20
“Je hebt hem ervan beschuldigd homo te zijn,” herhaalde Tiffany ongelovig. “O god, Sandra, zeg me alsjeblieft dat je dat niet écht hebt gedaan.”
“Ik weet het, achteraf lijkt het zo dom.” Sandra verborg haar gezicht in haar handen en kreunde. “Wat ben ik ook een stomme trut.”
Abbey keek naar Tiffany en vervolgens naar Loreen met het gevoel dat ze allemaal de neiging hadden haar gelijk te geven.
Maar Tiffany was de enige die dat ook echt deed. “Absoluut. Arme vent.”
“Heeft hij iets gedaan om je dat te laten denken?” vroeg Abbey.
“Ja.” Sandra keek haar aan. “Hij had het gore lef om knap te zijn en te doen alsof hij in me geïnteresseerd was.”
“Dan vroeg hij er gewoon om.” Loreen lachte en boog zich naar Sandra toe om een arm om haar heen te slaan. “Kom op, lieverd. Het was een foutje, meer niet. Veroorzaakt door een diepgewortelde, vreemde onzekerheid binnen in jou die hij onmogelijk kan begrijpen.”
“Misschien kan Mike Lemmington het hem uitleggen,” opperde Tiffany.
“Mike zou hem alleen maar proberen te versieren.” Sandra snufte en rechtte toen haar rug. “Nee, dit was een harde les, maar wel een belangrijke. Ik moet meer zelfvertrouwen hebben. Als ik klaar ben met mezelf aframmelen om deze grove fout tenminste.”
“Je zou hem kunnen bellen,” stelde Abbey voor. “Al is het alleen maar om je excuses aan te bieden.”
“Dat zou ik inderdaad moeten doen,” was Sandra het met haar eens. “Maar ik kan het niet. Ik kan hem nooit meer onder ogen komen, zelfs niet door de telefoon. Ik stop gewoon met daten. Dat wordt dan mijn algehele verontschuldiging aan die man.”
“Je kunt niet ophouden met daten,” zei Loreen.
“Nee, ik kan niet doorgaan met daten,” corrigeerde Sandra haar. “Daar komen de problemen van. Ik ben een mislukkeling.”
“Je hebt gewoon enorm veel pech gehad,” zei Abbey. “Dat overkomt ons allemaal, geloof me maar. Je kunt alleen maar verliezen als je ermee ophoudt.”
“Dat is waar,” zei Tiffany, hevig knikkend. “Echt.”
“Ik heb geen peptalk nodig,” zei Sandra. “Ik heb een habijt nodig.”
“Onzin,” zei Loreen. “Je hebt een goed afspraakje nodig. Probeer het nog één keer. Ik garandeer je dat alles beter wordt als je het nog één kans geeft.”
Sandra keek haar sceptisch aan. “Ben je helderziend?”
“En of,” zei Loreen. “Als dat ervoor zorgt dat je me gelooft, want ik heb gelijk.”
“Ik ben het met haar eens,” zei Abbey.
“Ik ook,” voegde Tiffany eraan toe. “Dus nu moet je het nog wel een keer proberen.”
Sandra lachte. “Omdat de raad dat heeft besloten?”
Tiffany knikte. “Ja.”
Abbey had medelijden met Sandra. Ze wist dat ze bofte dat ze nooit dit soort onzekerheid had gevoeld bij mannen en ze had zeker nooit zo veel komische pech gehad met afspraakjes, maar…Haar blik viel op een beweging achter het raam.
Er was iemand bij haar auto. Een man.
Damon.
“Goed,” zei Sandra. “Ik doe het, maar eerlijk gezegd alleen maar om jullie ongelijk te bewijzen zodat jullie me met rust laten.”
“Daar kan ik mee leven,” zei Tiffany.
Abbeys hart ging tekeer terwijl ze haar blik op het raam gevestigd hield en bedacht wat ze moest doen.
“Ik ook,” zei Loreen. “Abbey?”
“Eh,” stamelde Abbey. “Ja. Ik ook…volgens mij ligt mijn telefoon nog in mijn auto, kunnen jullie me even excuseren?” Ze wachtte niet op antwoord, maar haastte zich gewoon naar de deur terwijl ze achterom riep: “Ben zo terug.”
Ze vloog naar buiten de hete middagzon in op zoek naar Damon, klaar om hem met haar blote handen te vermoorden als dat nodig was. Ze had genoeg van het wachten en de onzekerheid, genoeg zorgen; op dit moment had ze liever een veroordeling wegens geweldpleging dan dat kunstige, stille gestalk van hem.
“Damon!” riep ze woest. “Waar zit je? Ik heb je wel gezien. Ik weet dat je er bent.”
Haar woorden vielen dof neer op de stille, zonnige straat.
“Damon!”
Niets.
Toen zag ze een teken op de zijkant van haar auto: 10m.
Weer.
Hier moest ze voor eens en altijd een eind aan maken.
Maar hoe?
Ze ging weer naar binnen en was opgelucht dat ze allemaal nog waren waar ze hen had achtergelaten. Ze hadden haar tijdelijke inschattingsfout blijkbaar niet gehoord of opgemerkt.
“Heb je hem?” vroeg Tiffany.
“Wat?”
“Je telefoon. Want volgens mij hoorde ik hem in je tas overgaan toen je buiten was, maar ik weet het niet zeker.”
“O. Daarom kon ik hem niet vinden.” Abbey veinsde een lachje en rommelde in haar tas totdat ze de telefoon te pakken had. “Daar is ie. Lekker slim.” Ze keek op het scherm. “Het was de tandarts maar. Wat heb ik gemist?”
“Nou,” zei Loreen met een glimlach, “ik ging net vertellen dat we deze maand genoeg geld hebben verdiend om bijna driekwart van de schuld af te betalen. Ongelooflijk, hè?”
Sandra klapte in haar handen. “Wauw, jullie zijn druk bezig geweest. Ik ben zo trots op jullie!”
“Het is allemaal dankzij jou,” zei Abbey. Ze vroeg zich af hoe lang ze nog nodig zou hebben om Damon af te betalen als ze haar best bleef doen. “Als jij niet met het idee gekomen was en ons niet had verteld hoe het moest, weet ik niet hoe het was gelopen.”
“Ik denk dat ik dan nu in de gevangenis zou zitten.” Loreens gezicht stond ernstig. “Ik kan je nooit genoeg bedanken.” Terwijl ze het zei, gingen haar ogen glanzen van de tranen. “Jullie allemaal.”
“Het was niet zo erg als ik had verwacht,” zei Tiffany. “En dit” – ze gebaarde naar hen allemaal – “dat we elke week afspreken, is super.”
“Wat moeten we als we alles hebben afbetaald?” vroeg Loreen. “Dan hebben we een nieuw excuus nodig om bij elkaar te komen.”
“Hm.” Sandra keek nadenkend. “Hoe denken jullie over schoenen…?”
∗
Het geld stroomde binnen. Loreen controleerde het bedrag een tweede en derde keer omdat ze gewoon niet kon geloven hoe winstgevend deze onderneming was. En het succes van Vrolijke Huisvrouwen kwam niet alleen Loreen, Abbey en Tiffany ten goede. Ze hadden van het begin af aan besloten dat ze ook een percentage van hun verdiensten voor de ouderraad voor schoolevenementen zouden gebruiken.
Ze maakten al plannen om Nick Nicholas in te huren, een landelijk vermaarde onderwijzerdeskundige die bekendstond als de Rekengoochelaar, voor een workshop met de kinderen van de Tuckerman.
Normaal gesproken waren zulke speciale bezoeken alleen weggelegd voor de rijkere particuliere scholen, maar de financiën van de ouderraad van de Tuckerman Elementary zagen er ineens heel rooskleurig uit.
Maar niet iedereen deelde dat optimisme. Deb Leventer en haar groepje vriendinnen trokken de motieven en middelen van de huidige ouderraadsleden in twijfel. Deb was verbitterd dat ze niet tot voorzitter was gekozen, dus bij elke gelegenheid dat ze twijfel kon zaaien over Tiffany’s bekwaamheid, greep ze haar kans.
“Waar komt dat geld vandaan?”
“Is het niet verstandiger om het voor noodgevallen te bewaren?”
Voor wat voor ouderraadnoodgevallen Deb dacht dat ze het moesten bewaren, was een raadsel. Deb kon tenslotte niet dingen in gedachten hebben zoals het gebruik van het schoolfonds door een van de leden om een mannelijke prostitué te betalen.
En Deb had absoluut geen idee wat er aan de gang was, want als dat zo was, zou ze allang Loreen en haar reputatie naar de haaien hebben geholpen.
“We moeten nog iets meer dan duizend,” zei Loreen tegen Tiffany nadat ze de boekhouding had bekeken terwijl ze achter een flesje bier en een pizza zaten.
Ze zaten in Bambinos Pizza, een paar straten bij de school vandaan, waar de kinderen nog laat voor hun jaarafsluitingsceremonie aan het oefenen waren.
“Duizend?” Tiffany zette haar biertje neer en keek Loreen vol verwondering aan. “Meer niet?”
“Ja. Niet te geloven, hè?”
“Nee, zeker niet,” gaf Tiffany toe. “Het lijkt zo makkelijk.”
“Zo zou ik het niet noemen,” zei Loreen.
“Niet?”
Ze schudde haar hoofd. “Volgens mij heb ik nog niet één telefoontje succesvol afgerond. Ik weet dat ik geen terugkomende klanten heb.”
“Maar jij hebt je door hele stapels papierwerk geworsteld zodat we voor onszelf konden beginnen.”
Loreen haalde haar schouders op.
“Toen heb je nog geadverteerd en die parttimers voor ons laten werken, zoals Sandra deed bij Touch of Class. Dat briefje ophangen op de dramafaculteit van de Universiteit van Montgomery? Briljante zet. Dat is nog veel meer waard!”
“Hopelijk meen je dat echt.”
“Natuurlijk.”
Loreen bracht haar flesje naar haar mond, maar het bier smaakte smerig en ze zette het weer neer.
Tiffany zag het. “Wat is er?”
Loreen rolde met haar ogen. “Gewoon stomme hormonale problemen. Ik heb allemaal schijnzwangerschapsverschijnselen.”
“Bah. Echt?”
“Ja.” Loreen pakte een klein schijfje pizza. “Het lijkt wel of mijn hormonen in de war zijn en mijn premenstruele symptomen ineens op een beginnende zwangerschap lijken.”
“Mazzelaar! Dat allemaal en evengoed ongesteld!”
Loreen nam nog een hap en knikte. “Dat kan elk moment beginnen.” Ze aarzelde. Ze leek nu al best lang te denken dat haar menstruatie ‘elk moment’ zou kunnen beginnen.
Ach, zo ging het de laatste tijd. Haar cyclus werd onvoorspelbaarder. Het leek alsof ze ineens weer in de brugklas zat, nooit wetend wanneer de rode vlag onverwachts uit zou worden gehangen en haar voor lul zou zetten met een openbare verschijning.
“Weet je,” was Tiffany bezig te vertellen, “ik zit erover te denken om de pil drie maanden achter elkaar door te slikken, zonder stopweek, zodat ik het niet zo vaak ben. Ze zeggen dat dat tegenwoordig kan.” Ze nam een slok van haar bier. “Ik lijk het elke maand wel net op het verkeerde moment te worden. Vorige maand werd ik het toen we in Vegas waren en deze maand in het weekend van Memorial Day, toen Kate natuurlijk net het hele weekend naar het zwembad wilde.”
Memorial Day was vorig weekend. Dus Tiffany was al twee keer ongesteld geweest sinds Vegas, en Loreen niet meer sinds…wanneer? Vóór Las Vegas. Vér voor Las Vegas. Een aantal weken.
“Wat is er?” vroeg Tiffany.
Loreen legde de pizza neer. Ze had geen trek meer. “Ik denk dat ik een maand heb overgeslagen.”
“Hoe bedoel je?”
“Mijn menstruatie. Ik denk dat ik een maand heb overgeslagen en doordat ik het zo druk heb gehad, heb ik het niet eens gemerkt.”
“Maak je je zorgen? Ik bedoel, je kunt niet zwanger zijn, toch?”
Loreen gaf geen antwoord.
Ze zat daar maar en voelde haar hele huid tintelen.
“Loreen.” Tiffany keek nu bezorgd. “Wat is er aan de hand? Je ziet lijkbleek.”
“Stel nou dat ik wél zwanger ben?”
“Je zei dat je niets had gedaan sinds jij en Robert uit elkaar waren.” Fluisterend ging ze verder: “Dus dan kan je toch ook niet zwanger zijn?”
“O god.” Loreen schoof het pizzabord van zich af. Daarna pakte ze haar servetje en friemelde eraan in haar schoot. “Dat wil je niet weten. En ik wil het je niet vertellen.”
“Wat? Heeft het met Robert te maken?”
Robert. Nee. Dit voelde met de seconde erger. Ze slikte, maar haar mond was zo droog als kurk. “Ja. Nou ja, we hebben het er wel over gehad om weer bij elkaar te komen, maar dat is nog niet zeker.” Als haar voorgevoel juist was, zou hij nu niet meer zo staan te springen om de banden weer aan te halen.
“Loreen Murphy, dat je me dat niet verteld hebt!” Tiffany hief haar flesje om te proosten. “Ik had geen idee dat jullie weer bij elkaar wilden komen. En dat jullie weer hadden gevreeën. Wauw, stel je voor dat je echt zwanger bent nu, na alles wat jullie hebben meegemaakt? Dat zou geweldig zijn.”
“Dat zou inderdaad wat zijn.”
“Waarom kijk je dan niet vrolijker?” Tiffany glimlachte breed. “Het is het lot!”
“Ik moet hier weg,” zei Loreen. Ze voelde een golf adrenaline als ijswater door haar aderen stromen. “Ik moet een test halen. Ik moet het weten.”
“Oké, oké, rustig maar. Luister, als je even naar de drogist hiernaast gaat om een test te halen, reken ik hier ondertussen af en zie ik je bij de auto.”
Loreen knikte krampachtig. Ze kon niets uitbrengen.
Ze liep als in een droom door de gangpaden van de drogisterij. Of beter gezegd, als in een nachtmerrie.
Een afgrijselijke nachtmerrie.
De tl-balken aan het plafond waren een beetje te fel en verleenden een verontrustende hypnotische eigenschap aan de vijf minuten waarin ze naar de zwangerschapstest zocht (naast de condooms, waar ze nu sceptisch naar keek), afrekende en op de parkeerplaats voor een naderende auto liep.
De auto kon op tijd remmen en ze vond het bijna jammer.
Tiffany, die het allemaal had zien gebeuren, kwam naar haar toe gerend. “Jezus, Loreen, ik schrik me te pletter. Het ene moment zitten we lekker te eten en binnen twee minuten trek je ineens wit weg en nu loop je erbij als een zombie met een zwangerschapstest in een plastic zak. Waarom ben je hier zo van geschrokken?”
“Omdat iets me zegt dat ik zwanger ben.”
“Oké. Maar is dat zo erg dan? Je hebt het eerder meegemaakt.” Ze stopten bij Tiffany’s minibusje. “Weet je nog dat je dit juist heel graag wilde? En je weet dat je er niet alleen voor staat. Je hebt Robert, en mij, en Abbey en Sandra.”
Loreen sloot haar ogen voor hoe verschrikkelijk het allemaal was en zei: “Maar…Robert is niet de vader.”
Omdat het stil bleef deed Loreen haar ogen weer open en ze zag Tiffany haar verbijsterd aankijken.
“Dat meen je niet.”
Loreen knikte ellendig. “Helaas wel.”
“Wie dan?” vroeg Tiffany. Het was duidelijk dat ze probeerde niet geschokt te kijken, maar ze zag eruit alsof ze net een insect had ingeslikt. “Je hebt me helemaal niet verteld dat je iemand ontmoet hebt.”
“Nee, maar dat heb ik wel. Laten we instappen.” Loreen trok het portier aan de passagierskant open en stapte in de auto.
Tiffany deed hetzelfde. “Oké. Wie? En waar? En hoe kan het dat ik dit niet weet?”
Loreen haalde diep adem en zei: “Het is voldoende te zeggen dat ik vrees dat niet altijd geldt dat wat in Vegas gebeurt ook in Vegas blijft.”
“Hè?”
Loreen schudde haar hoofd. “Ik wil niet mysterieus doen, maar kunnen we alsjeblieft snel naar jouw huis zodat ik die test kan doen voordat ik gek word? Ik kan niet normaal nadenken totdat ik weet wat er aan de hand is.” Ze probeerde ervoor te zorgen dat haar stem niet haperde, maar de angst klemde haar slokdarm dicht.
“Natuurlijk.” Tiffany draaide de sleutel om in het contact en liet het daarbij.
Loreen wist dat Tiffany zowat uit elkaar moest knappen van nieuwsgierigheid, maar ze kon haar gewoon niet de hele laakbare waarheid vertellen tenzij ze wist dat dat echt nodig was. Als dat niet zo was, zou ze wel gewoon iets verzinnen.
Ze waren binnen zeven minuten bij het huis van Tiffany en toen Loreen naar de voordeur liep, werd ze bijna overweldigd door de geur van droogtrommeldoekjes die uit de drogerslang onder het voorraampje kwam.
Normaal gesproken was ze dol op die geur.
Dit was geen goed teken.
“Gebruik het toilet bij de slaapkamer maar,” stelde Tiffany voor. “Ik zet kruidenthee. Is dat wat?”
“Heb je ook zoiets als ginger ale?”
“Altijd.” Tiffany knikte. “Je weet maar nooit wanneer er iemand moet overgeven. Ik schenk een glas voor je in.”
Loreen ging de trap op naar de ouderslaapkamer en haalde de sticks uit hun verpakking. Daarna ging ze ermee op het toilet zitten en ze bedacht nog even dat ze zelf ook zo graag een apart bad wilde hebben.
Ze wilde ook een stabiel huwelijk en een stabiele thuissituatie en ongesteld worden.
Maar toen ze op de – beide – sticks plaste, werd het er niet duidelijker op.
“Wat was de uitslag?” vroeg Tiffany, die Loreen het glas ginger ale kwam brengen. Haar gezichtsuitdrukking veranderde toen ze dichterbij kwam. “Positief?”
Loreen schudde haar hoofd.
Tiffany zette het glas neer en trok Loreen naar zich toe voor een stevige, troostende knuffel. “O, lieverd. Dat was toch wat je wilde?”
“Ja.” Snufte Loreen. “Natuurlijk, maar een deel van me…” Ze schudde haar hoofd. Ze kon haar zin niet afmaken.
“Ik weet het,” troostte Tiffany, “zo’n positief resultaat heeft iets ongelooflijks. Om op dat moment ineens te beseffen dat je met z’n tweetjes bent in plaats van alleen. Dat is een heerlijk gevoel, ook al weet je daarna niet wat je moet.” Tiffany nam haar mee naar de bank die in de grote kamer stond en ging naast haar zitten terwijl ze haar hand vastpakte. “Wil je praten over hoe dit zo is gekomen?”
Loreen keek naar Tiffany, die zo serieus en niet-veroordelend keek, en het verhaal stroomde gewoon naar buiten. Hoe ze Rod had ontmoet, hoe het voelde toen hij aandacht aan haar schonk, hoe ongelooflijk het was om alle voorzichtigheid overboord te gooien en voor het eerst van haar leven een onenightstand te hebben en hoe vreselijk afschuwelijk vernederend het was toen hij haar na afloop de rekening presenteerde.
“Zo is het gegaan,” zei Loreen. Ze was uitgehuild. Haar stem was niet meer dan een dun schijfje schaamte. “Ik heb al dat geld opgenomen van wat ik dacht dat mijn creditcard was in een zielige, onstuitbare poging mijn geld terug te winnen.”
“Ik begrijp het volkomen,” zei Tiffany, tot Loreens verbazing.
Loreen lachte vreugdeloos. “Kom op, zeg. Daar ben jij veel te perfect voor.”
“Ik ben niét perfect,” zei Tiffany. “Verre van. En ik snap helemaal hoe dit heeft kunnen gebeuren. Je wilde niet alleen je geld terugwinnen, maar ook je eigenwaarde. Jezelf iets geven om je goed over te voelen aan het einde van een avond waaraan je een vreselijk slecht gevoel had overgehouden.”
Loreen sloot haar ogen tegen een nieuwe aanval van tranen, maar het had geen zin. Ze sijpelden evengoed door haar wimpers en over haar wangen. “Dat was het.” Ze knikte en ging met haar handen naar haar gezicht.
Tiffany pakte haar handen en hield ze in de hare, waarbij ze Loreen recht in de ogen keek. “Hoe gek het ook klinkt, het had iedereen kunnen overkomen. Jij bent niet raar, hij was raar. Je bent een normale vrouw die ervan uitging dat de man met wie ze in een bar zat te kletsen een normale man was.”
“Maar ik zei dat hij tegen de andere vrouwen moest zeggen dat hij bezet was. Dat was, achteraf gezien, codetaal voor ‘de rode lamp mag uit’.”
“Ja…” Tiffany moest lachen. “Je woordkeuze was wel wat ongelukkig.”
Loreen lachte mee. “Weet je, misschien heb ik zelfs wel een grapje gemaakt als: “Hoeveel kost je?””
Tiffany moest nog harder lachen. “O nee, heb je dat écht gezegd?”
“Het zou kunnen; ik weet het niet eens meer!” Loreens lachen ging bijna over in hysterie.
De tranen stroomden nu over Tiffany’s gezicht. “O god, en dan zou hij hebben gezegd dat hij duizend dollar kostte…en dan zou jij…” Ze kwam bijna in ademnood. “Ongetwijfeld hebben gezegd…”
“Deal!” zeiden ze allebei tegelijkertijd, waarna ze een giechelbui kregen.
“Het had mij ook kunnen overkomen,” verzekerde Tiffany haar toen ze eindelijk weer bedaard was. “Ik bedoel, als ik niet getrouwd was.”
“Denk je dat?” Loreen wilde het geloven. “Echt waar?”
“Zeker weten! Joh, als ik op dat moment bij je was geweest, zou me niets ongewoons aan dat gesprek zijn opgevallen. Je zou met hem mee zijn gegaan en ik zou alleen maar gedacht hebben: ga ervoor.”
“Maar dat zou je niet bij dat geldloket hebben gezegd.”
“Nee, maar alleen maar omdat ik het zelf te druk had met voor duizenden dollars aan onpraktische kleding kopen die ik later niet terug kon brengen.” Ze hield haar hoofd scheef en keek Loreen serieus aan. “Echt hoor, ik weet niet wie Deb Leventer meer zou veroordelen, jou of mij.”
“Mij,” zei Loreen stellig. “Stel dat ik zwanger was geraakt van een of andere hoerenjongen uit Vegas die ik nooit meer zou zien? Stel je de mogelijke complicaties eens voor. Medische achtergrond, het recht van het kind om zijn biologische geschiedenis te kennen…Het zou een zootje zijn geworden. Maar nu ik erachter ben dat ik niet…” Loreens stem stokte. “Is dat bijna erger.”
Tiffany knikte. “Ik begrijp het. Dan zou je een baby’tje hebben gehad.”
“Nee, dat is het niet.” De tranen begonnen weer te stromen; Loreen had bijna niet genoeg Kleenex om ze te stelpen.
Tiffany keek verbaasd. “Niet?”
Loreen schudde haar hoofd. “De hormoonschommelingen, de pijnlijke borsten, de verlate menstruatie…Dat betekent waarschijnlijk dat ik al…” De tranen stroomden nog harder. “In de overgang kom!”
∗
Nu Loreen had besloten dat de klok doortikte, dat dit wel de peri-menopauze moest zijn en dat de dood met rasse schreden naderde, besloot ze dat het tijd was dat ze niet meer als een klein kind geheimen had. Tussen haar en Robert ging het beter; ze hoopte dat een verzoening nabij was. Nu ze vreesde haar dagen als ouwe vrijster te moeten slijten, besloot ze dat ze eerlijk zou zijn, haar kaarten op tafel zou leggen, bij wijze van spreken, en zou laten komen wat komen ging.
Dus vertelde Loreen Robert de waarheid, al was het de ingekorte versie. Man ontmoet, vond hem wel leuk, wist dat het toch niets kon worden, champagne gedronken en voelde me eenzaam, ging met hem mee naar zijn hotelkamer, van het een kwam het ander…
Robert viel stil.
En bleef heel lang stil.
“Zeg alsjeblieft iets,” zei Loreen. “Zeg dat ik een trut ben, zeg dat je me nooit meer wilt zien, zeg me dat het helemaal over is tussen ons en dat ik er in mijn eentje voor sta, maar zit alsjeblieft niet zo naar me te kijken.”
“Ik weet niet wat ik moet zeggen,” kon Robert uiteindelijk uitbrengen. Zijn stem klonk als die van iemand die een dreun op zijn hoofd had gehad met een honkbalknuppel en versuft was.
“Zeg iets.”
Zijn lippen werden een plat lijntje en hij leek even na te denken voordat hij zijn hoofd schudde. “Sorry, Loreen. Ik weet niets anders dan het feit dat ons huwelijk stukging omdat je alleen maar tijd voor Jacob had en nu moet ik begrijpen dat je hem bij een vreemde hebt kunnen achterlaten op een hotelkamer in Las Vegas om zelf seks te hebben met een onbekende.”
Ze kromp vanbinnen ineen, steeds weer, om zijn woorden. Maar ze had er niets tegen in te brengen.
“Ik denk…” hij stond op en schoof zijn handen in de voorzakken van zijn spijkerbroek, “…dat ik maar ga. Ik moet nadenken.”
“Ik haal Jacob wel op bij de Dreyers,” zei Loreen.
Tiffany had Jacob meegenomen zodat Loreen en Robert dit gesprek konden voeren, hoewel het originele plan was geweest dat Robert hem op zou halen.
Robert leek dankbaar dat hij dat niet hoefde te doen. Of zo dankbaar als hij eruit kon zien, gezien het feit dat zijn gezichtsuitdrukking al verdeeld was tussen verbijstering en afschuw.
Hij ging weg en pas toen Loreen zijn auto de straat uit zag rijden, stond ze zichzelf toe lang en hevig te huilen.
Ze moest dus de gedachte dat zij en Robert weer samen zouden komen uit haar hoofd zetten en ze had zich niet eens gerealiseerd dat ze het zichzelf had toegestaan te denken dat het goed zou komen. En ze moest accepteren dat dit het logische gevolg was van haar daden.
Alles had zijn prijs en in dit geval was dat zelfs nog meer dan vijfduizend dollar.