52

hh.gifet is een mengsel van zetmeel uit rijstkorrels in combinatie met een natuurlijke accelerator die het volume geeft,' zei Nixon.

Seng keek naar het plein rond de Rotskoepelmoskee. Een in Israël gestationeerde islamitische CIA-agent tilde de Steen van Abraham voorzichtig uit de schuimlaag. Het zware voorwerp was er meer dan dertig centimeter diep in weggezakt, maar had de grond eronder niet geraakt.

De CIA-agent keek op naar Seng en gaf met een hoofdknikje te kennen dat de steen in orde was.

'Hoe krijgen we dat spul van het plein af?' vroeg Seng.

'Ik heb geen tijd gehad om dat te kunnen testen,' zei Nixon, 'maar met azijn zou het moeten lukken.'

Seng knikte, tastte met een hand naar zijn riem en trok een knipmes tevoorschijn. Hij bukte zich en sneed een vierkant in de witte laag. Wrikkend met het mes wipte hij het losgesneden stuk op en nam het in zijn hand.

'Net een stuk rijstwafel,' zei hij, terwijl hij het lichte plakje in de lucht gooide en weer opving.

'Als je het met bulldozers bijeenveegt,' zei Nixon, 'en dan de grotere brokken met vrachtwagens afvoert, kun je de achtergebleven resten met azijn en bezems verwijderen. Tot slot de bodem nog even goed nat spuiten en de boel is weer aan kant, denk ik.'

Het geluid van de Robinson zwol aan. De helikopter vloog over de moskee en landde in een nabijgelegen straat. Seng instrueerde de Israëliërs hoe ze het schuim konden opruimen, toen Cabrillo door de poort het plein opliep.

'De wrakstukken van de DC-3 zijn in de Dode Zee gestort,' zei Cabrillo tegen Seng. 'Het grootste stuk dat we op de oppervlakte zagen drijven, was niet veel groter dan een snee brood.'

'En de heer Hickman?' vroeg Seng.

'Als er nog iets van hem over is,' antwoordde Cabrillo, 'dan rust dat bij de vissen.'

Seng knikte en ze staarden even zwijgend voor zich uit.

'Maar goed,' verbrak Seng het zwijgen, 'de steen is in veilige handen en ze zijn het schoonmaken van de moskee aan het voorbereiden. Onze mensen zijn hier klaar.'

Cabrillo knikte. 'Jullie kunnen teruggaan,' zei hij, waarna hij zich tot de CIA-agent wendde. 'Als u met de steen met me mee wilt komen.'

Nadat hij de zorgvuldig ingepakte steen in een kruiwagen van de tuiniers van de moskee had gelegd, pakte hij de handvatten en liep achter Cabrillo aan naar de poort.

Terwijl Cabrillo naar de Robinson terugliep, had Hanley Overholt aan de lijn.

'We hebben de steen en vertrekken nu uit Israël,' zei Hanley. 'Hoe zijn uw contacten met Egypte?'

'Uitstekend,' antwoordde Overholt.

'En met Soedan?'

'Onze man daar is iemand met een toppositie.'

'Wat we nodig hebben, is dit,' begon Hanley.

Terwijl Hanley sprak, maakte Overholt aantekeningen. 'Oké,' zei hij, toen Hanley klaar was, 'Al Ghardaka in Assoean en Ras Abu Shagara in Soedan. Ik zal voor toestemming zorgen en regelen dat er bij iedere stop brandstof met een octaanwaarde van honderd klaarstaat.'

Hanley had net de verbinding verbroken toen Halpert met een uitpuilende dossiermap onder zijn arm de controlekamer binnenkwam. 'Ik geloof dat ik Medina aardig in kaart heb,' zei hij. 'Ik heb de bouwtekeningen uit het computerbestand van de aannemer gepikt en ze het afgelopen uur goed bestudeerd.'

'Bouwtekeningen?' vroeg Hanley. 'De gebouwen zijn toch vele eeuwen oud?'

'Ja, maar van 1985 tot 1992 zijn ze gerenoveerd en uitgebouwd,' zei Halpert. 'In die periode hebben ze ondergrondse gangen geboord voor het leidingensysteem van de airconditioning. Jij had gezegd dat ik in de huid van Hickman moest kruipen. Als ik hem was, zou ik daar de springladingen aanbrengen.'

Hanley bekeek de tekeningen. 'Michael,' zei hij even later, 'volgens mij sla je de spijker op de kop.'

'Denk daar maar aan,' zei Halpert glimlachend, 'bij het uitdelen van de bonussen.'

Halpert liep de controlekamer uit en Hanley pakte de telefoon. Nadat hij het nummer had ingetoetst, richtte hij zich tot Stone. 'Zoek eens een satellietopname van Medina voor me op.'

Terwijl Stone het desbetreffende programma in de computer aanklikte, werd de telefoon opgenomen.

'Ja,' zei Kasim.

'Hoe staan de zaken?'

Kasim stond iets terzijde van een mensenmenigte voor het busstation van Djedda.

'Beide teams zijn veilig op locatie aangekomen,' zei Kasim. 'We hebben de motorfietsen in een droge rivierbedding buiten Djedda verborgen en zijn onopvallend de stad ingelopen. Skutter, die de operatie in Medina leidt, zit met zijn ploeg in een bus onderweg naar de stad. Wij wachten hier nu op instructies.'

'Heeft Skutter een satelliettelefoon bij zich?'

'Ja.'

'Hoelang doet die bus van hen er nog over?' vroeg Hanley.

'Een uur of vier, vijf,' antwoordde Kasim.

'Ik zal hem pas bellen als hij ter plaatse is, maar we denken dat we weten waar de springstof in de Grote Moskee is geplaatst.'

Er stopte een bus langs de stoep.

'Onze bus is er,' zei Kasim. 'Wat wil je dat wij doen?'

'In Mekka neemt een man van de CIA contact met jullie op en die brengt jullie naar een veilige schuilplaats,' zei Hanley.

'Daar bel ik je.'

'Oké.'

Pete Jones keek de emir van Qatar aan. 'Majesteit,' zei hij, 'hebt u een goed contact met de Bahreini's?'

'Ja hoor,' antwoordde de emir, 'dat zijn goede vrienden.'

'Kunt u daar vrachtwagens ongecontroleerd door de douane krijgen?'

'Zeker.'

'Hebt u een vrachtschip dat die wagens in de haven van Bahrein kan oppikken?'

De emir keek naar zijn adjudant, Al-Thani.

'Ik zal dat onmiddellijk regelen, hier of in Bahrein,' zei Al-Thani.

'We hebben nog een uur of zes voordat alles klaar moet staan,' zei Jones.

'Het komt voor elkaar, meneer Jones,' zei de emir. 'Het komt voor elkaar.'

Binnen het omheinde opslagterrein van het vliegveld van Ar-Riaad wachtte de adjudant-onderofficier van het Amerikaanse leger, Patrick Colgan, met zijn team nog steeds op instructies. Ze hadden daar nu al drie nachten verborgen tussen de containers doorgebracht, en hun meegebrachte voedselrantsoenen en flessen water begonnen zo langzamerhand op te raken, en de rijen containers om hen heen die hun beschutting boden, dunden snel uit.

Er moest nu spoedig iets gebeuren.

Jones bestudeerde een bestand uit de computer van AlSheik, waarna hij de telefoon pakte.

'Een vraagje,' zei hij, toen de telefoon werd opgenomen, 'zijn er nog wijzigingen in de transportschema's van de vrachtcontainers?'

'Geen wijzigingen,' antwoordde Hanley.

'Goed,' zei Jones, 'dan heb ik een idee.'

Hanley luisterde naar de uitleg van Jones.

'Niet slecht,' zei Hanley, 'simpel en rustig.'

'Doen?'

'Ga je gang,' zei Hanley.

Het terrein rondom de drie containers waar de mannen zich verborgen hielden, werd geleidelijk steeds leger. Aan de linkerkant stonden er nog verschillende op een kluit bijeen, maar aan de rechterkant strekte zich een kale vlakte van zand en grind uit.

Colgans telefoon trilde en hij drukte op een toets om op te nemen. 'Colgan,' zei hij.

'Met Jones, in Qatar.'

'Hebt u nieuws voor ons? Het terrein om ons heen is ondertussen vrijwel leeg. We moeten nu echt snel iets gaan doen.'

'Over tien minuten komen er drie vrachtwagens om de containers op te halen. Ze zijn alle drie met GPS-apparatuur uitgerust. Die bevindt zich in kastjes ter grootte van een pakje sigaretten die met een magneet tegen de achterwand van de cabines zijn bevestigd. Laat drie van uw mannen als losarbeiders meewerken met het laden van de containers, zodat zij ongemerkt de zenders kunnen verwijderen, anders kunnen ze u volgen.'

'Prima,' zei Colgan.

'Die drie zenders moeten ze vervolgens op niet-besmette vrachtwagens met bestemming Mekka bevestigen en zelf in de laadruimte meeliften. De mensen die de GPS-signalen volgen, denken dan dat het transport volgens plan verloopt.'

'En wat moeten ze doen als ze in Mekka aankomen?'

'Vlak voordat ze op de plaats van bestemming aankomen, moeten ze uit de vrachtwagens springen, de GPS-kastjes verwijderen en in een afvalbak dumpen. Daarna moeten ze zo snel mogelijk een bus naar Djedda nemen en daar naar de haven gaan, waar ze een sloep zien liggen, de Akbar II. Daarmee worden ze weggebracht.'

'De Akbar II,' herhaalde Colgan.

'De rest van het team moet de chauffeurs overmeesteren en de vrachtwagens overnemen. Leg de chauffeurs geboeid en gekneveld op de bodem van de cabine. Rij daarna rustig de poort uit, en bij de doorgaande weg gekomen, gaat u naar het oosten in plaats van naar het westen. Uw uiteindelijke bestemming is Bahrein.'

'Oké,' zei Colgan.

'Omdat u nog met z'n vijven bent,' zei Jones, 'wordt het in twee van de vrachtwagens wat vol in de cabine. Zorg er in ieder geval voor dat de bijrijders bij het verlaten van het terrein van buitenaf niet te zien zijn.'

'Houden ze ons niet aan voor een controle?' vroeg Colgan.

'Er heeft iemand van ons vandaag bij de poort op de uitkijk gestaan,' zei Jones. 'Ze controleren de vracht bij binnenkomst, en bij uitgaande vrachtwagens noteren ze alleen het containernummer.'

'En als ze in Mekka merken dat daar de vracht niet wordt afgeleverd, wat dan?' vroeg Jones. 'Dan zullen ze ons toch gaan zoeken?'

'De rit van Ar-Riaad naar Mekka duurt een uur of zes,' antwoordde Jones. 'Naar Bahrein is het hoogstens vier uur rijden. Tegen de tijd dat ze de containers missen, bent u al lang en breed op een vrachtschip richting Qatar.'

'En de grenspost met Bahrein, hoe komen we daar door de douane?'

'Dat is geregeld,' antwoordde Jones.

'Prima plan dan,' zei Colgan.

'Succes.'

Een kwartier later reden Colgan en de vier andere teamleden zonder problemen het opslagterrein van het vliegveld af en gingen op weg naar Bahrein. Nog geen zeven minuten daarna drukte Perkins, een onderofficier bij de Kustwacht, samen met twee collega's de GPS-kastjes op drie vrachtwagens die deel uitmaakten van een konvooi van zes, waarna ze ongezien in de laadruimte van de achterste vrachtwagen klauterden.

De lading bestond uit flessen water, dus van de dorst zouden ze tijdens de zes uur durende tocht naar Mekka niet omkomen. Als er nu ook nog een pallet M&M's aan boord was geweest, hadden ze helemaal niets te klagen gehad.

Het liep tegen het middaguur toen Adams, Cabrillo en de CIA-agent met de Steen van Abraham op het vliegveld van de Egyptische plaats Al-Ghardaka aan de monding van de Golf van Suez landden voor de eerste tankstop.

Overholt had niet alleen voor de beloofde brandstof gezorgd, maar ook voor eten, water, koffie en een helikoptermecanicien van het Amerikaanse leger voor een controle van de R-44. De mecanicien vulde een halve liter olie bij en nadat hij het hele door zuigermotoren aangedreven toestel aan een grondige inspectie had onderworpen, verklaarde hij de Robinson topfit. De drie mannen hadden zich ondertussen wat opgefrist.

De volgende etappe van de vlucht, ruim driehonderd kilometer naar Assoean, legden ze met een snelheid van zo'n tweehonderd kilometer per uur ruimschoots binnen de twee uur af. Ook daar werd de helikopter bijgetankt en nog eens nagekeken, waarna het trio weer vertrok.

Van Assoean naar Ras Abu Shagara, het schiereiland dat tegenover Djedda in Saoedi-Arabië in de Rode Zee uitsteekt, was de langste etappe van de vlucht, ruim 560 kilometer, waar ze dus een krappe drie uur over zouden doen.

Een halfuur na het vertrek uit Assoean vloog de Robinson hoog boven de woestijn. 'Heren,' zei Adams, 'het gaat een paar uur duren voor we bij de volgende stop zijn. Wat mij betreft kunnen jullie gerust even de ogen sluiten.'

De CIA-agent achter in de cabine knikte, maakte het zich gemakkelijk op zijn stoel en trok zijn pet over zijn ogen.

Alles oké met jou, George?' vroeg Cabrillo. 'Je bent nu al heel wat uren in touw. Hou jij het eigenlijk wel vol?'

'Ik voel me zo fris als een hoentje,' antwoordde Adams glimlachend. 'Ik breng ons naar Soedan, vandaar steken we de Rode Zee over en zet ik jullie af. Terug in Soedan heb ik alle tijd om goed bij te slapen.'

Cabrillo knikte, en door het monotone gedreun van de helikopter viel hij al snel in slaap.

Het was even na vier uur 's middags toen Hanley op de Oregon via de satelliettelefoon contact opnam met Skutter. Omdat ze nog niet precies wisten wat hen te doen stond, hingen Skutter en zijn team wat doelloos rond in het busstation.

'Met Max Hanley, ik ben de baas van de heer Kasim.'

'Wat wilt u dat we gaan doen?' vroeg Skutter zonder omwegen.

Zijn teamleden waren al door diverse mensen aangesproken en geen van zijn mannen sprak zelfs maar een paar woorden Arabisch. Als ze daar nog veel langer bleven, zouden ze ongetwijfeld gaan opvallen.

'Links van u,' zei Hanley, 'zit een bedelaar met een oud tinnen schoteltje. Het lijkt of hij slaapt. Ziet u hem?'

'Ja,' zei Skutter.

Het was hem opgevallen dat de man die leek te slapen, de afgelopen twintig minuten af en toe zijn ogen open had en dan steeds nieuwsgierig naar zijn team had gekeken.

'Ga naar hem toe en gooi een munt in zijn schoteltje,' zei Hanley.

'We hebben geen munten, we hebben alleen maar bankbiljetten gekregen.'

'Geef hem dan het kleinste biljet dat u hebt,' zei Hanley. 'Dan krijgt u van hem een religieus pamflet. Pak het aan en loop ermee weg naar een zijstraat en zoek een plek waar u het ongestoord kunt lezen.'

'En dan?'

'Alle instructies staan erin.'

'Is dat alles?' vroeg Skutter.

'Voorlopig wel,' zei Hanley. 'Succes.'

Skutter beëindigde het telefoongesprek en fluisterde een van zijn mannen iets in het oor. Daarna liep hij naar de bedelaar, trok een bankbiljet uit het bundeltje in zijn zak, bukte zich en legde het op het schoteltje.

'Allah zal u belonen,' zei de bedelaar in het Arabisch, terwijl hij hem een pamflet overhandigde.

Toen Skutter zich vanuit zijn gebogen positie oprichtte, zag hij een minieme schittering van verstandhouding in het linkeroog van de bedelaar. Opeens vatte Skutter weer moed. Nadat hij, op de voet gevolgd door zijn mannen, het busstation was uitgelopen, vond hij in een van de zijstraten een stil plekje waar hij de instructies kon lezen. Ze bevonden zich op slechts enkele straten afstand van hun bestemming en onderweg ernaartoe at hij het hele pamflet op.

'Ga niet naar buiten,' zei de CIA-contactpersoon tegen Kasim en zijn team in het betrouwbare pand in Mekka. 'Doe absoluut niets wat de aandacht zou kunnen trekken. Er is van alles in de keuken: eten, water en frisdranken.'

'Hoe kunnen we u bereiken als we u nodig hebben?' vroeg Kasim.

'Niet,' zei de contactpersoon. 'Wacht op instructies van uw eigen mensen. Ik heb opdracht gekregen een onderkomen voor u te regelen, u op het station op te vangen en hierheen te brengen. En dat heb ik gedaan. Ik wens u sterkte en veel succes.'

De CIA-man liep naar de deur en verliet het vertrek.

'Wat raar,' zei een soldaat van de landmacht in Kasims team.

'Alles is in fases opgedeeld,' zei Kasim. 'Alle onderdelen van deze operatie zijn volstrekt van elkaar gescheiden tot het zover is dat we gezamenlijk tot actie overgaan. Nu moeten we zoveel mogelijk rust zien te nemen en ons om beurten wat opfrissen. Ik wil dat iedereen goed eet en zich probeert te ontspannen. Er zal nu wel snel een telefoontje komen en dan moeten we er vol tegenaan.'

De mannen knikten.

De zon was aan het ondergaan toen Adams vanaf de Rode Zee de Akbar naderde. Nadat hij een keer laag over het jacht was gevlogen om de aandacht van de bemanning te trekken, manoeuvreerde hij tot boven het achterdek en liet de heli zachtjes zakken. De Kawasaki-helikopter van Al-Khalifa stond nog op het platform, en daarom bleef hij iets terzijde ruim een meter boven een vrije plek op het dek hangen. De CIA-agent liet de in een gevoerde doos zorgvuldig verpakte Steen van Abraham op het dek vallen en sprong erachteraan.

'Terug in Ras Abu Shagara word je door mensen van Overholt opgevangen,' zei Cabrillo. 'Gaat dat lukken?'

'Zeker,' antwoordde Adams.

De CIA-agent droeg de doos naar de achterdeur van de Akbar. Nu sprong ook Cabrillo de helikopter uit en holde gebukt weg vanonder de draaiende rotorbladen, terwijl Adams weer langzaam opsteeg.

Op dat moment ging Cabrillo's telefoon.

'Gevaar één is geëlimineerd,' zei Hanley. 'De containers zijn veilig aan boord van een schip dat zojuist vanuit Bahrein naar Qatar is vertrokken.'

'Geen complicaties?'

'Alles is volgens plan verlopen,' zei Hanley. 'Drie mannen zijn onderweg naar de landingssloep van de Akbar in Djedda. Jij moet ervoor zorgen dat ze naar het jacht worden gebracht. Zij hebben hun taak in de operatie volbracht.'

Kent Joseph, lid van een team uit Florida dat was ingezet om de Akbar voor de Corporation te bemannen, stak zijn hoofd om de hoek van de deur. Cabrillo keek hem glimlachend aan en gebaarde met zijn vinger naar de kapitein dat hij even moest wachten.

'Skutter?'

'Hij heeft de plattegronden, en we sturen hem en zijn team vanavond op pad,' zei Hanley. 'Als dat goed afloopt, is daarmee het tweede gevaar afgewend en is er nog maar één over.'

'En hoe gaan we dat aanpakken?' vroeg Cabrillo.

'Ik bel je zo terug.'

De verbinding werd verbroken en Cabrillo stak zijn gsm terug in zijn zak. Breed glimlachend stapte hij met uitgestoken hand op Joseph af.

'Juan Cabrillo,' zei hij. 'Ik ben van de Corporation.'

'Is dat een verlengstuk van de geheime dienst?' vroeg Joseph.

'Asjeblieft, nee zeg,' antwoordde Cabrillo. 'Ik ben geen spion.'

Joseph knikte en gebaarde naar de deur.

'Maar hij wel,' zei Cabrillo, op de CIA-agent wijzend.