2. Kennismaking met Diana

Diana was een van de onzekerste mensen die ik ooit heb ontmoet. Vanwege haar innerlijke pijn was ze altijd op zoek naar steun en troost, soms op heel merkwaardige manieren. Er is haast geen therapie die ze niet op een bepaald moment uitgeprobeerd heeft.

Sommige leverden haar iets op. Andere waren duidelijk kwakzalverij. Een paar waren ronduit schadelijk.

Aan de buitenkant leek het natuurlijk of ze alles mee had. Maar net als voor zoveel andere vrouwen in het ongenadige schijnsel van de publieke schijnwerpers was dat niet genoeg.

In een poging om haar innerlijke leegte te vullen rende ze van de ene behandeling naar de andere, nooit echt tevreden met wat ze vond, zoekend naar het ongrijpbare antwoord op haar problemen. Ze vond dat er iets essentieels aan haar ontbrak, dat ze op een of andere manier niet compleet was als persoon. Ze volgde al die therapieën in een poging om zich te bevrijden van de kwelling die ze al sinds haar kindertijd voelde, in de hoop dat die uiteindelijk, als bij toverslag, alle pijn zouden wegtoveren.

Haar zoektocht bracht haar naar de Hale Clinic aan de rand van Regent's Park in Londen, waar ik als zelfstandig therapeut werkte. Een andere therapeut daar had mij aangeraden aan de prinses, en ze had de ochtend dat we aan elkaar voorgesteld werden net een darmspoeling gehad.

Toen de formele introducties achter de rug waren, lachte ze en zei: 'Zeg maar gewoon Diana.' Ik zei: 'Zeg jij dan maar gewoon Simone.'

Ik stond onbevooroordeeld tegenover de prinses. Ze was de meest gefotografeerde vrouw ter wereld - vol glamour, mooi en met die glans die je alleen krijgt van de beste en duurste verzorging. Maar ik dacht: oké, wat ze verder ook is, ze is nog steeds gewoon een mens. Ik heb nooit zoveel ontzag voor iemand. Ik zag haar gewoon als een van mijn patiënten en zo ging ik ook met haar om - zowel toen als later. Ik beoordeel mensen op hoe ze zijn, en niet op wat ze voorstellen of hoe ze eruitzien.

We gingen boven naar de spreekkamer die ik gebruikte, op de bovenste verdieping. De kamer was klein en leeg, als een operatiekamer, met alleen ruimte voor een tafel, een behandeltafel, een paar stoelen en een schemerlamp.

Ik vroeg of ze er bezwaar tegen had als ik mijn nieuwe Russell & Bromley-schoenen uitdeed die mijn moeder pas voor me gekocht had. Mijn voeten deden pijn.

Ze zei: 'Helemaal niet,' en schopte haar eigen schoenen ook uit. Ze vertelde dat ze zich veel gemakkelijker voelde zonder schoenen aan, en dat ze het liefst op blote voeten liep als ze de kans kreeg.

Zonder verdere plichtplegingen trok ze haar blauwe krijtstreepjasje uit, hing het netjes over een stoel en ging toen op de behandeltafel liggen. Ik dimde het licht en legde uit dat ik het beste kon werken als we allebei zwegen. Dat was, ontdekte ik al gauw, niet gemakkelijk voor Diana. Ze was kwetsbaar - als een vogeltje dat gewond was toen het uit het nest viel - en die innerlijke pijn kwam in de vorm van nerveuze energie naar buiten.

Maar bij die eerste gelegenheid lukte het ons om zonder al te veel commotie de zaken af te handelen. Aan het einde van het halfuur ging ze rechtop zitten en zei dat ze een beetje duizelig was. Maar ze voegde eraan toe dat ze het gevoel had dat er een zwaar gewicht van haar lichaam getild was.

'Wat heb je ontdekt?' informeerde ze. Ik vertelde haar dat ik bobbeltjes in haar aura had gevoeld, op plaatsen die op spanning duidden. Ze knikte, zei dat ik zo goed had geholpen en dat ze zich veel lekkerder voelde. Ze maakte een afspraak om me een paar dagen later weer te zien en verklaarde toen: 'Als je werkt heb je heel mooie, buitenwereldse ogen.' Ik zei dat dat een compliment was, uit haar mond.

Bij haar tweede afspraak was het duidelijk dat Diana wilde praten, maar omdat we elkaar nog maar net kenden, aarzelde ze om openhartig te zijn. En ik vond het, om diezelfde reden, beter om niet te veel te zeggen. Ze legde uit dat ze bij onze eerste sessie vanbinnen iets in beweging had voelen komen, maar dat niet gezegd had uit angst dat ze te veel van mijn tijd in beslag zou nemen. Ze was heel beleefd en verontschuldigend, en aanvankelijk lukte het haar zelfs om rustig te blijven liggen.

Maar toen ik haar vertelde dat ik van alles aanvoelde in haar aura, verdween haar terughoudendheid en begon ze eindeloos vragen te stellen. En dat zou het gebruikelijke verloop van onze sessies worden.

Er is niets mystieks of magisch aan wat ik doe. Ik kijk naar de elektromagnetische energie die iedereen heeft en probeer die in balans te brengen, of er de 'knopen' uit te halen. Dat is heel effectief, zelfs als je er niet in gelooft. Ik heb veel topsporters behandeld, onder wie een voetballer uit de Premier League die bij mij kwam met een beschadigde knie. Een van de topcoaches in Engeland had mij aangeraden. Hij was sceptisch, maar na zes sessies moest hij toegeven dat zijn knie beter was en dat hij weer kon trainen.

Diana stond meer open voor mijn werk, maar dat maakte haar nog niet tot een gemakkelijke patiënt. In het ideale geval zouden we in stilte gewerkt hebben en zou ik met gesloten ogen heel geconcentreerd mijn handen ongeveer dertig centimeter boven haar lichaam bewogen hebben, om te voelen waar de probleemgebieden zaten. Tijdens onze eerste paar afspraken bleef ons contact vormelijk en ging alles goed. Ze hield haar ogen dicht en viel een keer zelfs in slaap. Zo moest het ook.

Maar daarna, toen we elkaar beter leerden kennen, begon ze te praten en dat maakte het verschrikkelijk moeilijk om haar te behandelen. Diana was zo'n kwebbel dat ik haar hooguit de eerste tien minuten stil kreeg, en daarna begon ze te kletsen. Ze stelde een heleboel vragen en was nooit langer dan een paar tellen stil.

Als ik tegen haar zei dat ze haar mond moest houden, legde ze uit dat ze iets moest vertellen zodra het in haar hoofd opkwam, en dat ze zich onmogelijk kon ontspannen voordat ze het kwijt was. Maar zodra ze gezegd had wat ze op haar hart had, kwam er een andere gedachte op en ging ze overeind zitten. Dan moest ik haar letterlijk terug op de behandeltafel duwen.

Eén keer begon haar mobiele telefoon te rinkelen. Hij ging maar een paar keer over, dus ik negeerde het en ging door. Maar het telefoontje had haar gestoord en ze begon te praten. En toen ze niet op wilde houden gaf ik het op en zei dat ze overeind kon komen en een glas water mocht drinken. We zouden een andere dag verdergaan. Ze had een grote, peperdure tas van Chanel bij zich. Toen ze erin rommelde op zoek naar haar dikke Filofax adresboek en agenda om onze volgende afspraak te noteren, vielen er vier mobiele telefoons uit.

Een andere keer had ik een doosje zwartenbessenpastilles van Grethers bij me, voor mijn keel. Ik gaf haar er eentje om haar te kalmeren en om haar mond iets anders dan praten te doen te geven. Aan het einde van de sessie was het doosje leeg.

Ondanks de onderbrekingen begon Diana de vruchten van de behandeling te plukken. Als het haar lukte om haar ogen dicht te houden, kon ze precies voelen waar mijn handen waren, ook al raakte ik haar niet aan. Na afloop voelde ze zich energieker en was haar blik intens helder.

Meer dan wat ook had Diana iemand nodig die haar steunde, iemand die haar begreep, die naar haar luisterde - en ik ben altijd een goede luisteraar geweest. Ik had zo'n rol nooit voor mezelf kunnen voorzien, maar na een tijdje begon ze me te behandelen als een vertrouwde moederfiguur. Ik had iets wat maar weinig van haar vriendinnen hadden, namelijk geduld en veel tijd. Bovendien zei ik precies wat ik dacht, zelfs als dat niet was wat ze wilde horen. Ze vond het niet altijd leuk, maar meestal waardeerde ze mijn eerlijkheid.

We zagen elkaar drie keer in de week en Diana stelde me al gauw een heleboel vragen over de spirituele kanten van genezen en over kruidenleer. En er waren dagen dat ze na een sessie zei: 'Kunnen we even gaan zitten om te praten?' Ze vroeg dan: 'Als dit of dat jou overkwam, wat zou je dan doen?' Het waren meestal hypothetische vragen.

Maar soms hield ze me voor de gek en praatte ze andere therapeuten na. Of ze vroeg me iets over mannen, op zo'n manier dat ik wist dat het ging over iemand met wie ze echt een relatie had of in wie ze geïnteresseerd was. Ik waarschuwde haar altijd dat er mensen waren voor wie ze moest uitkijken. Aan de manier waarop ze over mensen praatte kon ik zien hoe de zaken tussen hen lagen.

Daardoor ging ze zich verwonderen over wat zij beschouwde als mijn griezelige talent om mensen uit haar leven te 'zien'. Ik wist natuurlijk niet wie ze waren, omdat het geen bekende mensen waren. Maar zij wist wie ik bedoelde en soms vertelde ze me hun naam. Ze stelde het niet altijd op prijs wat ik over ze zei, en dat leidde tot ons eerste meningsverschil.

Ik had iets gezegd wat haar niet aanstond - dat haar relatie met een man die zij wel zag zitten niet tot een huwelijk zou leiden en dat het geen rozengeur en maneschijn zou zijn. De volgende dag belde haar secretaresse om al onze afspraken af te zeggen. Ik was boos en zette haar klem in een zijkamertje toen ze de volgende keer in de Hale Clinic kwam. Ik zei: 'Ik moet je even spreken.' En toen vertelde ik haar onomwonden: 'Als je een probleem met me hebt, moet je het in mijn gezicht zeggen.'

Ze werd heel stil en ze bloosde. Al heel lang had niemand haar op die manier toegesproken. Ik dacht bij mezelf: dat is het dan, nu zegt ze nooit meer een woord tegen me. Maar eerlijk gezegd kon me dat niet schelen. Het was belangrijk voor me om mijn hart te luchten, want als Diana niet wilde luisteren naar wat ik zei, kon ik haar niet behandelen. Bij genezen hoort de waarheid, en wie die niet onder ogen kan zien en liever in zijn eigen fantasiewereldje blijft leven, is niet klaar om genezen te worden.

Wat ik zei sloeg aan. We gingen zitten en Diana liet haar terughoudendheid varen. Ze legde uit dat ze niet gewend was dat iemand zo direct tegen haar was - na zoveel tijd achter de paleismuren was ze bijna vergeten hoe het was om mensen te horen zeggen wat ze echt meenden. 'Aan het hof spreekt iedereen in raadsels,' zei ze. 'Ze zeggen nooit wat ze bedoelen en draaien overal omheen, en dan moet jij maar uitzoeken wat ze bedoelen.'

Zo ben ik niet. Ik kan niet in kringetjes praten. Bij mij hoef je niets achter mijn woorden te zoeken. Het is allemaal duidelijke taal. Het heeft natuurlijk niet alleen maar voordelen om zo rechtdoorzee te zijn, en het kostte me mijn eerste baan. Ik ging in een kledingwinkel werken en op mijn eerste dag kwam er een vrouw binnen. Een van de andere winkelmeisjes moedigde haar aan om een bepaalde jurk te passen en toen ze uit het pashokje kwam, keek ze me aan en zei: 'Jij bent nieuw, hè? Wat vind je hiervan?' Ik antwoordde: 'U ziet eruit als een zak met een touw eromheen.' Ze was ontzettend kwaad en ik werd op staande voet ontslagen.

In Diana's geval pakte het anders uit. Hoewel ze eerst geschokt was, begon ze daarna wel te waarderen dat ik recht voor zijn raap zei wat ik vond. Ik merkte dat ik dingen aan Diana kwijt kon, die ook goed kon luisteren, en die vanwege haar eigen problemen veel begrip had voor de moeilijkheden van anderen. Ze zette me vaak weer met mijn voeten op de grond als ik romantische dromen had. Toen mijn vriend er bijvoorbeeld vandoor ging met mijn beste vriendin had Diana veel begrip voor me vanwege de situatie met Camilla. We hadden er goede gesprekken over, urenlang.

Zo zijn vrouwen. Ik ken geen vrouw die ertegen kan om meer dan een week niet met een vriendin te praten. Het is compleet anders dan bij vriendschap tussen mannen. Wij praten met elkaar; mannen drinken met elkaar. Heel weinig mannen bespreken hun emotionele ervaringen. De meeste vrouwen doen dat wel. Mannen praten niet aan de telefoon en vrouwen wel. Mannen kunnen een heel gesprek afhandelen in vijf minuten, terwijl vrouwen de dingen steeds opnieuw doorspreken en blijven praten tot we volkomen verzadigd zijn.

We luchtten die dag allebei ons hart in de Hale Clinic, en vanaf dat moment begon onze vriendschap zich te ontwikkelen. Diana zag in dat als zij een eerlijk antwoord wilde, ik haar dat zou geven. Ze hoefde niet op zoek naar aanwijzingen of hints, alsof ze een geheimzinnig bordspel speelde. Ik gaf het haar gewoon - eerlijk en open. En ik stelde haar gezelschap en inzichten in mijn eigen leven op prijs. Ze werd mijn beste vriendin.

Onze verschillen gaven pit en kleur aan onze relatie. Ze vond het heerlijk om van alles te horen over het leven van mensen, en wilde graag alle roddels weten over het personeel en de cliënten van de Hale Clinic. Niet zozeer omdat ze een bemoeial was, het was eerder onschuldige nieuwsgierigheid. En ze wilde echt weten wat er in de wereld speelde, 'op de werkvloer van de supermarkt', zoals zij dat noemde.

Ik woonde in die tijd toevallig boven een Tesco-supermarkt in Hendon in Noord-Londen, en mijn beschrijvingen van het leven op straat fascineerden haar. Het was niets bijzonders, niet anders dan de manier waarop miljoenen andere mensen hun dagelijkse dingen doen.

Maar voor Diana, die het grootste deel van haar leven in landhuizen en paleizen had gezeten, klonk het buitengewoon interessant. En mijn werk ook, en ze wilde weten hoe ik begonnen was als genezer. Ik legde uit dat ik dat al deed sinds ik een klein meisje was. Als kind zag ik al aura's om mensen heen en kon ik voelen of er fysiek iets mis was met ze. Dan werd ik vroeger altijd verdrietig. Maar later begreep ik dat ik een talent had, een gave om mensen beter te maken.

Het werd me allemaal pas echt duidelijk door het verschrikkelijke auto-ongeluk dat mijn zus Rachel in 1981 had. De auto sloeg over de kop, ze werd eruit geslingerd en belandde met de achterkant van haar nek op het trottoir. Haar hersenstam raakte beschadigd. Ik was op dat moment in het buitenland, maar kwam direct naar huis en haastte me naar het ziekenhuis waar zij in coma lag, met een slangetje in haar mond. Zo bleef ze maandenlang. Ik ging elke dag naar haar toe en probeerde haar zo goed als ik kon te helen. Dat heeft zeker geholpen. Ze lag aan een apparaat dat haar hartslag registreerde. Die bleef constant, totdat ik begon met helen. Als ik mijn handen boven haar hield, zag de zuster haar hartslag veranderen. Ze zei: 'Rachel kan je horen.' In de negen maanden daarna ging het langzaam maar zeker steeds beter met mijn zus.

Diana bleek mijn zus ontmoet te hebben bij een bezoek aan het ziekenhuis in Northamptonshire, waar Rachel later lag tijdens haar lange weg naar herstel die nog steeds niet ten einde is. Diana was geïntrigeerd door het griezelige toeval - of was het voorbeschikt? - dat ons dichter bij elkaar had gebracht. Het ontwikkelde zich langzaam, vergis je niet. Ik was niet het soort persoon dat vanzelf een plek vond in haar leven of haar achtergrond.

Ze was een aristocraat. Ik had een keurige middenklassenachtergrond. Ze was de dochter van een graaf die vroeger voor de koningin had gewerkt. Mijn vader, Harold, was een beer van een vent die een bedrijfje bezat in Old Street, in het centrum van Londen, dat vrouwenkleding in grotere maten vervaardigde. Hij was heel trots dat hij met een paar vrienden, onder wie Ronnie Scott, in East End een jazzband had opgericht. Ronnie opende later zijn beroemde jazzclub in Soho, en mijn vader bleef de rest van zijn leven met hem bevriend.

Diana was van haar moeder, Frances, gescheiden toen ze een klein meisje was. Mijn moeder, die toevallig ook Frances heette, was huisvrouw en een getalenteerd kunstenares. Ik groeide op in een warm, open, vriendelijk huis in Hendon. Het was groot en comfortabel, maar het was absoluut geen Kensington Palace.

Onze levens als jongvolwassenen waren heel verschillend. Ik was geïnteresseerd in kunst en had een baan gevonden als modetekenaar (dat talent had ik van mijn moeder geërfd), maar vlak voordat ik zou beginnen scheurde ik een pees in mijn vinger op een nogal wild feestje. Ik moest geopereerd worden en drie maanden fysiotherapie ondergaan, dus nam ik een makkelijk baantje in een ziekenhuis. Tegen de tijd dat mijn vinger genezen was, was de vacature al ingevuld en in plaats daarvan werd ik medisch secretaresse. In 1990 liep ik een fractuur onder aan mijn ruggengraat op en kon ik niet meer werken. Dus begon ik de jaren daarna, om wat bij te verdienen, professioneel te genezen. Twee jaar later huurde ik de spreekkamer in de Hale Clinic waar ik Diana voor het eerst behandelde, en waar we ontdekten hoe we ons in elkaars gezelschap op ons gemak voelden.

Ze begon me elke dag op te bellen en we kletsten over van alles en nog wat, waaronder de actualiteiten. Daar had ze veel meer interesse voor dan mensen dachten. Ze had het ook over wat de kranten over haar schreven. En ze was heel open over haar familie. Over de vader van wie ze veel gehouden had en die gestorven was in 1992; haar broer met wie ze zo'n moeizame band had; haar echtgenoot die, ondanks al het leed en de breuk, nog steeds zo'n centrale rol speelde in haar leven - en vooral over haar moeder, die ze haatte.

Wat ze haar hadden aangedaan droeg zij altijd met zich mee. Toen ik haar een paar maanden behandelde, vroeg ze of ik ook gebouwen kon genezen. Toen ik zei van wel, vroeg ze of ik Kensington Palace zou willen doen, en ik zei dat ik dat wel wilde. Een paar dagen later reed ik naar KP, zoals Diana haar huis in Londen altijd noemde. Ik kwam om zes uur 's avonds aan en werd binnengelaten door de butler, Harold Brown, en naar de salon gebracht. Tegen die tijd, in 1995, liep Diana's huwelijk op zijn eind en woonde Charles elders, maar toch drukte zijn stempel nog zwaar op het appartement. Zijn persoonlijke Prince of Wales-symbool met de veren was overal - op het behang in de gangen in de belangrijkste gemeenschappelijke ruimtes, zelfs op het tapijt.

Alles was smetteloos. Diana had twee Filippino's die elke dag kwamen, en die haalden alle prulletjes en boeken van de planken voordat ze begonnen te stoffen en te poetsen. Maar de atmosfeer beviel me niet, en haar ook niet. Zij vond het er drukkend. Ik ook.

Maar een huis helen is nog niet zo makkelijk. Je moet voelen op welke plekken de energie uit balans is en die weer in evenwicht brengen. Ik gebruikte mezelf als 'zender' en schoof de energie weg met mijn handen, met de palmen omhoog en open. Dat trekt een zware wissel op mijn eigen energie. Wat het nog uitputtender maakte, was dat Diana wilde dat ik alles in één keer deed, en haar appartement in KP was erg groot.

Ik probeerde haar uit te leggen dat het niet zo makkelijk was om een huis vrij te maken van negatieve energie, en dat het moeilijk in één keer gaat. Ik zei: 'Dat kun je niet menen - je denkt toch niet dat ik dit hele appartement in een avond kan doen?' Ze antwoordde met haar kleine meisjesstem: 'Jawel.'

We waren in de grote salon, waar presentator sir Alastair Burnet acht jaar daarvoor de prins en prinses geïnterviewd had voor een tv-programma over hun leven. Ik vroeg haar waar ze wilde beginnen, en ze zei: 'Waarom niet hier?' Ze vroeg me of ik een kop thee wilde. Ik vroeg om een mok, omdat de kopjes in Kensington Palace zo klein zijn dat er maar een paar slokjes in gaan. We dronken thee en toen begon ik. Ik deed de salon, haar kleine zitkamer en werkte naar haar slaapkamer toe.

Daar was het helemaal niet pluis. Het was ooit de echtelijke slaapkamer geweest en er hing een heleboel negatieve energie, die een zware, drukkende sfeer gaf. Alleen die kamer kostte me wel veertig minuten. Later liet ze hem helemaal opnieuw inrichten. Ze kocht een nieuw, heel mooi hoofdeinde voor het tweepersoonsbed, met een dikke zachte kussenlaag en knopen erop.

Na de slaapkamer was ik heel moe, maar Diana stond erop dat ik Charles' oude studeerkamer deed en de slaapkamers van William en Harry en hun keukentje op de bovenverdieping. De kamers van de jongens waren een makkie in vergelijking met de hare, maar toen ik daarmee klaar was moest ik echt stoppen. Ik had gewoon geen kracht meer voor de rest van het appartement. Ik was helemaal op.

Diana was daarentegen opgetogen. Ze zei dat ze, ondanks de haast, al een verandering in de atmosfeer kon voelen. Ze wilde die verandering in stemming nog sterker ervaren en vroeg me haar ook nog te behandelen. Ik stemde in. Na het zware werk aan het gebouw was het een soort coolingdown, zoals sporters na een wedstrijd hebben. Als iemand door het raam naar binnen gekeken had, zou hij versteld hebben gestaan. Daar lag de prinses van Wales, in minirokje, maillot en een vestje met een T-shirt eronder, zonder schoenen op tafel in de grote salon, terwijl ik mijn handen boven haar hield.

Maar daarna had ik er echt genoeg van. Ik ging regelrecht naar huis, naar mijn flat boven de supermarkt in Hendon, ging op bed liggen en belde mijn ouders. Ik vertelde mijn moeder waar ik geweest was en wat ik had gedaan - ze stond versteld.

In het begin was mijn moeder sceptisch geweest over mijn werk. Toen ik tiener was, werd ze af en toe kwaad op me en schreeuwde ze tegen mijn vader: 'Harold, je dochter is een heks!' Zo deed ze ook een beetje na mijn eerste avond op Kensington Palace. Toen ik vertelde dat ik de prinses van Wales behandeld had, geloofde ze me niet. Ik zei: 'Mam, het is echt waar.' Ze antwoordde: 'Kom nou, Simone, je bent onze dochter - wat heb jij nou met dat soort mensen te maken?' Ik voelde me weer zes.

De volgende dag vertelde ik Diana wat er gebeurd was. Ze vond het grappig en wees erop dat zelfs in de hechtste families de relatie tussen moeder en dochter niet altijd gemakkelijk is. In dit geval was dat zeker zo. Mijn moeder kon gewoon niet accepteren dat ik iemand als de prinses van Wales kende. De sprong van Hendon naar Kensington Palace was te groot voor haar. In haar manier van denken waren leden van de koninklijke familie onaantastbare grootheden, die zich niet met gewone mensen inlieten. Diana belde haar een keer op om te zeggen dat ze haar dochter echt kende, maar zelfs dat overtuigde mijn moeder niet. Een andere keer belde mijn moeder me op mijn mobieltje toen ik op KP was. Toen ik haar aan de prinses gaf, zei ze: 'Hoe weet ik dat jij bent wie je zegt?' Een paar dagen na dat telefoontje nodigde Diana haar uit op Kensington Palace. Pas toen zag ze eindelijk in dat ik echt de waarheid had gesproken.

Mijn moeders scepsis had geen invloed op mijn relatie met Diana. Ze bleef me om hulp vragen. En omdat ze het gemakkelijker vond als ik bij haar kwam dan dat zij naar de kliniek moest, kwam ik steeds vaker over de vloer in het paleis.

Eerst hielden we onze sessies in haar slaapkamer, vlak voor de chaise longue die bedolven was onder geborduurde kussens en knuffelbeesten aan het voeteneind van het bed. Ze kocht een uitklapbare behandeltafel, die ze tegen een muur in de kamer ernaast zette. Al snel hielden we de sessies in de kamer waar we toevallig waren, en Diana was sterk genoeg om de zware behandeltafel naar de eetkamer op de eerste verdieping te dragen.

Harry, die negen was toen ik Diana leerde kennen, was er soms ook. Hij was nooit echt bij de behandeling aanwezig, maar af en toe was hij thuis op zondagmiddag of in de schoolvakanties, als ik langskwam voor een kopje thee en een babbeltje met zijn moeder.

Op een dag behandelde ik Harry, die zich niet lekker voelde en er pips en bijna verwaarloosd bijliep, in een T- shirt en op kousenvoeten. We gingen naar de kleine zitkamer en nadat hij eerst op Diana's schoot had gehangen, met zijn hoofd tegen haar schouder genesteld, ging hij tussen ons in op de bank liggen.

Diana legde uit dat het geen pijn zou doen en dat hij zich snel beter zou voelen, maar hij was niet bang. Ik ging met mijn handpalmen naar hem toe zitten en liet de energie stromen. Het was geen echte behandeling, maar hij genoot van de aandacht - hij zat ook altijd graag dicht tegen zijn moeder aan. Ze besteedde zoveel mogelijk aandacht aan hem en William, wat een van de redenen was dat ze me vroeg om haar te leren hoe ze moest genezen, zodat zij voor haar jongens kon zorgen als ze ziek of ongelukkig waren.

Ik zei dat dat kon, omdat iedereen het kan die het maar wil. Er zit niets mystieks achter. Wel moet je de juiste motivatie hebben, en dat is nooit geld. Je moet het doen vanuit een echte liefde voor de mensheid, uit een werkelijke drang om te helpen. Dan komt het erop neer om goede energie in de juiste richting te laten stromen. En daarvoor moet je je kunnen concentreren, je aandacht richten op wat je doet.

Diana vond dat heel moeilijk. Ze bleef me maar opbellen om te zeggen dat ze het niet kon, dat haar gedachten steeds afdwaalden. Het duurde een hele tijd voordat ze het onder de knie kreeg, en de andere therapieën die ze kreeg, hielpen ook niet. Ze dacht dat als ze tegelijkertijd een heleboel therapieën onderging, ze elkaar allemaal zouden versterken.

Ze had een keer vijf verschillende behandelingen op één dag. Dat was absurd. Ik zei tegen haar: 'Je krijgt acupunctuur en dan nog acupressuur, shiatsu, darmspoeling, aromatherapeutische massages en dan nog een paar dingen. Wat een geldverspilling! Het een heft het ander op. Je bent hartstikke knettergek dat je er zoveel aan uitgeeft. Het geld groeit je toch niet op de rug!'

Bij acupressuur stimuleert iemand je drukpunten met zijn vingers. Shiatsu is een Japanse vorm van diepe massage, die ook inwerkt op de drukpunten. Beide vormen zijn gebaseerd op de theorie van yin en yang, van het vinden van een balans tussen de passieve vrouwelijke en de actieve mannelijke kant van de natuur. Ze kunnen heel effectief zijn, maar Diana had ze vlak na elkaar en het enige wat ze deden was elkaar tegenwerken. Ik zei tegen haar: 'Je kunt ze net zo goed niet doen - en je centen in je zak houden.'

Maar Diana begreep nooit veel van geld en ging gewoon door. De behandelingen waren belangrijk voor haar, want ze dacht dat ze er de antwoorden in kon vinden die ze zocht. Ze werden haar manier om met haar problemen om te gaan. Onder al haar glamour en glitter was ze heel onzeker over zichzelf. Ze trok de aandacht van de hele wereld, maar ze had niet veel gevoel van eigenwaarde. Dat bracht haar ertoe om troost en bevestiging te zoeken op de vreemdste plaatsen en manieren. Ze wilde zichzelf wanhopig graag begrijpen, en zo bevrijden wat ze haar 'echte ik' noemde.

Van 1993 tot 1997 stond ze onder behandeling bij Susie Orbach, de psychotherapeut. In die vijf jaar werd Diana constant mee teruggenomen naar haar kindertijd en aangemoedigd om te analyseren wat er toen gebeurd was. Het doel was dat ze ging beseffen dat de scheiding van haar ouders niet haar schuld was.

Op korte termijn deed Susie veel goeds, maar ik denk dat niemand ooit vijf jaar therapie nodig heeft. Het is nergens voor nodig om dezelfde zaken steeds weer op te rakelen. Zodra je het probleem erkent en accepteert dat het achter je ligt, moet de therapie stoppen. Maar Diana vond het heel moeilijk om de dingen uit haar jeugd een plekje te geven. Ze bleef alles maar aan haar kindertijd koppelen, en aan haar gevoel dat ze een waardeloos mens was.

Korte tijd bezocht ze Vasso Kortesis, een merkwaardige vrouw die onder plastic piramides zat. Ze werd aan Vasso voorgesteld door Fergie, die haar geweldig vond. Diana ging ook naar Jack Temple om haar energiestromen weer in evenwicht te laten brengen. Hij had een indrukwekkende clientèle opgebouwd, want in dat wereldje is het zo dat als de één iemand vindt die een antwoord lijkt te geven, alle anderen ook onmiddellijk naar hem toe rennen. Wat ze beter kunnen doen is ophouden met over zichzelf te piekeren en eropuit trekken om anderen te helpen, in plaats van als een kudde schapen allemaal naar Temple toe te gaan. De vrouw van de premier, Cherie Blair, was een aanhanger van Temple en ging geregeld naar hem toe. Jerry Hall consulteerde hem na haar scheiding van Mick Jagger. De hertogin van York was ook een trouwe fan. Ze schreef een voorwoord voor zijn boek, waarin ze hem bedankte voor het opruimen van haar 'energieblokkades'.

Ook nu was het Fergie die hem had aanbevolen, en een tijdlang was Diana erg tevreden met wat hij te bieden had. Ze vertelde hem dat ze als klein meisje een keer een loodpotlood in haar rechterwang had gestoken, en dat de punt in haar gezicht was afgebroken. Hij beweerde dat hij het gif uit haar trok met zijn 'speciale loodextractiemethode', zoals hij het noemde. Hij zei ook tegen haar dat ze in de baarmoeder vergiftigd was door lood uit een kristallen karaf, wat haar boulimie veroorzaakt had. Als hulp bij haar moeilijkheden gaf hij haar een amethisten kristal.

Temple, die in 2004 overleed, noemde zichzelf een 'homeopathisch wichelroedengenezer'. Bot gezegd vond ik hem een echte mafkees. Hij beweerde dat hij je uit de twintigste eeuw kon halen, mee terug in de tijd, door het gebruik van fossielen. En geen zeldzame fossielen, maar die interessante maar nogal gewone schelpen en steentjes die kinderen opgewonden oprapen van het strand.

Hij plakte een paar van die fossielen met plakband op haar lichaam. Ik zag haar op een ochtend toen ze net terug was uit Temples bungalow in West Byfleet in Surrey, waar hij een miniatuur-Stonehenge in zijn achtertuin had gebouwd. Toen ik haar zag kwam ik niet meer bij van het lachen. Het plakband had witte strepen op haar benen gemaakt. Ik zei: 'Ben je verkleed als zebra?' Ze zag er belachelijk uit, maar kon er ondanks zichzelf om lachen.

Diana probeerde me uit te leggen dat Temple haar verteld had dat er puurheid en onschuld in de wereld was voordat de mens kwam. Ik wees haar erop dat er ook woestheid en chaos was, wat Temples theorieën volslagen waardeloos maakte. Ze betaalde £ 150 voor elke visite. Ik zei tegen haar dat ze opgelicht werd - dat ze een heleboel geld betaalde om zogenaamd terug in de tijd te gaan in plaats van verder te gaan met het leven, en vooruit te komen. We zijn hier om ons te ontwikkelen - niet om te proberen terug te keren naar het Stenen Tijdperk.

Ik zei: 'Die vent heeft je een fortuin gekost. En dit is wat hij daarvoor doet? Even serieus: wat heb je daar nou aan?' Ze gaf toe dat ze er helemaal geen heilzame effecten van voelde. Ze schaamde zich diep. Ze volgde mijn raad op en beëindigde langzamerhand veel van haar therapieën. Ze nam ook ter harte wat ik over Temple had gezegd en ging niet meer naar hem toe.

Het was niet makkelijk om haar los te weken uit deze twijfelachtige behandeling. Het probleem was dat Diana een soort wondercombinatie zocht die alle pijn die ze voelde zou verdrijven. Maar eigenlijk ontsnapte ze alleen even aan Kensington Palace en aan de druk van haar bestaan. Ze ging zelfs naar die lui toe als ze gelukkig was. Het was een vorm van vluchten die een verslaving werd.

Ze begon pas echt te minderen toen ze ernstig schade opliep. Dat van Temple was onschadelijke flauwekul. Maar een paar van de andere therapieën waren ronduit gevaarlijk. Zo stond ze erop om minstens een keer per week een osteopaat te zien. Dat was veel te veel en ze begon ernstige rugpijn en hoofdpijn te krijgen. Op röntgenfoto's was te zien dat haar ruggenwervels versleten waren van te veel manipulatie.

Tegen de herfst van 1996 wilde ze behandeld worden voor de pijn die voortkwam uit haar overbehandelde nek, en hoewel ze geminderd was met slaapmiddelen wilde ze daar helemaal mee stoppen. Dus nam ik de zaken ter hand.

Een paar jaar daarvoor had ik mijn ruggengraat gebroken toen ik in de supermarkt uitgleed over een plas gemorste melk. De artsen vertelden me dat ik een permanente beschadiging aan mijn linkerbeen had en dat het onwaarschijnlijk was dat ik ooit weer goed zou kunnen lopen. Dat wilde ik niet accepteren, dus stuurde ik mezelf naar dokter Lily, een Chinese vrouw die toen nog weinig Engels sprak maar de beste acupuncturist is die ik ooit heb ontmoet. Ze genas me, en op mijn aanraden ging Diana naar haar toe.

Voor haar was het gewoon een nieuw soort behandeling en dat vond ze altijd opwindend. Maar deze keer wist ik dat ze behandeld zou worden door iemand die wist wat ze deed, en die, op een veilige en praktische manier, echt zou kunnen helpen - en dat voor de schappelijke prijs van £ 25 per sessie.

We spraken af in het AcuMedic in de Londense wijk Camden Town, waar dokter Lily werkt. Diana arriveerde in een auto met chauffeur, heel elegant gekleed in een rok en een bloes. Iedereen herkende haar toen ze naar binnen liep, maar dat kon haar niets schelen. Ze was veel te gretig om met de behandeling te starten.

Ze had de röntgenfoto's bij zich waarop de schade aan de nekwervels te zien was, die veroorzaakt was door te veel behandelingen. Dokter Lily keek er kort naar, nam haar pols op en bestudeerde haar tong, waarop de prinses uitriep: 'Er heeft nog nooit iemand gevraagd of ik mijn tong naar hem wilde uitsteken!' En toen mocht ze toekijken hoe er een paar naalden in mij gestoken werden.

De Chinezen geloven dat er in het lichaam verbindingen liggen tussen verschillende drukpunten, die fungeren alsof ze knooppunten zijn in een elektrisch circuit. Er is bijvoorbeeld een punt tussen de duim en de wijsvinger dat verbonden is met het spijsverteringssysteem, en de drukpunten rond je voeten reguleren je waterhuishouding en hormonen. De naalden worden overal ingestoken: benen, polsen, handen, buik en soms boven op je hoofd. En als ze eenmaal op hun plek zitten, geeft dokter Lily ze af en toe een tikje.

Ik maakte me bezorgd dat ik Diana af zou schrikken. Want al doet het nauwelijks pijn, ik ben erg gevoelig voor acupunctuur en zeg iedere keer 'Au' als een naald in me gestoken wordt. Maar dat leek haar niet veel te kunnen schelen. Ze vond het zelfs wel grappig.

Toen het haar beurt was, ging ze op de behandeltafel liggen. Ze was veel dapperder dan ik en liet dokter Lily de naaldjes in haar benen en handen en kruin van haar hoofd steken zonder een kik te geven; ze zoog alleen af en toe scherp haar adem in.

Die eerste sessie duurde veertig minuten. Het was het begin van een serie behandelingen die voortgezet werd tot het eind van Diana's leven. Een paar dagen voor ze stierf belde ze dokter Lily nog om te zeggen dat ze hopeloos gespannen en gestrest was, en dat ze niet kon wachten tot ze weer in Londen was en behandeld kon worden. Voor Diana was een bezoekje aan dat kamertje in Camden Town echt iets om naar uit te kijken. Het was bijna een speciale traktatie, omdat dokter Lily haar maar een bepaald aantal keren liet komen. Ze stond niet toe dat Diana deed wat ze gewoonlijk deed als ze bezeten raakte van een nieuwe therapie, namelijk zo vaak komen als ze wilde, soms zelfs elke dag.

Ze was in andere opzichten ook vrij streng. Toen ze hoorde hoe vaak Diana darmspoelingen kreeg, was ze geschokt. Ze vertelde haar hoe onnatuurlijk het was om water in te laten spuiten dat gifstoffen terugduwde in je ingewanden, en hoe schadelijk het was voor de kringspier. Diana keek nogal schaapachtig en beloofde te minderen. Wat wel zo goed was, want waar de meeste mensen zich beperken tot één spoeling in de zes maanden, had zij ze wel drie keer per week.

Diana kon haar enthousiasme nooit goed onder controle houden. Ze wilde alles weten over de behandeling en bleef maar vragen stellen. Waarom moet die naald daar? Waar is die trilling voor? Wat betekent dat?

Ze was ook geïntrigeerd door het jeugdige uiterlijk van dokter Lily. Die was in de vijftig, maar kon doorgaan voor vijfendertig. Ze had geen rimpeltje op haar gezicht. En Diana, die de vijfendertig begon te naderen en zich als alle vrouwen van die leeftijd zorgen begon te maken over ouder worden, vroeg haar altijd hoe ze er zo jong uit bleef zien.

In een poging om zelf het antwoord op haar vragen te vinden, begon ze boeken te kopen over Chinese geneeskunst en over de energieën die het lichaam doorkruisen. Ze zei tegen me: 'De Chinese geneeskunst is vijfenhalfduizend jaar oud en de onze heeft zich pas de laatste honderdvijftig jaar echt ontwikkeld, dus ze hebben een flinke voorsprong.'

Ze kocht zoveel boeken dat ze wel een bibliotheek kon beginnen. Ze werd een echte kenner op dit gebied - of dat dacht zij tenminste. Ze belde me soms op om te zeggen: 'Volgens dit boek lijdt die-en-die aan dit-of-dat.' Ze raakte ervan overtuigd dat ze aan de hand van foto's kon vaststellen wat voor stoornissen mensen hadden.

Ze liet dokter Lily foto's van prins Charles zien en vroeg haar waarom hij zo snel kaal werd. Ze nam ook foto's mee van prinses Margaret, prins Philip en zelfs de koningin. Dokter Lily deed er niet moeilijk over. Ze dacht dat het haar zou helpen begrijpen hoe acupunctuur werkte. Maar Diana bedoelde het bloedserieus. En een klein beetje kennis kan iemand misleiden en zelfs gevaarlijk zijn.

Ze dacht dat Nelson Mandela problemen had met zijn milt en zijn nieren, en dat zei ze ook tegen hem tijdens haar bezoek aan Zuid-Afrika in 1997, toen hij een dikke elleboog had. Mandela was dol op Diana, maar de hemel mag weten wat hij van haar diagnose vond.

Ook vertelde ze John Major, destijds de Britse premier, dat hij meer aandacht moest besteden aan zijn nieren en zijn hart. Hij moest erom lachen, en hij kon ook niet anders. Major nam het niet serieus, maar zij wel.

Het lijdt echter geen twijfel dat Diana baat had bij acupunctuur. Die pakte de oorzaak van haar kwalen aan, en niet de symptomen. Ze voelde zich eerst heel slecht, maar begon al snel beter te slapen en kwam, met hulp van de kruidencapsules die dokter Lily haar gaf, langzaam van haar verslaving aan slaapmiddelen af. We hadden een praktische oplossing gevonden voor ten minste een paar problemen.

Maar wat ze nooit kwijtraakte was de soms bijna obsessieve drang om te weten wat er verder in haar leven zou gebeuren. Ze wilde een overzicht van wat zou komen, week voor week of liever nog dag voor dag, zodat ze klaar was voor eventuele rampen.

Dat verklaarde haar vreemde passie voor astrologie en waarzeggerij. Volgens sommige mensen zijn dat ongevaarlijke vormen van vermaak, maar Diana geloofde echt dat ze haar inzicht in de toekomst konden geven. Ze aanbad Penny Thornton, maar dat ging snel voorbij toen Penny als Diana's astroloog in de publiciteit kwam. Ze wendde zich tot Debbie Frank om de sterren en de beweging van de planeten voor haar te raadplegen, met name voor haar liefdesleven.

Maar ze was niet alleen in zichzelf geïnteresseerd. Ze vroeg ook wat de toekomst in petto had voor de prinsen William en Harry, en hoe het met Charles' gezondheid zou gaan, waar ze zich altijd veel zorgen over maakte.

En ze vroeg ook altijd of er iets goeds kon gebeuren in Fergies leven. Ze gaf veel om haar en zei dat ze echte 'soulmates' waren. Maar vriendschappen zijn gebaseerd op vertrouwen. Toen butler Paul Burrell de prinses te na kwam, liep hun relatie een knauw op.

Hij zei tegen haar dat zijn vrienden uit Amerika hadden gebeld om te vertellen wat Fergie allemaal over haar had gezegd op de televisie. Als Diana hem dan vroeg in welk programma Fergie gezeten had, zei hij dat hij dat niet meer wist. Ze kon dus niet controleren of het klopte wat hij zei. Diana belde andere vrienden in Amerika om Pauls verhaal na te trekken. Het probleem was dat ze hem geloofde, wat veel spanning tussen haar en Fergie veroorzaakte. En tegelijkertijd gaf het Burrell een soort macht over Diana, doordat het leek of hij meer wist dan zij.

Met andere mensen, ook met mij, deed hij hetzelfde. Toen zijn moeder gestorven was, beweerde Paul dat hij de gave had gekregen om in de toekomst te kijken. En Diana noemde hem voortaan' Psychic Paul (helderziende Paul), en niet 'mijn rots'. Als hij de telefoon opnam, vroeg hij of hij een boodschap kon aannemen. En dan zei hij tegen haar dat er gebeld was en voegde eraan toe: 'En ik denk dat ik al weet waar het over gaat.' Natuurlijk wist hij precies waarom ze belden, want dat hadden ze hem gewoon verteld.

Diana had hem uiteindelijk wel door, maar het verminderde haar geloof niet dat het mogelijk is om de toekomst te voorspellen.

Ze had een verzameling runenstenen met symbolen erop, die ze in een klein stoffen buideltje bewaarde. Ze ging soms op de vloer zitten, vroeg mij om me te ontspannen en te denken aan wat er allemaal om me heen was. Dan pakte ze de runenstenen, spreidde ze uit op het tapijt (wat ze per se zelf wilde doen), zei dat ik mijn ogen moest sluiten en me concentreren, en dan deed ze een voorspelling. Ze was erg blij als haar voorspellingen uitkwamen. En ik moet bekennen dat ze dat altijd deden. Dan zei ze: 'Zie je wel, dat zei ik toch.'

Ze onderschreef ook het idee dat bepaalde stenen magische eigenschappen hadden, die je geluk konden brengen. Toen we een paar jaar bevriend waren vroeg ze of er een manier bestond om edelstenen en kristallen te helen. Ik zei tegen haar: 'Je legt ze gewoon een maand in een bakje zout water en dan haal je ze er bij de volgende volle maan weer uit!'

Ze antwoordde: 'Ik heb een paar boeken over kristallen gekocht, en daar staat in dat je ze in aarde moet begraven.' En dat is precies wat ze deed met verschillende edelstenen, waaronder een spectaculaire saffier.

Op een dag serveerde Burrell ons een lunch van pasta en salade, aan de ronde walnoten tafel in de eetkamer met zijn muren van gebrand oranje. Ik had twee happen spaghetti genomen toen ze plotseling een enorm juweel uit haar zak haalde en zei: 'Voel eens.'

Toen ik hem in mijn hand nam, legde ze uit dat ze dol was op de steen, maar dat hij niet goed aanvoelde. Hij bracht altijd ongeluk, zij ze, en er moesten wel nare herinneringen aan kleven.

Ik zei tegen haar dat ze hem in een bakje zout water op de vensterbank moest leggen. Ze antwoordde: 'Dat gaat niet. Het personeel zou het zien en me uitlachen. Dan denken ze dat ik ze niet meer op een rijtje heb.'

Ik maakte een grapje over hele rijtjes van zulke stenen in de vensterbank. Het was een grote, ovale saffier, die in een halssnoer had gezeten dat ze van de Saoedische koninklijke familie had gekregen en dat ze uit elkaar had laten halen. Ze nam hem uit mijn hand, legde hem op tafel, schepte me nog wat salade op en kondigde aan: 'Ik zal hem straks in de ommuurde tuin begraven.'

Ze kon de tuin vanuit het raam van de eetkamer net zien. Het probleem was dat dat ook gold voor de Oostenrijkse (in Australië opgegroeide) prinses Michael van Kent die in het appartement naast het hare woonde. De twee vrouwen konden elkaars bloed wel drinken. Diana bespioneerde haar altijd door een operakijkertje. Ze was ervan overtuigd dat 'de Führer', zoals ze haar soms noemde, haar net zo begluurde.

Ik ging om half vier die middag weg uit Kensington Palace, en zij moest naar St. James' Palace om wat papieren te tekenen. Die avond belde ze me en vertelde dat ze de saffier begraven had. Daarna zette ze het uit haar hoofd totdat er een maand verstreken was.

Maar toen ze hem later ging ophalen was hij nergens meer te vinden. Ze belde me en zei: 'Hij is weg!' Ze dacht dat hij door toverkracht verdwenen was.

Ze heeft nooit ontdekt wat ermee gebeurd is, en om eerlijk te zijn denk ik ook niet dat het haar iets kon schelen. Als het een van de stenen was geweest die de koningin-moeder haar had gegeven, zou het een heel gedoe zijn geworden. En als het een foto van een vriendje was, of iets dat met de kinderen te maken had, was Diana buiten zichzelf geweest. Maar verder leek niemand anders op te merken dat een saffier van onschatbare waarde was verdwenen, en wat Diana betreft was het gewoon de zoveelste steen. Ze vond het leuk om ze te hebben en droeg ze graag, maar ze paste er niet zo goed op. Ze was veel geïnteresseerder in wat ze haar konden vertellen dan in wat ze waard waren. Voor haar waren ze middelen tot een doel, net als mediums en astrologen.

Een medium waarin ze veel vertrouwen had, was Rita Rogers. Diana ging de eerste keer naar haar toe om te proberen contact te maken met haar geliefde vader, en ze had er versteld van gestaan hoeveel Rita van hun relatie leek te weten. Ze bracht haar gebeurtenissen uit haar kindertijd in herinnering die Diana al bijna vergeten was, en kon aanvankelijk ook berichten doorgeven van de in 1992 overleden graaf.

Maar deze weg kun je maar beperkt volgen, en uiteindelijk raakte Rita uit de gunst, al bleef Diana contact met haar houden. Ik bleef Diana er steeds op wijzen dat er grenzen zijn aan wat een medium of helderziende kan doen, hoeveel vertrouwen je ook in ze hebt. Het is geen kraan die je naar believen opendraait. Ze kunnen een globale richting aangeven, maar kennen niet alle details. Ga elk jaar of elke twee jaar naar een medium - maar ga niet wekelijks of tweewekelijks, zoals Diana deed. Ze liet haar leven erdoor beïnvloeden. Ze werd een soort helderziendenjunkie.

Ik probeerde haar uit te leggen dat ze zich nooit afhankelijk moest maken van wat een helderziende of medium of astroloog haar vertelde, dat ze zelf de verantwoordelijkheid voor haar eigen leven moest nemen, maar dat stond haar niet aan. Op haar manier kon ze het medium de schuld geven als er iets fout ging, in plaats van zichzelf. Het was een manier om de verantwoordelijkheid bij anderen te leggen, iets waar Diana heel goed in was.

En natuurlijk gingen er dingen fout. Geen van de astrologen of helderzienden voorspelde de scheiding. Ze zeiden allemaal dat het weer goed zou komen met prins Charles. Ze vertelden haar wat ze wilde horen. Ik was de enige die zei: 'Je moet de realiteit onder ogen zien.' Ik zag dat het huwelijk allang kapot was, dat het te laat was voor een verzoening.

Ik hamerde dat erin na het interview voor Panorama. Ik zei dat de waarheid misschien pijn deed, maar dat halve waarheden en leugens je net zoveel pijn bezorgen, plus ook nog een diepe desillusie.

Ze bleef op zoek. Maar hoeveel behandelingen ze ook uitprobeerde, het lukte haar nooit helemaal om de knagende onrust te stillen - of de ontgoocheling waaronder ze zo leed. Maar ironisch genoeg kwam het door haar toewijding aan de geneeskunde dat ze de liefde van haar leven ontmoette: Hasnat Khan.