53
et was al donker toen de kustwachtonderofficier Perkins en de andere twee mannen in de laatste vrachtwagen van het konvooi voelden dat ze vaart minderden. Perkins keek door een kier langs de laadklep naar buiten. Er stonden hier en daar huizen langs de weg en hij zag de koplampen van een auto die hen volgde. Het duurde ruim vijf minuten voordat de chauffeur in de achteropkomende auto de weg veilig genoeg vond om in te halen. Hij schakelde terug, gaf gas en spoot voorbij.
'Oké, jongens,' zei Perkins,'we moeten eruit.'
Nadat ze naar binnen waren geklommen, had Perkins de deur niet helemaal dichtgetrokken, dus konden ze er ieder moment weer uit. Het probleem was alleen de snelheid van de vrachtwagen. Ze reden nog altijd zo'n vijftig kilometer per uur. Hij keek naar de zijkanten van de weg.
'Mannen,' zei hij een minuut later, 'dit gaat niet makkelijk worden. We kunnen het beste wachten tot de linkerberm flink zanderig is, dan pakken jullie de bovenkant van de deur vast en duw ik hem helemaal open. Door de zwaai slingeren jullie mee en kom je als het meezit in de zachte berm terecht.'
'Zou de chauffeur dat niet zien?' vroeg een van de mannen.
'Alleen als hij uitgerekend op datzelfde moment in zijn zijspiegel kijkt,' antwoordde Perkins, 'maar de deur zwaait daarna meteen weer dicht, en als hij het niet op dat moment zelf ziet, is hij alweer een heel stuk verder voordat hij doorkrijgt dat de deur openstaat.'
'En jij dan?' vroeg de derde man.
'Ik zal met een aanloopje zover mogelijk moeten zien te springen.'
Ze reden nu door een duidelijk nauwelijks bevolkt buitengebied van Mekka. Perkins tuurde in de duisternis. 'Ik weet het niet,' zei hij even later, 'maar volgens mij moeten we het hier proberen.'
Perkins gaf hun een duwtje omhoog, zodat ze de bovenrand van de deur konden grijpen. Het volgende moment gaf hij de deur een duw, die daarop wijd openzwaaide. De twee mannen lieten zich vallen en duikelden, soepel meerollend, de berm in. Perkins drukte zich zover mogelijk in de laadruimte met zijn rug tegen de lading aan, sprintte van rechts diagonaal naar links en zette af met alle kracht die hij in zich had. Wild met zijn armen molenwiekend, zeilde hij zo ver mogelijk door de lucht.
De vrachtwagen verdween met klapperende achterdeur in de verte. Ze bleven alleen achter in het door de lichten van de stad schemerige duister van de woestijn.
Perkins had bij zijn val zijn knie geschaafd en merkte dat hij hem bij de landing ook had verdraaid. Hij lag langs de rand van de weg. De andere twee, de ene bloedend uit een schaafwond op zijn elleboog en de andere met een rode plek op zijn wang waarmee hij tegen de grond was geslagen, hielpen Perkins overeind.
Maar Perkins' knie begaf het en hij zakte terug op de grond.
'Hier, neem deze telefoon,' zei hij, terwijl hij het toestel uit zijn zak opdiepte en aan een van de mannen gaf. 'Toets de één in en vertel aan degene die opneemt wat er gebeurd is.'
Op de Oregon nam Hanley op.
'Oké, een momentje,' zei hij, nadat de man hem de situatie had uitgelegd.
'Zoek de locatie van dit signaal,' riep hij tegen Stone, die meteen de gegevens in de computer invoerde.
'Hebbes,' zei Stone nauwelijks een minuut later.
'Kunt u zich daar ergens langs de weg verschuilen?' vroeg Hanley aan de man.
'Er is hier een greppel met daarachter een duin,' antwoordde de man.
'Klim over dat duin en verstop u daar,' zei Hanley. 'Niet ophangen, ik ben zo terug.'
Hanley pakte een andere telefoon en toetste het nummer in van het hoofd van de CIA-afdeling waaronder SaoediArabië viel, en dat Overholt hem had gegeven. 'U spreekt met de Corporation,' zei hij toen de man opnam. 'We werken samen aan een klus. Hebt u op dit moment agenten in Mekka?'
'Zeker,' antwoordde de man. 'Daar hebben we een Saoediër die tegen betaling bepaalde dingen voor ons doet.'
'Heeft hij een auto?'
'Hij heeft een bestelwagen van Pepsi.'
'Als ik u deze GPS-coördinaten geef,' zei Hanley, en hij noemde de getallen, 'zou hij daar dan heen kunnen rijden om drie mannen op te pikken?'
'Moment,' zei de man, waarna hij de gsm van de Pepsi chauffeur belde.
Op de achtergrond hoorde Hanley hoe de CIA-man de Arabier de situatie uitlegde.
'Hij is al onderweg,' zei de CIA-man, 'en hij denkt dat hij er over een minuut of twintig kan zijn.'
'Zeg hem dat hij toetert als hij ter plekke is,' zei Hanley. 'Dan weten onze mensen dat ze tevoorschijn kunnen komen.'
'Waar moet hij ze naartoe brengen?' vroeg de man.
'Djedda.'
'Ik bel als er problemen zijn.'
'Geen problemen alstublieft,' zei Hanley. 'Daar houden wij niet van.'
Hanley verbrak de verbinding met de CIA-man, pakte de andere telefoon en vertelde wat er was afgesproken.
Hanley mocht dan niet van problemen houden, ze kwamen wel steeds weer op hem af.
In de vergaderruimte zaten Seng, Ross, Reyes, Lincoln, Meadows, Murphy, Crabtree, Gannon, Hornsby en Halpert bijeen. Het was een drukte van belang, het leek of ze alle tien door elkaar praatten.
'Vanuit de lucht kunnen we niets doen,' zei Lincoln, 'dat zien ze onmiddellijk aankomen.'
'Tijd om tunnels te graven hebben we ook niet,' zei Ross.
'De oplossing is,' zei Halpert tegen Crabtree, 'dat we moeten kijken hoe Hickman de steen in eerste instantie te pakken heeft gekregen.'
'Ik kan een prachtig vuurwerk organiseren om ze af te leiden,' zei Murphy glimlachend tegen Hornsby, 'maar wij zitten hier in de Middellandse Zee op de Oregon en zij daar ver weg in Saoedi-Arabië.'
'Traangas?' opperde Reyes.
'De stroom uitschakelen?' stelde Meadows voor.
Seng stond op. 'Goed, mensen,' zei hij, 'laten we de dingen eerst even op een rijtje zetten.' Als hoogstgeplaatste van alle aanwezigen had hij de leiding van dit overleg.
Seng liep naar de koffiekan en schonk nog een kop voor zichzelf in. Onder het lopen nam hij opnieuw het woord. 'We hebben krap een uur om met een goed plan te komen dat voor onze mensen op de grond uitvoerbaar is, als we dit vannacht nog willen doen... en dat is wel de bedoeling.'
Hij bleef staan om in zijn koffie te roeren, waarna hij doorliep naar de tafel. 'Zoals Halpert terecht zei: hoe heeft Hickman de meteorieten kunnen verwisselen?'
'Op de een of andere manier heeft hij de bewakers uitgeschakeld,' zei Meadows, 'anders had hij dat niet ongemerkt kunnen doen.'
'Maar waarom is de diefstal dan niet vrij snel daarna ontdekt,' vroeg Seng, 'en bekendgemaakt?'
'Hij moet een medeplichtige hebben gehad,' zei Murphy, 'dat kan haast niet anders.'
'We hebben de bewakers zorgvuldig geobserveerd,' zei Seng. 'Als een van hen daadwerkelijk bij het complot betrokken is, was die man nu allang uit Mekka verdwenen. Maar ze zijn nog allemaal in dienst.'
Het was een moment stil in de vergaderzaal.
'U zegt dat u de bewakers hebt geobserveerd,' zei Linda Ross, 'dan hebt u dus ook de dienstroosters en dergelijke?'
'Jazeker,' antwoordde Seng.
'Dan zit er volgens mij niets anders op dan dat we ze alle vier vervangen,' zei Ross.
'Dat kan,' zei Halpert, 'dan moeten we bij de wisseling van de wacht de vier nieuwkomers overvallen en door onze mensen vervangen.'
'En dan?' vroeg Seng.
'Dan zorgen we dat in heel Mekka de stroom uitvalt,' zei Reyes, 'zodat zij snel de stenen kunnen verwisselen.'
'Maar dan treffen ze bij de eerstvolgende wisseling van de wacht wel vier bewakers in een wat oncomfortabele positie aan,' zei Seng.
'Chef,' zei Gannon, 'tegen die tijd zijn onze teams al veilig en wel het land uit en kunnen de Saoedi's doen wat ze willen.'
De aanwezigen zwegen terwijl Seng hierover nadacht.
'Het is weinig subtiel,' zei hij ten slotte, 'maar niet ondoenlijk.'
'Soms moet je een kokosnoot met een steen openslaan als je de melk wilt hebben,' zei Gannon.
'Ik zal het aan Hanley doorgeven,' zei Seng, waarna hij opstond.
Terwijl het overleg op de Oregon werd afgerond, vonden Skutter en zijn team een van de putdeksels die toegang gaven tot het gangenstelsel onder de Grote Moskee in Medina. Een voor een lieten ze zich voorzichtig in het gat zakken, en ze
waren nog geen vijf minuten onder de grond of ze vonden al de eerste springlading.
'Zoeken jullie verder de gangen af,' zei Skutter, 'en kijk waar en hoeveel er zijn aangebracht.' Vervolgens richtte hij zich tot de enige man in zijn team die opgeleid was in het onschadelijk maken van explosieven. 'Wat denk je?'
De man glimlachte en diepte uit zijn zak een draadschaar op. Hij boog zich voorover, trok een draad omhoog en knipte hem door. Nadat hij nog een paar draden had blootgelegd, knipte hij ook die door, waarna hij het plakband van de buis afwikkelde.
'Simpel, maar verdomd effectief, zo zou ik dit wel omschrijven,' zei de man, terwijl hij de C6 en het dynamiet zorgvuldig van elkaar gescheiden op de grond legde.
'En dat is alles?' vroeg Skutter verwonderd.
'Dat is alles ja,' zei de man. 'Maar één ding...'
'En dat is?'
'Doe er wel voorzichtig mee, die dynamietstaven, daar moet je niet op gaan staan en je moet ze ook niet laten vallen,' zei de man. 'Afhankelijk van hoe oud het spul is, kan het onstabiel zijn.'
'Maak je geen zorgen,' zei Skutter, 'we laten het hier mooi liggen.'
Binnen twee uur waren alle ladingen onschadelijk gemaakt en hadden ze de gangen voor alle zekerheid nog tweemaal gecontroleerd of ze niets over het hoofd hadden gezien. Daarna kon Skutter melden dat de operatie succesvol was afgerond.
Toen de man met de draadschaar de draden van de eerste springlading doorknipte, belde Hanley met Cabrillo op de Akbar.
'Dat is het plan,' zei hij, nadat hij Cabrillo van het voorstel op de hoogte had gesteld. 'Het is niet erg subtiel, dat moet ik toegeven.'
'Heb je het al met Kasim besproken?' vroeg Cabrillo.
'Ik wilde het eerst aan jou voorleggen.'
'Ik ga akkoord,' zei Cabrillo. 'Als je me alle gegevens faxt dan kan ik de CIA-man inlichten. Ondertussen zal ik Kasim bellen.'
'Ik stuur het je nu meteen.'
'Het moet wel snel gaan,' zei Cabrillo tegen Kasim. 'De wisseling van de wacht is om twee uur vannacht.'
'En de explosieven?' vroeg Kasim.
'De CIA-man die de Steen van Abraham komt brengen, heeft ook twaalf chemische detectoren bij zich. Geef die aan de overige mannen van je team, zodat zij kunnen gaan zoeken terwijl jij de stenen verwisselt.'
'Oké,' zei Kasim.
'Je hebt één uur en veertig minuten de tijd om met je groep naar de Grote Moskee te gaan, de bewakers te observeren om te zien hoe ze precies te werk gaan, daarna de nieuwe ploeg tijdig op te vangen, uit te schakelen en hun plaatsen in te nemen. Gaat dat lukken?'
'Het zal wel moeten.'
'Het ligt nu helemaal bij jou, Hali,' zei Cabrillo.
'Ik zal jullie noch mijn geloof teleurstellen,' reageerde Kasim.
'Ik zal de CIA-man doorgeven wat de plannen zijn en hem op pad sturen,' zei Cabrillo. 'Er staat al een auto met chauffeur klaar om hem naar Mekka te brengen. Als hij geen schoten hoort, gaat hij om tien minuten over twee de Grote Moskee binnen.'
'We zullen er zijn,' zei Kasim.
De verbinding werd verbroken en Kasim wendde zich tot zijn team. 'Luister,' zei hij, 'we weten nu wat we moeten doen.'
Cabrillo pakte de vellen papier uit het faxapparaat en instrueerde snel de CIA-agent. Daarna stapte hij met de agent in de sloep waarmee ze naar de haven van Djedda voeren. Het was een heerlijke nacht, zo'n 24 graden en nauwelijks wind. Het schijnsel van de afnemende maan wierp een bleke gloed op het water terwijl de boot zich door de rustige zee ploegde.
De lichten van de Akbar vervaagden en die van Djedda werden steeds helderder.
Toen de Pepsi-wagen bij het duin aankwam en toeterde, gluurden Perkins en de twee andere mannen over de rand en wachtten tot er geen overig verkeer meer op de weg was, waarna ze overeind kwamen en zich naar de weg begaven. De knie van Perkins was opgezwollen en een van de mannen ondersteunde hem, terwijl de andere voor hen uit op de bestelwagen afliep.
'U komt ons halen?' vroeg de man aan de chauffeur.
'Schiet op, instappen,' zei de chauffeur, terwijl hij opzij buigend de deur aan de passagierskant openduwde.
Nog voordat de drie mannen goed en wel zaten, gaf de chauffeur gas, maakte met een ruk aan het stuur een draai van honderdtachtig graden en scheurde terug richting de lichten van Mekka. Nadat hij over een snelweg langs het centrum was gereden, nam hij de weg naar Djedda en na een kilometer of drie richtte hij zich voor het eerst tot zijn passagiers.
'Houden jullie van de Eagles?' vroeg hij, terwijl hij een cd in de speler schoof.
En terwijl de bestelwagen in westelijke richting door de nacht zoefde, klonken in de cabine de eerste tonen van Hotel California.
Meteen nadat de sloep in de haven was aangekomen, sprong de CIA-agent aan land en rende naar een wachtende Chevrolet Suburban. Even later werd de motor gestart en scheurde de Suburban met van onder de doorslippende achterwielen opspattend grind weg.
'Wat nu, Pichegru?' vroeg de mecanicien uit Florida die de sloep bestuurde.
'Nu trekken we ons weer even terug tot we een Pepsi-wagen zien,' zei Cabrillo.
De mecanicien voer een stuk achteruit en zwenkte van de kade weg. 'Dus jullie smokkelen Pepsi?' zei hij.
'Hebt u hier een radio?' vroeg Cabrillo.
De mecanicien draaide aan een knop op het bedieningspaneel. 'Wat wilt u horen?'
'Nieuwsberichten, als u die kunt vinden,' antwoordde Cabrillo.
Vervolgens zaten Cabrillo en de mecanicien zwijgend in het maanlicht, dobberend op het water van de baai.
Er flitste een Chevrolet Suburban in tegengestelde richting langs de Pepsi-wagen toen de chauffeur van de doorgaande weg een zijstraat insloeg die naar de haven van Djedda liep. De chauffeur volgde de route die hem was opgegeven, tot hij afremde en de auto met de neus naar het water gekeerd tot stilstand bracht. Hij knipperde drie keer met de koplampen en wachtte af.
Niet al te ver weg op het water werd het lichtsignaal met de rode lichtjes op de boeg van een boot beantwoord.
'Oké, mannen,' zei de chauffeur, 'dat was het wat mij betreft. Er komt een boot om jullie op te pikken.'
De eerste man stapte uit en hielp Perkins bij het uitstappen. Terwijl zij van de bestelwagen wegliepen, sprong ook de derde man uit de bestelwagen.
'Bedankt voor de lift,' zei hij, terwijl hij het portier sloot.
'Ik stuur de rekening wel op,' riep de chauffeur door het openstaande zij raampje, waarop hij de motor startte en wegreed.
De drie mannen liepen naar de wal, terwijl daar juist ook de sloep van de Akbar aankwam. Cabrillo sprong aan wal en hielp de drie mannen bij het instappen, waarna ook hij weer aan boord stapte.
'Op naar huis, James,' zei hij tegen de mecanicien.
'Hoe weet u dat ik James heet?' vroeg de mecanicien, terwijl hij van de kade wegvoer.
Zodra Perkins en zijn mannen veilig aan boord van de Akbar waren, zei Cabrillo tegen Joseph dat hij op volle snelheid in noordelijke richting de kust moest volgen.
Op de Oregon volgde Hanley de diverse operaties op de voet. Even na enen die nacht rapporteerde de vrachtwagen die Skutter en zijn mannen zou oppikken, dat ze Medina hadden verlaten en op weg waren naar Djedda. Dat was een afstand van zo'n honderdvijftig kilometer. Als er niets onverwachts meer gebeurde, zat ook deel twee er bijna op.
Hanley pakte de telefoon en belde Cabrillo.
'De ploeg met de bidkleedjes is veilig en wel bij Jones in Qatar gearriveerd,' zei hij. 'Ze zijn met een antiviraal middel besproeid, hebben schone kleren gekregen en liggen nu te slapen. Ook team twee in Medina heeft de missie succesvol afgerond en komt nu jullie kant op. Als er niets tussenkomt, zijn ze er over een paar uur.'
'Hebben ze explosieven gevonden?' vroeg Cabrillo.
'Kennelijk meer dan voldoende om de hele Grote Moskee met de grond gelijk te maken,' zei Hanley. 'Ze hebben ze onschadelijk gemaakt en in de gangen achtergelaten. Die mag de CIA of zo op een later tijdstip opruimen.'
'Dan hangt het nu helemaal van Kasim af,' zei Cabrillo.
'Daar ziet het wel naar uit, ja.'
Op datzelfde moment naderden Kasim en zijn mannen de moskee waarbinnen zich de Kaaba bevond. De gedachte dat ze Amerikaanse staatsburgers waren, was niet bepaald geruststellend: ze waren diep in het binnenland van een staat waar de doodstraf door middel van onthoofding werd uitgevoerd. Bovendien betraden ze de allerheiligste plek van het land voor een missie die heel makkelijk als een terroristische aanslag kon worden uitgelegd. De veertien militairen en Kasim waren zich daarvan maar al te goed bewust.
Het kleinste foutje, één onoplettendheid, en de hele operatie lag in duigen.
Terwijl Kasim door een van de poorten het binnenplein opliep dat rond de in doeken gehulde Kaaba lag, steeg er van de startbaan in Qatar een C-17A troepentransportvliegtuig op. Dit door Boeing gebouwde straalvliegtuig was de opvolger van de eerbiedwaardige Lockheed-Martin C-130 Hercules, een propellertoestel, en kon 102 manschappen of 20.000 kilo aan vracht vervoeren.
Het speciaal voor landingen op kleine of provisorische vliegvelden in het open terrein ontworpen vliegtuig had drie bemanningsleden aan boord. De C-17A Globemaster III had een vliegbereik van 4800 kilometer, en die zouden ze nu nodig hebben.
Nadat het toestel uit Qatar aan de Perzische Golf was vertrokken, vloog het over de Golf van Oman naar de Indische Oceaan. Daar moest het boven de Arabische Zee naar de Golf van Aden afbuigen om tussen Jemen en Djibouti in Afrika door naar de Rode Zee te vliegen, waar het langzaam vliegend zou afwachten of het al dan niet werd ingezet.
De C-17A was een troef waarvan iedereen hoopte dat hij niet hoefde te worden uitgespeeld.
Kasim liep met vier van zijn mannen verder de moskee in. In de buurt van de Kaaba stelden ze zich onopvallend op en bekeken het doen en laten van de schildwachten. Het leek niet ingewikkeld. Om de vijf minuten liepen ze met de wijzers van de klok mee van de ene hoek naar de volgende. De pas met overdreven hoog opgeheven benen leek eenvoudig na te doen.
Kasim bestudeerde de plattegrond die hij had meegekregen, en keek of hij het kleine stenen gebouwtje zag dat de schildwachten gebruikten om hun normale kleding om te wisselen voor hun uniform. Nadat hij het met behulp van het met de hand getekende kaartje had gevonden, gebaarde hij de mannen die naast hem stonden te blijven waar ze waren. Zelf liep hij terug naar de plek waar de rest van zijn team zich schuilhield.
'Jij blijft hier op de uitkijk staan,' zei hij tegen een van de mannen, 'en fluit als er iets is.'
'Waar moet ik op letten dan?' vroeg de man.
'Op alles waarvan je denkt dat het niet in orde is.'
De man knikte.
'De anderen gaan met me mee. We gaan bij dat gebouwtje daar staan,' zei hij, wijzend, 'en wachten tot de eerste schildwacht voor de aflossing komt. Die pak ik zodra hij de deur heeft opengemaakt.'
De mannen knikten dat ze het begrepen hadden. Daarna verspreidden ze zich over het plein en liepen onopvallend naar het stenen gebouwtje. Een paar minuten later hadden ze allemaal hun posten ingenomen.
Abdul Ralmein was moe. Zijn dienstschema als schildwacht rouleerde maandelijks. De ene keer had hij midden op de dag dienst, dan weer 's morgens bij zonsopgang - dat vond hij de fijnste tijd - en soms ook om twee uur 's nachts, zoals nu. Met name aan die nachtdiensten had hij nooit kunnen wennen; zijn inwendige klok paste zich simpelweg niet aan de veranderde situatie aan, en als hij 's nachts naar zijn werk moest, was dat altijd weer een worsteling tegen de slaap.
Na een sterke kop koffie met wat extra kardemom erin fietste hij naar de Grote Moskee, waar hij zijn fiets in een zijstraat in een rek zette en met een kettingslot afsloot.
Daarna liep hij door de poort het terrein van de moskee op. Halverwege het plein hoorde hij het schrille fluiten van een vogel.
Nadat hij nog eens de slaap uit zijn ogen had gewreven, diepte hij, nu hij vlak bij het gebouwtje was gekomen, de sleutels uit zijn zak op. Hij pakte het hangslot beet en stak de sleutel erin. Toen hij het slot wilde opendraaien, voelde hij een hand voor zijn mond en een prikje in zijn arm. Daarop werd Ralmein nog veel slaperiger dan hij al was.
Kasim opende de deur en duwde Ralmein voor zich uit naar binnen. Nadat hij het lichtknopje aan de muur had gevonden, flitste er een kaal peertje aan. Het interieur van het vertrek stelde weinig voor: een rek tegen een van de zijmuren hing vol met in plastic verpakte uniformen, een grote, wasserijachtige gootsteen en een wc achter een gordijn.
Aan een van de muren hing een prikbord van kurk waarop het schema van de komende week was bevestigd. Aan de muur ernaast hingen twee ingelijste foto's: een portret van koning Abdullah, en een luchtfoto van de Grote Moskee tijdens de hadj. Verder was er alleen nog een ronde klok met een zwarte rand. Het was negen minuten voor twee.
Kasim hoorde een geluid dat op de schreeuw van een uil leek. Hij draaide het licht uit en wachtte.
De tweede schildwacht liep naar binnen en tastte naar het lichtknopje. De lamp floepte aan en in een flits zag hij Kasim staan. Hij schrok zo vreselijk dat het niet meteen tot hem doordrong wat dit betekende. Voordat dit wel het geval was, had Kasim hem al vastgegrepen en hem met de naald geprikt.
De schildwacht belandde naast Ralmein.
Op datzelfde moment hoorde Kasim de stemmen van twee mannen naderen. Hij had geen tijd meer om het licht uit te doen of zich te verbergen. De beide mannen stapten door de deuropening en staarden hem verbaasd aan.
'Wat is...' kon de ene nog net uitbrengen voordat twee van Kasims mannen achter hen opdoken en de uitgang blokkeerden.
Het gevecht was voorbij voordat het goed en wel begonnen was.
'Jij,' zei Kasim tegen een van zijn mannen,'ga terug naar de poort en haal de anderen.'
De man snelde weg.
'Jullie verspreiden je over het plein en gaan op zoek naar de bommen,' zei Kasim tegen zes van zijn mannen, nadat ze allemaal in het gebouwtje bijeen waren. 'Zodra de detectoren er zijn, zorg ik dat jullie er allemaal een krijgen. Voorlopig alleen goed opletten. Als je iets vindt, niet aankomen.'
De zes mannen slopen weg in de duisternis.
'Als degenen die voor schildwacht gaan spelen zich hebben omgekleed en hun posten hebben ingenomen,' zei Kasim tegen de overgebleven mannen, 'moeten wij de afgeloste bewakers opvangen.'
Drie minuten later stonden de nepschildwachten in vol ornaat klaar.
'Goed,' zei Kasim, 'jullie hebben gezien hoe de anderen het deden, hè?'
De mannen knikten.
'Dat doen jullie dus precies zo.'
'Gaan we met z'n allen tegelijk?' vroeg een van de mannen.
'Nee,' zei Kasim, 'ze lossen elkaar om beurten af. Ze beginnen in de noordoosthoek, en de volgende hoeken steeds tegen de wijzers van de klok in.'
Op de klok was het drie minuten voor twee.
'Jij gaat als eerste,' zei Kasim tegen een van de mannen. 'We volgen je op een afstandje en kijken of het goed gaat.'
De eerste nepschildwacht liep over het plein. Kasim en zijn mannen stelden zich naast het gebouwtje zodanig verdekt op dat ze de Kaaba konden zien.
Soms is zelfs het best doorwrochte plan niet meer dan het is: een plan. In dit geval was het onder te veel tijdsdruk tot stand gekomen en ontbeerde het de finesse waarmee de Corporation normaal gesproken te werk gaat. Dit plan rammelde van alle kanten en kon ieder ogenblik spaak lopen. De bewaker die Ralmein moest aflossen was toevallig zijn beste vriend. Toen deze merkte dat er een ander naar hem toe kwam, wekte dat meer dan wantrouwen bij hem. De echte bewaker wist meteen dat er iets niet in de haak was.
'Wie bent u?' vroeg de bewaker luidkeels in het Arabisch.
Kasim hoorde dat en begreep dat het fout ging. De bewaker greep naar een fluitje dat aan een ketting om zijn nek hing, maar nog voordat hij er op kon blazen, had de nepschildwacht hem tegen de grond gewerkt.
'Aanvallen!' gilde Kasim tegen zijn mannen. 'Zorg dat niemand ontsnapt.'
Kasim, de drie andere nepschildwachten en de overige vier mannen renden vanuit hun schuilplaats naar de Kaaba. Pijlsnel wisten ze nog twee van de echte bewakers uit te schakelen, maar een van hen kon ontsnappen en vluchtte naar de poort.
Kasim rende achter hem aan, maar de man was snel. Hij was het plein al over en bijna onder de boog van de poort, toen een van de mannen die naar explosieven zochten uit een nis naar voren stapte en hem met uitgestrekte arm tegen zijn adamsappel sloeg.
De bewaker sloeg bewusteloos tegen de grond. Er sijpelde wat bloed langs zijn hoofd.
'Breng hem naar het wachtgebouwtje,' zei Kasim toen hij kwam aangerend, 'en verbind zijn hoofd.'
De man greep de bewaker onder zijn oksels en begon hem weg te slepen.
Kasim rende terug naar de Kaaba, verzekerde zich ervan dat de nepbewakers op hun posten stonden en hielp vervolgens met het versjouwen van de echte bewakers naar het wachtgebouwtje. Toen ze daarmee klaar waren, keek hij op zijn horloge. Het was acht over twee. Kasim snelde naar de poort om daar de CIA-agent op te vangen. Nog geen minuut later arriveerde de agent in de Suburban. Hij stapte uit en pakte de doos met detectoren die hij naast de auto op de grond zette. Daarna tilde hij de Steen van Abraham, die nog in de doos op de achterbank stond, uit de auto.
'Ik ben Kasim. Is dat de steen?'
De agent aarzelde. 'Ik ben moslim,' zei Kasim snel. 'Geef mij de steen maar.'
De agent reikte Kasim de steen aan.
'Neem de doos met detectoren mee en geef ze aan de eerste de beste man van ons die je tegenkomt,' zei Kasim. 'En maak dan dat je wegkomt. Het loopt hier niet helemaal zoals de bedoeling was.'
'Oké,' zei de agent.
Kasim rende met de doos tegen zijn middel geklemd en de CIA-agent op zijn hielen naar de poort. Onder de poort gekomen, overhandigde hij de doos met detectoren aan een man die kwam toegesneld, waarna hij een ogenblik bleef staan en Kasim nakeek die over het binnenplein naar het doek rende dat over de Kaaba hing. Toen Kasim onder het doek door dook, draaide de agent zich om en snelde terug naar de Suburban.
Onmiddellijk nadat hij onder het doek door was gedoken, kwam er een vredig gevoel van rust en traditie over Kasim. Heel even was hij vervuld van hoop. Het licht van slechts één schijnwerper viel op de zilveren houder waarin nu de meteoriet uit Groenland lag.
Kasim liep ernaartoe, zette de doos op de grond en sneed met zijn mes het plakband door waarmee de doos was dichtgeplakt. Daarna kwam hij weer overeind, wrikte de meteoriet uit Groenland uit de houder los en zette hem op de grond. Vervolgens tilde hij voorzichtig de Steen van Abraham uit de doos.
Langzaam en eerbiedig plaatste hij de steen terug waar hij hoorde.
Daarna deed hij een stap achteruit en zei een kort gebed op, waarna hij de meteoriet uit Groenland oppakte en in de doos legde. Nadat hij weer onder het doek door was gekropen, droeg hij de doos naar het wachtgebouwtje. De overige mannen waren met de detectoren al druk op zoek naar explosieven, toen hij zijn telefoon pakte.
Skutter zat op de bijrijdersstoel van de vrachtwagen. De rest van zijn team zat achterin. Zijn telefoon ging.
'We volgen jullie vanuit de lucht,' zei Hanley. 'We gaan het toch iets anders doen. Jullie hoeven niet helemaal door te rijden naar Djedda. We komen jullie al eerder halen.'
'Waar en wanneer?' vroeg Skutter.
Op de Oregon keek Hanley naar met een infrarood camera gemaakte satellietbeelden waarop hij een vrachtauto naar het zuiden zag rijden. 'Rij nog tien kilometer door,' zei Hanley, 'en stop dan aan de rechterkant van de weg. Daar ligt vlak voor de kust een schip klaar. Ze komen u met een sloep halen. Zorg dat u met uw mannen aan boord komt, kapitein Skutter, dan zorgen wij voor de rest.'
'Hoeveel springladingen hadden Kasim en zijn mannen gevonden toen hij belde?' vroeg Stone.
'Vijf,' antwoordde Hanley.
'Goed, dan zal ik ze zeggen dat ze de rest aan de Saoedi's overlaten. Ik heb zojuist een telefoongesprek onderschept van de vrouw van een van de schildwachten. Ze belde de plaatselijke politie om te vragen waarom haar man nog niet was thuisgekomen.'
'Het is twintig minuten over twee, verdomme!' bulderde Hanley.
'Vrouwen,' zei Stone, 'zijn soms heel lastig om mee te leven.'
Hanley pakte de telefoon.
Kasim zat op zijn hurken een C6-bom te demonteren toen zijn telefoon ging.
'Zorg dat je wegkomt!' zei Hanley.
'We hebben nog niet alle...' begon Kasim.
'Het bevel is: onmiddellijke evacuatie,' zei Hanley. 'Het is ontdekt. Er komt een wagen om jullie op te pikken. Begrepen?'
'Ja, chef.'
'Weg nu!'
Toen Kasim de telefoon terug in zijn zak stak, stopte er een Ford 4x4 pick-up met vergrote cabine voor de Grote Moskee. De CIA-agent achter het stuur trommelde nerveus op het stuur.
'Hij is er,' riep Kasim over het binnenplein. 'Iedereen naar de poort.'
De vier nepschildwachten renden over het plein, terwijl de anderen die naar springladingen zochten, overal vanachter gebouwen en pilaren tevoorschijn schoten. Kasim spurtte door de poort naar de wachtende auto.
'We komen eraan,' zei hij tegen de chauffeur.
'Iedereen in de bak,' zei de chauffeur, 'en doe dan dat zeildoek eroverheen.'
Kasim klapte de achterklep open, waarna de mannen een voor een in de bak klauterden. Kasim telde: tien, elf, twaalf, en dertien. Met hemzelf erbij dus veertien... er was nog één man in de moskee. Hij rende naar de poort en tuurde het plein af. De laatste man kwam uit een tegenoverliggende richting aangesneld.
'Sorry,' zei de man toen hij dichterbij was, 'ik zat midden in een demontage toen je riep.'
Kasim greep hem bij zijn arm en trok hem mee. 'In de bak,' gilde hij toen ze bij de auto kwamen.
Daarna trok Kasim het zeildoek over zijn team en ging zelf voorin naast de chauffeur zitten. 'U weet waar we naar toe moeten?' vroeg hij toen de chauffeur schakelde en gas gaf.
'Reken maar,' antwoordde de chauffeur.
Majoor Hamilton Reeves van de Amerikaanse luchtmacht zocht altijd naar een evenwichtig compromis tussen de noodzaak van militaire discipline en een toch ook weer niet al te strakke hand. Nadat hij de microfoon van de radio in de houder had teruggeplaatst, wendde hij zich tot zijn copiloot en boordwerktuigkundige.
'Zijn jullie te porren voor een kleine invasie in het luchtruim van een vreemde natie vanavond?'
'Ik heb niks beters te doen,' antwoordde de copiloot.
'Wat mij betreft idem dito,' reageerde de boordwerktuigkundige.
'Perfecto,' zei Reeves, 'op naar Saoedi-Arabië dan.'
Skutter en zijn team sprongen uit de bestelwagen, terwijl Cabrillo hen over het strand tegemoet rende.
'Laat die wagen maar staan en kom met ons mee,' zei Cabrillo tegen de chauffeur. 'Als uw incognito niet al is ontdekt, dan zal dat in ieder geval niet lang meer duren.'
De chauffeur zette de motor af en stapte uit. Vervolgens renden de zestien mannen en Cabrillo naar de sloep. James wachtte hen op en hielp de mannen aan boord. Toen ze allemaal opeengepakt in de sloep zaten, stapte ook Cabrillo in en nam James achter het stuurrad plaats.
'Meneer Cabrillo,' zei hij, 'dit is niet verantwoord. Ik heb niet voor iedereen een reddingsvest.'
'Daar neem ik de volle verantwoording voor,' antwoordde Cabrillo.
James startte de motor en zwenkte weg van het strand. 'Zeg het maar,' zei hij tegen Cabrillo.
'Naar huis, James,' antwoordde Cabrillo luidkeels.
'We moesten de luchtmacht inschakelen,' zei Hanley. 'Het werd een beetje te link bij de Kaaba.'
'Is de Steen van Abraham terug op zijn plek?' vroeg Overholt.
'Dat is gelukt,' antwoordde Hanley, 'maar het opruimen van de explosieven hebben ze niet kunnen afmaken.'
'Ik zal de president bellen,' zei Overholt, 'hij heeft om zeven uur een diner op Buitenlandse Zaken, maar nu kan ik hem nog bereiken.'
'Als hij de koning van Saoedi-Arabië belt en ervoor zorgt dat de Saoedi's de C-17 niet neerhalen,' zei Hanley, 'komen wij hier ongeschonden uit.'
Er kwamen hen twee Saoedische politiewagens met zwaailichten en gillende sirenes tegemoet. Ze scheurden langs de Ford pick-up en verdwenen in de richting vanwaar Kasim en zijn mannen gekomen waren. Ze waren al drie kilometer van de moskee verwijderd, maar voor Kasim en de chauffeur was het duidelijk waar ze naartoe gingen.
De chauffeur van de Ford reed ruim honderdveertig kilometer per uur en daarbij hield hij het in het dashboard ingebouwde GPS-navigatiesysteem nauwlettend in de gaten.
'Nog anderhalve kilometer,' zei hij. 'Kijk of je een zandweg naar het noorden ziet.'
Kasim tuurde in de duisternis. Nog voordat hij kon zeggen dat hij een zijweg zag, minderde de chauffeur al vaart. 'Ik zie 'm,' zei de chauffeur.
Hij remde en de Ford slipte over het zand dat op het asfalt lag. Op het allerlaatste moment gaf de chauffeur een ruk aan het stuur en draaide de ongeplaveide weg op. Daarna gaf hij weer plankgas. Met een druk op een knop op het dashboard schakelde hij de vierwielaandrijving in. Aan beide zijden van de auto rezen steeds hogere heuvels op, terwijl ze een droge rivierbedding inreden. De chauffeur keek op het scherm van het navigatiesysteem.
'Oké, we gaan hier zo meteen naar rechts en verstoppen ons achter die heuvel.'
Een paar minuten later kwam de pick-up tot stilstand. Uit de bergruimte achter de stoelen diepte de chauffeur een schijnwerper op en stak de stekker in het aanstekercontact. Vervolgens richtte hij de lichtbundel op het landschap achter de heuvel. Er lag een grote vlakke zandstrook van ongeveer anderhalve kilometer lang en zo'n driekwart kilometer breed.
'Ik zet 'm even andersom,' zei de chauffeur, waarop hij een stukje achteruitreed en een slinger aan het stuur gaf, zodat ze met de neus naar het westen stonden.
'Moeten ze uitstappen?' vroeg Kasim.
'Nee,' antwoordde de chauffeur, 'ik breng jullie tot aan de achterdeur.'
Reeves vloog met zijn crew in de C-17A zo laag als maar enigszins verantwoord was. Desondanks werd het toestel toch waargenomen door de geavanceerde radarapparatuur die de Saoedi's in de Verenigde Staten hadden aangeschaft. Binnen tien minuten nadat ze het Saoedische luchtruim waren binnengedrongen en net voordat ze wilden landen, stegen er twee straaljagers op van hun basis in Dhahran. Sneller dan het geluid raasden ze over het uitgestrekte woestijngebied.
Toen de chauffeur de C-17A hoorde naderen, gaf hij lichtsignalen met zijn koplampen. Reeves zag de lichten, vloog eroverheen, maakte een draai en zette de landing in.
'Het is midden in de nacht,' zei de adjudant van koning Abdullah.
'Luister,' zei de president, 'mijn minister van Buitenlandse Zaken is al naar u onderweg en komt morgen aan het eind van de ochtend aan om uit te leggen wat er precies aan de hand is. Op dit moment is er een vliegtuig van onze luchtmacht in uw luchtruim. Als dat toestel wordt neergehaald, dan komen wij niet onder een vergeldingsactie uit.'
'Ik begrijp gewoon niet dat...'
'Wek de koning,' zei de president, 'anders zijn de gevolgen echt niet te overzien.'
Een paar minuten later kwam een slaperige koning Abdullah aan de lijn. Nadat de president de situatie had uitgelegd, pakte hij onmiddellijk een andere telefoon en belde het hoofd van zijn luchtmacht.
'Zeg dat ze het vliegtuig tot buiten ons luchtruim escorteren, maar onderneem geen verdere actie,' zei hij in het Arabisch.
Vervolgens richtte hij zich weer tot de president aan de andere lijn. 'Meneer de president, wanneer uw minister van Buitenlandse Zaken niet met een aanvaardbare verklaring voor deze merkwaardige interventie komt, staat uw burgers een koude winter te wachten.'
'Zodra u weet wat er precies aan de hand is, denk ik dat er van uw kant geen bezwaren meer zullen zijn.'
'Ik ben zeer benieuwd,' zei koning Abdullah, waarna hij de verbinding verbrak.
Reeves zette de C-17A aan de grond, waarna hij het toestel keerde en met de neus in tegengestelde richting stilzette.
'Laat de laadklep zakken,' zei hij tegen de boordwerktuigkundige.
De Ford pick-up kwam al over het zand aangereden, terwijl de laadklep nog langzaam zakte. Vrijwel op hetzelfde moment dat de klep als een oprit de grond raakte, gaf de chauffeur gas en reed over de laaddeur het vrachtruim binnen.
Binnen sprong de chauffeur de auto uit en rende naar de cockpit. 'We zijn binnen,' meldde hij.
'Deur dicht,' zei Reeves.
Terwijl de klep weer langzaam omhoogging, checkte Reeves snel de motoren. Alles leek in orde, en zodra het groene lampje oplichtte dat aangaf dat de laadklep weer volledig gesloten was, duwde hij de gashendels naar voren en stoven ze over de zandstrook.
Twee minuten later was het toestel in de lucht.
'Zo'n honderdvijfenveertig kilometer naar de Rode Zee,' riep hij naar achteren, 'een minuut of vijf.'
'Twee jagers in aankomst,' zei de copiloot.
'Voorbereiden op tegenactie,' zei Reeves.
Maar de straaljagers activeerden hun afvuurcomputers niet. Ze vlogen op enige afstand van de vleugelpunten aan beide kanten van de C-17A mee tot ze boven open water waren. Daar zwenkten ze weg en keerden naar hun basis terug.
'We zijn buiten het Saoedische luchtruim,' riep Reeves over zijn schouder, 'nog twee uur naar Cutter.'
Kasim liep naar de achterkant van de pick-up en trok het zeildoek weg. 'Oké, mannen,' zei hij, 'missie geslaagd. We gaan terug naar Qatar.'
In het vrachtruim van de C-17A steeg gejuich op.
'Neem maar over,' zei Reeves tegen de copiloot.
Reeves liep naar het vrachtruim. 'Ik had graag wat koud bier voor u meegenomen, maar ik begrijp dat u geen alcohol drinkt. Dus heb ik de kantine gevraagd een koelbox met frisdrank te vullen en wat eten in te pakken voor het geval we u inderdaad moesten oppikken. Er zitten hamburgers in, hotdogs, aardappelsalade en meer van dat spul. Het is alweer een paar uur geleden, maar in die thermische zakken hoort het een tijdje warm te blijven. Eet smakelijk.'
Reeves liep terug naar de cockpit.
'Oké, mannen,' zei Kasim, terwijl hij een zilverkleurige zak openritste, 'tast toe.'