Jip is een cowboy

 

O wat een mooi pak heeft Jip. Het is een cow-boypak. Nu is Jip een echte cowboy. Met een grote hoed en een broek met franje.

Hij heeft ook een lasso. Daarmee kun je koeien vangen, zegt moeder.

En ook paarden?

Ja, ook paarden.

Jip zegt: Jij bent een paard, Janneke. Nu moet je hard lopen. Heel hard.

En ze hinnikt. En ze briest. En ze steigert. Ze is wel een heel echt paard. Maar daar komt de cowboy. Met zijn lasso. En hij slingert de lus over de kop van het paard.

Ziezo, het paard is gevangen. En de cowboy sleurt het paard mee. Mee naar de stal.

Maar o, het paard gaat huilen. Het paard is zo geschrokken. Het schreeuwt en gilt.

Wat is er nou? vraagt moeder. Doe jij Janneke pijn? Laat haar los Jip. Je doet haar pijn.

De cowboy laat het paard maar weer los. Want wat heb je nou aan een paard dat huilt.

Zoet maar, zegt moeder tegen Janneke. Wees maar stil, cowboys zijn altijd wild, weet je. Dat hoort erbij. En Jip zegt tegen Janneke: Ga je mee? Dan gaan we fijn samen koeien vangen.

Janneke wil wel. En ze gaan samen naar buiten. Ze lopen een heel eind. En dan zijn ze in de wei. Daar staan koeien. Drie. Ze zijn helemaal niet bang voor de cowboy. Ze kijken heel dom.

Hoei, roept Jip. Hij wil ze aan het schrikken maken. Hij wil dat ze hard lopen. Dan kan hij ze vangen. Maar de koeien willen niet. Ze blijven staan. En ze gaan gras eten.

Jip gooit met zijn lasso. Maar de kop van de koe is te groot voor de lasso. Het gaat niet.

Jullie zijn saaie koeien, zegt Jip. Jullie zijn suffe koeien.

Maar daar staat een bokje. Jip gooit de lus om de kop van het bokje. En Janneke kijkt. O Jip, zegt ze. Nou. heb je een bokje gevangen.

Wil het bokje mee? O ja, daar komt het al. Het bokje vindt het fijn.

Het zegt bèhè, en het draaft met Jip mee.

Kom maar bokje, zegt Jip. En hij neemt het mee naar huis. Naar de keuken.

Wat heb je daar nou? vraagt moeder. Een bok? Maar Jip, ben je stapel? Die is van de boer.

Hè moeder mag ik het houden? vraagt Jip. Het wil zelf graag blijven, hè bok?

Mag ik het dan ook eens mee naar huis nemen? vraagt Janneke.

Geen sprake van, zegt moeder. Ik ga met jullie mee om het bokje terug te brengen. Ja, dat mankeert er nog maar, een bok!

En dan brengen moeder en Jip en Janneke de bok weer terug naar de wei.

En Jip huilt heel even. Maar niet lang. Want een echte cowboy huilt niet.