Junie Moon zat tegenover ons in verhoorkamer twee, een grijs- betegelde ruimte van vier bij vier meter met een metalen tafel, vier bijpassende stoelen en een videocamera aan het plafond.
Ik had het voor de zekerheid twee keer gecontroleerd. Er zat een band in de camera en hij stond aan.
Junie had nu een opengebreid roze vestje aan met een met kant afgezet topje eronder, een spijkerbroek en gymschoenen, droeg geen make-up en zag er, zonder overdrijving, uit alsof ze zestien was.
Conklin was het verhoor begonnen door Junie Moon er op een aardige, nonchalante, respectvolle manier op te wijzen dat ze niet tot antwoorden verplicht was. Ze parafeerde zonder klagen het formulier waarop haar rechten werden vermeld, maar toch stond het me nog steeds heel erg tegen. Junie Moon was niet aangehouden. We hoefden haar niet op haar zwijgrecht te wijzen omdat ze niet in hechtenis was genomen, en Conklins waarschuwing zou haar er weleens van kunnen weerhouden ons iets te vertellen wat we heel nodig moesten weten. Ik slikte mijn gepikeerdheid in. Het was nu eenmaal gebeurd.
Junie had om koffie gevraagd en nam slokjes uit het papieren bekertje terwijl ik haar strafblad nogmaals doorlas. Toen ik haar drie aanhoudingen voor prostitutie opnoemde, zei ze tegen me dat ze sinds ze haar naam had veranderd nergens meer voor was aangehouden.
'Ik voel me heel iemand anders,' zei ze.Er zaten geen sporen van injecties op haar armen, geen blauwe plekken voor zover ik kon zien, en dat maakte het nog onbegrijpelijker. Wat zat erachter? Wat was het addertje onder het gras? Waarom zou een knap meisje als Junie de prostitutie in gaan?
'Ik heb mijn naam uit een oude film van Liza Minelli,' zei ze tegen Conklin. 'Die heette Tell Me That You Love Me, Junie Moon. Heel veel klanten vragen me of ik dat tegen ze wil zeggen,' zei ze met een droevige glimlach.
Conklin veegde de lok glanzend bruin haar weg die voor zijn intens bruine ogen hing. Ik was er zeker van dat Rich de film nog nooit had gezien en het boek nooit had gelezen. 'Echt?' vroeg hij. 'Wat apart.'
'En, Junie,' vroeg ik, 'zijn de meeste van je klanten schoolkinderen?'
'Zeg eens eerlijk, brigadier Boxer, heb ik een advocaat nodig? Want volgens mij insinueert u dat ik naar bed ga met minderjarige jongens, en dat is niet waar.'
'Vraag je naar legitimatie voordat je je broek uittrekt?'
'We zijn niet geïnteresseerd in je, eh, sociale activiteiten, Junie,' zei Conklin, die me interrumpeerde. 'We zijn alleen geïnteresseerd in Michael Conklin.'
'Ik zei al,' zei ze, en haar stem trilde een beetje, 'dat ik hem nog nooit heb ontmoet, en dat is iets wat ik volgens mij nog wel zou weten.'
'Ik begrijp het,' zei ik, 'we geven je ook nergens de schuld van. We weten dat Michael ziek was. Misschien heeft zijn hart het begeven toen hij bij je was...'
'Hij is nooit een klant van me geweest,' hield Junie vol. 'Ik zou natuurlijk vereerd zijn geweest, maar het is nooit gebeurd.'
Conklin zette zijn oogverblindende glimlach uit en zei: 'Junie. Als je met ons meewerkt dan laten we jou en je bedrijf met rust. Als je blijft tegenwerken, dan krijg je Zeden op je dak.'
We probeerden het zo'n twee uur lang met Junie, met elke juridisch toegestane tactiek. We zorgden ervoor dat ze zich veilig voelde. We zochten steun bij haar, logen tegen haar, stelden haar gerust en bedreigden haar. Maar Junie bleef ontkennen dat ze iets over Michael Campion wist. Uiteindelijk speelde ik onze enige kaart uit, waarbij ik met mijn hand op tafel sloeg om er de nadruk op te leggen.
'Wat als ik je zou vertellen dat een getuige bereid is te verklaren dat hij heeft gezien dat Michael Campion op 21 januari 's avonds je huis is binnengegaan? En dat deze getuige op Michael wachtte omdat hij hem naar huis zou rijden? Maar dat is nooit gebeurd, Junie, omdat Michael nooit je huis uit is gekomen.'
'Een getuige? Dat is onmogelijk,' zei de jonge vrouw. 'Dat moet een vergissing zijn.'
Ik probeerde wanhopig alles uit deze ene armzalige aanwijzing te peuren wat mogelijk was, maar we kwamen helemaal nergens. Ik begon te geloven dat Jacobi's anonieme tipgever weer een nepperd was en ik overwoog ernstig Jacobi wakker te maken en hem met een paar goedgekozen woorden de mantel uit te vegen, toen Junie haar hoofd boog. Ze had tranen in haar ogen en op haar gezicht, dat daadwerkelijk veranderd leek door verdriet, lag een gekwelde uitdrukking.
'Jullie hebben helemaal gelijk, ik kan er niet meer tegen. Als je dat ding uitzet vertel ik wat er is gebeurd.'
Ik wisselde een stomverbaasde blik met Conklin. Toen kwam ik in actie. Ik stak mijn hand uit naar de videocamera en zette hem uit. 'Het is het verstandigst om ons de waarheid te vertellen,' zei ik, met bonzend hart.
Ik boog voorover, vouwde mijn handen en legde ze op tafel.
En toen vertelde Junie ons alles.