7
Het was koel en fris buiten toen Kate, nadat ze Joshua in bed had gestopt, de deur opentrok en de veranda opstapte.
Noah draaide zich om en keek haar aan. 'Slaapt Joshua?'
Ze schudde haar hoofd. 'Dat duurt nog wel even.' Ze wierp hem een korte blik toe. 'Je hebt hem aardig ingepakt met je verhalen over je vriend Seth.'
'Ze waren allemaal waar.' Hij voegde er sober aan toe: 'Geen leugens meer, Kate.'
'Phyliss zegt dat iedereen liegt als de belangen maar groot genoeg zijn. Dat is geen excuus voor jou en het maakt jouw gedrag ook niet gemakkelijker te verteren voor mij.' Ze keek hem strak aan. 'Wat zou je doen als ik erop stond om nu te vertrekken?'
'Ik zou je op alle mogelijke manieren proberen tegen te houden. Maar ik ben Ogden niet. Ik zou jou of je familie nooit kwaad doen. Als allés vergeefs was, zou ik proberen om me bij je besluit neer te leggen. En,' ging hij verder, 'van harte hopen dat jullie allemaal in leven blijven tot ik de zaak in de publiciteit breng.'
Ze geloofde hem. 'Phyliss zegt dat jij RU2 misschien wel als een soort kind beschouwt.'
'Misschien wel. Ik weet het niet meer. In het begin was het een pure egotrip, daarna werd het een soort heilige missie en vervolgens werd het weer iets anders. Als het mijn kind is, dan heeft dat kind al negenennegentig mensenlevens op zijn geweten.' Hij zweeg even. 'Maar die prijs is zo hoog dat ik er nu niet meer mee kan stoppen. Ik kan niet toestaan dat al die mensen voor niets zijn gestorven. Ik moet het proberen. Wil jij me daarbij helpen?'
Ze gaf niet meteen antwoord. 'Wie is Seth Drakin?'
'Een vriend. We zijn samen in dienst geweest.'
'Een vriend die van een kilometer afstand de roos kan raken?'
'Ik wil niets voor je verborgen houden. Seth heeft een afschuwelijke jeugd gehad en hij is nooit tot rust gekomen nadat we afzwaaiden. Hij heeft van alles gedaan, van huursoldaat tot smokkelaar.'
'En je wilt hem mijn zoon laten bewaken?'
'Onder deze omstandigheden zou ik hem zelfs mijn eigen zoon laten bewaken. Hij is niet wat jij denkt. Zijn iq is waarschijnlijk hoger dan het mijne. Hij is zeker meer belezen en van alle kerels die ik ooit heb ontmoet, kan hij het best met mensen omgaan.'
'Als hij ze tenminste niet van kant maakt.'
Hij trok een gezicht. 'Praat maar met hem. Laten we morgen met ons allen naar de boswachterspost gaan.'
Ze knikte. 'Maar ik wil met je afspreken, dat als ik besluit dat het niet de juiste omgeving voor Joshua is, jij je daarbij neerlegt.'
'Vergeet het maar. Dat zal ik tegenspreken. Iedereen heeft het recht om tegen te spreken.' Hij glimlachte. 'Maar ik zal je niet het mes op de keel zetten.'
Ze beantwoordde zijn glimlach tot haar iets te binnen schoot. 'O, en nog iets. Als je ooit weer het lef hebt om mij schichtig te noemen of een soortgelijke vernederende term, dan sla ik je de hersens in.'
Hij huiverde. 'Ik wist al dat ik fout zat op het moment dat het me over de lippen kwam.'
'Geweldig. En nu wil ik het lab zien.'
Hij knikte.
'En je aantekeningen en de uitslag van de proeven met RU2.'
'Nu? Zou het niet gemakkelijker zijn als ik je mijn diskette gaf?'
'Nee, ik neem die papieren mee naar bed en kijk ze even door voordat ik ga slapen.' Ze liep naar de deur. 'Ik wil zelf beoordelen of je een genie bent of een gek.'
'O, ik ben verdomme een genie,' mompelde hij. 'Geen twijfel aan.'
Hij was verdomme een genie.
Geen twijfel aan.
Kate propte de laatste bladzijden weer in het koffertje dat hij haar had gegeven en zette het op de grond naast haar bed. Ze deed de lamp op het nachtkastje uit, maar een grauwe ochtendschemering drong de kamer al binnen. Ze was van plan geweest om even een blik te werpen op Noahs werk, maar ze was geboeid geraakt, gefascineerd door de mogelijkheden. Nee, geen mogelijkheden. Wonderen.
Was RU2 er drie jaar geleden maar geweest...
Noah had RU2 al ontwikkeld en was bezig met proefnemingen toen papa haar tot dat afschuwelijke besluit had gedwongen.
Ze slikte om de brok in haar keel kwijt te raken. Het was dom om terug te kijken. Gedane zaken namen geen keer.
Kijk naar de toekomst. Als ze hard genoeg werkte, kon ze iets bijzonders bewerkstelligen waar ze zelfs nooit van had durven dromen. Ze zou een aandeel kunnen hebben in het wonder.
Phyliss, Joshua en Noah zaten al aan de eetbar te ontbijten toen Kate de volgende ochtend de woonkamer binnenkwam. 'Goeiemorgen.' Ze gaf Noah zijn koffertje terug. 'Dank je wel. Interessante lectuur.'
'Hoi, mam. Noah zei dat we je moesten laten uitslapen. Wil je een pannenkoekje?'
'Alleen maar een beetje sinaasappelsap.' Ze schonk een glas in en ging zitten. 'Zijn jullie bijna klaar?'
Joshua knikte. 'We gaan naar de boswachterspost toe.'
Noah zat te fronsen. 'Hoe bedoel je, "interessante"?'
Hij was net een klein jochie dat om een schouderklopje bedelt nadat het een wedstrijd heeft gewonnen. Nou, dan kon hij lang wachten. Ze zou op dezelfde voet beginnen als ze van plan was door te gaan. Na zich een nacht lang in RU2 verdiept te hebben was ze al meer dan genoeg onder de indruk van Noah. Het zou moeilijk worden om hem vaktechnisch lik op stuk te geven. 'Heel interessant, om precies te zijn.' Ze nam een slokje sinaasappelsap.
'Hoe heb je geslapen, Phyliss?'
'Als een blok,' zei Phyliss. 'En jij?'
'Redelijk. De lucht op het platteland doet me kennelijk goed.' Ze keek even naar Noah. 'Ik moet eerst met Seth Drakin praten, maar ik denk wel dat we een poosje hier blijven.'
Er verscheen een stralende lach op Noahs gezicht.
'Dit is hartstikke leuk,' riep Joshua naar beneden vanaf de vierde verdieping van de boswachterspost. 'Het lijkt net een boomhuis. Schiet nou op, mam.'
'Ik schiet heus wel op,' zei Kate. 'Als ik tenminste niet eerst een hartaanval krijg.' Ze keek om naar Noah. 'Je hebt me niet verteld dat dit huis evenveel verdiepingen heeft als het Washington Monument.'
'Je overdrijft,' zei Noah. 'De boswachter moet hoog genoeg zitten om bosbranden te kunnen ontdekken.'
'Als ik ooit bovenkom, ga ik waarschijnlijk nooit meer naar beneden,' zei Phyliss grimmig. 'Wie heeft er nou een traplift nodig?'
'Hoi.' Seth Drakin leunde over de hoogste balustrade met een gezicht dat dezelfde jongensachtige gretigheid uitstraalde als dat van Joshua. 'Behoorlijk gaaf, hè?'
'Wreed,' zei Joshua terwijl hij de laatste trap met twee treden tegelijk oprende. 'Hoe ver kunnen we kijken?'
'Ongeveer vijfenveertig kilometer. Leuk om je weer te zien, Joshua.' Hij gaf hem de verrekijker die hij in zijn hand had. 'In het noorden kun je een groot meer zien.'
Joshua fronste. 'Waar?'
'Wacht, ik help wel even met het instellen.' Hij hurkte naast hem en stelde de verrekijker bij. 'Nu wel?'
Joshua knikte. 'Wauw. Ik zie zelfs een vogel in die den daar op de oever.'
Hij liep over de veranda en hing over de omheining met de verrekijker tegen zijn ogen gedrukt. 'En er is een kampvuur. Kate stond net op het punt om te zeggen dat hij bij de leuning weg moest gaan, toen Seth haastig naar hem toeging.
'Hé, je moet niet zo over de rand hangen. Lyle heeft een vreselijke hekel aan timmeren en ik heb hem beloofd dat ik met die leuning zou omgaan alsof hij van stro was.'
'Sorry.' Joshua week achteruit. 'Wie is Lyle? De boswachter?'
'Yep.' Hij wees naar het noorden. 'Wil je de blokhut zien waar je vannacht hebt gelogeerd? Die lijkt zo dichtbij alsof het de kamer hiernaast is.' Hij glimlachte tegen Kate toen ze de bovenste verdieping bereikte. 'Jij hebt het vannacht knap laat gemaakt.'
'Kon je in mijn slaapkamer kijken?' informeerde ze voorzichtig.
'Nou...' Hij lachte ondeugend. 'Ja.'
Ze probeerde zich te herinneren of ze zich gisteravond in de slaapkamer of in de badkamer had uitgekleed.
'Maar ik ben geen gluurder. Ik heb alleen maar even gekeken en daarna ben ik weggegaan.'
Het zou kunnen. Maar dat lachje was net iets te onschuldig.
'Kon je mijn kamer ook zien?' vroeg Joshua.
'Nee. Jij zit vast aan de andere kant van het huis.'
'Misschien kunnen mam en ik van kamer ruilen, dan kunnen we elkaar signalen geven.'
'Daar hebben we het nog wel over. Ik denk dat ik een beter idee heb.' Seth draaide zich om en keek naar Phyliss die zich de laatste treden opsleepte. 'Ik ben Seth. U bent vast Phyliss Denby.'
'Ik weet het niet zeker,' zei ze happend naar adem. 'Dat was ik wel toen ik aan deze trappen begon, maar misschien ben ik ondertussen in het hiernamaals aangekomen.' Ze wierp een lange blik op het uitgestrekte woud en de heuvels in de verte. 'Maar, ik zal je eens wat vertellen, het zou best eens de moeite waard kunnen zijn.'
'Kampvuur?' vroeg Noah en keek naar het noorden.
'Een stel op huwelijksreis,' zei Seth. 'Ik ben vanochtend om vijf uur bij ze op bezoek geweest en ik kreeg niet eens een uitnodiging om met hen te ontbijten.' Hij keek Phyliss droevig aan. 'Ik heb vanmorgen alleen maar een bordje brinta gehad en een kop koffie.'
'Dat klinkt mij in de oren als een uitgebalanceerde maaltijd,' zei Phyliss minzaam.
'Wat bent u nou voor een grootmoeder?' zei Seth vol afkeer. 'Na die opmerking had u moeten aanbieden om gemberkoekjes te bakken en vanavond een lekker gebraden kippetje op tafel te zetten.'
'Heb jij soms de laatste dertig jaar in een grot gewoond?' vroeg Phyliss.
'Af en toe.' Seth lachte haar toe. 'Oké. Koken we samen?'
'Of om de beurt.' Ze beantwoordde zijn glimlach. 'Als Kate besluit dat we hier blijven.'
Seth wendde zich tot Kate. 'Je wilt me hier toch niet alleen laten zitten?
Ik heb echt niet gegluurd, erewoord.'
'Gaan wij hier wonen?' vroeg Joshua met grote ogen van opwinding. Kate zei: 'Jij en je oma kunnen hier misschien bij meneer Drakin blijven. Zou je dat leuk vinden?'
'Dat zou gaaf zijn.' Hij fronste plotseling. 'Blijf jij dan niet?'
'Je mama moet werken in het lab in de blokhut en er is hier maar één slaapkamer. Die kunnen jij en je oma delen. Dan kampeer ik wel op de bank in de woonkamer,' voegde Seth eraan toe.
Joshua schudde langzaam zijn hoofd. 'Nee, ik denk het niet. Ik moet bij mam blijven.'
'Je kunt de blokhut vanuit hier met de verrekijker in de gaten houden,'
zei Noah. 'Ik beloof dat ik goed op haar zal passen. Ik weet wel dat ik er de laatste keer een potje van heb gemaakt, maar dat overkomt me niet vaak.'
'Misschien kan het toch wel,' zei Joshua aarzelend. 'U kunt behoorlijk goed met dat geweer omgaan.'
'Er is nog niets afgesproken,' zei Kate. 'Ik moet eerst nog met meneer Drakin praten. Maar als wij vinden dat dit de beste oplossing is, dan kom ik iedere dag hiernaartoe joggen om je te zien. En,' ging ze verder, 'je kunt ook naar de blokhut komen.'
Seth schudde meteen zijn hoofd. 'Daar zal hij het veel te druk voor hebben. Ik heb Lyle beloofd dat we op zullen letten dat er geen bosbrand uitbreekt en Joshua zal ook op wacht moeten staan. Maar je kunt wel hierheen komen om ons te helpen.'
'Is hier telefoon?' vroeg Joshua.
Seth knikte. 'En daar heb ik het nummer van de blokhut al in geprogrammeerd.'
'Phyliss?' vroeg Kate.
Phyliss knikte. 'Ik kan dat stel wel aan.'
Kate aarzelde nog steeds.
'Ze kan niet besluiten wat ze wil tot ze hier heeft rondgekeken en zeker weet dat het geen varkensstal is,' zei Seth. 'Kun jij de wacht houden terwijl ik je moeder meeneem naar binnen, Joshua?'
'Tuurlijk.' Hij bracht de verrekijker naar zijn ogen. 'Moet ik opletten of ik rook zie?'
'En andere dingen die problemen zouden kunnen veroorzaken.' Seth deed de deur voor Kate open. 'Hou vooral dat stel op huwelijksreis goed in de gaten. Vanmorgen keken ze nauwelijks om naar hun kampvuur.'
'Ik weet niet zeker of ik wel wil dat Joshua dat stel goed in de gaten houdt,'
mompelde Kate terwijl ze naar binnen liep. Het zag er verrassend gezellig uit, met een met denim beklede bank en een gemakkelijke stoel en aan de andere kant van de kamer een kitchenette en een eetbar.
'Hij zal waarschijnlijk aardig wat opsteken van biologie als hij hier blijft, maar dat stel lag in de tent toen ik ze voor het laatst zag.' Hij draaide zich om, keek haar aan en de jongensachtigheid viel van hem af alsof het een hoed was die hij aan de kant smeet. 'Oké. }e hebt je twijfels over mij. Vraag wat je wilt.'
'En krijg ik dan ook antwoord?'
'Op de meeste vragen wel.'
'Waarom denkt Noah dat Joshua bij jou veilig is?'
'Ik kan schieten, ik ben thuis in de bossen, ik vertrouw niemand en ik heb Noah een belofte gedaan.'
'Beloftes worden voortdurend verbroken.'
Hij haalde zijn schouders op. 'Ik geef er de voorkeur aan om me aan de mijne te houden.'
'Anders nog iets?'
'Ik hou van kinderen.'
Dat had ze al opgemaakt uit de manier waarop hij met Joshua omsprong, maar ze wist niet in hoeverre hij zelf nog een kind was. Hij had haar een totaal andere kant getoond van de man die tijdens die nacht haar oprit was komen oprennen.
'Half-en-half,' zei hij alsof hij haar gedachten kon lezen. 'Joshua en ik zullen het prima kunnen vinden, maar ik zal het niet uit de hand laten lopen.'
'Jij bent degene die Noah heeft verteld van Ishmaru.'
'Dat wil nog niet zeggen dat het een vriendje van me is. Ik ken een heleboel mensen. Wat heb jij Joshua over Ishmaru verteld?'
'De waarheid.'
'Heb je hem verteld dat je hem uit de buurt wilde hebben voor zijn eigen veiligheid?'
'Nee, denk je dat ik hem een doodschrik op het lijf wil jagen?'
'Ik denk dat hij veel banger is dat jou iets zal overkomen.' Hij glimlachte. 'Een lief joch. En ook slim.'
'Ik wil niet dat hij zich bedreigd voelt.'
'Ik zal mijn best doen, maar dat kan ik je absoluut niet beloven. Het kan riskant zijn om je kop in het zand te steken.' Hij keek haar recht aan. 'Als je Joshua aan mij toevertrouwt, dan is hij van mij. Dan komt hij niet meer naar de blokhut toe, want in dat geval heeft het geen zin om hem hierheen te brengen. Je kunt hem hier komen opzoeken, maar niet zonder mij eerst van tevoren op te bellen zodat ik je kan opvangen om me ervan te overtuigen dat je niet gevolgd wordt. Als ik denk dat het veiliger is om hem ergens anders onder te brengen, dan breng ik hem weg. In dat geval zal ik proberen om je op de hoogte te brengen, maar als me dat riskant lijkt, doe ik dat niet. Heb ik me duidelijk uitgedrukt?'
'Heel duidelijk.' Ze zou eigenlijk gepikeerd moeten zijn omdat hij Joshua zomaar van haar afpakte; hij was haar zoon en haar verantwoordelijkheid. Maar zo voelde ze zich helemaal niet. Ze voelde zich opgelucht en vol vertrouwen door die ondoordringbare muur die Seth om Joshua optrok. 'Maar hij is niet van jou, hij is van mij. En als ik het idee krijg dat je niet goed voor hem zorgt, smijt ik je van deze toren af. Heb ik me duidelijk uitgedrukt?'
Hij lachte. 'Ik voel 'm.' Hij gebaarde naar de deur. 'Je kunt nu maar beter aan Joshua gaan vertellen dat je mij je stempel van goedkeuring hebt verleend.'
Ze zei droog: 'Naar dat stempel kun je fluiten als je hem toestaat om zich met die verrekijker als een verdomde voyeur te gedragen.'
Het nam meer dan de halve dag in beslag om alle spullen van Phyliss en Joshua uit te pakken en een kamer voor hen in te richten in de post. De zon ging al bijna onder toen Kate en Noah terugkwamen bij de blokhut. Ze had een vreemd, leeg gevoel toen ze de trap naar de veranda opliep.
'Je bent erg stil,' zei Noah terwijl hij de deur van het slot deed. 'Het komt allemaal best in orde, weet je. Joshua is gelukkig.'
'Ik weet het.'
'Seth zal goed voor hem zorgen.'
'Dat is hem geraden ook.'
'Als je daaraan had getwijfeld, zou je Joshua niet hebben achtergelaten.'
Hij keek haar onderzoekend aan. 'Wat is er aan de hand? Ik wil dat je je op je gemak voelt. Kan ik iets voor je doen?'
'Ik mis hem gewoon,' zei ze eenvoudig.
'Je bent pas tien minuten geleden bij hem weggegaan. Toen je iedere dag naar je werk ging, zag je hem ook urenlang niet.'
'Nou, dan ben ik dus onredelijk. Dit is anders. Ik heb het gevoel alsof ik hem op kostschool heb gedaan of zoiets. Dat kun jij toch niet begrijpen.'
'Nee, dat begrijp ik ook niet.' Hij liep de kamer door naar de telefoon die in de keuken aan de muur hing. 'Maar ik kan wel kijken of ik er iets aan kan doen.' Hij drukte op een van de cijfertoetsen. 'Nummer twee is de boswachterspost.' Hij sprak in de telefoon. 'Seth, geef me Joshua even.' Hij stak haar de hoorn toe. 'Praat maar met hem.'
Ze pakte de hoorn aan. 'Wat moet ik tegen hem zeggen?'
'Wat in je hoofd opkomt. Vraag maar hoe zijn eerste dag op kostschool is verlopen.' Hij liep om de eetbar heen naar de keuken. 'Wat zou je zeggen van spaghetti?'
'Prima,' zei ze automatisch. 'Hallo Joshua.' Ze dacht snel na. 'Ik vroeg me ineens af of jullie misschien nog een verrekijker nodig hebben...'
Tien minuten later hing ze op.
'Voel je je nu beter?' vroeg Noah.
Ze voelde zich inderdaad beter. Ze had best geweten dat ze Joshua kon bellen wanneer ze wilde, maar het korte gesprek had dat feit nog eens bevestigd en het gevoel van afzondering verminderd. 'Ja. Hoe wist je dat?'
'Het zal wel komen omdat ik niet alleen briljant maar ook uiterst gevoelig ben.' Hij keek op van de tomatensaus waarin hij stond te roeren en grinnikte. 'Zomaar een gok.'
Ze lachte terug. Met die theedoek om zijn middel en een veeg tomatensaus op zijn kin leek hij op dat moment allesbehalve een genie. 'Dat dacht ik al.' Ze liep om de eetbar heen. 'Waar kan ik je mee helpen?'
'Maak dat je mijn keuken uit komt. Niemand mag aan mijn gerechten komen.'
'Heb je een geheim recept?'
'Nou en of.' Hij trok een gezicht. 'Had je dat nog niet begrepen? Ik ben een kei in geheime recepten. Maar je mag van mij aannemen dat dit geen tweede RU2 is. Geen dubbele bodems. Alleen maar een streling voor het verhemelte.'
Ze voelde de bitterheid die onder die laatste luchtige zinnetjes schuilging.
'RU2 wordt misschien wel de meest waardevolle medische doorbraak uit de hele geschiedenis. Het zal miljoenen levens redden.'
'En het heeft al bijna honderd levens gekost.' Hij zweeg even. 'Nee, ik heb die levens op mijn geweten. Ik heb RU2 gecreëerd. Ik wist welke reacties het teweeg zou brengen en ik ben er toch mee doorgegaan. Voor alles wat er gebeurt, moet ik de rekening betalen.' Hij pakte de pan met saus van het vuur.
'En dat geldt ook voor jou als je me helpt.'
Ze keek hem niet-begrijpend aan. 'Waarom waarschuw je me nu? Je hebt me nog net niet ontvoerd om je van mijn hulp te verzekeren.'
'Ik wil alleen maar dat je beseft... Verdomme, ik weet het niet.' Hij haalde vermoeid zijn schouders op. 'Ik denk dat ik me schuldig voel en iets van die schuld op jou wil afwentelen. Of misschien wil ik wel dat je zegt dat ik naar de duivel kan lopen en je biezen pakt.'
'Zodat jij weer achter me aan kunt om me over te halen terug te komen.'
'Waarschijnlijk wel.'
'Zeker weten. Dus hou je mond nu maar,' zei ze kortaf. 'Je hebt me niet hoeven te hypnotiseren om me zover te krijgen dat ik bleef. Die beslissing heb ik zelf genomen. Ik had m'n biezen kunnen pakken. Maar dat heb ik niet gedaan.' Ze liep naar de kast. 'Slaat die belachelijke culinaire egotripperij van jou ook op tafeldekken?'
'Nee.' Hij keek toe hoe ze de borden pakte en er kroop een glimlach over z'n gezicht. 'Vind je me niet hoogst boeiend?'
'Ik moet je teleurstellen.'
'Verdomme.' Hij pakte de pan met de kokende spaghetti van het fornuis en liep naar de gootsteen om hem af te gieten. 'Kennelijk ga ik erop achteruit.'
Onwillekeurig schoot ze in de lach terwijl ze de tafel dekte. Ze besefte dat ze zich bij hem op haar gemak begon te voelen. Dit was niet de briljante geleerde wiens werk haar de adem benam, noch de onvermurwbaar vastberaden man die haar band kapot had geschoten. Hij was menselijker nu en kwetsbaar. Hij was de Noah uit het restaurant die tegen de serveerster had geglimlacht en haar het gevoel had gegeven alsof ze de belangrijkste persoon op de hele wereld was.
Maar Kate was Dorothy niet; zij moest de komende weken met Noah in één huis wonen. Ze moest met hem samenwerken en voor zichzelf opkomen.
'Schiet op,' zei Noah terwijl hij de saus over de spaghetti goot. 'Als je geluk hebt, mag je voor mij het knoflookbrood uit de oven pakken.'
'Dat is slavenwerk.'
'Yep.'
Ach, barst met al dat afstandelijke en assertieve gedoe. Ze kon niet werken onder omstandigheden waarbij ze constant op haar hoede moest zijn. Zoals hij al had gezegd: ze zaten in hetzelfde schuitje. Er zou geen man overboord zijn als ze vrienden werden. 'Pak dat zelf maar. Ik kies mijn eigen werk.' Ze ging aan tafel zitten, legde haar servet op haar schoot en deelde mee: 'Ik ben klaar om bediend te worden.'
Toen ze die avond naar haar kamer ging, was de stormlamp op de vensterbank het eerste dat ze zag. De kaars brandde en wierp schaduwen op de muur. Ernaast lag een briefje van Noah.
Vanuit de boswachterspost kun je deze kamer echt zien. Seth kwam op het idee om jou iedere avond de kaars aan te laten steken en tegen Joshua te zeggen dat je hem op deze manier welterusten wenste. Ze glimlachte en raakte even de glazen stolp met haar vinger aan. Heel attent van Seth. Ze had hem niet ingeschat als het soort man dat aan kleinigheden dacht. Nu kon ze de zorg voor Joshua met een nog geruster hart aan hem overlaten.
Ze keek naar de duisternis buiten en fluisterde: 'Misschien komt alles toch nog op zijn pootjes terecht. Welterusten, Joshua.'
Noah wachtte tot de deur achter Kate dichtviel voordat hij het nummer van Tony in het chalet belde.
'Dat zal tijd worden,' zei Tony kribbig. 'Ik dacht dat je van de aardbodem was verdwenen.'
'Heb je een digitaal toestel aangeschaft?'
'Ja, meteen de volgende dag nadat je dat tegen me hebt gezegd.'
'Goed. Zijn er nog meer mensen overleden?'
'Nee.' Hij zweeg even. 'Wat is er in godsnaam in Dandridge gebeurd?'
'Niets goeds.'
'Dat lijkt me zwak uitgedrukt. Heeft ze een politieagent gedood?'
Noah bevroor. 'Wat?'
'Er is een arrestatiebevel tegen haar uitgevaardigd in verband met de moord op een zekere Caleb Brunwick. Wist je dat niet?'
Noah mompelde een verwensing. 'Natuurlijk wist ik dat niet. Ze zijn stapelgek.' Maar zo gek was dat niet, realiseerde hij zich. Nadat Ishmaru had gefaald, was er geen betere manier om Kate buiten gevecht te stellen en haar in diskrediet te brengen. 'Waarom zou ze dat hebben gedaan?'
'Er wordt gezegd dat ze de kolder in de kop kreeg na de moord op haar ex-man en de politie daarvan de schuld gaf. Ze heeft een briefje aan de commissaris van politie gestuurd waarin stond dat het een kwestie van oog om oog was geweest.'
'Vervalst.'
'En volgens een aantal van haar collega's was ze oververmoeid en gedeprimeerd.'
Ogden had zijn net uitgeworpen en het begon zich nu te sluiten. Christus, hij had sneller gereageerd dan Noah voor mogelijk had gehouden. 'Allemaal leugens.'
'Best mogelijk, maar ze kan beter meteen teruggaan en die zaak tot klaarheid brengen.'
En dat was precies wat Ogden wilde dat ze zou doen. Als de valse beschuldiging goed genoeg in elkaar zat, zou ze vastgehouden worden. Was dat niet het geval, dan zou ze een gemakkelijke prooi zijn voor Ishmaru. 'Hoe staan de zaken bij Ogden?'
'Barlow zei dat hij gisteren een onderhoud met drie kopstukken heeft gehad.'
'Met wie?'
'Hij kon maar een van de namen achterhalen. Ken Bradton.'
'Shit.'
'En vandaag heeft hij een bezoek gebracht aan een hotel in een van de voorsteden waar senator Longworth onder een schuilnaam een kamer had geboekt.'
'Weet hij zeker dat het Longworth was?'
'Longworth is gemakkelijk te herkennen. Hij staat graag in de schijnwerpers en hij heeft meer senaatsonderzoeken geleid dan Joe McCarthy.' Tony was even stil. 'Ogden is bezig hemel en aarde te bewegen. Die Washingtonconnectie voorspelt niet veel goeds. Wat ben je van plan te doen?'
Hij kon niet veel doen, dacht Noah geïrriteerd. Hij was aan handen en voeten gebonden tot zijn werk hier volbracht was. 'Afwachten. Toekijken. Ik wil dat jij morgen naar Washington gaat. Neem een kamer in een hotel buiten de stad en blijf achter de schermen. Ik wil niet dat Ogden er achter komt dat jij in de stad bent.'
'Bedoel je dat ik van mijn berg af mag komen?' vroeg Tony sarcastisch.
'Ik dacht dat ik hier tot het eind van het millennium moest blijven zitten.'
Hij had geen andere keus dan Tony voor de leeuwen te werpen. De zaak liep met een noodgang uit de hand. 'Ik bel je morgenavond op je digitale telefoon voor het nummer van je hotel.'
'Wat doen we met Barlow?'
'Laat hem voorlopig maar in Seattle blijven en een oogje houden op Ogden,' zei Noah. 'Wees voorzichtig, Tony.'
'Dat ben ik altijd.' Tony verbrak de verbinding.
Wat nu? vroeg hij zich af. Moest hij Kate op de hoogte brengen van dat arrestatiebevel? Misschien zou hij haar ervan kunnen overtuigen dat het gevaarlijk was om terug te gaan, maar ze zou instinctief geneigd zijn om haar vriend Alan te vertrouwen en haar naam te zuiveren. In dat geval konden ze hooguit hopen op uitstel voor RU2 en moesten ze vrezen dat Kate er het leven bij inschoot. Beide consequenties waren voor hem onaanvaardbaar. Dus zou hij niets tegen Kate zeggen.
Mijn god, hij groef wel een ontzettend diepe valkuil voor zichzelf. Seth snoof tevreden de zuivere, naar dennen geurende lucht op terwijl hij naar het duister keek.
Het was goed hier. Niet volmaakt. Niets was volmaakt. Maar hij was toch een stuk liever hier in deze uithoek van West-Virginia dan in dat duivelshol in Columbia.
Binnen hoorde hij het gerinkel van serviesgoed en het geluid van stromend water terwijl Phyliss de afwas deed. Aardige vrouw. Aardig joch. Aardig huis. Misschien kon hij hier zelfs nog wel een tijdje blijven als Noah orde had geschapen in de chaos om hen heen. Noah was er altijd goed in geweest om op zijn gemak een situatie naar zijn hand te zetten. Heel anders dan Seth. Hij had dat geduld nooit kunnen opbrengen. Als er niet snel genoeg iets gebeurde, dan zorgde hij daar zelf wel voor en hij had lak aan de gevolgen.
En daarna ging hij er gewoon weer vandoor.
Verrek, wie wilde er nou op één plaats vastroesten? Dit was eigenlijk een doodgewone opdracht, behalve dan dat hij Noah hielp. Als het voorbij was, zou hij wel weer rusteloos worden of zich gaan vervelen, of er gebeurde iets anders waardoor hij zijn biezen zou pakken.
Hij hoorde de tochtdeur opengaan en toen hij omkeek, zag hij Joshua naar buiten komen. 'Hoi. Wat een mooie avond, hè?'
Joshua kwam naast hem staan. 'Het is stil.' Zijn handen klemden zich om de leuning. 'Ik had niet verwacht dat het zo stil zou zijn.'
'Het is niet echt stil. Luister maar eens naar de geluiden van de nacht.'
Joshua's handen openden en sloten zich nerveus om de balustrade. 'Ja... maar het is wel een beetje eenzaam. Het geeft je eigenlijk...' Hij stokte en draaide zich om. 'Ik denk dat ik maar eens naar de andere kant ga waar ik de blokhut kan zien.' Hij liep snel weg en schoot de hoek om. Te snel.
Hij zag eruit alsof hij zich voor iets uit de voeten maakte. Net als wij allemaal, dacht Seth. Zo zit de wereld in elkaar, jongen. Maar het kind was van hem zolang hij hier was en vluchtpogingen liepen vaak op een ramp uit. Juist tijdens rustige ogenblikken als deze kon de schok veroorzaakt door een vreemde omgeving en traumatische gebeurtenissen plotseling op iemand inwerken.
Hij liep achter Joshua aan.
Maar toen hij bij de hoek was, bleef hij staan.
Joshua zat op het terras met schokkende schouders en met tranen die geluidloos over zijn wangen biggelden. Hij was hierheen gevlucht om zonder dat iemand het zag uiting te geven aan zijn verdriet. Daar had Seth begrip voor. Hij had ook nooit gewild dat iemand anders zijn tranen zag. Moest hij Joshua alleen laten en weer naar binnen gaan?
Waarschijnlijk wel. Het joch was trots en wilde niet dat iemand hem zag. Misschien dat zijn moeder hem zou kunnen troosten, of een man als Noah, maar Seth zou de zaak vast verprutsen.
Hij stond op het punt om terug te gaan, maar draaide zich toen met een ruk om. Barst maar. Goed, hij was Noah niet. Die knul had verdriet. Hij zou het wel op zijn eigen manier aanpakken.
'Ik kom naar jullie toe,' zei Kate twee dagen later via de telefoon tegen Phyliss. 'Vertel het even aan Seth. Ik moest eerst bellen om te zeggen dat ik eraan kwa'
'Hij is er niet. Hij is samen met Joshua op manoeuvre.'
'Wat?'
'Je hebt gehoord wat ik zei. Ik heb tegen hem gezegd dat jij dat niet leuk zou vinden.'
'Waar zijn ze?'
'Bij het meer. Vijftien kilometer naar het zuiden. Hij heeft zijn buzzer bij zich. Zal ik hem oppiepen?'
'Nee. Ik kom eraan.' Ze hing op.
'Problemen?' vroeg Noah.
'Hoe kom je erbij?' Haar stem droop van het sarcasme. 'Alleen maar omdat jouw vriend met een kind van negen jaar op manoeuvre gaat? Geef me de sleutels van je jeep.'
'Ik ga wel met je mee.'
'Ik kan dat best in m'n eentje opknappen. Geef me die sleutels.'
Hij haalde zijn schouders op en gooide haar de sleutelbos toe. Tien minuten later hobbelde ze over het oneffen zandpad dat om het meer liep.
Geen spoor van hen te zien.
Ze zette de jeep stil en sprong eruit.
'Joshua.'
Geen antwoord.
Waar zaten ze verdorie?
'Seth.'
Geen antwoord.
Haar woede maakte plaats voor bezorgdheid. Ze liep snel het bos in. 'Joshua!'
'Nu moet je antwoord geven. Ze is bezorgd, Joshua. Je mag je nooit verstoppen voor iemand die zich zorgen over je maakt.' Hooguit een paar meter verderop kwam Seth uit de schaduwen te voorschijn.
'Hoi, mam.' Joshua volgde hem op de voet. 'Ik wist dat jij het was voordat je begon te roepen.' Hij wierp een blik op Seth. 'Goh, jij hebt echt een geweldige neus. Je hebt gelijk. Ze stinkt echt.'
'Pardon?' vroeg ze kil.
Seth trok een gezicht. 'Hij bedoelt het niet slecht. Hij heeft het niet over jou persoonlijk. Gewoon over mensen in het algemeen.'
Joshua giechelde. 'Maar wij stinken niet, hè? We hebben gisteravond niet gedoucht en we hebben ons vanmorgen door het zand gerold.'
'We stinken nog een beetje,' zei Seth tegen hem. 'Je moet twee dagen op veldtocht zijn voor je de geur van de beschaving kwijt bent.'
'Waar heb je het over?' vroeg Kate. 'Is dat een onderdeel van die stomme manoeuvres?'
Joshua's glimlach verdween. 'Ben je kwaad, mam?'
'Ze begrijpt het niet,' zei Seth snel. 'Waarom loop jij niet een eindje verder het pad af, dan zal ik het haar wel uitleggen.'
'We doen geen slechte dingen, mam. We zijn alleen maar op manoeuvre.'
'Manoeuvres zijn oorlogsspelletjes. Je weet hoe ik denk over...'
'Ik kom over tien minuten achter je aan en dan wil ik van je horen welke geuren je allemaal hebt herkend.' Seth maakte een gebaar met zijn duim.
'Aan de slag, knul.'
Joshua grinnikte en holde het pad af.
Ze voelde een scheut van pijn toen ze hem nakeek. Ze werd... buitengesloten.
'Het spijt me dat we niet in de post waren,' zei Seth. 'Je had ons niet verteld dat je vandaag zou komen.'
'Ik wist het zelf pas op het laatste moment.' Ze draaide zich om en ging meteen in de aanval. 'Manoeuvres? Hij is nog maar een kleine jongen. Ik wil niet dat hij meedoet aan dat soort spelletjes.'
'Het is geen spelletje.' Hij hief zijn hand op om haar protest in de kiem te smoren. 'Hij krijgt van mij echt geen geweer en ook geen machete. Hoewel ik heb begrepen dat zijn vader er geen been in zag om Joshua te leren schieten.'
'Op schietschijven. En dat vond ik ook niet leuk.'
'Ik sta ervan te kijken dat je daar bezwaar tegen had.' Hij glimlachte. 'Jij bent zelf ook een knokker. Dat wist ik vanaf het eerste moment dat ik je zag.'
'Meningsverschillen horen niet uitgevochten te worden met vuurwapens.'
'Maar het gebeurt wel. Kijk 's avonds maar naar het nieuws.'
'Goed, maar mijn zoon hoeft niet in een getto te wonen waar hij met die bedreiging geconfronteerd kan worden.'
'Nee, hij woont in een rustige kleine buurt waar nooit iets naars gebeurt. Maar zijn vader is vermoord en hij denkt dat zijn moeder ieder moment hetzelfde kan overkomen.'
Ze had het gevoel alsof hij haar een klap had verkocht. 'Ik heb gedaan wat ik kon om ervoor te zorgen dat hij veilig is.'
Hij haalde zijn schouders op. 'Dat soort dingen kan nu eenmaal gebeuren. Getto's hebben geen monopolie op pech.' De uitdrukking op zijn gezicht werd iets zachter. 'Luister, ik geef dat joch echt geen commando-opleiding. Ik probeer alleen maar om hem te laten geloven dat hij in staat is om alles wat hem overkomt het hoofd te bieden. Op het ogenblik voelt hij zich hulpeloos en verrekte bezorgd. Hij was niet in staat om je te helpen toen hij dacht dat je hem nodig had.'
'Hij is nog maar een kind.'
'Met een enorme dosis verantwoordelijkheidsgevoel. Dat zal hij wel geërfd hebben.' Hij zweeg even. 'Een paar avonden geleden zat hij te huilen.'
Ze verstijfde. 'Wat heb je gedaan?'
'Het genegeerd. Net gedaan alsof ik het niet zag. Hij wilde niet dat ik het wist. Dus wist ik van niets.' Hij schudde zijn hoofd. 'Ik ben zijn moeder niet. De enige manier waarop ik hem kon troosten was door een einde te maken aan dat gevoel van hulpeloosheid.'
'Ik had er moeten zijn.'
'Niet als zijn veiligheid voor jou voorop staat. Het was niet mijn bedoeling om je een schuldcomplex te bezorgen. Ik wil je alleen maar duidelijk maken dat Joshua het gevoel moet hebben dat hij in staat is om zich te verweren tegen alles wat er om hem heen gebeurt.'
'Maar niet op deze manier. Ik kan niet...' Ze hield zich in toen ze besefte dat ze haar hersens niet gebruikte. Het leek alsof ze vanaf het moment dat deze nachtmerrie begon alleen nog maar impulsief reageerde en dat kon ze zich in het geval van Joshua niet veroorloven. 'Wacht even.' Ze was even stil terwijl ze probeerde haar gedachten te ordenen. 'Wat leer je hem precies?'
'Niets gewelddadigs. Kennis van het leven in een wildernis, hoe hij zich geluidloos moet bewegen, hoe hij dingen kan zien zonder zelf gezien te worden.'
'Maar waarom noem je dat dan op manoeuvre gaan?'
'Dat leek me logisch. Joshua heeft het gevoel dat hij in een oorlog is verwikkeld.'
'Is dat zo?' fluisterde ze geschokt.
'Hoor eens, dat is heel gewoon. Niemand is in staat om dat gevoel bij hem weg te nemen. Hij is veel te slim. God nog aan toe, hij zit ook midden in een oorlog. Je schiet er niets mee op als je hem vertelt dat jij wel voor hem zult zorgen, want dan voelt hij zich echt niet veiliger. Hij maakt zich juist zorgen over jou.'
'Maar ik hoor voor hem te zorgen. Dat is mijn plicht.'
'Maar die heb je aan iemand anders moeten overdragen.' Hij keek haar strak aan. 'Laat mij m'n plicht op mijn manier vervullen, Kate.'
'Ik mag barsten als ik dat doe.' Ze zuchtte vermoeid. 'Maar misschien heb je wel gelijk. Misschien gaat hij zich door dit soort stomme oorlogsspelletjes wel zekerder voelen.'
Hij glimlachte. 'Mooi zo, dan gaan we nu aan Joshua vertellen dat jij niet boos op hem bent.' Hij pakte haar hand. 'En als je braaf bent, mag je misschien wel meedoen.'
Ze aarzelde en legde toen haar hand in de zijne. Hij voerde haar mee over het pad in de richting waarin Joshua was verdwenen.
Ze voelde zich net als toen ze nog klein was en aan papa's hand door het bos van Jenkins had gelopen. Seths hand was hard, vol eeltplekken... en geruststellend. Vreemd dat ze zich zo veilig voelde bij een man die van doden zijn levenstaak had gemaakt. Zou Joshua hem daarom instinctief vertrouwen? Eigenlijk moest ze haar hand terugtrekken. Ze was geen klein meisje meer. Ze had geen behoefte meer aan iemand die haar hand vasthield. Maar ze wilde er ook geen halszaak van maken.
Hij maakte een eind aan haar innerlijke tweestrijd door haar hand los te laten. 'Joshua is vlak voor ons.'
'Hoe weet je dat?'
'Ik ruik hem. Prell-shampoo. Dove-zeep. Hartstikke verraderlijk.' Hij grinnikte. 'Eén dag niet douchen is niet genoeg.'
'Dat is maar goed ook. Want ik zal Phyliss op haar hart drukken dat hij dat niet nog een keer mag doen.'
'Spelbreker.'
'Kun je echt iemand alleen maar door zijn lichaamsgeur opsporen?'
'Zeker weten. Je hebt gehoord wat Joshua zei, ik heb een goede neus. Maar in de bossen zijn kunstmatige mensenluchtjes even opvallend als brandend struikgewas. Voordat ik de wildernis intrek, begraaf ik zelfs mijn uitrusting een dag lang, zodat die een grondlucht krijgt.'
Ze trok een gezicht. 'Lekker.'
'Beter dan dood,' zei hij opgewekt.
Hoe zou het zijn om zo te leven als hij? vroeg ze zich af. Zijn leven vol dood en wantrouwen was even vluchtig als het hare stabiel was. Of stabiel was geweest, dacht ze treurig. Want inmiddels kon je haar leven in geen enkel opzicht meer stabiel noemen. 'Dat zal wel zo zijn.'
'Ik weet het wel zeker.' Hij glimlachte tegen haar. 'Het heeft zijn voordelen om van tijd tot tijd op het randje van de afgrond te balanceren. Dan waardeer je de periodes dat het niet zo is des te meer. Ik durf te wedden dat ik heel wat meer van het leven geniet dan jij of Noah.'
'Zoiets als met een hamer op je duim slaan omdat het zo'n lekker gevoel is als je ermee ophoudt?' vroeg ze beminnelijk. 'Volgens mij heet dat masochisme of misschien gewoon knettergek.'
'Au!' Hij zette het op een lopen. 'Kom te voorschijn Joshua en help me. Je moeder wil me te pakken nemen.'
Joshua dook op van achter een eik. 'Is ze nog steeds boos?'
'Nee, ik ben niet boos,' zei Kate. 'Ik heb honger. Heeft een van jullie iets te eten meegebracht of waren jullie van plan om je kostje bij elkaar te scharrelen?'
'Deze keer niet,' zei Seth. 'Mijn rugzak ligt bij het meer. Maar Joshua moet zijn lunch eerst verdienen. Nou? Wat heb je geroken?'
'Bladeren. Rottend hout. Iets pepermuntachtigs. Stront.' Hij keek Kate aan. 'Ik vloek niet, mam. Er was echt een of ander beest daar.'
'Ik dacht dat ik je daar andere woorden voor had geleerd.'
Hij grinnikte ondeugend. 'Seth zegt dat je snel moet zijn in de bossen.'
Hij keek Seth aan. 'Heb ik alles opgenoemd?'
'Nee,' zei Seth. 'Maar voor een beginneling heb je het niet slecht gedaan. Ga nu maar naar het meer toe en haal mijn rugzak op zodat we je moeder iets te eten kunnen geven. Na de lunch gaan we op zoek naar die hoop en dan zal ik je leren welk dier daarvoor heeft gezorgd.'
'Best.' Joshua holde zo snel hij kon het pad af.
'Ga zitten.' Seth gebaarde naar het gras onder de boom waar Joshua achter vandaan was gekomen. 'Je ziet er moe uit.'
'Ik ben niet moe. Ik heb hooguit vierhonderd meter gelopen. Zo aftands ben ik ook weer niet.'
'Oké. Je bent niet moe, je bent gespannen. Dat komt vast door het gebruiken van al die hersencellen.' Hij ging zitten en strekte zijn benen. 'Je zou mijn voorbeeld moeten volgen.' Hij leunde met zijn hoofd tegen de stam van de boom en sloot zijn ogen. 'Nooit denken als je kunt voelen.'
'Vandaar dat je zo'n succes van je leven hebt gemaakt?'
'Yep.' Hij deed één oog open. 'O, was dat een belediging?'
'Ja.' Ze viel naast hem neer. 'Niet dat je je daar iets van aantrekt.'
Hij gaapte. 'O, ik trek het me wel aan. Maar ik vergeef het je.'
'Dank je wel.' Ze zweeg even. 'Was het wel veilig om Joshua alleen weg te sturen?'
'Ja.'
'Ik veronderstel dat jij het wel had geroken als er iemand was, hè Tarzan?'
'Of gehoord.'
'Zelfs Ishmaru?' Ze huiverde. 'Hij denkt dat hij een of andere indiaanse krijger is.'
'Da's niet genoeg. Hij is een indiaan van de kouwe grond. Hij heeft zichzelf uitgevonden. Hij ruikt naar Mennen aftershave, naar wierook en naar sesamzaad.'
'Is je dat allemaal opgevallen in die korte tijd dat je naast hem neerknielde?'
'Ik heb er speciaal op gelet. Als je zo'n eigenaardig type als Ishmaru tegenkomt, dan zorg je ervoor dat niets van hem je ontgaat. Anders zou het je je kop kunnen kosten.'
'Ik begrijp wat je bedoelt.' Ze hield haar hoofd scheef. 'En ik? Waar ruik ik naar?'
'De eerste keer dat ik je zag, rook je naar een of andere kruidenshampoo. Cassia, denk ik. Het is op of je bent vergeten het mee te brengen, want je hebt vanmorgen je haar gewassen met Prell. Geen parfum, maar je hebt talkpoeder van Opium gebruikt.' Hij glimlachte. 'Lekker. Schoon en lekker.'
'Dank je wel,' zei ze zwak. 'Ik veronderstel dat je ook weet welk merk tandpasta ik gebruik.'
'Colgate. En Scope mondwater.'
Ze lachte. 'Ik geloof dat ik het ontzettend vervelend zou vinden om zo scherp te kunnen ruiken. Niet alle geuren zijn prettig.'
Zijn glimlach verdween. 'Nee, sommige zijn helemaal niet prettig.' Hij deed zijn ogen weer dicht. 'Dus daar rekenen we mee af en daar proberen we dan niet meer aan te denken.'
Ze kreeg de indruk dat hij het over een bepaald voorval had. Seth Drakin moest in zijn leven veel akelige dingen hebben meegemaakt.
'Heeft Joshua een hond?' vroeg Seth.
Die plotselinge verandering van onderwerp verraste haar. 'Nee.'
'Wil je er één? Ik wilde hem eigenlijk aan Noah geven, maar die zal het misschien te druk krijgen om voor een huisdier te zorgen.'
'Jouw hond?'
'Min of meer. Ik heb hem in Columbia opgepikt. Op het moment zit hij in quarantaine.'
En de herinnering aan dat akelige voorval had Seth aan de hond doen denken. Ze voelde een vleugje nieuwsgierigheid opkomen, maar onderdrukte de neiging om hem ernaar te vragen. Het ging haar niets aan en ondanks de openhartige manier waarop hij zich gedroeg, had ze het idee dat Seth lang niet zo open en ongecompliceerd was als hij leek. 'Ik denk dat we daar later maar eens over moeten praten.'
'Oké, ik had toch niet gedacht dat je meteen een besluit zou nemen. Je bent veel te voorzichtig.'
'"Voorzichtigheid" is geen vies woord, weet je.'
'Nee, het is een lekker betrouwbaar woord. Net als "verantwoordelijkheid" en "oprechtheid" en "plicht".' Hij gaapte. 'Een virus dat ook Noah heeft aangestoken. Vroeger was hij veel gezelliger.'
'Als je verwacht dat ik daarover in discussie ga, moet ik je teleurstellen. Ik heb een dag vrij genomen om me te ontspannen en dat zal ik doen ook.'
'Leun dan eens achterover in plaats van rechtop te zitten alsof je een bezemsteel hebt ingeslikt.'
Ze aarzelde en leunde toen achterover. De schors van de boom voelde onder haar sweatshirt ruw aan. Ze was ongeveer even ontspannen als een opgewonden veer. Vanuit haar ooghoeken wierp ze een blik op Seth. Het zonlicht dat door de bomen viel, deed de door de zon gebleekte strepen in zijn haar oplichten. Zijn ogen waren gesloten en zijn lange, gespierde lichaam leek volkomen ontspannen. Alleen de hengel ontbrak, anders had hij sprekend op een van die jongetjes in een tekening van Norman Rockwell geleken, dacht ze geërgerd. Maar hij was geen jochie. Hij was heel mannelijk en die mannelijkheid liet haar niet onberoerd, besefte ze verbijsterd. De seksuele reactie was scherp, heftig en bijna dierlijk. Hoe kon dat nu ineens? Het moest iets te maken hebben met het feit dat ze in een bos waren, omringd door de natuur.
'Joshua heeft me verteld dat je een behoorlijk goeie werper bent,' mompelde Seth.
'Ja.'
'Heb je als kind competitie gespeeld?'
'Meisjes mochten toen nog niet meedoen bij de junioren, maar mijn vader heeft met me gespeeld. Heb jij gehonkbald?'
'Een beetje. Bij Sandlot in Newark, New Jersey. Ik was catcher. Ik heb altijd het idee gehad dat catchers de ware gladiatoren van het spel zijn. Dat sprak me aan.'
'Zelfs in die tijd al oorlogsspelletjes?'
'Je hebt het over het favoriete Amerikaanse tijdverdrijf.'
Ze besefte dat ze zich begon te ontspannen. De zon voelde warm aan op haar gezicht en ze kon het gras ruiken, de grond en de muskusachtige geur van Seth op ongeveer een meter afstand. Niet onprettig. Het leek goed te passen bij de andere aardse geuren om haar heen.
'Dat is beter, neem het er maar van,' mompelde Seth. 'Je houdt van bossen, hè?'
'Kun je dat ook ruiken? Het huis waarin ik ben opgegroeid lag aan de rand van een bos. Mijn vader en ik maakten daar iedere zaterdag lange wandelingen in. Maar het was heel anders dan deze bossen. Geen heuvels.'
'Ben je in Oklahoma opgegroeid?'
Ze knikte. 'Ongeveer vijfenzeventig kilometer ten zuiden van Dandridge. Mijn vader was huisarts.'
'En je moeder?'
'Die is overleden toen ik vier jaar was. Daarna waren mijn vader en ik op elkaar aangewezen.'
'Konden jullie goed met elkaar opschieten?'
'O ja, dat kun je wel stellen. Hij was mijn beste vriend,' voegde ze er eenvoudig aan toe.
'Je mist hem.'
'Iedere dag.'
Hij ging er niet verder op door. Goddank was hij niet een van die mensen die meenden dat ze blijk moesten geven van hun medeleven. 'Hij was een bijzonder goed arts en een uitzonderlijk mens. Ik heb geluk gehad met zo'n vader.'
'Ook iemand met een witte pet. Net als Noah.'
Ze voelde de verbazing opkomen. 'Ja.' Ze had het nog niet eerder beseft, maar Noah herinnerde haar inderdaad aan haar vader. Hij was even toegewijd en had een even groot verantwoordelijkheidsgevoel. Doe het dan voor Joshua. Probeer mij niet weer aan mijn tak vast te nagelen. Ik voel er niets voor om gekruisigd te worden. Ze deinsde terug voor de herinnering en onderdrukte hem zoals ze altijd deed. Ze was een meester geworden in het van zich afzetten van die gedachte. Het was een kwestie van overleven.
'Heeft Noah je verteld dat hij bijna aan kanker is overleden?'
'Ja. Drie jaar geleden.'
Gebukt onder de rugzak kwam Joshua over het pad aanlopen. Hij woof naar haar.
Ze woof terug en bekeek hem tevreden. Die pijnlijke herinnering aan papa ebde langzaam weg en die rare, heftige seksuele vlam die Seth in haar had doen oplaaien was gedoofd alsof hij er nooit was geweest. Goddank had Seth niets gemerkt. Ze kon zich voorstellen dat er niet veel was dat hem ontging. Maar daar wilde ze zich niet druk over maken. Ze voelde zich veilig. De zon stond stralend aan de hemel. Ze kon zich nauwelijks voorstellen dat haar vandaag iets naars zou kunnen overkomen.
'Van minuut tot minuut,' mompelde Seth.
Toen ze zich omdraaide, kwam ze tot de ontdekking dat zijn ogen open waren en dat hij naar haar keek.
'Dat is iets wat jij en Noah eigenlijk moeten leren. Jullie nemen het leven veel te zwaar op.' Hij glimlachte, een eigenaardig mooie glimlach. 'Niets is compleet slecht als je het van minuut tot minuut beleeft. Geniet van het ogenblik, Kate.'