18

'Waar heb jij gezeten!' vroeg Juan Salcido op scherpe toon toen Doyle weer terugkwam in het penthouse. 'Waarom ben je niet in het hotel geweest? En waarom heb je de telefoon niet opgeno­men?'

'Omdat ik hem uit had gezet,' zei Doyle. En snel voegde hij daar­aan toe: 'Maar daar had ik goede redenen voor. Ik kan het alle­maal uitleggen.'

'Dit kan maar beter overtuigend zijn, Doyle,' zei Ramon Salcido waarschuwend.

Doyle vertelde wat er allemaal was gebeurd nadat hij het pent­house had verlaten om naar het hotel te gaan en daarbij lette hij er goed op dat hij geen enkel detail onvermeld liet. Hij begon met het telefoontje van Melissa en besloot met de deal die hij nog geen kwartier geleden met haar had afgerond. Hij haalde de diskette uit zijn diplomatenkoffertje. 'Ik heb hem in de auto al even gecontro­leerd. Hij is echt.'

Nadat de twee broers elkaar eens hadden aangekeken, nam Juan de diskette over van Doyle en schoof die in de laptop op het com­putertafeltje. Zonder zijn blik ook maar een ogenblik van het scherm af te wenden, liet hij zijn vingers snel over het toetsenbord schieten. Toen keek hij langzaam op. 'Om de een of andere reden had ik iets beters van je verwacht na dat mooie verhaal dat je zo­juist hebt opgehangen. Dat was echt goed. Héél goed. Goed inge­studeerd en heel overtuigend. Als ik niet beter wist, zou ik je bijna geloofd hebben.'

'Waar hebt u het over?' zei Doyle stomverbaasd. 'Dit is toch wat jij hebt gecontroleerd?' gromde Juan en hij draai­de de monitor een kwartslag, zodat Doyle er nu ook op kon kijken. Het scherm was leeg.

'Dat kan niet!' hijgde Doyle geschrokken. Hij haalde de diskette uit de computer, zag dat het inderdaad hetzelfde schijfje was dat Melissa hem in de auto had overhandigd, en duwde het opnieuw in de diskdrive. Het scherm bleef echter blanco.

'Er stonden honderden namen op. Dat wéét ik. Ik heb ze zelf ge­zien. Ik heb ze zelf gezien! Ze waren er echt!' En snel somde hij tien namen op die hij zich nog kon herinneren. 'Die werken allemaal voor ons,' zei Ramon. 'We zouden dieper on­der de indruk zijn als je ons een paar namen geeft van verklikkers die we nog niet kennen.'

'Ik kan me geen andere namen herinneren,' zei Doyle en hij streek nerveus met zijn hand over zijn mond. 'Zoals ik al zei: het waren er honderden. De enige manier waarop ik kon zien of die lijst echt was, was kijken naar namen die ik al kende. Ze stonden erop! Echt waar! Ik zwéér het!'

'Waarom staan ze er nu dan niet meer op?' vroeg Ramon boos. 'Die teef heeft een virus in het programma gestopt, zodat het be­stand werd gewist,' zei Doyle. 'Dat is de enige logische verklaring!' 'Zo is het wel genoeg!' snauwde Juan. 'We weten al dat Wade van­ochtend om vier voor tien in het Canada Hotel is aangekomen en dat ze daar pas om twee over halfelf is weggegaan.' 'Dat is onmogelijk. Ik heb u al verteld dat ik haar heb ontmoet in de parkeergarage aan de Avenue Juarez, en dat kan ik bewijzen ook.' Doyle haalde het kaartje van de parkeergarage uit zijn zak. 'Kijk maar! De tijden de datum staan erop. Tien uur dertien, en zij is een minuut of vijf later gekomen.' 'Dat bewijst alleen maar dat jij er was,' zei Ramon. 'Zij was er óók,' zei Doyle.

'Ik heb een stuk of zes getuigen die allemaal nadrukkelijk verkla­ren dat dat niet zo is,' zei Juan. 'Die hebben haar allemaal duidelijk herkend en haar bovendien allemaal op precies hetzelfde ogen­blik het hotel zien binnenkomen. Bovendien hadden we een man­netje in het hotel, verkleed als een ober van de roomservice. Hij is tussen tien uur en halfelf drie keer naar de derde verdieping ge­gaan en elke keer heeft hij Wade zien wachten voor de kamer waar jij haar had zullen ontmoeten. We beschikken dus over maar liefst zeven getuigen die onafhankelijk van elkaar verklaren dat Melis­sa Wade in het hotel is geweest op het moment dat jij beweert met haar in die parkeergarage gezeten te hebben. En dan kom je hier aanzetten zónder de diamanten en met een blanco diskette.' Hij pakte de computer en smeet die tegen de muur. 'Doe nou niet of ik achterlijk ben, Doyle! Waar zijn die diamanten?' 'Ik heb u al ge...'

'Alleen maar leugens. Sinds je hier weer binnen bent gekomen, heb je alleen maar zitten liegen,' viel Juan hem woedend in de rede. 'Je hebt haar in die parkeergarage helemaal niet ontmoet! Je bent zelf met de diamanten aan de haal gegaan!' 'Als ik die diamanten had gestolen, had ik op het eerstvolgende vliegtuig naar het buitenland gezeten. Dan was ik hier heus niet naartoe gekomen. Of denkt u soms dat ik niet weet wat me dan te wachten zou staan? Ik zal u nooit verraden en dat weet u best. Ik ben altijd volstrekt loyaal geweest aan het kartel.' 'Dat had Hector ook kunnen zeggen, tot zijn hebzucht hem te machtig werd. Maar weet je wat me nog het meest dwarszit? Dat de twee mensen in deze organisatie in wie ik het meeste vertrou­wen stelde, me allebei hebben verraden, en dat nog wel binnen een paar dagen?'

'Ik heb u nooit verraden,' zei Doyle. 'Ik heb die diamanten niet ge­stolen. Wat kan ik doen om u dat te laten geloven?' 'Bewijs maar dat je Wade hebt ontmoet in die parkeergarage. Dan geloof ik je,' zei Juan.

'Dat kan ik niet,' zei Doyle vol wanhoop. 'Ik ben in de val gelopen. Ik weet niet hoe of waarom, maar iemand heeft me erin geluisd.' 'Bewijs wil ik hebben.'

'Ik kan het niet bewijzen!' schreeuwde Doyle. 'U weet best dat ik dat niet kan bewijzen.' Toen zei hij met een slap maar opgelucht lachje: 'Maar natuurlijk. Ze heeft een dubbelganger naar het hotel gestuurd.'

'Een dubbelganger?' zei Juan vol minachting.

'Ze heeft een tweelingzus,' zei Doyle. 'Melissa Wade heeft een

tweelingzus. Dat herinner ik me nog uit haar DEA-dossier. Die

vrouw in dat hotel moet haar tweelingzus zijn geweest.'

'En wat zou ze erbij te winnen hebben door die vanochtend naar

dat hotel te sturen?'

'Over de telefoon heeft ze gezegd dat de DEA het hotel liet be­waken,' zei Doyle. 'Het zou natuurlijk kunnen dat ze haar als lok­aas hebben gebruikt.'

'Maar volgens jouw verhaal is ze er pas een paar minuten voordat jullie elkaar daar zouden ontmoeten achtergekomen dat de DEA het hotel in de gaten hield. Dus wat jij beweert, is dat ze haar zus helemaal hierheen heeft laten komen om als lokaas te dienen voor het onwaarschijnlijke geval dat de DEA het hotel in de gaten zou houden.'

'Er is maar één manier om erachter te komen of het haar twee­lingzus was,' zei Ramon. 'Hoe heet ze? Waar woont ze?' 'Het enige wat ik weet, is dat ze tandarts is in New York. Haar naam kan ik me niet meer herinneren.'

'Peraya, bel even de "inlichtingen nummers buitenland",' zei Ra­mon. 'Zoveel tandartsen die Wade heten, kunnen er in New York toch niet zijn.'

'Si, patrón,' zei Peraya en hij liep naar de telefoon op de bar. Nadat hij de telefoniste had verteld wat hij zocht, bleef hij ongeduldig staan wachten tot ze weer aan de lijn zou komen. Toen sloeg hij zijn hand over het mondstuk en zei tegen Ramon: 'Er staat in New York maar één tandarts geregistreerd die Wade heet en dat is Lau­ra Wade.'

'Dat is haar,' zei Doyle. Hij knikte 'Laura Wade.' 'Vraag zowel haar privénummer als het nummer van haar prak­tijk,' zei Ramon en nadat Peraya die twee nummers had opge­schreven, nam hij de hoorn van hem over.

'Wat als er niet wordt opgenomen?' vroeg Juan terwijl zijn broer het nummer intoetste. 'Dat bewijst helemaal niets. Ze kan wel een dagje de stad in zijn. Het is per slot van rekening zondag. Dit hele idee is belachelijk.'

'Maar als ze wél opneemt, bewijst dat...' Ramon hield ineens zijn mond toen er aan de andere kant van de lijn werd opgenomen. 'Good afternoon,' zei hij in het Engels. 'Dr. Wade? One moment please.' Hij gebaarde Doyle dat hij aan de telefoon moest komen. Aarzelend nam Doyle de hoorn van hem over. 'Spreek ik met dok­ter Laura Wade?'

'Ja, dat heb ik net ook al gezegd. Met wie spreek ik?' 'En u bent tandarts te New York'' 'Ja. Met wie spréék ik? Wat wilt u?'

Met een asgrauw gezicht legde Doyle de hoorn neer. 'Dat slaat nergens op. Ze móet vanochtend in het hotel zijn geweest. Mis­schien geeft iemand zich over de telefoon weer voor haar uit. Een agente van de DEA of zo. ledereen kan daar hebben opgeno­men... weet ik veel?' Aan zijn stem was echter duidelijk te horen dat hij dat zelf niet eens geloofde. Er lag geen echte overtuiging meer in.

'Pak hem zijn pistool af,' zei Ramon tegen Garcia. 'Schiet hem neer als hij zich verzet,' zei Juan verbeten. Doyle stak zijn armen recht vooruit toen Garcia op hem af kwam. Ze keken elkaar even recht in de ogen, maar toen schudde Garcia met een triest gezicht van nee, trok daarna voorzichtig het pistool uit de holster en legde het op de tafel. 'Denk jij nou ook al dat ik die diamanten heb gestolen?' ze Doyle en hij greep Garcia bij de arm. 'Als er iemand beter zou moeten weten, dan ben jij het.' 'Laat me los!' siste Garcia.

Voordat zijn broer die kon pakken, griste Ramon de Glock van de tafel en nadat hij hem op de bar had gelegd, klom hij wat moei­zaam op een barkruk. 'Die diamanten zijn afkomstig uit mijn per­soonlijke voorraad. En als we de diskette niet kunnen krijgen, wil ik ze terug hebben. Als blijkt dat hij degene is die de diamanten heeft gestolen, mag je alles met hem doen wat je maar wilt, maar omdat we nog niet zeker weten of hij ze nou heeft gestolen of niet, moeten we hem het voordeel van de twijfel gunnen.' Juan ging op de bank zitten. 'Ik had gedacht dat jij, uitgerekend jij, graag zou zien dat hij straf kreeg, los van de schuldvraag.' 'Ik zal de eerste zijn om toe te geven dat ik net zo de pest heb aan Doyle als hij aan mij, maar dat wil nog niet zeggen dat ik geen res­pect heb voor zijn professionalisme en op dit moment ben ik er nog niet zo zeker van als jij dat hij er met die diamanten vandoor is gegaan. Zoals hij zelf ook al heeft gezegd: waarom zou hij hier dan weer naar toe zijn gekomen? Hij weet maar al te goed welke straf er staat op stelen van het kartel.'

'Het enige wat ik weet, is hoe de zaken er nu voor staan,' zei Juan. 'Doyle is vanochtend niet in dat hotel geweest en Wade wel. Daar­na is hij komen aanzetten met een raar verhaal over een afspraak die op het allerlaatste moment door hen is veranderd, zodat ze el­kaar nu hebben ontmoet in een parkeergarage en daar de dia­manten hebben geruild voor de diskette. En als er dan niets op het schijfje blijkt te staan, beweert hij dat dat door een virus komt, dat hij niet heeft opgemerkt toen hij de diskette controleerde. Wat mij betreft, spreken de conclusies voor zich.' 'Kijk eens in Doyles auto,' zei Ramon tegen Garcia. 'U denkt toch zeker niet dat de diamanten daar liggen?' zei Doyle vol minachting.

'Geef je autosleutels aan Garcia!' snauwde Juan.

Doyle verbeet zijn woede en smeet de sleutels naar Garcia, die ze

behendig opving en de kamer uit liep.

'Je beweert dus dat er geen getuigen zijn die kunnen bevestigen dat je in die parkeergarage een ontmoeting met Wade hebt ge­had?' zei Ramon tegen Doyle. 'Voorzover ik weet niet, nee,' zei Doyle.

'Had ze dan niemand bij zich om haar te helpen bij het taxeren van de diamanten?'

'Nee, ze is in haar eentje gekomen,' zei Doyle.

'Dus ze heeft de diamanten zelf op echtheid gecontroleerd?' vroeg

Ramon verbaasd.

'Niet allemaal. Ze heeft gewoon en steekproef genomen.'

'Hoe heeft ze dat gedaan?' vroeg Ramon.

'Ze had een van die elektronische testapparaatjes bij zich.'

'Wat heeft ze verder nog gebruikt?'

'Voorzover ik weet niets.'

'En wat heeft ze precies met dat apparaatje gedaan?' 'Ik heb niet naar haar zitten kijken. Ik was bezig met die diskette.' 'Waarmee heeft ze de diamanten dan gekoeld voordat ze die test­te?'

'Hoezo? Hoe bedoelt u?' zei Doyle aarzelend. 'Een diamant moet gekoeld zijn voordat hij met een elektronische diamanttester getest kan worden De makkelijkste manier om ze te koelen is onderdompelen in koud water en daarna droogvegen met een doek. Maar in zo'n auto had ze natuurlijk geen kraan bij de hand. Je kunt de diamanten o>k bespuiten met iets dat in een spuitbus zit. Het maakt niet uit wat. De drijfgassen zijn altijd koud. Heeft ze dat soms gedaan?'

'Voorzover ik weet niet, nee,' zei Doyle, die nu wel merkte dat hij zichzelf met elk antwoord dat hij gaf nog dieper in de nesten werk­te. Maar hij sprak de waarheid. Hij had geen andere keus. Als hij nu begon te liegen, zou hij naderhand alleen maar in zijn eigen leu­gens verstrikt raken. Zich aan de feiten houden. Dat was het enige dat hij nu nog kon doen.

'Als een diamant warm is, zal een elektronische tester altijd aange­ven dat hij vals is,' zei Ramon. 'Er omdat deze diamanten verpakt waren in fluwelen zakken die zelf weer in een diplomatenkoffertje zaten.... tja, laten we het er maar op houden dat ik onder die om­standigheden niet veel fiducie zou hebben in een elektronische diamanttester. Ik zou de stenen zeker eerst gekoeld hebben. Hoe­veel heeft ze er getest?'

'Dat weet ik niet. We hebben er ongeveer twintig minuten geze­ten.'

'Dus volgens jou bleek elke lukraak uitgekozen steen die ze heeft getest echt te zijn, want anders zou de deal zeker niet door zijn ge­gaan.' Ramon schudde zijn hoofd. 'Volgens mij is de kans dat zoiets gebeurt ongeveer even groot als de kans dat je met één en hetzelfde lotnummer een heel jaar lang elke week de staatsloterij wint. Dat kan gewoon niet.'

'Zo heeft ze het gedaan! Dat heb ik toch al gezegd,' zei Doyle, op­nieuw met wanhoop in zijn stem. 'En hoe heeft ze ze dan gewogen" 'Dat weet ik niet.'

'Weet je niet hóe ze ze heeft gewogen of weet je niet óf ze ze heeft gewogen?' drong Ramon aan. 'Ik heb haar niet zien wegen,' zei Doyle ontwijkend. 'Je antwoorden maken de zaken er voor jou niet beter op, Doyle,' zei Ramon. 'Alles wat je me tot nu toe hebt verteld, druist in tegen de basisbeginselen van het echtheidsonderzoek. Als je Wade in­derdaad op de parkeerplaats zou hebben ontmoet, zou ze zich toch heel wat beter voorbereid moeten hebben dan jij nu be­schrijft. Ze mag dan geen deskundige zijn, maar ze is niet op haar achterhoofd gevallen en ze zal er heus wel voor gezorgd hebben dat ze wist hoe ze met een elektronische diamanttester moest om­gaan. Maar uit jouw verhaal maak ik op dat ze daar werkelijk geen flauw benul van had. Ik kan me niet voorstellen dat ze zo noncha­lant met tien miljoen aan diamanten is omgesprongen.' 'Ik kan u alleen maar zeggen wat ik heb gezien,' zei Doyle. 'Je vertelt ons alleen maar wat je zelf uit je duim hebt gezogen,' zei Juan, die zich nu ook in het gesprek mengde. 'Ramon hier weet meer van edelstenen dan wie dan ook hier in dit land. Denk je nou echt dat je hem iets wijs kunt maken over zoiets eenvoudigs als het controleren van een diamant?'

'Denkt u soms dat ik niet het benul zou hebben gehad om wat re­search te doen als ik van plan was geweest om die diamanten te stelen?' wierp Doyle tegen. 'Ziet u dan niet dat dit doorgestoken kaart is?'

'Misschien werkte ze wel samen met die geheimzinnige informant van de DEA over wie ze het tijdens dat telefoongesprek met jou heeft gehad?' zei Juan sarcastisch. 'Het verbaast me dat je die niet een wat grotere rol in je verhaal hebt gegeven.' 'Ach, dit heeft geen zin. U hebt toch al besloten dat ik schuldig ben, en niets wat ik zeg of doe, zal daar ook maar enige invloed op heb­ben,' zei Doyle en hij liet zich in de dichtstbijzijnde luie stoel zak­ken.

'Wat zou jij doen als je in mijn positie verkeerde?' vroeg Juan. 'Ik zou een onpartijdige inschatting maken en me niet door mijn gevoelens laten meeslepen,' zei Doyle terwijl hij naar voren leun­de. 'Ik heb meerdere deals van vele miljoenen dollars voor u gere­geld met de Colombianen, en u weet net zo goed als ik dat er daar­bij nog nóóit ook maar één dollar of ook maar één gram coke verloren is gegaan. U hebt mij persoonlijk gevraagd om die deals af te handelen en dat hebt u gedaan omdat u vertrouwen in me had.' 'Ik heb Hector ook vertrouwd,' zei Juan bitter. 'En meer dan dat. Hector was een goede vriend van de hele familie. Maar terwijl ik in mijn domme argeloosheid dacht dat hij zich alleen maar inte­resseerde voor de belangen van het kartel, heeft hij al die tijd mil­joenen dollars achterovergedrukt, en dat alleen maar uit hebzucht en egoïsme.'

'Ik ben anders dan Lacamara,' zei Doyle.

'Dat zullen we nog wel eens zien,' zei Ramon, terwijl hij de Glock langzaam ronddraaide op de bar.

'Garcia is weer terug,' zei Peraya vanuit de deuropening toen hij het vertrouwde ping-geluidje hoorde waarmee de lift tot stilstand kwam en hij deed een paar stappen opzij om de ander het pent­house binnen te laten.

'Deze waren verstopt in de kofferbak van Doyles auto,' zei Garcia en hij liet twee fluwelen zakken op de tafel vallen. 'Néé!' brulde Doyle, maar terwijl hij opsprong had Garcia zijn Colt automatic al uit zijn schouderholster getrokken en die richtte hij nu op zijn voormalige chef. 'Alstublieft, u moet me geloven!' zei Doyle smekend tegen Juan. 'Ik heb die diamanten niet gestolen. Ik heb ze niet gestolen. U móet me geloven!'

'Breng hem naar de Werkplaats en snijd hem langzaam aan stuk­ken,' zei Juan.

Doyle besefte dat praten nu geen zin meer had. Degene die hem in de val had gelokt, wie het dan ook mocht zijn, was in zijn opzet ge­slaagd: Juan had zich tegen hem gekeerd. Degene die ooit zijn nauwste bondgenoot binnen het kartel was geweest, was nu zijn meest verbitterde en op wraak beluste vijand. Hij moest nu vech­ten voor zijn leven. Hij wist dat hij weinig kans had, maar hij móest iets doen. Hij liep het risico dat hij dan een paar kogels in zijn lijf zou krijgen, maar als het niet anders kon dan moest dat maar. Het was veel minder erg om te worden doodgeschoten dan om lang­zaam doodgemarteld te worden door Peraya en Garcia. Nee, dit was zijn laatste kans, en die moest hij zien te grijpen. Hij dook op Garcia af en klauwde dol van angst en woede naar het pistool. Hij wist zijn vingers om de kolf te krijgen, maar terwijl hij de loop van zijn eigen lichaam probeerde weg te duwen, klonk er een schot en om zijn evenwicht niet te verliezen deed hij halfstruikelend een paar stappen naar achteren. Het was net alsof hij een harde stomp in zijn middenrif had gekregen en hij voelde een scherpe pijn in zijn maag. Toen keek hij omlaag en zag dat er een donkere bloedvlek op zijn overhemd zat, die snel groter werd en nu al zijn broeksband had bereikt. Hij greep naar zijn maag, alsof hij daarmee het bloeden kon stelpen. Alles om hem heen werd vaag en ineens was hij alle gevoel in zijn benen kwijt. Hij zakte on­handig door zijn knieën en terwijl hij al viel, probeerde hij zich vast te grijpen aan de leunstoel. Dat lukte echter niet, en hij kwam met een harde klap op de vloer terecht. Terwijl hij daar lag, moest hij ineens rillen van de kou. Toen begon hij te hoesten en hij voelde het bloed opborrelen in zijn keel, in zijn mond, op zijn lippen... en toen stroomde het over zijn kin. Hij besefte nu dat hij stervende was, maar hij was niet bang. Hij voelde zich zelfs opgelucht. De Werkplaats was hem in ieder geval bespaard gebleven. Daar moest toch wel een zekere ironie in zitten. Hij hoestte nog eens, maar in zijn verwarde bewustzijn klonk het als een lach. Wie het laatst lacht...

'Hij is dood,' zei Garcia toen hij even Doyles pols had gevoeld. Hij ging weer rechtop staan en wierp Juan een onzekere blik toe. 'Sor­ry, patrón. Hij was me te vlug af. Ik probeerde mijn vinger nog van de trekker te halen toen hij afging. Ik was niet van plan hem dood te schieten.'

'Jammer,' zei Juan. Hij deed geen moeite om zijn bitterheid te ver­hullen en stond nu met een kille blik in zijn ogen naar Doyles lijk te kijken.

'Integendeel. Dat is juist perfect,' zei Ramon en na die woorden pakte hij de Glock van de bar en schoot Garcia twee keer in zijn borst. De klap waarmee de kogels insloegen was zo hevig dat de lijfwacht hard tegen de wand smakte. Terwijl de Colt uit zijn hand viel en hij langzaam in elkaar zakte, verscheen er een uitdrukking van volslagen ongeloof op zijn gezicht. Hij probeerde iets te zeg­gen, maar kon geen woord meer uitbrengen. Toen viel hij opzij, te­gen de leunstoel aan en terwijl zijn hoofd op zijn kin zakte, draai­den zijn ogen langzaam omhoog in hun kassen. Hij was dood. 'Je hebt hem vermoord,' riep Juan uit terwijl hij verbijsterd naar het lijk van Garcia keek.

'Nee hoor,' zei zijn broer. 'Dat heeft Doyle gedaan. Het is zijn pi­stool. Ze hebben elkaar neergeschoten. Dat is in ieder geval wat de politie zal constateren als de lijken hier worden aangetroffen.' 'Ik snap het niet,' zei Juan, die nu echt niet meer wist hoe hij het had.

'Dit heet, geloof ik, een coup. Ik heb zojuist de macht over het kar­tel overgenomen, broertje, en daar heeft Melissa Wade een be­langrijk aandeel in gehad. Ze werkt voor mij.' Toen hij het onge­loof op Juans gezicht zag, begon Ramon te grinniken. 'Ik wist dat je dat wel interessant zou vinden. De afgelopen achttien maanden is ze mijn belangrijkste bron binnen de DEA geweest. Al jouw bronnen worden betaald door het kartel. Daarom wist Lacamara daar niets van, en Santin trouwens ook niet. Net zoals ze helemaal niets wisten van al die andere informanten die uitsluitend voor mij werken?

'Werkte Santin ook al voor jou?' zei Juan stomverbaasd terwijl hij verwoed probeerde om zijn verwarde gedachten weer wat te or­denen.

'Hij hééft voor mij gewerkt. Gisteren is hij net iets meer over deze ingewikkelde operatie te weten gekomen dan goed voor hem was en toen begon hij geld te vragen. Als we niet betaalden, zou hij ons verraden. Peraya heeft gisteravond een ontmoeting met hem ge­had en nu weten we zeker dat hij blijft zwijgen.' Langzaam wreef Juan met zijn handen over zijn gezicht. 'Jullie hebben Doyle dus al die tijd bedrogen?'

'Alles wat hij zei, was waar. We moesten hem wel als lokaas ge­bruiken. Dat was de enige manier om de DEA over de streep te krijgen. Ze moest ze zover zien te krijgen dat ze haar die diskette bezorgden, want haar eigen rang was niet hoog genoeg om daar toegang toe te krijgen. Ze waren van plan om haar die diskette aan Doyle te laten geven in ruil voor de diamanten. Daarna zou hij dan worden opgepakt door de INCD die hem op het eerstvolgende vliegtuig naar de Verenigde Staten zou zetten en hem daar vrijwa­ring van rechtsvervolging zou bieden als hij erin toestemde om te­gen ons te getuigen.' 'Wie zat er dan in dat hotel?' 'Haar tweelingzus.'

'Maar die heb je toch net gebeld in New York? Doyle heeft haar zelfs aan de lijn gehad.'

'Nee, ik heb Melissa Wade gebeld en die deed gewoon of ze haar zus was. Het was werkelijk uiterst eenvoudig. Eerder deze week heeft ze in New York haar eigen dood in scène gezet, zodat de DEA zich genoodzaakt zag om haar plaats hier te laten innemen door haar tweelingzuster. Ik geloof dat die er ook bij betrokken is. Ze delen de diamanten.'

'En de diamanten die Garcia in Doyles wagen heeft gevonden?' 'Glas. Maar dat wist hij niet. Het maakte allemaal deel uit van een plan om de indruk te wekken dat Doyle ze had gestolen. Dus als

de politie hier straks komt, treffen ze hier niet alleen twee lijken aan maar ook twee zakjes met namaakdiamanten. De DEA zal er­van uitgaan dat Doyle vanochtend niet is komen opdagen in het hotel omdat hij de echte diamanten heeft verwisseld voor valse en dat dat de reden is voor het gevecht waarbij beide mannen zo tra­gisch om het leven zijn gekomen. Omdat de deal, voorzover zij we­ten, niet is doorgegaan, kunnen ze niets bewijzen. Maar de DEA weet nog niet dat Wade voor mij een tweede kopie van de disket­te heeft gemaakt, in ruil voor de echte diamanten. Ik heb straks een afspraak met haar om de zaak af te ronden.' 'Als je de hele tijd al van plan was om de indruk te wekken dat ze ruzie hadden gekregen over de diamanten, waarom heb je me Doyle dan niet laten neerschieten?' vroeg Juan. 'Met zijn eigen pistool? Dat zou tot een hoop moeilijke vragen hebben geleid en trouwens, ik had er wel lol in. Doyle dacht dat ik aan zijn kant stond, maar het enige wat ik deed, was zijn doods­strijd verlengen door telkens nieuwe hoop te wekken en die dan weer de bodem in te slaan. Heel bevredigend.' 'Je hebt nog steeds niet gezegd waarom je de macht over het kar­tel wilt hebben.'

'Waarom? Omdat jij op je lauweren bent gaan rusten. Tegenwoor­dig vind je de koers van je aandelen Mex-Freight belangrijker dan de zaken van het kartel.' 'Dat is niet waar!' riep Juan.

'Jij bent degene die erop stónd dat Lacamara alle financiële aan­gelegenheden van het kartel afhandelde. Jij bent degene die erop stónd dat Doyle alle onderhandelingen met de Colombianen voor zijn rekening nam. Je bent steeds meer gaan delegeren aan de mensen in je naaste omgeving, en daardoor heb je telkens meer afstand kunnen nemen van de dagelijkse leiding van het kartel.'

'Ik heb daar van jou nooit enig bezwaar tegen gehoord.' 'Dat had toch geen zin gehad. Lacamara en Doyle gaven je voort­durend gelijk. Ik stond altijd langs de kant en elke keer dat ik een voorstel deed om de zaken van het kartel verder uit te breiden, werd dat onmiddellijk verworpen.' 'Alleen maar omdat ze onuitvoerbaar waren.' 'En daarin hadden ze het nou mis, want terwijl jij druk bezig was met het overdragen van je verantwoordelijkheden aan Lacamara en Doyle, heb ik in het geheim besprekingen gevoerd met de lei­ders van de belangrijkste kartels in Bolivia en Peru. Ik heb al met

ze afgesproken dat wij een belangrijk deel van hun productie gaan vervoeren naar de Verenigde Staten. Eindelijk wordt het Salcido- kartel het belangrijkste kartel van heel Midden-Amerika.' 'En wat denk je dat het kartel van Cali doet als ze erachter komen dat je je niet aan de overeenkomst houdt die ik met ze gesloten heb?'

'Die overeenkomst heb jij gesloten. Ik niet. Dit is een branche met sterke onderlinge concurrentie en als Cali opnieuw aan de onder­handelingstafel wil gaan zitten, ben ik maar al te bereid om hun voorstellen aan te horen.'

'Het enige aanbod dat ze jou doen is de huurmoordenaar die ze op je afsturen,' zei Juan. 'Je hebt echt geen idee van wat je hebt aan­gericht, hè?'

'Ik ben eindelijk uit jouw schaduw gestapt, Juan. Dat heb ik be­reikt,' zei Ramon, en hij richtte de Glock op zijn broer. 'Wat doe je nou?' riep Juan vol afgrijzen uit en hij liep struikelend naar achteren tot hij letterlijk met zijn rug regen de muur stond. 'Je dacht toch zeker niet dat ik zou toelaten dat je je netjes uit het kartel terugtrekt? Zolang je leeft, zal jouw reputatie altijd een be­dreiging voor me vormen. Maar maak je geen zorgen. Ik zal erop toezien dat het Katrine en de kinderen nooit aan iets ontbreekt. Per slot van rekening zijn ze familie.' Ramon schoot zijn broer een kogel door het hart, klemde toen Doyles hand om de kolf, richtte het pistool op de muur en loste nog een schot. 'Waarom doet u dat, patrón?' vroeg Peraya. 'Om de indruk te wekken dat Doyle hem heeft doodgeschoten. Maar dan moeten er wel kruitsporen op zijn handen worden aan­getroffen, al is het nog zo weinig. Als het gerechtelijk laboratorium geen sporen van lood en nitraat op zijn huid aantreft, kan dat na­derhand tot moeilijke vragen leiden, en dat risico wil ik niet ne­men.'

'Daar had ik nooit aan gedacht, patrón,' zei Peraya vol bewonde­ring.

'Dat geloof ik graag,' mompelde Ramon zachtjes, en daarna liep hij achter Peraya aan het vertrek uit.

'Goedemorgen,' zei de receptioniste met een vriendelijke glim­lach.

'Goedemorgen. Ik kom voor meneer Salcido.'

'Hij is net gearriveerd. Ik zal even bellen om te kijken of hij op zijn

kamer is. Wie kan ik zeggen dat er is?' 'Melissa Wade.'

Terwijl de receptioniste aan het bellen was, keek Melissa de lobby van het Sheraton Hotel rond. Ze had haar pruik en zonnebril in­middels afgezet. Deze keer wilde ze juist duidelijk opgemerkt worden.

'Pardon, mevrouw Wade,' zei de receptioniste. 'Meneer Salcido laat vragen of u meteen naar boven wilt komen. Hij zit al op u te wachten.'

Melissa kreeg het nummer van Ramons kamer en nam de lift naar de betreffende verdieping, waar ze uitstapte, naar de kamer liep en aanklopte. Peraya deed open en gebaarde dat ze binnen kon ko­men.

'Zoals altijd is je timing weer perfect,' zei Ramon Salcido en hij stond op uit de leunstoel naast het raam.

'Bent u gewapend?' vroeg Peraya terwijl hij recht vóór haar ging staan.

'Natuurlijk, maar dat ben jij toch ook?' zei ze. 'Uw wapen,' zei Peraya en hij hield zijn hand op. Ze maakte echter geen aanstalten om te gehoorzamen. 'Als u uw wapen niet vrijwil­lig afgeeft, agent Wade, zal ik me genoodzaakt zien om het u af te nemen.'

Melissa stak waarschuwend haar vinger op. 'Als jij me ook maar met één vinger aanraakt, breek ik je arm. En als je me niet gelooft, dan probeer je het maar.' Ze richtte haar blik op Salcido. 'Laten we iets afspreken. Als hij mij zijn wapen geeft, krijgt hij het mijne. Dat is toch niet meer dan eerlijk? We kunnen de situatie natuurlijk ook gewoon zo laten als hij is, en als je daar onoverkomelijke bezwaren tegen hebt, nou, dan zoek ik wel een andere koper.' Salcido gebaarde naar Peraya dat hij haar verder met rust moest laten. 'Neem het hem maar niet kwalijk. Hij is wat overbezorgd, maar hij bedoelt het goed.'

'Misschien dat we nu dan eindelijk tot zaken kunnen komen?' zei Melissa.

'Graag,' zei Salcido en hij wees naar de telefoon. 'Bel dat mannetje van je maar. Hij zit in kamer zes-nul-vijf.' Melissa draaide het nummer dat hij had gegeven, voerde een kort gesprek en hing daarna weer op. Toen ze deze deal destijds met Salcido had geregeld, had ze geëist om een onafhankelijke juwe­lier te mogen meenemen om de diamanten te taxeren voordat ze hem de diskette overhandigde. Daar had Salcido geen bezwaar te­gen gehad en toen ze discreet wat informatie had ingewonnen over mogelijke taxateurs was het haar opgevallen dat één naam een stuk vaker genoemd werd dan andere. Dat was de naam 'Fuentes', een juwelier in Acapulco. Fuentes wilde het wel doen, als zij maar al zijn kosten vergoedde en ze had Salcido zover weten te krijgen dat hij niet alleen voor Fuentes' vlucht naar Mexico City betaalde, maar ook voor zijn hotelkamer en zijn honorarium. Fu­entes was de vorige dag in Mexico City gearriveerd en kort nadat hij een kamer had geboekt, was Peraya hem de diamanten komen brengen. Ze had besloten Fuentes maar niet van tevoren al te la­ten weten wat de geschatte waarde van de diamanten was. Het was beter om hem dat zelf te laten schatten en dan te kijken of zijn taxatie klopte met de waarde die Salcido haar had opgegeven. Maar als dat klopte, dan konden er zaken worden gedaan... 'U vindt het toch niet erg als ik even iets te eten laat komen?' zei ze en ze pakte het menu dat naast de telefoon lag. 'Ik sterf van de honger. Ik heb vandaag nog niets gegeten en ik weet niet wanneer ik weer de kans krijg. Even een hapje om de ergste trek te stillen. Meer niet.'

'Ga je gang,' zei Salcido ongeïnteresseerd.

'Wil jij soms ook iets?' vroeg ze terwijl ze de hoorn opnam.

'Nee,' zei Salcido kortaf.

Ze bestelde een club-sandwich en een Cola Light en hing toen weer op. Een ogenblik later werd er op de deur geklopt. Peraya keek even door het kijkgaatje en deed de deur open om een man van middelbare leeftijd binnen te laten die een zwart diplomaten­koffertje bij zich had. 'Goedemiddag, mevrouw Wade,' zei de man beleefd.

'Dag meneer Fuentes,' zei ze. 'Meneer Salcido kent u geloof ik nog niet?'

'Alleen van naam. Het is me een eer om u in eigen persoon te ont­moeten. Ik had geen idee dat u persoonlijk bij deze transactie be­trokken was.'

'Geeft u het koffertje maar aan mijn medewerker,' zei Salcido met een gebaar naar Peraya.

Peraya nam het koffertje aan en nadat hij het op tafel had gelegd, maakte hij de sloten open en tilde het deksel op. Er lag een fluwe­len zak in, die met een veter was dichtgebonden. Salcido knikte naar Peraya en die deed het koffertje weer dicht. 'Ik neem aan dat mevrouw Wade en u verder nog iets zakelijks hebben af te hande­len,' zei Salcido tegen Fuentes. 'We hebben hiernaast nog een ka­mer, als u liever even onder vier ogen wilt praten.' 'Niet nodig,' zei Melissa en toen tegen Fuentes: 'Hoeveel zijn die diamanten waard?'

Met die botte vraag bracht ze Fuentes nogal uit zijn evenwicht en terwijl hij haar over de rand van zijn brilletje misprijzend aankeek, begon hij nerveus aan de knoop in zijn zijden das te frummelen. 'Ik heb gedaan wat u me hebt gevraagd en elke diamant afzonderlijk op echtheid beoordeeld en op waarde getaxeerd.' 'Vertelt u maar wat de totale waarde is,' viel ze hem in de rede. Met een nijdige blik in zijn ogen haalde hij een envelop uit zijn binnenzak en legde die op de handpalm van haar uitgestoken hand. Melissa sneed hem open en haalde er een enkel vel papier uit. Midden op het vel, met een vulpen geschreven en in een keu­rig handschrift, stond het bedrag: 10,2 miljoen dollar. 'Dit is wat ik voor deze diamanten zou betalen als ik ze in afzon­derlijke pakketjes van, zeg, tien stuks zou inkopen,' zei Fuentes. 'Dat was wat u me gevraagd had. Als ik ze in grotere hoeveelhe­den aangeboden krijg, komt de prijs waarschijnlijk zo'n vijfen­twintig procent lager te liggen.'

'Nou, kunnen we tot zaken komen?' vroeg Salcido aan Melissa. 'Ja,' zei ze en nadat ze het papier weer had opgevouwen, stopte ze het weer in de envelop.

Salcido knipte met zijn vingers naar Peraya, die een envelop uit zijn zak haalde en die aan Fuentes overhandigde. 'Hier is het ho­norarium dat u met mevrouw Wade hebt afgesproken, plus een be­drag voor uw reis- en verblijfkosten. Als u wilt, kunt u het even na­tellen.'

'Dat lijkt me niet nodig,' zei Fuentes en hij stak de envelop in zijn zak. 'Als u me nu wilt excuseren? Ik moet vanmiddag nog het vliegtuig naar Acapulco zien te halen. Het was me een genoegen om zaken met u te doen, meneer Salcido.'

'U hebt nooit zaken met me gedaan,' zei Salcido. 'U bent nooit hier in deze kamer geweest. U hebt mevrouw Wade en mij nooit ont­moet. Ik weet zeker dat we elkaar wel begrijpen.' 'Uitstekend,' zei Fuentes met een glimlach. 'Goedemiddag.' Salcido wachtte tot Peraya de juwelier had uitgelaten en hield toen zijn in een handschoen gestoken hand op. 'Je had toch iets voor mij?' Ze gaf hem de diskette en hij duwde die in de laptop die hij met zich mee had genomen. De daaropvolgende minuten zat hij aandachtig naar het scherm te staren, waarbij hij zo nu en dan op een toets drukte om op een volgende pagina te kijken. Na een tijdje klapte hij in zijn handen en glimlachte tevreden.

'Nou?' zei Melissa.

'Ik denk dat dit een koopje is,' zei hij zelfvoldaan. 'We kunnen altijd opnieuw in onderhandeling gaan,' zei ze en ze keek op toen er opnieuw aan de deur werd geklopt. Ook nu tuur­de Peraya door het kijkgaatje voordat hij de deur opende en de ober binnenliet. 'Ha, eten,' zei ze en ze liep naar het dienblad dat hij op het dressoir had gezet.

'Peraya, teken jij even,' zei Salcido zonder van het scherm op te kijken.

'Dit is gratis,' zei de ober.

'Hoezo?' zei Peraya met opgetrokken wenkbrauwen. 'Met de complimenten van het kartel van Cali,' zei de ober, en nog terwijl hij die woorden uitsprak, trok hij al een automatic uit zijn broeksband. Peraya klauwde nog steeds naar zijn holster toen hij een kogel door zijn hoofd kreeg. Nu richtte de moordenaar het wapen op Salcido, die half lopend, half struikelend terugdeinsde, met zijn handen omhoog. 'Alstublieft, ik wil niet dood. Alstublieft,' smeekte hij met een van angst vertrokken gezicht. Melissa haalde de diskette uit de laptop, stak die in haar zak en zet­te het apparaat uit. De afspraak met Cali was dat zij Ramon Salci­do in de val zou lokken. Ze keek naar de gedaante die nu krim­pend van angst tegen de muur stond. 'Het is niets persoonlijks, hoor. Het kartel van Cali en ik werken al heel lang samen en na al­les wat ze in de loop der jaren voor me gedaan hebben, was ik ze nog iets schuldig. Nu staan we weer quitte. Ik laat jullie nu verder maar alleen samen, zodat jullie wat nader kennis kunnen maken. Ik moet het vliegtuig halen en ik wil niet te laat komen.' Ze pakte een stukje sandwich en terwijl ze naar de deur liep, riep Salcido haar wanhopig na dat ze hem niet met de huurmoorde­naar alleen moest laten. Dit werd gevolgd door de gedempte knal van een pistool met een geluiddemper erop. Ze wist niet of dat be­tekende dat Salcido geëxecuteerd was, of dat hij alleen maar was aangeschoten om hem een langzame, maar wel onafwendbare dood te bezorgen, maar dat kon haar ook niet schelen. Zonder om te kijken liep ze de kamer uit en liep naar de lift. Ze wist dat het niet lang zou duren voordat de lijken werden ge­vonden. En als ze eenmaal gevonden waren, zou zij de hoofdver­dachte zijn. Of liever gezegd: Laura zou de hoofdverdachte zijn. Laura, die geen alibi had. Laura, die thuis nog steeds op haar zat te wachten. Laura zou degene zijn die werd gearresteerd op verden­king van een dubbele moord. Ze zou natuurlijk verklaren dat ze onschuldig was en iedere betrokkenheid bij de gebeurtenissen in het hotel ontkennen. Tot het tot haar doordrong dat ze erin geluisd was door haar eigen zuster. Dan zou ze wel gaan praten, al was het maar om niet zelf overal voor op te moeten draaien. Maar tegen de tijd dat de autoriteiten eindelijk achter de waarheid zouden zijn gekomen, zou Melissa al veilig en wel het land uit zijn, mét de dia­manten. En Laura zou voor alles moeten opdraaien. Het laatste stukje van de puzzel lag nu eindelijk op zijn plaats, pre­cies zoals ze het al vanaf het eerste begin had gepland...