9
In de verte doemde een eiland op. ‘Is dat hét eiland?’ Milou was een beetje aangeschoten door de champagne en ze keek lodderig uit haar ogen. Fleur knikte bevestigend. Milou probeerde overeind te komen, maar viel weer terug in haar kussen.
‘Misschien is het beter als je niet gaat snorkelen, Lou. In jouw toestand zink je meteen naar de bodem.’
‘Wat een onzin, het gaat prima met me.’ Demonstratief probeerde Milou weer overeind te komen en deze keer lukte het haar wel. Ze trok haar jurkje uit en slingerde het van zich af. ‘Weet je wat, ik zwem wel naar dat eiland. Zo ver is het niet meer.’ Voordat de anderen het in de gaten hadden was ze al overboord gesprongen. Met z’n allen renden ze naar de reling. Geen Milou te bekennen. ‘Milou!’ gilde Fleur in paniek. ‘Tibor, stop the boat, now!’ Fleur rende naar hem toe. Noa aarzelde geen seconde en sprong met kleren en al het water in. Met grote slagen zwom ze naar de plek waar Milou ongeveer in de zee was verdwenen. Ze nam een flinke ademteug en dook onder. Al snel nam de druk op haar longen en oren toe terwijl ze de omgeving afspeurde naar haar vriendin. Ze moest naar boven voor een hap zuurstof. Meteen dook ze weer onder en hervatte de zoektocht, terwijl de angst dat ze haar vriendin niet zou vinden toenam. Ze probeerde haar emoties te negeren en zich volledig te focussen op de reddingsactie. Een paar meter rechts van haar zag ze ineens een bos donker haar en een groene bikini. Milou! Als een razende zwom ze naar haar vriendin en negeerde de schreeuw van haar longen om zuurstof. Een paar luchtbelletjes ontsnapten uit haar mondhoeken.
Ze dook nog een stukje dieper en greep Milou bij haar schouders. Haar lichaam was slap en reageerde niet op de aanraking. Met haar laatste krachten probeerde Noa weer naar boven te zwemmen terwijl ze het lichaam van Milou krampachtig vasthield. Zwarte vlekken dansten voor haar ogen en een hevige hoofdpijn gaf aan dat het nu toch echt tijd was om haar longen zo snel mogelijk van zuurstof te voorzien. Een sterke hand greep haar vast en nam Milou van haar over. Het was Dorba. Hij wenkte dat ze omhoog moest zwemmen. Toen ze zag dat hij Milou stevig vasthad schoot ze omhoog. Proestend en happend naar adem kwam ze boven. Dorba volgde vlak na haar met Milou.
Tibor stond bij een trapje dat aan de zijkant van de boot was gehangen en hielp Dorba om het lichaam van Milou aan boord te krijgen. Onmiddellijk begon hij mond-op-mondbeademing en hartmassage toe te passen. Fleur en Sanne huilden toen ze het bleke gezicht van hun vriendin zagen. Noa was inmiddels door Aleksander omhoog geholpen en stond druipend op het dek naast Dorba. Branco kwam aansnellen met twee grote badlakens. Noa pakte er dankbaar een aan en wreef het zeewater uit haar ogen. Bezorgd keek ze naar Milou die tot nu toe niet bij bewustzijn was gekomen. Tibor drukte vol overgave op haar borst. Net toen hij weer mond-op-mondbeademing wilde toepassen, schokte Milous lichaam en golfde een straal zeewater tussen haar blauwe lippen door. Daarna volgde gehoest en probeerde ze met wijd opengesperde ogen overeind te komen terwijl ze ongecontroleerd naar adem snakte. Tibor zette haar rechtop en ondersteunde haar rug. Sanne wilde meteen naar Milou toe rennen maar Noa stak waarschuwend haar hand op. ‘Ze heeft ruimte en frisse lucht nodig. Laat haar eerst even bijkomen.’
Milou staarde voor zich uit terwijl ze haar ademhaling weer wat onder controle kreeg. Branco legde een handdoek om haar schouders terwijl Milou begon te huilen. Fleur ging bij haar zitten. ‘Wat ben je nou voor idioot? Je springt toch niet zomaar van die boot af. Weet je wel hoe gevaarlijk dat is?’
‘Ik dacht dat het niet ver meer was naar dat eiland. Ik dacht: dat zwem ik wel even...’
‘Misschien ben jij levensmoe, maar ik absoluut niet, dus misschien kun je daar in het vervolg een beetje rekening mee houden?’ Ondanks Noa’s afgemeten woorden, klonk de opluchting duidelijk door in haar stem.
‘Bedankt dat je me hebt gered.’
‘Je bent hen ook wel een bedankje verschuldigd,’ wees Noa naar Dorba en Tibor. Beide mannen knikten haar toe. Noa liep naar Milou en pakte haar stevig beet. ‘Wil je me nooit meer zo laten schrikken. Ik mopper misschien af en toe wat tegen je, maar ik kan je echt niet missen.’ Milou liet haar hoofd rusten op Noa’s schouder.
Door alle commotie had niemand gemerkt dat er een andere boot aan de horizon was verschenen die hen in hoog tempo naderde. Branco rende snel naar het roer en Tibor brulde een afgemeten commando naar Dorba die benedendeks was. Daarna nam hij plaats naast Branco en gebaarde wild met zijn hand richting het rotsachtige eiland. De boot sprong met kracht vooruit en Sanne verloor haar evenwicht. Met een harde bons viel ze op haar kont op het dek.
‘Down!’ commandeerde Tibor tegen Fleur die ook nog stond en ternauwernood overeind had weten te blijven. Gehoorzaam ging ze zitten. Noa hield Milou stevig vast terwijl Sanne over haar pijnlijke billen wreef.
De andere boot verhoogde zijn tempo ook maar had duidelijk een minder zware motor. Ze liepen wat uit en het eiland was nog maar honderd meter van hen verwijderd. Branco stuurde de boot zo dicht mogelijk naar het kiezelstrand toe terwijl Tibor het trapje weer aan de zijkant hing. Daarna wenkte hij de meiden dat ze naar hem toe moesten komen. Noa ondersteunde Milou en liep achter Fleur en Sanne aan. Tibor hielp hen een voor een van de boot af. De andere boot had de kust inmiddels ook bereikt en scheurde rakelings langs hun boot. Noa ergerde zich. Er was op het water ruimte zat voor iedereen dus er was geen enkele noodzaak om bijna tegen hun boot op te varen.
De boot keerde om zijn as en kwam weer terug varen. Er stonden vier mannen aan boord in kleurige zwemshorts. Aan hun lijven te zien zaten ze zwaar aan de anabolen. De man aan het roer liet het tempo terugvallen en legde het vaartuig tegen de boot van Tibor aan. Een van de mannen maakte wilde armgebaren en begon tegen Tibor te schreeuwen. Een tweede man bemoeide zich ermee en spuugde richting Tibor. De derde haalde in een dreigend gebaar zijn vinger langs zijn keel. De man die het hardste schreeuwde, probeerde aan boord te klimmen en Branco duwde hem ruw terug terwijl hij Dorba’s naam schreeuwde. Dorba denderde het dek op met iets groots in zijn handen dat hij angstvallig tegen zich aanhield.
Noa zat het tafereel met open mond te bekijken. Dorba maakte dreigende gebaren richting de mannen met het ding dat hij vasthield. Noa ving er een glimp van op, maar kon niet met zekerheid zeggen wat het was. Het leek op een wapen. De mannen op de andere boot leken er in elk geval van onder de indruk want ze bonden wat in en de man achter het roer stuurde de boot weer bij hen vandaan. In hoog tempo verdwenen ze uit het zicht.
‘Wat was dat allemaal, Fleur? Op de weg is het hier een gekkenhuis, maar op het water blijkbaar ook. Ik moet zeggen dat ik me steeds minder veilig begin te voelen.’
‘De mannen zijn hier nou eenmaal wat macho, Noa. Ze beginnen snel te schreeuwen en hun spierballen te tonen. Stelt niks voor.’ Fleurs stem klonk niet bepaald overtuigend. Ze wierp een schuchtere blik richting Tibor die druk stond te bellen met een satelliettelefoon.
‘Dit zag er niet uit als een toevallige ontmoeting, het was duidelijk dat Tibor die mannen kende. Wie zijn het? En ik weet niet of ik het goed zag, maar kwam Dorba nou met een geweer het dek op rennen?’
Fleur begon steeds ongemakkelijker te kijken. ‘Nee, joh, dat was geen geweer. Dat zal Tibors duikersharpoen wel geweest zijn. Die dingen lijken een beetje op een geweer.’
‘Je kunt het weer mooi vertellen, maar ik begin steeds meer het idee te krijgen dat die aanstaande man van jou niet overal even geliefd is. Als je dat soort maffiosi achter je aan krijgt, dan kan het bijna niet anders dan dat er iets niet helemaal in de haak is. En dat die gasten Tibor en jou overal volgen als een schaduw is ook niet normaal.’ Noa wees naar Dorba en Branco.
‘Tibor heeft wat zakelijke conflicten, no big deal. Gewoon jaloezie van die sukkels omdat ze zelf niks klaarkrijgen en Tibor heel succesvol is.’
‘Ik wist niet dat de horeca zo’n gevaarlijke business was. Weet je zeker dat hij er geen andere dingen naast doet die misschien wat meer risico’s met zich meebrengen?’ Voordat Fleur kon antwoorden, stond Tibor ineens naast haar. Hij sloeg een arm om haar heen en drukte haar stevig tegen zich aan.
‘Go picnic, ladies, Aleksander will help,’ riep hij enthousiast uit, alsof er niets gebeurd was. ‘Ik heb manden vol lekkers voor jullie laten maken.’ Hij gaf Fleur een zoen op haar kruin en duwde haar toen voorzichtig van zich af. ‘Ik moet nog even een telefoontje plegen, maar kom er zo aan.’ Toen liep hij weg en ging verderop weer druk gebarend staan bellen. Aleksander liep langs hen heen met een kleed en kussentjes en spreidde dat uit op het strand. Noa ging naast Fleur op een kussentje zitten, in dubio of ze haar vraag over Tibors werk zou herhalen of voorlopig zou laten rusten. Ze besloot tot het laatste om de dag niet te verpesten. Later zou ze er nog weleens op terugkomen.
Aleksander liep af en aan tussen het strand en de boot en zette steeds weer een nieuwe mand met heerlijkheden bij hen neer. Zijn hoofd werd steeds roder en zijn gehijg steeds harder.
‘Moeten we hem niet even helpen?’ Noa voelde zich nogal ongemakkelijk bij het werkeloos toekijken.
‘Welnee, hij wordt zeer riant betaald om ons te bedienen.’ Fleur had er duidelijk geen enkele moeite mee en liet het zich lekker aanleunen.
Sanne tilde de klep van een van de manden op en loerde naar binnen. Milou zat er wat stilletjes bij maar begon wel weer wat kleur op haar wangen te krijgen. Haar ademhaling was weer volledig normaal en ze kuchte niet meer.
‘Voel je je wat beter?’ vroeg Noa.
‘Ja, ik geloof het wel. Nog een beetje koppijn. Die duik heeft in elk geval ontnuchterend gewerkt. Voor mij geen champagne meer voordat de vijf in de klok zit.’
‘Dat zijn heel wijze woorden,’ zei Noa.
Het geluid van een speedboot klonk en verschrikt keken ze op. Waren de mannen teruggekomen? Tibor kwam naar Fleur toe lopen. ‘Ik moet onverwachts iets regelen voor de bruiloft. Branco gaat met me mee en Dorba blijft hier en zorgt dat jullie weer veilig in Krk belanden.’ Fleur keek teleurgesteld maar protesteerde niet. Tibor kuste haar op haar mond.
‘Sorry dames, ik maak het een andere keer goed met jullie,’ verontschuldigde hij zich.
De speedboot dobberde voor de kust en Tibor en Branco klommen aan boord. De man achter het roer gaf meteen gas. De boot scheurde weg, een golf van opspattend water achter zich latend.
Fleur haalde een fles bubbels en wat glazen uit een van de manden. Ze schonk een glas vol en hield het Milou voor.
‘Nee, echt niet, ik meende wat ik net zei.’ Noa stak haar duimen naar haar op.
‘Jij dan, Sanne?’
‘Nee, dank je, niet op een lege maag.’
‘Jongens, jullie laten me toch niet in mijn eentje zitten met die fles? Noa, laat je één keer je principes voor me varen?’
‘Ik peins er niet over.’ Noa weerde met een vies gezicht het glas af dat Fleur onder haar neus hield.’
‘You drink with me,’ vroeg Fleur aan Dorba die met een verveeld gezicht bij hen was komen zitten.
‘Not when I’m working.’
‘Gadverdamme, wat zijn jullie saai.’ In een paar slokken sloeg ze het glas achterover en vulde het weer bij. ‘Op een mooie dag,’ toostte ze met zichzelf. In een paar slokken was ook het tweede glas leeg. Noa, Sanne en Milou staarden haar aan.
‘Ben je je eenzaamheid aan het verdrinken, Fleur?’
‘Nee hoor, ik drink Tibors portie ook meteen op. In het kader van eerlijk zullen we alles delen.’
Noa keek haar onderzoekend aan.
‘Wat? Ik baal gewoon dat Tibor juist deze dagen zoveel weg is. Ik wilde zo graag dat jullie hem beter leerden kennen. Maar verder ben ik dolgelukkig en loopt alles op rolletjes.’
‘Zeker weten?’
‘Ja.’
‘Hm. Nou, ik ben blij om te horen dat het zo goed met je gaat. Misschien moet je er nog eentje op nemen.’
‘Op dit moment heb ik meer behoefte aan een hele fles geloof ik.’ Fleur gooide haar glas over haar schouder en het viel stuk op de stenen achter haar. Demonstratief zette ze de fles aan haar mond en dronk verder.
‘Scherven brengen geluk zullen we maar zeggen, hè?’ zei Sanne.
Fleur zette de fles weer aan haar mond. Haar ogen waren waterig.