* * *
Tim zat op het hemelbed met zijn schoenveters te
worstelen.
De bergschoenen die hij 's morgens voor de zoekactie aangetrokken
had, waren te zwaar en te warm. Voor datgene wat hij nu van plan
was had hij gymschoenen nodig. Rigo was met zijn assistenten
weggereden nadat ook het doorzoeken van de bungalows en huisjes aan
de Cala Pibaai vergeefs geweest was. De telefoon zoemde. Rigo
misschien? Was hij misschien nog niet door zijn collectie kwetsende
vragen heen? Tim nam op.
'Hallo, hallo!... Jullie hebben zeker prachtig weer? .. Bij ons
regent het aan één stuk door... Wat zou ik graag bij jullie zijn,
dan konden we gezamenlijk feesten. In ieder geval mijn
allerhartelijkste gelukwensen!' Dat was de stem van de oude dame.
Zo hard en schor alsof ze uit de aangrenzende kamer opbelde. En
tintelend van verwachtingsvolle energie. Tim haalde diep adem:
'U?'
'Jazeker, Tim. Vandaag is het per saldo jullie trouwdag. Een kusje,
Tim - en duizend voor Melissa.'
'Ja,' zei hij.
'En hoe bevalt het jullie in mijn goeie ouwe Formentor? Een
heerlijke tent, nietwaar?'
'Weet u ..'
'Wat is er? Heb ik jullie wakker gemaakt?' Weer dat zachte lachen,
vol innig begrip - en onuitstaanbaar! 'Waarom zeg je niets, Tim?
Wat is er?' Ja, wat was er? Hoe moest hij iets uitleggen wat
helemaal niet uit te leggen was?
‘Tim?' De stem van Hélène Brandeis klonk geschokt. 'Is er iets
gebeurd?'
'Zo zou je het wel kunnen noemen. Melissa is verdwenen.'
'Wát zeg je? Verdwenen? Wat bedoel je met verdwenen?'
'Sinds gisteren.' Met moeite bracht hij uit: 'We hadden afgesproken
in het theepaviljoen ... in uw theepaviljoen, Hélène. En daar is ze
niet aangekomen.'
'Hoe kan dat nou?'
Hij probeerde het haar uit te leggen. Dat had hij al zo vaak
geprobeerd en iedere keer was hij zich bewust van het vreselijke
wat hij zei.
Er volgde een lange pauze en daarna een zacht: 'Mijn God...'
'Precies ... maar die helpt ons ook niet verder.' Voor het eerst
sinds lange tijd tutoyeerde zij hem niet. 'En hebt u er werkelijk
geen verklaring voor, dokter?'
'Dat vraagt iedereen me. En wat voor verklaring zou dat dan wel
moeten zijn? Dat iemand haar om het leven gebracht heeft? Dat ze
ergens in een ravijn gestort is? U kent Formentor één en al rotsen,
afgronden, steilten en klippen... het ideale terrein om te
verongelukken. Of moet ik aannemen dat ze verkracht is? Allemaal
mogelijke verklaringen...'
'Inderdaad.' Weer dezelfde eindeloze pauze en de moeizame
ademhaling van de oude dame. 'Een ongeval? Hoe zou dat kunnen? En
waarom zou Melissa weglopen als jullie samen feest zouden gaan
vieren? En waar kan iemand verongelukken op het pad van het hotel
naar het theepaviljoen? Dat kan niet eens. Dat is te gek om los te
lopen!'
'Dat is het ook. Gek. En ik word er bijna gek van. De guardia civil
heeft al versterking gevraagd en wil het hele gebied tot aan de
vuurtoren uitkammen. Er is ook al een opsporingsbericht uitgegaan.
Maar wat kan dat opleveren?'
'Hoor eens, Tim, laat de moed niet zakken. Zei je zojuist niet dat
ze haar trouwjapon wilde aantrekken? Die was ongelooflijk mooi; ze
heeft hem mij nog laten zien: Wit met groene kant, precies de kleur
van haar ogen. En met die japon aan zou ze rondgehold hebben om in
een of andere kloof te storten? Kolder! Je reinste onzin! Phony
baloney zoals mijn Amerikaanse oom Jimmy altijd zei.'
'Baloney of kolder of onzin, wat doet dat ertoe?'
'Luister eens even, beste Tim.' De stem van Hélène Brandeis was
weer vol energie. 'Natuurlijk doet het ertoe. Je mag je hoofd niet
laten hangen. Je moet blijven geloven dat alles goed afloopt. En
het zal goed aflopen, daar kun je van op aan.'
'U hebt gemakkelijk praten.'
'Precies. En ondertussen zit jij in zak en as. Maar denk je soms
dat ik hier kan blijven zitten? Ik voel me verantwoordelijk voor
deze hele geschiedenis. Wie anders dan ik heeft jullie naar
Formentor gestuurd? Ik zal Putzer zeggen dat hij op mijn poezen
verzameling passen moet en dan kom ik in actie. Ik ken daar
namelijk een stuk of wat lui op wie ik me kan verlaten. En zodra ik
iets aan de weet kom.'
'Vanuit Tegernsee?'
'Laat dat maar aan mij over, dokter. Het klinkt misschien idioot,
maar ik kan dat aan de telefoon niet uitleggen. Ik zal in ieder
geval meteen passage boeken en als ik het voor elkaar krijg ben ik
overmorgen in Formentor...'
Hoe vreemd ook, het vooruitzicht dat cigarillo’s rokende, gek
geworden vijfenzeventigjarige dame hier zou opduiken kon hem niet
afschrikken. Integendeel ...
'Maar dat gaat toch niet!'
'En of dat gaat. Het gaat alleen daarom al omdat jij me nu nodig
hebt, Tim, ook al zeg je honderd maal: wat moet die ouwe taart
hier? Maar ik ken Formentor en ik spreek Spaans. Ik zal die lui
daar de wind wel eens van voren geven. Ik zal ervoor zorgen dat
alles loopt zoals het behoort te lopen. Ik ken de Mallorcanen van
haver tot gort. Het zijn beste mensen zolang je hen maar niet
stoort in hun slaap. Maar je kunt niet van hen op aan en daarom kom
ik. Ga niet in de put zitten en hou je oren open, Tim. Ik stuur je
een fax met mijn aankomsttijd in het hotel.'
Een fax met haar aankomsttijd.? Tim stak een sigaret op, wierp een
blik op de fles mineraalwater die op tafel stond, keek uit het raam
naar al de pracht van zee en lucht buiten, liep de deur uit en nam
de lift. Bij de receptie stond een wit stuk karton ter grootte van
een vel schrijfmachinepapier. 'Geachte gasten,' stond daarop.
'Mevrouw Melissa Mattau uit Duitsland, een van onze gasten, wordt
sinds gistermiddag vermist. Wie mevrouw Mattau na gisteravond zeven
uur gezien heeft, in het hotel of op het terrein, wordt verzocht
dit direct aan de receptie te melden.'
De foto van Melissa stond eronder Melissa in de rieten stoel met
een boek in de hand. Een Melissa die met dromerige groene ogen de
toeschouwer aankijkt... Tim verhaastte zijn schreden. Hij kwam
verschillende mensen tegen: mannen, vrouwen en zelfs twee of drie
kinderen. Allemaal bruinverbrand, ontspannen, fleurig gekleed en
met onbezorgde bewegingen die verrieden hoeveel tijd zij nog
hadden.
Gezichten draaiden zich naar hem om, gezichten waarvan
nieuwsgierigheid - en medelijden viel af te lezen. Hij moest zich
beheersen om niet weg te rennen. Even later was hij op het
parkeerterrein, startte de rode Seat en reed westwaarts door het
park naar de weg die over de heuvels naar de baai van Pollensa
leidde.