dat hij flauw zou vallen.
Het duurde enige tijd voor hij zich hersteld had. De stank van vers bloed, weeïg als die van bedorven bloemen, herinnerde hem eraan dat hij er bijna het leven bij had gelaten.
'Je bent een klootzak, Nikolev. Je dacht dat je slimmer was dan ik, maar uiteindelijk was ik je de baas. Ik had al een mannetje bij jouw divisie gestationeerd toen jij nog niet eens aan departement N was toegewezen. Dat was een van de redenen waarom ik juist de elfde divisie van de Grenswachten onder mijn beheer wilde hebben.'
Hij spoog in Nikolevs gezicht. Voor de kapitein maakte het niets meer uit, maar toch was het een gebaar dat Mars goeddeed.
Hij opende het linkerportier, boog en duwde het lijk van Nikolev naar buiten. 'Een bonk dood vlees aan de kant van de weg,' zei Mars. 'Zo is er in ieder geval nog iets van uw plannen uitgekomen, kapitein.'
Hij pakte de Toshiba van de vloer. De linnen tas eromheen was overdekt met bloed en stukjes bot, maar dat kon Mars niets schelen. Snel ritste hij de tas open en vloekte grof toen hij de schade zag die zijn kogel had aangericht. Het was duidelijk dat de harde schijf was beschadigd. Wel verdomme, dacht hij, ik heb hier geen zak aan. Dit ding zit vol met informatie over Witte Ster, maar niemand zal er ooit nog bij kunnen. Ik ben nu meer dan ooit aangewezen op Valeri Denysovich.
Hij gooide de Toshiba op de achterbank en stelde de zend-en ontvangstinstallatie in werking waarmee de Zil was uitgerust. Hij gaf zijn naam en vroeg een verbinding aan met eerste luitenant Pokov. Zijn vingers trommelden ongeduldig op het bloederige dashboard. De radio kraakte en kwam tot leven. 'Pokov.'
'U spreekt met Volkov,' zei Mars zonder verdere plichtplegingen. 'U
voert vanaf dit moment het commando over de Elfde Divisie. Is dat duidelijk, luitenant?'
'U kunt op me rekenen, kameraad.'
'Houdt u de Amerikanen nog steeds in de gaten?'
'Jazeker. Alles is onder controle.'
'Uitstekend. Zij zullen u de weg wijzen naar Bondasenko. Trommel zoveel mannen op als u denkt nodig te hebben. U beschikt over alle volmachten. En bedenk wel, Pokov, Bondasenko heb ik hard nodig. Die Amerikanen interesseren mij ook, maar als zij je ook maar de minste moeilijkheden bezorgen, kun je ze beter doden. Hoe minder getuigen, hoe beter. Begrijpt u wat ik bedoel, luitenant?'
'Jazeker, kameraad.'
'Over en uit.'
Mars schakelde de radio uit en schoof door naar de bestuurdersplaats. Hij startte de motor, keerde de Zil en reed terug naar Sterrenstad. De verbrijzelde ruit bemoeilijkte hem het uitzicht en daarom werd hij gedwongen nogmaals te stoppen en met de kolf van zijn pistool de rest van het glas eruit te slaan.
Toen hij de vesting van de Held weer inreed, keken de bewakers hem met verbaasde blik aan. Hij had echter geen tijd hen de zaak uit te leggen. Hij dacht aan Anatoly Nikolev, die had gedacht Mars te kunnen overtroeven. Hij vermoedde dat hetzelfde voor Irina gold. Ze dacht dat ze hem had overtuigd van haar loyaliteit, maar hij wist wel beter. Waarschijnlijk had iemand haar op de een of andere manier ervan weten te overtuigen dat niet Valeri, maar hij van de KGB was. Hij had de angst in haar ogen gezien en hij had gevoeld met hoeveel huiver ze hem aanraakte.
Was ze inderdaad in haar vruchtbare periode geweest toen ze zich door Odysseus had laten nemen? Hij wist niet of ze in staat was een dergelijke afschuwwekkende leugen te verzinnen. Maar waarom ook niet? Ze had immers al bewezen dat ze allerlei gevaarlijke activiteiten aankon. Toen Mars de deur opende naar de zaal met het zwembad, dacht hij: het is tijd om erachter te komen hoe lang ze haar driedubbele leven weet vol te houden. Het zou hoogst interessant zijn te zien of ze zelfs in het aangezicht van de dood aan haar mooie leugentjes vasthoudt.
Tori en Russell stonden aan de rand van Zamoskvorechye, het District aan de andere kant van de Moskva.
Op enige afstand van hen bevonden zich de vier mannen die kapitein Nikolev zelf had uitgezocht om ervan verzekerd te zijn dat ze veilig op hun bestemming zouden aankomen. Nikolev had daar zelf op aangedrongen.
'Mars Volkov heeft het grootste deel van de Elfde Divisie ingezet om de straten van Moskou uit te kammen en naar Valeri Bondasenko te zoeken. Zonder begeleiding redden jullie het nooit,' had hij gezegd. Luitenant Pokov stapte uit zijn Zhiguli en kwam naar hen toe gelopen.
'Er lopen hier verschillende patrouilles van Volkov rond,' zei hij. 'Zijn we al in de buurt van onze bestemming?'
'Sodemieter toch op,' zei Russell.
Pokov keek alsof hij zich gekwetst voelde. Hij was een donkerharige Rus die een weinig intelligente indruk maakte en de bouw had van een soort van amateurworstelaar. Hij leek bovendien zeer snel ter voet. 'Ik sluit de auto af en laat hem hier staan. Anders trekken we te veel de aandacht.'
Russell trok Tori met zich mee en keek over zijn schouder naar Pokov.
'Deze hele situatie bevalt me steeds minder,' fluisterde hij. 'We zitten in de gevarenzone en we weten niet eens wie de goeien en wie de slechteriken zijn. Als we niet oppassen, wordt dit onze dood.'
Tori vroeg: 'Dus je denkt nog steeds dat Nikolev ons bedrogen heeft?'
Russell keek haar aan. 'Denk nu toch eens na. Waar zijn we in 's hemelsnaam aan begonnen? We waren zozeer gespitst op het achterhalen van de waarheid dat we zijn verdwaald ineen woud vol leugens. En ik kan j e verzekeren dat Moskou niet het soort stad is om in rond te dwalen. De kans bestaat dat je er nooit meer uit kunt ontsnappen.'
Tori maakte een rationele afweging en zei: 'We moeten hoe dan ook zo snel mogelijk in contact zien te komen met Valeri Bondasenko. Het is nu al één uur in de nacht. Over minder dan vier uur begint de Russische invasie van de Baltische staten.'
'Als Nikolev de waarheid heeft gesproken.'
Ze zwegen omdat luitenant Pokov hen benaderde. 'Neemt u mij niet kwalijk, maar we moeten nu echt opschieten. Het is al heel laat. Er zijn nog maar weinig mensen op straat en als u hier blijft staan, zult u te veel de aandacht trekken. U kunt elk moment worden opgepakt door een van Volkovs patrouilles en in zo'n situatie zou ik niets voor u kunnen doen. Mijn mannen en ik kunnen alleen maar proberen u weg te houden bij de overige patrouilles van de KGB.'
'Hij heeft gelijk,' zei Tori. 'We moeten gaan.'
'Verdomme, dit bevalt me van geen kant,' zei Russell, maar Tori sloeg de Bolshaya Polyankastraat in en hij hield haar niet tegen. Ten slotte kwamen ze bij de Kerk van Sint Gregorius van Neocasarea.
'U blijft hier. Heeft u dat goed begrepen?' vroeg Russell aan Pokov.
'Verbergt Bondasenko zich hier?' vroeg Pokov. 'In een kerk?'
Iets zijn stem klonk Russell uitermate verdacht in de oren. Hij pakte Tori bij de arm en nam haar snel mee naar de hoofdingang van de kerk. Hij haalde een klein instrument te voorschijn en stak dat in het slot. Russell duwde en de gigantische, zware deur ging langzaam open.
Binnen heerste duisternis. Ze spitsten hun oren en verwachtten ieder moment het geluid te horen van laarzen op het grindpad dat naar de kerk toe leidde.
Ze hoorden niets.
'Wat was er?' fluisterde Tori.
'Ik weet het niet. Misschien heb ik me vergist en is alles in orde.'
Toen zag hij het silhouet van een van Nikolevs KGB'ers door de voordeur naar binnen sluipen. De gestalte stak af tegen het zwakke blauwe licht dat door de gebrandschilderde ramen naar binnen scheen en Russell wees hem aan. Een seconde later was het silhouet verdwenen, en datzelfde gold voor Tori.
Gedurende de eerste momenten deed Tori niets anders dan luisteren. Het was onmogelijk de man te zien, maar ze hoorde hem wel degelijk. Ze ontdeed zich van haar schoenen, knoopte de veters aan elkaar en hing ze om haar nek. Ze luisterde nogmaals en toen ze er zeker van was waar de KGB'er zich bevond en welke kant hij op wilde, ging ze achter hem aan. De man dacht kennelijk dat het slim was tussen de kerkbanken door te kruipen. Tori klom op de rugleuning van de kerkbank achter hem en zette voorzichtig haar ene voet voor de andere, alsof ze op het koord danste. Zonder de houten bank te kunnen zien, bewoog ze zich in een rechte lijn voort. Haar voetzolen drukten op de bovenrand van de rugleuning, die niet meer dan een centimeter breed was. Ze voelde iedere onregelmatigheid van het houtsnijwerk.
Toen ze zich boven en vlak bij de kruipende KGB'er bevond, liet ze zich zo geruisloos als een vleermuis op hem vallen. De man had zijn mes al getrokken. Zodra hij haar gewicht voelde neerkomen, draaide hij zich om en stuurde zijn mes met een verraderlijke boog in de richting van Tori's buik. Tori gebruikte een aikido-greep om zijn aanval af te slaan en voor hij er erg in had, pakte ze zijn onderkaak aan beide kanten vast. Hij viel naar achteren en Tori gaf een geweldige ruk naar links. Zijn nek maakte een knappend geluid als van een droge tak; zijn lichaam maakte een stuiptrekking en bleef toen roerloos liggen. Zodra Tori was verdwenen, verschool Russell zich achter de grote deur. Hij wachtte op de volgende KGB'er die de kerk zou binnendringen, maar voelde ineens een pistool in zijn onderrug.
'Stoi!' commandeerde iemand.
Russell, die het Russische bevel niet begreep, draaide zich om. Hij zag een man in priesterkledij. 'Zijn alle geestelijken in Moskou gewapend, eerwaarde?'vroeg hij.
'Alleen als ze zich verschuilen,' zei de gestalte met een zwaar Russisch accent.
'Valeri Bondasenko?'
'Jazeker.'
Russell probeerde het gezicht onder de kap te onderscheiden, maar de duisternis verhinderde dat. 'Ik ben een medewerker van Bernard Godwin. Mijn collega is...'
'Als dat werkelijk zo is, waarom heeft u de KGB dan meegenomen?'
'Dat is een lang verhaal,' zei Russell, 'waarvan ik zelf ook nog niet de finesses ken. Het duurt te lang om het allemaal uit te leggen. We moeten ons van hen ontdoen.'
'Hoeveel van hen zitten u op de hielen?'
'Eén officier, luitenant Pokov, en drie van zijn ondergeschikten.'
'Zo weinig maar? Dat is vreemd. Meestal werken ze in grote groepen.'
Maar Russell luisterde al niet meer naar hem. Hij staarde in de loop van een semi-automatisch machinepistool. Een Kalashnikov.
Tori maakte het mes los dat de dode KGB'er nog steeds in zijn hand hield. Ze overwoog ookzijnpistoolmeetenemen,maar bedacht zich. Ze had zelf niet zoveel op met vuurwapens en als er ook maar één schot te horen zou zijn, zou onmiddellijk op grote schaal alarm worden geslagen en dan konden ze het verder wel vergeten. In plaats daarvan stak ze de munitie bij zich. Zo zou in ieder geval niemand anders van het wapen gebruik kunnen maken.
Toen liep ze verder de verduisterde kerk in.
Plotseling zag ze de licht weerkaatsing van een langwerpig, stalen voorwerp. Tori keek toe hoe de glimmende wapenstok van een volgende KGB'er naderbij kwam.
Even later kon ze zijn gezicht onderscheiden. Hij keek strak voor zich uit; kennelijk had hij Russell in de gaten gekregen. Ze klom nogmaals op de rugleuning van een kerkbank en sloop naar hem toe, maar toen ze op het punt stond de aanval te openen, drong het ineens tot haar door dat er iemand achter haar stond. Ze sprong onmiddellijk op de grond en wist op die manier net te voorkomen dat haar enkels geraakt zouden worden door de stalen wapenstok van een andere KGB'er.
Tori draaide zich om nog voor ze op de grond was beland en haalde onmiddellijk uit met haar linkerbeen. Ze voelde dat ze vlees en bot raakte en hoorde hoe haar tegenstander naar adem snakte van de pijn. Toen viel ze hem aan met de 'steen', een atemi-stoot waarbij beide handen worden gebruikt. Hij hield beide handen echter strak voor zich uit en probeerde zijn pistool op haar te richten. De man was zo dichtbij dat Tori de gespannen vastberadenheid aan zijn ogen af kon lezen. Nog even en hij zou de trekker overhalen; alleen al de knal zou het einde betekenen van deze missie. De gehele KGB, of op zijn minst de politie, zou worden gealarmeerd. Een dergelijk kabaal op een tijdstip als dit zou onmiddellijk resulteren in bezorgde telefoontjes van omringende bewoners. Tori dook weg, maar sloeg met haar hoofd tegen de achterkant van de volgende kerkbank. De KGB'er boog naar voren en greep naar haar blouse, waarna hij haar met zijn linkerhand naar zich toe trok. Hij drukte de loop van zijn pistool tegen haar voorhoofd.
'Da zvedanye, suka,' zei hij. Vaarwel, teef. Hij grinnikte ondanks de pijn in zijn linkerhand; het was daar dat ze hem met haar linkervoet had geraakt. Tori sloeg met beide vuisten tegen zijn oren, greep zijn rechterpols met haar ene hand vast en de loop van zijn pistool met de andere. Als een razende probeerde hij zich los te vechten. De aders in zijn nek zwollen geweldig op terwijl hij op haar inhakte met een krachteloze linkerhand. Tori hield zijn benen met de hare klem, zodat hij die in ieder geval niet kon gebruiken. Zowel zij als de KGB'er concentreerde zich op het wapen. Tori had haar positie mee, maar hij was sterker. In een ijzingwekkende stilte vochten ze het uit, zonder mededogen, geweld tegen geweld. Het machtsevenwicht werd pas verbroken toen Tori ineens haar weerstand liet varen en op die manier een van de belangrijkste principes van aikido toepaste. Zijn arm, die van het ene moment op het andere geen enkele belemmering meer ondervond, schoot zijn doel voorbij en raakte noch haar gezicht, noch haar lijf. Ze gaf een kite tegen de zijkant van zijn nek en zijn arm viel slap omlaag. Zijn ogen staarden levenloos in de verte. Tori keek op. De derde KGB'er was uit het zicht verdwenen.
'Laat je pistool vallen,' zei de KGB'er tegen de figuur in het priestergewaad. De laatste deed wat hem werd bevolen.
'Trap het hiernaartoe.'
Op het moment dat de KGB'er zijn blik op de grond richtte, wist Russell wat hem te doen stond. Hij zette een stap in zijn richting, concentreerde zich op een van de schouderbladen en hakte er met stram gehouden hand op in, precies zoals hem dat geleerd was.
Het bot kraakte en de KGB'er viel op zijn knieën. Hij probeerde zijn Kalashnikov schuin omhoog te richten, maar Russell raakte de zenuw aan de binnenkant van zijn elleboog en zijn arm raakte verlamd. Russell rukte hem de Kalashnikov uit handen en gaf er een klap mee tegen de zijkant van zijn hoofd.
Terwij l ze haar pijn probeerde te verbij ten, sloop Tori bukkend de rij kerkbankjes uit en liep van de zijbeuk in de richting van het hoogaltaar, waar ze Russell voor het laatst had gezien. Hij stond naast het gevelde lichaam van de derde KGB'er en was in gezelschap van een priester. Een vermomde Bondasenko? Tori hoopte het maar.
Ze ging naar hen toe. 'Russell, heb jij Pokov ook gezien?'
'Nee. En hoe zit het met die twee anderen?'
'Uitgeschakeld,' zei Tori, 'net als deze.' Ze voelde voorzichtig aan haar achterhoofd.
Russell bekeek haar eens goed. 'Alles oké?' Ze knikte. 'Soms ben ik weieens bang van wat je allemaal doet, weet je dat?'
'Mijnheer Slade...'
'Ach ja, natuurlijk,' zei Russell. 'Tori, dit is Valeri Bondasenko. Valeri, ditisToriNunn.'
Ik geloof dat we een hoop met elkaar te bespreken hebben,' zei Tori. De gestalte in priesterkledij knikte. 'Volgt u mij,' fluisterde hij.
'Nu nog niet, kameraad. Misschien later.' Luitenant Pokov kwam ineens uit het duister te voorschijn. Hij had zich zo stil gehouden dat zelfs Tori hem niet had kunnen ontdekken. Ze vervloekte zichzelf voor deze misser. Sensei zou het haar enorm kwalijk hebben genomen. Luitenant Pokov knikte. 'Het doet me plezier kennis met u te maken, kameraad Bondasenko. Of misschien kan ik u beter verrader Bondasenko noemen.'
Russell was woedend. 'Tori, wat heb ik je gezegd? We hadden die kloot-zak van een Nikolev nooit moeten vertrouwen.'
'Ach, die arme Nikolev.' Luitenant Pokov lachte. Hij kon het zich nu veroorloven joviaal te doen. 'Het is jammer dat hij op het verkeerde spoor terechtkwam. Bovendien beging hij de onvergeeflijke fout u te vertellen wat er over enkele uren te gebeuren staat. Niet dat u daar nog iets aan kan veranderen. U zit dan al lang en breed in de Loebyanka.' Hij maakte een gebaar met zijn geweer. 'De uitgang is die kant op, mijne dame en heren. Ga uw gang.'
Pokov volgde hen door het middenpad. Tori zag een aantal meter verderop de eerste man liggen met wie ze had gevochten. Even verderop lag het pistool dat ze daar had achtergelaten. Ze stak een hand in haar jaszak.
'Dus als ik het goed begrijp, Pokov, ben je overgelopen,' zei Russell. Pokov lachte. 'Je kunt beter zeggen dat ik altijd aan dezelfde kant ben gebleven. Het was dom van Nikolev om het op te willen nemen tegen Mars Volkov. Er is nog nooit iemand geweest die dat heeft overleefd. Ik hecht veel te veel aan het leven om me als een idioot te gedragen.'
Terwijl Pokov dit zei, naderde Tori de dode KGB'er. Ze boog voorover met haar rug naar Pokov toe.
Hij had het vrijwel onmiddellijk in de gaten. 'Wat doe je daar?'
schreeuwde hij. 'Ga daar vandaan!'
Tori draaide zich om. Ze hield het pistool in de hand.
Pokov keek haar verbaasd aan en gooide toen zijn hoofd in de nek, lachend. 'Leuk geprobeerd, dame. Maar het magazijn is leeg. Dacht je nu echt dat ik hem daar had laten liggen als er nog kogels in hadden gezeten?'
Hij trok zijn mondhoeken minachtend omlaag. 'Stomme Amerikanen. Een vrouw sturen om het werk van een man op te knappen. Hoe komen ze erop. Een man zou beter hebben geweten.'
'O ja?' zei Tori en haalde de trekker over.
Pokov werd achterovergeslagen tegen de achterkant van een koorbank. Zijn benen begaven het en een uitdrukking van schrik en woede verwrong zijn gezicht tot een masker.
'Maar het was leeg,' fluisterde hij. 'Ik wist het zeker.'
Tori liep naar hem toe en liet hem een hand vol kogels zien. Pokovs ogen knipperden, het hoofd zakte naar zijn schouder toe en hij zakte naar de grond.
'Da zvedanye, Pokov,' zei Tori en gooide het pistool op zijn roerloze borst.
Sergei, de man met de rode moedervlek, trok de kap van zijn gezicht.
'Mijn god, daarvoor neem ik mijn petje af,' zei hij. 'Misschien is het nu veilig genoeg om...'
'Nee,' zei Valeri, die op hen af kwam gelopen vanuit de richting van het hoogaltaar. 'Ik ben de echte Valeri Denysovich Bondasenko.' Hij gaf Sergei een klop op de schouder. 'Je hebt me lang genoeg in bescherming genomen, beste vriend.'
Tori en Russell stelden zich voor en Valeri knikte. 'Uw moed staat buiten kijf en ik waardeer het wat u voor ons gedaan hebt, maar ik ben bang dat we er weinig mee opschieten. Deze vier mannen hier zijn niet alleen gekomen. De kerk is omsingeld door een heel contingent KGB'ers.'
'Die klootzak van een Pokov,' zei Russell. 'Hij moet contact hebben gehad met Volkov.'
'Ongetwijfeld,' zei Valeri. 'En nu heeft Mars Petrovich de touwtjes stevig in handen.'
'Misschien wel té stevig, kameraad,' zei Sergei. 'Je weet toch dat er onder de kerk tunnels lopen die ons buiten kunnen brengen.'
Valeri knikte grimmig. 'Maar toch. Volkov houdt de hele stad in de gaten. En we zijn te voet. Op dit nachtelijk uur maken we geen enkele kans.'
'Er zijn misschien andere zaken die zwaarder wegen,' zei Russell. Hij vertelde wat kapitein Nikolev had verteld: bij zonsopgang zou een invasie van de Baltische staten op gang komen en tegelijkertijd zou de president van de Sovjetunie worden vermoord.
Valeri sloot de ogen. Hij leek dodelijk vermoeid. 'Ja, zoiets had ik al verwacht. Maar dit is wel erg snel.'
'Nikolev zei dat Witte Ster een sleutelrol kon vervullen in deze krachtmeting. Hij zei dat als we u konden vinden, de leider van Witte Ster, de organisatie kon worden gemobiliseerd om de invasie en de coup te voorkomen.' Russell keek naar Valeri. 'We weten dat Bernard Godwin u nucleaire wapens heeft verkocht. De tijd is gekomen ze in te zetten.'
Valeri schudde zijn hoofd. 'De heer Godwin heeft ons die installaties niet verkocht, mijnheer Slade, hij heeft ze ons geschonken. Wij beschouwen hem hier als een hoog geachte patriot. Hij is een van de geestelijke vaders van Witte Ster.'
'Goede god,' zei Russell.
'Maar we kunnen hier helaas weinig met uw informatie aanvangen,' zei Valeri. 'We kunnen onmogelijk contact leggen met het buitenland vanaf deze plek. Het kostte al behoorlijk veel moeite om jullie boodschap vanuit het hotel hier te krijgen. Vandaar dat het zo lang duurde voor u een reactie kreeg. Nee, we moeten hier vandaan.'
'We moeten naar Sterrenstad,' onderbrak Tori hem. 'Mars Volkov is daar met een vrouw genaamd Irina en uw computer. Is het waar dat alle gegevens over Witte Ster op de harde schijf zijn te vinden?'
'Irina,' zei Valeri. 'Dus Mars heeft Irina betrapt toen ze in mijn appartement was. Dat betekent dat hij weet aan welke kant ze staat.'
'Dus de computer zou u kunnen verraden,' zei Tori.
Valeri knikte. Ja. De hele administratie is erin opgeslagen. Maar ik heb die beveiligd. Ze zullen die nooit vinden.' Toen viel hij ineens stil. Zijn gezicht werd bleek. 'Mijn god,' zei hij zacht. 'Irina is een specialiste op het gebied van de software die ik gebruik. Ze zou... als Mars haar daartoe zou dwingen...' Hij keek op zijn horloge en toen naar Tori. 'Het is nu bijna drie uur in de ochtend. U heeft gelijk. We moeten zo snel mogelijk naar Sterrenstad.'
'Maar hoe dan, kameraad?' zei Sergei. 'Via de tunnels komen we makkelijk op straat, maar wat dan?'
'We hebben een auto,' zei Russell. Hij moest er bijna om lachen. 'De auto van Pokov.' Hij knielde, doorzocht Pokovs zakken en vond de sleuteltjes. Op dat moment werd de grote deur van de kerk ingebeukt.
'KGB. Kalm blijven.'
'Snel!' fluisterde Valeri. 'Deze kant op!'
Ze renden terug in de richting van het hoogaltaar en passeerden deurtjes die Valeri zacht achter hen afsloot. Toen liet hij hen even in de steek; Sergei leidde hen verder.
Toen ze een tweede trap naar beneden namen, op weg naar de crypte, had Valeri hen alweer ingehaald. 'Ik heb een ruit achter het altaar ingeslagen,' zei hij. 'Ze zullen denken dat we daaruit zijn weggevlucht.'
Toen ze in de crypte waren, sprak Valeri met de man met de rode moedervlek. 'Sergei, blijf jij bij mijn dochter. Ik wil haar niet overal mee naar toe zeulen en bovendien is er toch niet genoeg ruimte in de auto voor ons allemaal.'
'Ik begrijp het, kameraad.'
'Zorg goed voor haar.'
'Alsof ze mijn eigen dochter was.'
De twee mannen omhelsden elkaar.
'Maak dat je wegkomt, Valeri.'
'Ik zal je zelf komen ophalen, Sergei. Na zonsopgang.'
Even later volgden Tori en Russell hem door de tunnel, via de duisternis naar het licht, in zijn laatste poging zijn land van de ondergang te redden. Mars had een moordzuchtige blik in zijn ogen. 'Laat me met rust,' zei hij tegen Lara en Tatiana. 'Jullie spreek ik later nog wel.' Hij liep met grote stappen door de zaal. De vrouwen keken met open mond naar het bloed dat op zijn gezicht zat vastgekoekt, net zoals de bewakers dat hadden gedaan. Op dit tijdstip was er niemand anders in het gebouw. Mars stond bij het zwembad. In zijn afwezigheid was de Held uit zijn slaap ontwaakt en in het water teruggekeerd. Of misschien was hij wakker geworden vanwege de onmiskenbare crisissfeer. Mars keek op hem neer.
'Hier,' zei hij, 'een cadeautje voor je.' Hij zwaaide met de beschadigde Toshiba en liet op het hoogste punt de handgreep los; het apparaat viel met koffer en al in het water. 'Je ziet, Odysseus, dat ik hem niet meer nodig heb. En weet je waarom? Natuurlijk weet je dat. Je kunt immers mijn gedachten lezen.' De dodelijke blik in zijn ogen werd nog intenser. 'Ik heb de computer niet meer nodig omdat ik iets beters heb.' Hij lachte schamper. 'Mijn mannen hebben de schuilplaats ontdekt van mijn aartsvijand, om jouw terminologie te gebruiken. Valeri Denysovich is zojuist door hen opgepakt en wordt hiernaartoe gebracht voor ondervraging. Wat vind je daar nu van?'
'Het spijt me voor jou,' zei de Held.
Mars klemde zijn kiezen op elkaar. Zijn vuisten balden zich samen tot witte klauwen.
'Goed zo,' zei Odysseus. 'Waarom hou je je eigenlijk nog in, kameraad?
Waarom spring je niet in de arena om het als een gladiator met me uit te vechten, man tegen man? Dat is immers wat je wil? Maar het zou natuurlijk anders kunnen lopen dan je denkt. Misschien is het helemaal niet man tegen man, maar man tegen... Wat denk je zelf, Volkov? Tegen wat?'
Mars boog zich over de rand van het zwembad. 'Je denkt dat je overal vanafweet, dat je precies weet hoe het zit. We zullen nog eens zien hoe slim j e bent, Odysseus!'
Hij schreed naar Irina, die hen van een afstandje had gadegeslagen. In een vlaag van woede greep hij haar bij de haren en trok haar hoofd zo hard naar achteren dat ze het uitschreeuwde en op haar knieën viel.
'Volkov!'
Mars keek naar Lara en Tatiana. 'Als een van jullie beiden zich hiermee bemoeit, dood ik jullie.' Toen sloeg hij Irina hard in het gezicht.
'Volkov!'
'Kameraad Volkov voor jou, Odysseus!'
'Kameraad Volkov,' zei Odysseus, 'hou daarmee op.'
'Ik pieker er niet over,' zei Mars. 'Daarvoor is het nu veel te laat.' Hij gaf nogmaals een pijnlijke ruk aan Irina's haar, zodat haar hoofd helemaal achterover werd getrokken. Ze jammerde. 'Ik ga haar pijn doen, Odysseus. Ik wil je dat van tevoren laten weten, want jij zult de voornaamste getuige zij n.'
'Ze is maar een onschuldige vrouw, kameraad. Laat haar hierbuiten.'
'Maar dat is niet waar,' argumenteerde Mars. 'Ze is op slinkse wijze binnengedrongen in mijn leefwereld. Toen ze de smaak eenmaal te pakken had, wist ze niet meer van ophouden. Het was haar eigen beslissing. Op het moment dat ze me verleidde, stemde ze in met de regels van het spel.'
'Ze was zich niet bewust van de consequenties, kameraad.'
'Maar dat was ze wel degelijk. Eerst verleidde ze me en toen heeft ze Valeri Denysovich voor me bespioneert. Ze sloot vriendschap met Natasha Mayakova en vervolgens verried ze haar. Wist je dat eigenlijk? Ze verried haar zonder met haar ogen te knipperen. En daarna deed ze hetzelfde met mij. Ze gaat even koelbloedig te werk als welke man dan ook. Ze heeft het geweld aanvaard en nu zal ze moeten leren dat geweld tot geweld leidt. Het is een kwestie van rechtvaardigheid, Odysseus.'
'Het is wraak, kameraad. Wraak. Niets meer en niets minder. Rechtvaardigheid bestaat niet in deze wereld van jou. We zijn volledig afhankelijk van jouw bevliegingen. Maar ironisch is het wel, kameraad. Wie speelt er hier nu eigenlijk de levende god? Ik niet, in ieder geval.'
'Je kunt de pot op met je mooie woorden,' zei Mars. 'Wie heeft jou geleerd de taal als wapen te gebruiken?'
'Ik handel slechts uit zelfverdediging, kameraad. Taal is het enige wapen dat je me niet hebt afgenomen.'
'En nog ben ik veel te toegevend geweest, Odysseus. Ik had kunnen weten wat daar de gevolgen van zouden zijn. Je gedraagt je halsstarrig, hatelijk, verwend. Daar moet een eind aan komen.' Hij tilde zijn hoofd op.
'Tatiana, kom hier.'
Zij deed wat hij van haar vroeg.
Arbat stak haar hoofd uit het water en begon wanhopig te ratelen.
'Volkov,' zei Odysseus gealarmeerd, 'wat voer je in je schild?'
'Je spel is uit, Odysseus. Ik zal je fatsoen bijbrengen, en respect voor je meerderen, zodat je volledig en naar waarheid antwoord geeft op de vragen die je gesteld worden.'
'Volkov...'
'Hou je muil!' snauwde Mars. In één vloeiende beweging hief hij zijn pistool, richtte en haalde de trekker over. Tatiana viel zonder een kik te geven achterover het water in. Irina gilde. Het geluid van het enkele schot weerkaatste tegen de muren.
Lara keek met wij dopen ogen naar het lij k in het zwembad, hoe het zonk en daarna weer kwam bovendrijven en zachtjes wiegde op het kabbelende zoute water.
Arbat staakte haar razend geklik en zwom langzaam naar Tatiana's lichaam. Ze porde het om en om, alsof ze op die manier Tatiana weer tot leven hoopte te wekken. Toen dook ze de diepte in, naar de bodem van het bassin.
'Smerige klootzak!'zei Odysseus.
'Je haat me nu, of niet soms?' vroeg Mars. 'Waarom kom je eigenlijk het water niet uit om me tegen te houden, zoals een echte man zou doen?' Hij draaide zich om en zag Lara vastberaden door de zaal lopen. Odysseus begreep onmiddellijk waar ze naartoe wilde. 'Nee! Lara, blijf daar weg!'
Langzaam plooiden Mars' lippen zich tot een glimlach. 'Ik constateer dat jij alles van hen afweet, Odysseus. Het was dus terecht dat ik hen niet meer vertrouwde.'
Lara was aan de andere kant van de zaal aangekomen. Ze haalde een sleutelbos te voorschijn en stak een sleutel in het slot van de smalle wandkast. Mars wachtte tot het moment dat Lara de sleutel had omgedraaid en schoot haar toen twee keer in de rug.
Lara's lichaam viel naar opzij alsof ze de stoot opving van een onzichtbare vuist. Ze probeerde zich boven aan de kastdeur vast te houden, met als gevolg dat hij openviel. De kast bleek een heel wapenarsenaal te bevatten: een aantal verticaal opgeborgen Kalashnikovs die klaarstonden voor noodgevallen. De goedgeoliede semi-automatische machinegeweren glinsterden in het gedempte licht.
'Mijn god!'
Mars keek welwillend glimlachend neer op het gebogen hoofd van de Held. 'Mooi,' zei hij vriendelijk. 'De reikwijdte van mijn macht begint eindelijk tot je door te dringen. Maar we zijn er nog niet.' Hij vlocht zijn hand door Irina's haar en trok haar hoofd nog eens naar achteren. Irina gaf een schreeuw en Odysseus tilde zijn hoofd op. Zijn ogen stonden dof. 'Wat wil je van me, Volkov?'
'Als je dat nog steeds niet weet, kan ik nog wel even doorgaan.' Mars duwde Irina's hoofd omlaag met zijn krachtige bovenarm en duwde de loop van het pistool in haar mond. 'Het duurt niet lang meer, Odysseus, voor je me alles vertelt wat ik wil weten. Denk je ook niet?'
'Ik vertel het je nu,' zei de Held mat. 'Als je haar maar niet doodt.'
'Maar het is helemaal mijn bedoeling niet haar te doden, Odysseus. Ze is me veel te veel waard, snap je. Ik ga haar alleen maar pijn doen. Stukje bij beetje. Intussen stel ik jou een aantal vragen en iedere keer als je me een antwoord geeft dat onvolledig is of gelogen, doe ik haar meer pijn. Ik geloof niet dat je weet hoe lang een dergelijke gang van zaken kan worden gerekt.'
'Hou hiermee op!'
'Is dat een smeekbede, Odysseus? Nee, een man kan ik je eigenlijk nauwelijks noemen. Je bent nog erger dan Valeri Denysovich.'
'Is het werkelijk?'
Zowel Mars als de Held keek ineens naar opzij.
'Goeie god,' zei Mars. 'Wie hebben we daar.'
Valeri zette een stap uit het duister. 'Het spijt me dat ik je zo lang heb laten wachten, Mars Petrovich, maar er waren nogal wat moeilijkheden te overwinnen.'
Mars keek om zich heen. 'Waar is Pokov? Waar zijn mijn mannen?'
'Ik ben bang dat ze het niet hebben gered.'
Mars liet Irina los en stond oog in oog met Valeri. Hij keek geschrokken en verward. 'Je bent hier uit jezelf naartoe gekomen? Hoe ben je hier binnengekomen? Hoe kwam je langs de bewaking?'
'Er is een tweede ingang, kameraad,' zei Valeri. 'We hebben er vaak genoeg gebruik van gemaakt.' Hij keek om zich heen naar het bloedbad.
'Verdomme, Lara en Tatiana. Wat heb je hen aangedaan?'
'Sinds wanneer kende jij hen dan?' Mars keek van Valeri naar de Held en terug, alsof het langzaam tot hem doordrong wat hier aan de hand was.
'Natuurlijk! Ik had het kunnen weten,' zei hij ten slotte. 'Natasha bracht niet alleen geheime KGB-dossiers naar Odysseus, maar diende ook als koerier van Witte Ster. Jullie spanden samen. Odysseus heeft je geholpen met het opzetten van Witte Ster.'
'Je zit er niet ver naast,' zei Valeri, 'maar je blijft een stommeling, vrees ik. Nooit zul je begrijpen hoe het allemaal precies in elkaar zat.'
Tijdens deze woordenwisseling had Irina zich langzaam teruggetrokken uit de arena die deze twee antagonisten voor hun strijd hadden uitgetekend. Haar geest was tegelijkertijd lamgeslagen en in vuur en vlam. Ze kon de omvang van Mars' verdorvenheid nog nauwelijks bevatten. Het idee dat hij haar ooit een gevoel van warmte had gegeven, bezorgde haar buikkrampen. Ze had zelfs dagdromen gekoesterd over hoe het zou zijn deel uit te maken van zijn familie!
Maar er was nog meer. Terwijl ze met holle ogen naar de angstaanjagende confrontatie tussen de twee mannen keek die ooit iets voor haar hadden betekent, begreep ze hoe ver ze zich verwijderd voelde van de mentaliteit die deze mannen erop nahielden. Wat bracht hen tot al die wreedheden, tot al dat geweld?
Eindelijk zag ze in hoe Mars en Valeri haar ieder op hun eigen manier hadden misbruikt. Met al hun grenzeloze mannelijke arrogantie hadden ze geprobeerd van haar een vrouw van staal te maken. En ze was niet van staal.
De waarheid moest erkend worden: Mars en Valeri waren beiden uit hetzelfde hout gesneden. Het deed er uiteindelijk niets toe wat ieder van hen wilde, waar ze voor stonden, want ze waren er beiden zozeer op gespitst hun zin te krijgen dat ze zich van niets of niemand iets aantrokken. Irina zag hun confrontatie aan en deze nieuw gevonden waarheid vertelde haar: laat hen alleen. Doe niets. Laat het vuur van hun woede uitrazen. Ze zullen elkaar doden en daarmee eindigt hun geschiedenis. Toen zag ze hoe Mars zijn pistool richtte en schoot. Valeri wankelde naar achteren; zijn rechterschouder zag rood van het bloed. Het was onverdraaglijk.
'Nee!' schreeuwde ze.
Irina huilde en begreep niet wat zich in haar binnenste afspeelde. Ze wilde niets doen en toekijken hoe deze twee mannen elkaar vernietigden. Maar dat kon ze niet.
Tot haar ontzetting merkte ze naar de kast met het wapenarsenaal te zijn toe gelopen. Ze zag hoe ze haar arm uitstak en een Kalashnikov loshaalde. Haar vinger spande zich om de trekker en terwijl ze de loop verder liet zakken, liep ze naar de twee mannen toe.
Mars richtte zijn wapen nogmaals op Valeri. Ze was zich vagelijk bewust van andere gestaltes aan de rand van de zaal, hetgeen haar herinnerde aan de mannen die onder Mars' commando stonden.
KGB. Kalm blijven.
'Mars, hou daarmee op!' riep ze terwijl ze hem naderde.
'Hou je kop!' snauwde Mars.
'Hou je hierbuiten, Irina,' zei Valeri.
Mars stond op het punt nogmaals de trekker over te halen. Ze was hem net even voor.
De knal was oorverdovend. Irina en Mars begonnen bijna tegelijkertijd te krijsen. Mars' lichaam werd meegevoerd door de enorme stuwkracht van het geweersalvo en plofte vlak voor Valeri's voeten op de grond. Tranen stroomden over Irina's wangen. Ze liet de Kalashnikov vallen en wreef met de handpalmen langs haar heupen. Ze zag het bloed dat uit Mars' rug naar buiten sijpelde, zakte op haar knieën en begon te kokhalzen.
'Odysseus,' fluisterde ze zacht. 'Kom me redden.'
De Held klom op de rand van het bad, trok haar langzaam naar het water en liet haar naast zich in het water zakken. Arbat steeg op uit de diepte en duwde haar gezwollen neus tegen Irina's zij.
'O, Arbat,' lachte Irina, en begon toen onmiddellijk weer te huilen.
'Hoe gaat het met je?' vroeg Tori toen ze naar de knielende Valeri was toegesneld.
Hij hield zijn schouder vast en staarde omlaag, naar Mars. 'Ik weet het niet,' zei hij. 'Het is vreemd. Ik heb vaak aan dit moment gedacht. Ik dacht dat ik opgetogen zou zijn. Maar dat is niet zo, weet je. Ik heb het gevoel alsof ik leeg ben gelopen. Gedevalueerd.' Hij legde zijn hand voor een kort moment op het bebloede hoofd van Mars. 'Het is alsof ik een deel van mijzelf heb verloren.'
'Hoe haalde je het in je hoofd om hier alleen naar binnen te gaan,' zei Russell, die hem van de andere kant naderde. 'Die klootzak had je met zijn eerste schot kunnen doden.'
'Het kon niet anders,' zei Valeri, die het zweet van zijn gezicht veegde.
'Als Mars jullie gezien had, zou hij zonder aarzeling geschoten hebben. En het was veel te riskant hem te besluipen. Als hij ook maar iets had gemerkt, zou hij twee belangrijke gijzelaars hebben om ons mee te verslaan.'
'Lulkoek,' zei Russell, 'we zouden genoeg tijd hebben gehad om...'
'Jij kende Mars niet zoals ik hem gekend heb,' zei Valeri. Hij zuchtte diep. 'Feit is dat hij me niet met zijn eerste schot heeft gedood.' Eindelijk maakte hij zijn blik los van het dode lichaam en keek naar Russell. 'Hij was een uitstekend scherpschutter. Wist je dat?'
'Zeg het maar,' zei de Held tegen Irina.
'Ik voel me... onrein.' Ze legde haar hoofd tegen zijn schouder. 'Hou me vast,' fluisterde ze en toen ze zijn armen om zich heen voelde, zei ze: 'Mars had gelijk. Geweld brengt geweld voort. Alles wat hij zei, was waar. Ik heb hem verleid en ik heb gelogen, en ik genoot ervan. Toen raakte ik verstrikt in de leugens en pleegde ik verraad tegenover Natasha en Valeri. Ik wist niet waar ik mee bezig was. Ik kende de ware aard van Mars niet. Maar daar gaat het niet om. Daar kan ik het niet mee goedpraten. Natasha vertrouwde mij en ik had haar nooit mogen verraden. Ze was mijn vriendin, en toch komt het mede door mij dat ze gemarteld is. En nu dit weer. Ik heb iemand vermoord. Nu maak ik pas echt deel uit van de wereld van Mars.'
'Als je er echt zo over denkt,' zei Odysseus, 'kan ik je niet helpen.'
Irina tilde haar hoofd op. Ze staarde in zijn ondoorgrondelijke ogen.
'Hoe bedoel je dat? Je moet me helpen! Ik reken op je!'
'Nee, Irina. Het is tijd dat j e op jezelf leert te vertrouwen. Natuurlijk, ik doe wat ik kan om je te helpen. Maar alleen jij kunt jezelf redden van het gewelddadige leven waar je voor bent gevallen. En alleen als je dat echt wilt.'
Opnieuw werd ze gegrepen door de duisternis, die ze herkende als haar angst voor de eindeloze Siberische winter, haar vaderland als één grote gevangenis en een innerlijke stem die zei: Nu heb je niets meer. Je bent verlo- ren, voorgoed verloren.
Irina voelde de hete tranen komen, maar dit keer vocht ze terug, net zoals ze haar innerlijke stem bevocht. Ze hoefde niet verloren te zijn. Er waren alternatieven en ze wilde niets liever dan die te verkennen. Ze had gedroomd van Amerika, maar dat was onzinnig geweest, als van een adolescent die de verantwoordelijkheid wilde ontvluchten die gepaard ging met het volwassen worden. En als er iets was wat ze van de Held kon leren, was het verantwoordelijkheidsgevoel.
Ze staarde in de diepte van zijn donkere ogen en vertelde hem in hun stille taal dat ze er klaar voor was.
Terwijl Russell Valeri's wond verzorgde, liep Tori naar Lara toe om te kijken of ze misschien nog leefde. Dat was niet het geval. Toen liep ze naar de rand van het water, bukte zich en trok Tatiana op het droge. Ze draaide haar op de rug en zag dat ook zij dood was.
Wat een verspilling van menselijk leven, dacht ze. Wanneer zal dit ooit eens ophouden? Dat was de vraag die ze zichzelf keer op keer had voorgehouden sinds ze toe had gekeken bij de rituele zelfmoord van Koi. Langzaam, bijna aarzelend, liep ze langs de rand van het bassin. Hier leefde de Held, de Russische kosmonaut die getraind en geleefd had in gezelschap van haar broer Greg. De man die Greg als laatste in leven had gezien. Wat vreemd dat het lot haar hiernaartoe had gevoerd!
En nu ze hier eenmaal was, merkte Tori dat ze bijna bang was hem te benaderen. Als eerste zag ze Arbat en die aanblik maakte haar sprakeloos van verbazing. Zodra de blauwe dolfijn haar opmerkte, maakte ze zich los van Irina en de Held, waarna ze met haar kop het water indook en in Tori's richting zwom.
Ze sprong met een enorme uitbarsting van energie uit het water, streek met haar neus langs Tori's wang en onmiddellijk daarop was haar omvangrijke, gladde lijf alweer verdwenen onder het schuimende, opspattende water.
Tori bleef doodstil staan. Ze trilde op haar benen en keek naar de twee menselijke gestaltes in het water. Irina zwom naar haar toe en stelde zich voor.
'Ik ben Tori Nunn,' zei ze en knielde op de tegels. 'We zijn met Valeri meegekomen om hem te helpen met Witte Ster.' Ze strekte haar hand uit en Irina pakte die vast.
Gedurende een kort moment keken de twee vrouwen elkaar diep in de ogen. Wat ging er in hen om? Ging het om een stille verstandhouding, het herkennen van een geestverwant, of was het iets veel essentiëlers dat niet in woorden was te vatten? Hoe dan ook, toen de twee vrouwen elkaar aanraakten, hadden ze het instinctieve besef eenzelfde emotie te delen, of anders eenzelfde lot.
'Het spijt me,' zei Tori, die daarmee de stilte verbrak. 'Maar ik sta nog perplex van wat die dolfijn net deed.'
Irina glimlachte. 'Arbat heeft altijd nogal uitgesproken meningen als het om mensen gaat. Het is duidelijk dat ze jou erg graag mag.' Ze draaide zich om. 'Odysseus? Kom eens kennismaken met Tori. Zij is een van de Amerikanen die...' Irina zweeg ineens vanwege de uitdrukking op zijn gezicht. 'Is er iets?'
De Held zwom langzaam in de richting van het weinige licht dat er in de donkere ruimte heerste. Arbat dook naast hem op en hij legde zijn hand op haar rug.
Tori zag de Held uit de duisternis te voorschijn komen. Haar hart klopte zo hevig dat ze nauwelijks adem kon halen. Eerst zag ze zijn glimmende, zilverkleurige huid, even glad als die van Arbat. Ze ontwaarde de contouren van zijn gezicht, waaraan elk haartje ontbrak. En toen ving ze een glimp op van zijn glinsterende ogen.
Tori opende en sloot haar mond met een snap. Toen opende ze hem weer.
Ze keek in zijn engelachtige ogen.
'Greg?'
'Tori,' zei de Held. 'Lieve god.'
Tori liet zichzelf met kleren en al in het water vallen. Ze zwom naar de plek waar hij dreef, naast Arbat. De tranen stroomden haar over de wangen.
'Toe nou,' zei Odysseus. 'Toe nou.' Hij streelde haar hoofd.
'Greg...'
Tori trok hem naar zich toe, omhelsde hem en kuste zijn wangen. Ze drukte hem uit alle macht tegen zich aan. Ze wilde hem nooit meer loslaten en was daar lange tijd ook niet toe in staat.
Toen ze hem eindelijk losliet, zei ze: 'Maar ik dacht dat je dood was. Dat dachten we allemaal. Ons was verteld...'
'Dat komt door de Russen,' zei Gregory Nunn.' Viktor Shevchenko en ik zijn onderworpen aan een geheim experiment. Die klootzakken wilden weten wat er gebeurde als we bloot werden gesteld aan afgemeten hoeveelheden kosmische straling. Ze hadden het idee dat daardoor de nadelige effecten van langdurige gewichtloosheid konden worden bestreden. Toen gebeurde het ongeluk en Viktor stierf. Ik kwam terug naar de aarde, maar het duurde een aantal maanden voor ik uit mijn coma ontwaakte. Toen ik bij bewustzijn kwam, vonden de Russen me veel te belangrijk om terug te geven aan de Amerikanen.
Ik weet niet hoe ze onze mensen ervan wisten te overtuigen dat ik was gestorven in plaats van Viktor, maar ze kregen het voor elkaar. Toen begonnen ze me Viktor te noemen. Op die manier hoopten ze te bereiken dat ik me neer zou leggen bij het leven in een Russische gevangenis. Ze hebben een heel gebouw voor me ontworpen, zoals je ziet, maar dat neemt niet weg dat het een gevangenis is.'
'Tori,' zei Russell vanaf de rand van het bassin, 'denk aan de invasie.'
Ze draaide zich om. 'Russ, dit is mijn broer Greg! Niet hij is omgekomen in de ruimte, maar de Russische kosmonaut. De Russen hebben hem hier vastgehouden.'
'Godallemachtig.' Hij zakte op zijn hurken. 'Wat hebben ze met jou uitgevreten?'
'Dat is een lang verhaal.'
'Dat geloof ik graag,' zei Russell. Hij keek bezorgd. 'Is alles goed met je?'
'Dat is moeilijk te zeggen.'
Russell zei: 'Hmm. Greg, je moet me geloven als ik zeg dat ik je verhaal graag wil horen, maar op het moment...'
'Odysseus,' onderbrak Valeri hem, 'de KGB en het leger spannen samen, precies zoals we dachten.' Zijn rechterschouder zat in het verband.
'Bij zonsopgang zal het bevel worden gegeven de Baltische staten Letland en Litouwen binnen te vallen. Op hetzelfde moment zal de president om het leven worden gebracht door zijn eigen lijfwachten.'
'Nu al?' vroeg Greg. 'We zijn er nog niet klaar voor.'
'We hebben geen keus,'zei Valeri. Zijn gezicht vertrok van de pij n. 'We zullen de MNI's moeten inzetten.'
'MNI's?' vroeg Russell.
'De Mobiele Nucleaire Inrichtingen,' zei Gregory Nunn. 'Die hebben we gekregen van Bernard Godwin.' Hij knikte naar Valeri. 'Je hebt gelijk. Het is de enige manier om een ramp te voorkomen.' Hij zwom naar de rand van het bad. 'Help me er eens uit.'
Valeri en Russell bukten zich en trokken hem uit het water. Valeri gebruikte alleen zijn linkerarm, maar moest diep inademen vanwege de inspanning. Greg keek hem onderzoekend aan en Valeri grinnikte. 'Een vleeswond,'
zei hij. 'Dat is alles.'
Intussen was ook Irina op de kant geklommen. Ze haalde de rolstoel, liet hem plaatsnemen en bedekte hem met een grote handdoek, precies zoals ze Lara en Tatiana dat had zien doen. Toen Tori uit het bad kwam, wikkelde ze een andere handdoek om haar heen. Valeri reed Greg naar een deel van het gebouw waar allerlei communicatieapparatuur stond opgesteld. Terwijl Greg het een en ander in werking stelde, zei Valeri: 'Mars zat er niet ver naast. Maar hij heeft nooit begrepen, of willen geloven, hoe ver we al waren. We hebben jarenlang gesleuteld aan het concept van Witte Ster. We moesten ons niet alleen verzetten tegen de onderdrukking van de staat, maar ook tegen de angst van de mensen voor die onderdrukking. De laatste tijd slaagden we er steeds beter in het nationalisme in Georgië, Litouwen, de Oekraïne aan te moedigen, met als gevolg dat we een nieuw probleem kregen: de onderlinge verdeeldheid van de nationaliteiten. De Georgiërs geven alleen om Georgië, de Oekraïeners alleen om de Oekraïne, en ga zo maar door.
Totdat achttien maanden geleden Greg ons in de schoot viel, als een komeet uit de hemel. Hij was de Held van het ongeluk met de Odin-Galaktika II. Omdat hij gevangen werd gehouden door de KGB en bijna dagelijks werd ondervraagd, werd hij een soort van brandpunt waarop al die verschillende nationalistische groeperingen zich konden richten. Hij was een symbool waar elke splintergroepering zich mee kon verenigen. Dat maakte hem tot de leider van Witte Ster.'
Greg was intussen bezig met de kortegolfzender. Hij zei iedere keer slechts enkele woorden en veranderde de frequentie iedere twintig seconden volgens een patroon dat van tevoren was afgesproken.
'Van hieruit,' zei Valeri, 'kunnen de MNI's snel en efficiënt worden ingezet.'
'Maar toch,' zei Russell, 'het is nu vijf uur in de ochtend. De invasie kan elk moment beginnen.'
'En als het bevel daartoe nu eens niet wordt gegeven?' vroeg Valeri. 'De MNI's liggen opgeslagen in Moskou.' Hij glimlachte. 'Sterker nog, ze liggen vlak in de buurt van de kerk waar jullie me hebben aangetroffen. In de kelder van het Centrum voor Atoomenergie in de Staromonetny-straat.'
Hij bekrachtigde zijn woorden met een knikje. 'Odysseus, ik bedoel Gregor, geeft nu de opdracht de MNI's te verspreiden onder onze mensen. Daarmee gaan ze naar de generaals in hun villa's op de Lenin-heuvels, de KGB-leiders in de Loebyanka en het Lefortovo. Mijn vertrouwelingen nemen namelijk zonder uitzondering hoge posities in en alleen al het dreigen met deze wapens zal voldoende zijn.'
Hij bukte en raapte de Kalashnikov op die Irina had laten vallen. 'Natuurlijk zal het allemaal niet zo makkelijk gaan als ik nu doe voorkomen. Er zullen ongetwijfeld complicaties optreden en sommigen van ons vinden misschien de dood. Daarom moet ik jullie nu verlaten. Het is mijn taak in de gaten te houden dat geen van de generaals weet te ontsnappen. En daarna zal ik de president moeten opzoeken om hem uit de eerste hand te vertellen wat er gebeurd is.'
'En hoe moet het dan verder?' vroeg Tori.
'Ik weet het niet. Dat weet niemand,' gaf Valeri toe. 'Maar het is duidelijk dat er onderhandeld moet worden over een soort van compromis tussen de Russen en de minderheidsgroeperingen.'
Toen Greg zijn opdracht had doorgegeven, nam Russell het van hem over om een gecodeerd bericht naar De Promenade te sturen via de dependance in Berlijn. Irina nam Tori mee naar de douchecabine en kleedkamer en liet haar zien waar Tatiana en Lara hun kleren bewaarden. Toen Greg in zijn rolstoel naar binnen reed, stond Irina nog onder de douche. Tori had net schone kleren aangetrokken.
'Het is zo fijn je weer te zien, Tori. Ik heb er geen woorden voor.'
Tori knielde voor hem op de grond. 'Wat is er met jou gebeurd, Greg?
Wat zullen mama en papa schrikken als ze je zien.'
Hij keek in haar ogen en zei: 'Ik denk van niet.'
'Hoe bedoel je?'
Greg strekte zijn handen uit en pakte haar schouders. 'Ze weten ervan, Tori.'
'Mama en papa weten dat je nog leeft?' Ze keek geschokt. 'Maar hoe dan?'
Toen flitste er een herinnering door haar hoofd. Russell die had gezegd: Hoe komt Bernard in 's hemelsnaam aan de fondsen om die nucleaire wapens mee te financieren? En met bijna gevoelloze vingers zocht ze in haar kleren naar de foto die Ariel haar tijdens zijn doodsstrijd in handen had gedrukt. Er moet nog meer aan de hand zijn met deze foto. Het simpele feit dat Bernard in San Francisco was, kan toch nauwelijks een bezwarende omstandigheid genoemd worden? Dat waren Russells woorden geweest. Tori zag Ariel, met achter hem de bronzen zonnewijzer en het kleine meisje dat speelde in het parkje. Ze zag Bernard in de linkerbenedenhoek van de afbeelding en daarachter, naar hem toe lopend, het stelletje. En plotseling viel alles op zijn plaats.
Met verwondering in haar stem zei Tori: 'Het was Valeri die contact opnam met Bernard en hem over jou vertelde. Zo ging het toch, Greg? En toen is Bernard naar papa gegaan. Hij vertelde dat je nog leefde en dat dit een unieke kans voor papa was de volkeren van de Sovjetunie te helpen bevrijden.'
Ze zag aan Gregs ogen dat het de waarheid was. 'Godverdomme, het was voor Bernard niet genoeg mij te verstrengelen in zijn wereld vol samenzweringen. Hij moest en zou mama en papa er ook nog bij betrekken.'
'Nu denk ik dat je Bernard te veel macht toekent en te weinig vertrouwen stelt in mama en papa.'
'Bernard is dit keer te ver gegaan,' zei ze grimmig.
'Maar begrijp je dan niet hoeveel goeds hij heeft gedaan? Bernard heeft de deur voor dit land geopend en voor het eerst sinds tientallen jaren schijnt het licht naar binnen.'
'Maar tot welke prijs?' zei Tori. 'Greg, je hebt geen flauw idee hoeveel bloed er is gevloeid door zijn toedoen.'
'Ik weet alleen hoeveel bloed hier in de afgelopen achttien maanden heeft gevloeid en hoeveel er nog meer zou vloeien als hij niet had ingegre-pen. En als jij niet had ingegrepen.'
Tori wist dat hij gelij k had, maar ze wist ook dat Bernard een lesj e moest worden geleerd. Zijn onbelemmerde heerschappij, de manier waarop hij zichzelf boven de wet stelde, moest ten einde komen.
'Tori, beloof me één ding. Praat eerst met papa.'
'We gaan samen met hem praten,' zei Tori. 'Ik neem je mee naar huis.'
'Nee.' Er volgde een geladen stilte. Greg zei: 'Ik ga niet terug naar de Verenigde Staten. Ik kan hier nu niet weg. Ik heb te veel vrienden gemaakt. Banden die niet meer kunnen worden verbroken.'
'Greg, dat meen je niet!'
'Dat meen ik wel!' Hij zag de verslagen blik op haar gezicht en zei: 'Hoe moet ik je dit uitleggen?' Hij dacht even na. 'Heeft papa je ooit het verhaal verteld van de verkeersagent van Zen?'
Tori antwoordde zo zachtjes dat hij zich voorover moest buigen om het te horen. 'Ja.'
'Dat verhaal gaat over mij, Tori. Ik ben de verkeersagent van Zen. Ik ben degene die moest plaatsnemen op het kruispunt van een aantal onherbergzame gaanderijen, in een vreemd gebouw, in een land dat ik niet kende. Maar er was een reden voor mijn komst en geloof me dat ik genoeg tijd heb gehad om dat tot me door te laten dringen. En die reden overstijgt het belang van een enkel individu.'
Tori begon te huilen. 'Greg, Greg. Ik heb j e net teruggevonden. Ik wil je niet opnieuw verliezen.'
'Ach, Tori. Voor wie huil j e nu eigenlijk? Voor mij? Of voor jezelf?' Hij legde zijn hand onder haar kin en bracht haar hoofd omhoog. 'Begrijp dan toch dat je niet meer in mijn schaduw hoeft te leven.'
Ze probeerde door haar tranen heen te lachen. 'Maar wie helpt me dan bij mijn strijd tegen mama en papa? Je weet toch dat ik ze zonder jou niet aankan.'
'Ach, kom nou, Tori. Je hebt me nooit echt nodig gehad om tussenbeide te komen, dat dacht je alleen maar. Het was voor jou makkelijker jaloers te zijn op mijn positie dan te vechten voor die van jezelf.' Hij gaf haar een kusje. 'Dit is je eigen leven, Tori. Heb de moed daarvoor op te komen.'
Op dat moment stak Russell zijn hoofd om de deur. 'Waar blijven jullie toch? Ik heb antwoord gekregen van Bernard. Hij wil dat we zo snel mogelijk terugvliegen naar Virginia.'
Irina kwam uit de douchecabine met een handdoek om zich heen gewikkeld. Ze keek van Greg naar Tori's behuilde gezicht. Ts alles in orde?'
vroeg ze.
'We nemen net afscheid,' zei Tori terwijl ze haar tranen wegveegde. 'Ik kan daar nooit goed tegen als het te lang duurt.'
Ze pakte Russells hand en keek nog één keer in de engelachtige ogen van haar broer.
Greg zei: 'Doe ze de groeten van mij,' en Irina legde een arm om zijn schouders. Met een bezorgde stem voegde hij eraan toe: 'Praat erover met papa. Alsjeblieft.'
'Ik zal ze vertellen dat je aan hen denkt,' zei Tori.
Vlak voor ze zich omdraaide, zei Greg op raadselachtige toon: 'En denk jij aan de verkeersagent van Zen.'
Tori zag het flauwe glimlachje op zijn gezicht en vroeg zich gedurende de lange terugreis voortdurend af wat hij bedoelde.
Thuis
Los Angeles/Sterrenstad
-
Toen Tori terugkeerde naar Los Angeles en Diana's Garden, belandde ze midden in een afschuwelijke hittegolf die ervoor zorgde dat dezelfde vervuilde lucht al meer dan een week boven de uitgetelde stad hing. Russell vertelde haar dat hij op het vliegveld zou blijven tot Bernards vliegtuig van de Oostkust zou aankomen. Tori zei dat ze daar niet op wilde wachten. Ze zaten een tijdje tegenover elkaar in het zwak verlichte interieur van de 727. Beiden leken in een emotioneel en fysiek niemandsland te verkeren.
Ten slotte zei Russell: 'Vlak voor de landing kregen we een fax van Bernard waarin hij ons hartelij k feliciteerde.' '
'Dat is toch te gek voor woorden. Ik weet niet of ik moet lachen of huilen.'
'Ik ook niet.'
'Ik begrijp je niet.' Tori keek hem aan. 'Hoe haal je het in je hoofd hier op hem te gaan wachten, alsof er helemaal niets gebeurd is?'
'Er is een aantal dingen waar ik nog niet uit ben. Is Bernard schuldig? En zo ja, waaraan? En zijn we zelf dan niet medeplichtig? Ik kan dat nu niet beoordelen, Tori, en jij ook niet, denk ik. Bij mijn ontmoeting met Bernard zullen er bepaalde dingen duidelijk moeten worden. Als we geen overeenstemming bereiken, zal ik ontslag moeten nemen van De Promenade.'
Ze glimlachte. 'Dat klinkt in ieder geval niet als de woorden van de carrièrejager die ik ooit kende.'
'Die Russell Slade is dood.' Hij fronste. 'Maar je moet er eigenlijk bij zijn als hij arriveert. Het kan nu niet lang meer duren.'
Tori gaf hem een kus en zei: 'Bernard zal moeten wachten. Mijn familie gaat voor. Bovendien ben ik nog niet klaar om met hem geconfronteerd te worden. Ik heb tijd nodig om alles op een rijtje te zetten.'
'Goed dan,' zei Russell, maar iets in zijn ogen weerhield haar ervan het hierbij te laten.
'Wat is er, Russ?'
'Luister.' Hij hield haar stevig vast. 'Je bent toch niet van plan nogmaals je toevlucht te nemen tot een van je grote verdwijntrucs?'
'Nee,' zei ze ernstig. 'Daar heb ik nu geen redenen meer voor.'
Nog wilde hij haar niet laten gaan. 'We hebben elkaar nog zoveel te zeggen.'
Ze sloeg haar armen om hem heen en gaf hem een afscheidskus. 'Daar zullen we alle tijd voor krijgen. Dat beloof ik je.'
Tori verliet het vliegtuig. Er hing een onaangename, schroeierige lucht in de bruine atmosfeer, alsof heel Los Angeles in brand stond. Met haar diplomatieke papieren wist ze snel door de douane en Immigratie heen te komen. Ze moest nog wat papierwerk afhandelen en liep daarom even langs bij het kantoor van De Promenade op het vliegveld; Russell was zo vaak onderweg dat hij standplaatsen had ingericht op de vliegvelden van Washington, New York, Los Angeles en San Francisco.
Het was daar dat ze Bernard Godwin tegenkwam. Ze keken elkaar een tijdje zwijgend aan.
'Aha. De verloren dochter keert terug,' zei Bernard. Vreemd genoeg zag hij er kleiner uit dan ze zich herinnerde. Maar zijn aristocratische trekken waren niet veranderd. 'Kan ik je een kop koffie aanbieden?'
'Nee.'
'Ik zou graag een babbeltje met je willen maken.'
'Russell zit op je te wachten.' Tori kreeg haar papieren terug. Ze signeerde het ontvangstbewijs namens Russell en bedankte de medewerker. Bernard probeerde het nog maar eens een keer. 'Jij en Russell hebben uitstekend werk verricht.'
'Speciaal voor jou,' reageerde Tori uiteindelijk. 'Voor jou en voor niemand anders, Bernard.'
'Maar dat is onzin! Dat weet jij net zo goed als ik.'
Tori zei niets.
'Wat heb je dan toch? Ik heb je alles gegeven wat je wilde. Je oude baan, een belangrijke operatie, Russell. Ik heb je zelfs je broer teruggegeven.'
De hufter, dacht Tori. Hij verdient het een pak op zijn donder te krijgen. En toen vertelde ze hem hoe Hitasura hem had misbruikt voor de produktie en verspreiding van zijn supercocaïne. Ze zag hoe hij langzaam bleek werd. Hij zocht met één hand steun en ze deed niets om hem te helpen. Toen ze was uitverteld, zei ze: 'Het is belangrijk om je te realiseren dat er aan alles een prijskaartje hangt, Bernard. Zelfs aan de vrijheid.'
Zo liet ze hem achter, geschokt en sprakeloos. Ze had gedacht dat ze opgelucht zou zijn, maar daarin had ze zich vergist.
Op het moment dat Tori aankwam bij Diana's Garden, hoorde ze dat Laura Nunn naar de Universal Studio's was vertrokken voor de opnames van een film getiteld The Black Fox Dossier. Het was een spionagefilm waarin zij de moeder van de held vertolkte. Toepasselijker kon niet. Tot Tori's niet geringe verbazing had Ellis Nunn echter een dagje vrij genomen; hij had slechts 's ochtends tussen zes en zeven vanuit zijn studeerkamer een paar belangrijke intercontinentale telefoontjes afgehandeld. Toen Tori uit het raam keek van haar kamer, zag ze hem wandelen bij het zwembad. Het felle zonlicht, dat ondanks het vroege tijdstip nu al ongenadig heet was, scheen op zijn brede schouders. Hij stopte ineens, keek omhoog naar Tori's slaapkamerraam en ze keek hem recht in het gezicht. Ze wist hoeveel moeite hij door de jaren heen had gedaan een echte Amerikaan te worden, maar dat verhinderde niet dat ze nu ineens werd getroffen door zijn klassieke, Russische gelaatstrekken. Zijn ogen, die zozeer leken op die van zijn kinderen, gaven zijn verschijning iets warms en zachtaardigs. Tori kon zich precies voorstellen hoe hij met zelfverzekerde tred door de Gorkistraat zou wandelen.
Een halfuur later voegde ze zich bij hem in de eetkamer, waar een overdadig ontbijt op hen stond te wachten. Hij kuste haar op beide wangen, op de traditionele manier.
'Dobropojalovatz,' zei hij in het Russisch. Welkom thuis. 'Ik ben blij dat je hier heelhuids doorheen bent gekomen.' Hij gebaarde om zich heen. 'Je bent vast uitgehongerd. Dat dacht j e moeder tenminste. Ze heeft Maria op een onchristelijk uur uit bed gehaald om dit allemaal te bereiden.'
Toen ze aan tafel zaten, haalde Tori de foto te voorschijn die ze op het vliegveld van Los Angeles door een medewerker van De Promenade had laten uitvergroten.
Ellis Nunn reageerde met een bewonderenswaardige kalmte. 'Nee maar,' zei hij, 'Bernard en ik op heterdaad betrapt.' Hij boog voorover en bestuurde de vergroting aandachtig. 'Daar loop ik met je moeder, vlak voor we Bernard ontmoeten. Mijn god, het heeft iets griezeligs dat op een foto te zien.'
'Het is maar goed dat de foto is genomen door een van Bernards eigen agenten.'
Ellis Nunn knikte. 'Ja. Dat is zo.'
Ze bleken geen van beiden echt honger te hebben en besloten naar buiten te gaan. Ze wandelden door de tuin, de plek waar Ellis Nunn het meest in zijn element was.
'Waarom heb je me nooit iets verteld over La Lumière d'Or?' vroeg Tori terwijl ze wegdook voor een overhangende tak. Ze doelde op de Amerikaans-Franse firma waar Koi haar over had verteld. Tori was er intussen van overtuigd geraakt dat dit bedrijf, dat verantwoordelijk was voor het transport van het hafnium, werd beheerd door haar eigen vader.
'Waarom zou ik? Ik beschik over dochtermaatschappijen in Italië, Spanje, Hong Kong en dus ook in Frankrijk. Over geen van die bedrijven heb ik je ooit iets verteld. Het kwam zelfs niet bij me op dat het je zou interesseren.'
Tori snoof. 'Laten we zeggen dat La Lumière d'Or bepaalde branchevreemde activiteiten ontplooide die wel degelijk op mijn warme belangstelling konden rekenen.'
'Het ging je niets aan.' Hij zag haar gezichtsuitdrukking. 'Ach, kom nou, Tori. Ik zou precies hetzelfde hebben gereageerd als je moeder het had gevraagd. Wat ze trouwens nooit gedaan heeft.'
'Maar ze was betrokken bij de plannen die Bernard en jij...'
'Bernard heeft haar apart gesproken. Ze heeft altijd al zelfstandig beslissingen genomen als het om zakelijke transacties ging. Ze heeft er de middelen voor en die weet ze prima te beheren. Een bij komend voordeel is dat we op deze manier nooit over geld hoeven te ruziën.'
'Maar hoe heeft Bernard jullie ingepalmd? Door over Greg te vertellen?'
'In de eerste plaats was het helemaal geen kwestie van inpalmen. We wisten beiden heel goed waar we aan begonnen. Hij gaf ook heel duidelijk aan wat de risico's waren voor Greg en voor jou.'
'O.' Tori wist niet wat ze moest zeggen. Ze liepen zwijgend verder.
'Hoe vond je het daar?'
Tori wist meteen wat hij bedoelde. 'Moskou vond ik... vreemd. Het was anders dan ik had verwacht.'
'Vond je de stad plezierig?'
Tori vermoedde dat haar antwoord belangrijk voor hem was en dus dacht ze even na voor ze reageerde. 'Ik had er geen hekel aan,' zei ze voorzichtig. Ik voelde me er niet erg op mijn gemak, maar dat kwam misschien door de omstandigheden. Maar het had ook... hoe zal ik het zeggen... iets angstaan j agends.'
'Dat is waar,' zei Ellis Nunn, en Tori begreep dat hij aan zijn kindertijd dacht en dat het verleden hem even helder voor ogen stond als deze nieuwe dag.
'Je hebt nog steeds geen antwoord gegeven op mijn vraag hoe Bernard jou en mama hierbij betrokken heeft.'
'Daar ben ik me van bewust.'
Er viel weer een stilte. Ellis Nunn bleef stilstaan in het midden van de pergola. Boven hun hoofden strengelden de klimplanten zich ineen; op die wijze creëerden ze een koel, groen prieeltje.
'Hoe kwam Greg op jou over?'
'Hij was veranderd,' zei Tori en ze zag haar vader huiveren. 'Maar dat kon ook niet anders na alles wat hij heeft doorgemaakt.'
'Hoezo? Zelfs Bernard had geen flauw idee wat de Russen met hem uitspookten en waarom ze hem gevangen hielden.'
'Het schijnt dat hij en zijn Russische partner buiten hun medeweten zijn gebruikt voor een uiterst geheim wetenschappelijk experiment. Ze zijn blootgesteld aan een beperkte hoeveelheid kosmische straling.'
'Goeie god.' Tori zag hoe haar vader op zijn voeten wankelde. 'Laten we iets met elkaar afspreken. Onder geen enkele omstandigheid vertellen we dit aan je moeder.'
'Maar Greg zei tegen me dat jij wist hoe hij er tegenwoordig uitzag.'
'Dan vergiste hij zich. Of hij is verkeerd geïnformeerd.'
'In dat geval zal ze hem nooit mogen zien. Zijn huid is zilverkleurig en glad als die van een dolfijn. Op zijn hele lijf is geen haartje te vinden. En tegen de tijd dat je hem onder ogen komt, zijn er misschien nog wel andere veranderingen te constateren.'
Ellis Nunn ging snel zitten op het Romeins ogende stenen bankje dat in het midden van de pergola stond opgesteld. Hij staarde voor zich uit.
'Pfoe,' zei hij zachtjes. 'Wat een wereld.'
Tori wist dat ze met hem mee zou moeten voelen, maar in plaats daarvan voelde ze niets. Hij sloot zich nog steeds voor haar af, net als altijd. Ze vroeg zich af waar hij aan dacht. Zijn liefde voor Greg was overduidelijk, maar dat was alles wat ze van hem wist.
Gedachten aan Koi kwamen bij haar boven. Haar laatste minuten hadden op Tori dezelfde zuiverende werking gehad als op Koi zelf. Ook toen was het een hete dag, dacht Tori. Haar bloed sijpelde over me heen, drong door tot diep in mijn poriën. Net als ik werd ze gedreven door een enorme bezetenheid. Door haar bij te staan, was ik in staat in de spiegel van mijn eigen ziel te kijken. Ik werd geconfronteerd met dat wat ik voor mezelf nooit had willen erkennen.
Ik was verslaafd aan het geweld, aan de macht die ik eraan ontleende in een door mannen gedomineerde wereld. Maar Koi liet me zien tot wat voor ontaardingen geweld kon leiden. En ze was zich daarvan bewust. Het was triest dat ze moest sterven, triest dat ze de veranderingen niet aankon die ik mezelf nu op moet leggen.
Ellis Nunn schrok wakker uit zijn gepeins. Hij werd zich weer bewust van Tori's aanwezigheid en keek haar een tij dj e onderzoekend aan. Hij opende zijn mond alsof hij iets wilde zeggen, maar bedacht zich. De stilte greep om zich heen als de ineengestrengelde takken van de wisteria. Laura Nunn keerde vlak voor middernacht terug in Diana's Garden. Ze vloog de bibliotheek binnen, waar Tori zich in een stoel had genesteld met Stanley Karnows boek Vietnam: A History.
'Liefje van me! Wat fijn dat je weer thuis bent!'
'Hallo, moeder.' Tori sloot haar boek.
Laura Nunn fronste haar wenkbrauwen en ging vlak voor Tori op de grond zitten, in lotushouding. Tori merkte dat ze nerveus was en strekte haar rug. Zo kende ze haar moeder niet.
Laura Nunn zei: 'Ik hoorde dat je Greg hebt gezien.'
'Waarom heb je me niet verteld dat hij nog leefde? Je wist hoeveel verdriet ik om hem had.'
'Ach, liefje van me, denk je soms dat je vader en ik dan niet gekweld werden? Het idee dat hij daar werd vastgehouden...'
'Dat is geen antwoord op mijn vraag.'
Laura Nunn knikte. 'Ik mocht het je niet vertellen.'
'Van wie?'
'Nou, van je vader, natuurlijk.'
Tori keek haar moeder enige tijd doordringend aan en vroeg: 'Was het zijn idee mij hier niets over te vertellen?'
'Nou, nee,' zei Laura Nunn. 'Ik geloof dat Bernard Godwin erover was begonnen. Hij wilde niet dat je je zorgen zou maken.' Ze knikte. 'Nu ik erover nadenk, waren dat precies de woorden die hij gebruikte. "Ik wil voorkomen dat ze zich nodeloos zorgen maakt."'
'Ik verdien een betere verklaring dan deze.'
'Dat moet je aan je vader vragen.'
'Ik vraag het aan jou.'
Laura Nunn legde het hoofd in haar handen en begon te huilen. Tori keek haar aan en raakte in de war. Was dit de ware gedaante van haar moeder of weer een van haar geïmproviseerde acteerprestaties?
'Ik neem aan dat je mij als een leeghoofd beschouwt,' zei Laura Nunn toen haar gesnik enigszins was verminderd. 'Altijd bezig met de laatste modes , levend van het ene feest naar het andere. Nee, probeer het maar niet te ontkennen. Ik weet precies wat je denkt.' Ze veegde met een hand langs haar ogen en zuchtte. 'Geloof me als ik zeg hoezeer ik er genoeg van heb. Ik woon in de verkeerde stad en als ik er goed over nadenk, heb ik ook nog het verkeerde vak gekozen. Ik moet voortdurend een masker ophouden en niemand interesseert zich in wat daaronder zit. Als er in deze stad ook maar iemand is die door de fac,ade heen wil dringen, is dat niet om je te leren kennen maar omdat ze bloed willen zien.'
'Net als in mijn vak,' zei Tori, die voor het eerst de overeenkomst zag. Laura Nunn hield haar hoofd schuin en dacht na. 'Ja, nu je het zo zegt, zit daar misschien wel iets in. Oppervlakkig gezien.' Ze strekte haar armen uit en legde haar hand voorzichtig, verlegen bijna, op de knie van haar dochter. 'Maar in jouw leven gaat het om zoveel meer. Tenslotte ben jij de verkeersagent van Zen. Zo is het toch?'
Tori dacht aan de woorden van Greg, denk aan de verkeersagent van Zen en aan de flauwe glimlach die haar gedurende de hele thuisreis was bijgebleven. Haar hart begon sneller te kloppen.
'Wat bedoel je daarmee?'
'Ik weet niet of ik je dit moet vertellen, maar... zo denkt je vader over je. Als de verkeersagent van Zen.' Ze nam Tori's hand in de hare en kneep erin. 'Ik weet wel wat je van hem denkt, dat hij hardvochtig is en onverschillig. Je voelt j ezelf tekortgedaan omdat hij van Greg zou houden en niet van jou. Maar je vergist je, meisje, echt.
In werkelijkheid was Greg altijd degene met wie we problemen hadden. Je vader werd er soms gek van. Greg was een kwetsbaar jongetje dat altijd bang was voor het donker en nooit alleen durfde te zijn. Hij was vooral bang van water. Ik had de neiging hem in bescherming te nemen, maar ik ben bang dat de woede van je vader daardoor alleen maar werd aangewakkerd. "Een jongen hoort tegen zijn vader op te kijken," verweet hij me een keer, "niet tegen zijn moeder."
En jij... op het moment dat ik je baarde, werd Ellis straalverliefd op je. Je was zo'n vrolijke baby. En je was sterk en slim als je met hem speelde. Hij was verrukt van je en hij had al zijn dromen op jou geprojecteerd. Maar plotseling, om onverklaarbare redenen, verliet je hem. Je vluchtte naar Japan, helemaal naar de andere kant van de wereld. Je had hem in de steek gelaten en dat was iets wat hem geweldig veel pijn heeft gedaan.'
'Maar mijn vertrek was helemaal niet onverklaarbaar.'
'Ik realiseerde me dat maar al te goed, liefje. Maar je vader kon het niet begrijpen. Of hij wilde het niet. Jij betekende alles voor hem en je liet hem zomaar in de steek. Zo zag hij dat.'
'En dat heeft hij me nooit vergeven?'
'Nee, nee, dat zie je verkeerd.' Laura's ogen werden groot. 'Hoe kun je zoiets van hem denken? Ellis heeft het zichzelf nooit vergeven. Hij is ervan overtuigd dat hij een fout heeft gemaakt. Waarom zou je anders zo plotseling, zo onherroepelijk afscheid hebben genomen?'
Ze kwam overeind en kuste Tori op de lippen. 'We zijn zo trots op wat je hebt gedaan. Begrijp je nu waarom hij op Bernards verzoek is ingegaan?
Dat was niet alleen vanwege Greg of vanwege zijn eigen Russische achtergrond. Bernard kon ons geen enkele garantie geven dat Greg ermee geholpen werd. Maar je vader zag het als een manier om weer een rol te spelen in jouw leven, al was het dan in de marge. Hij heeft het nooit willen toegeven, maar ik kan je verzekeren, liefje, dat dat zijn voornaamste reden was Bernards voorstel te aanvaarden.'
Laura Nunn streelde Tori's haar, veegde de tranen van haar dochter weg en glimlachte. 'Weet je, toen we hem voor het eerst ontmoetten, maakte Bernard ons al snel duidelijk dat hij Gregs veiligheid op geen enkele manier kon garanderen. Hij verzuchtte dat hij nu eenmaal geen medewerkers had op wie hij voor de volle honderd procent kon bouwen. Weet je wat je vader toen zei? "Bernard, dat zie je verkeerd. Je kunt rekenen op de verkeersagent van Zen." '
Tori trof haar vader aan toen hij de volgende middag baantjes trok in het zwembad. Hij was vroeg van zijn werk thuisgekomen, maar had haar niet opgezocht.
Tori, gehuld in badpak, liet zich stilletjes in het water zakken. Ze moest onmiddellijk aan Greg denken en werd bekropen door gemengde gevoelens van vreugde en verdriet. Ze zwom een tijdje gelijk met haar vader op. Hij concentreerde zich op zijn training en verminderde geen moment het tempo, hoewel hij zich ongetwijfeld bewust was van haar aanwezigheid. Toen hij ten slotte ophield met zwemmen, zei hij: 'Het is fijn om je weer bij me te hebben in het zwembad.'
'Papa,' begon Tori, 'het spijt me dat ik bij je ben weggegaan.'
Ellis Nunn draaide zich van haar af, maar Tori zwom om hem heen tot ze hem weer aan kon kijken. 'Papa?' Ze zuchtte diep. 'Het was niet vanwege jou.'
Eindelijk keek hij haar aan. 'Waarom deed je het dan? Waarvoor was je op de vlucht?'
Tori was even stil. 'Ik ging weg omdat ik hier geen adem kon halen. Alles was zo onecht: de feestjes, het geld, de mensen. Ik had het gevoel dat ik mezelf kwijtraakte in die wereld van glitter en glamour. Daarom ben ik zo ver weggegaan, pap. Ik wilde een plek vinden die daar niet door was aangetast.'
'Je haatte deze plek, is dat het?'
'Nee.' Tori schudde haar hoofd. 'Dat moet je niet denken. Ik was zo in de war dat ik totaal niet meer wist wat mijn werkelijke gevoelens waren. Kun je dat begrijpen, papa? Ik heb dat pas in de loop der tijd leren inzien.'
Ellis Nunn keek in de engelachtige ogen van zijn dochter. Hij snoof zachtjes en wreef langs zijn neus. 'We hebben elkaar nooit onze werkelijke gevoelens laten blijken. Hoe komt dat toch?'
'Misschien omdat we te veel op elkaar leken. We hadden allebei onze eigen verwachtingen en die kwamen geen van alle uit omdat ze onrealistisch waren.'
Ellis Nunn liet de woorden even op zich inwerken en knikte toen. 'Je bent altijd al een slimme meid geweest,' zei hij.
'Dat komt door jou, papa,' zei Tori.
Ellis Nunn sloeg zijn armen om zijn dochter heen en drukte haar tegen zich aan.
'Dobropojalovatz, Papa,' zei Tori. Welkom thuis. Gregory Nunn lag te slapen op Arbats rug. Irina dreef naast hem. De ergste gevaren waren geweken. Valeri en zijn Witte Ster-contingent in Moskou waren erin geslaagd de samenzweerders op te pakken zonder daar al te veel ruchtbaarheid aan te geven.
Een van Valeri's medestanders was gedood door een KGB-kolonel in het Lefortovo; er moest bij die gelegenheid een MNI worden afgevuurd om het overwicht te krijgen. Dat had uiteraard de nodige aandacht getrokken. Een andere medestander was gewond geraakt in een schermutseling met een generaal van het Rode Leger. Valeri had zich nu samen met de Sovjetpremier van de buitenwereld afgesloten om te bespreken langs welke weg een compromis kon worden bereikt tussen de betrokken partijen. Irina voelde ineens hoe zijn lichtgevende ogen haar beroerden als de vriendelijke schittering van de zon.
'Heb jij ook zo lekker geslapen?' vroeg hij.
'Een beetje. Verder heb ik naar jou liggen kijken.' Ze was zich zozeer van zijn aanwezigheid bewust, dat het pijn deed. 'Mis je je zuster?'
'Ja,' zei hij. 'Maar er zijn andere dingen die ik nog veel meer mis.'
Irina knikte. 'Ik begrijp wat je bedoelt.'
'Dat weet ik.'
'Ik vraag me af,' zei ze, 'of ik met je mee mag.'
'Als ik daarom vraag, zullen ze het me niet kunnen weigeren.'
'Maar ik ben er niet voor opgeleid.'
'Je opleiding zal ik zelf op me nemen.' Hij lachte. 'Ik hoop niet datje last hebt van claustrofobie.'
'Weet je zeker dat ze genoeg mensen en geld vrij kunnen maken om ons weer naar boven te sturen?'
Gregory Nunn haalde zijn schouders op. 'Zo zit de mens nu eenmaal in elkaar. Het is onvermijdelijk. Als het eenmaal tot hen is doorgedrongen waarmee ik ben geconfronteerd in de ruimte tussen de sterren, zullen ze niet anders kunnen. De geschiedenis van de mens is het constante bewijs van zijn aangeboren nieuwsgierigheid.'
In het zwembad, vlak naast hen, verroerde Arbat zich. Ze draaide zich op haar buik en keek hen aan met een glazig, zwart oog. Ze uitte een kreet die door Greg werd herhaald. Toen draaide ze zich nogmaals om. Irina vroeg: 'Wat zullen we daarboven aantreffen?'
'Wil je dat nu al weten? Nog voor we ernaartoe gaan?'
'Ja.'
Er viel een stilte en Irina, die de verschillende soorten stiltes nu goed van elkaar kon onderscheiden, voelde hoe het gewicht ervan toenam, als bij een weegschaal die werd beladen met staven goud. Ze bespeurde op Gregs gezicht de komst van een heldere en doordringende lichtbron waar niets voor verborgen kon blijven, als in een woestijn bij zonsopgang. Meer dan ooit was ze zich bewust van haar liefde voor hem en voor het mysterie dat hen beiden omhulde: de uitgestrekte mantel van het heelal. Haar overviel dezelfde vreugde die hem bespeelde en voor hij zijn mond opende, wist ze wat hij zou zeggen.
'Wat we zullen vinden, is tijd.' Greg plooide zijn gezicht tot een langzame, raadselachtige glimlach. 'Tijd genoeg voor het koesteren van een engelengeduld.'
Einde