8
'Wat is er vanavond allemaal gebeurd, verdomme?' 'De DEA is ons een slag voor geweest,' zei Doyle die nu met gebogen hoofd voor Juan en Ramon Salcido stond. De broers zaten op houten stoelen in het midden van de Werkplaats. Ze hadden deze vergadering georganiseerd nadat ze hadden gehoord over de inval die de DEA en de INCD eerder die avond hadden gedaan in het hotel in Tepotzotlan.
'Dat is niet voldoende,' zei Ramon boos. Zijn gezicht was rood van woede. 'Wat als de DEA Lacamara vanavond gevonden had en hem vrijwaring van rechtsvervolging had aangeboden als hij tegen ons wil getuigen? Wat hadden we dan moeten beginnen?' Doyle zei niets. Hij wist dat daar niets op te zeggen viel. 'En erger nog, we hebben hier helemaal niets over gehoord tot die inval al had plaatsgevonden,' zei Juan bitter. 'Wat voor mensen heb jij in dienst, Doyle? Ik verkeerde in de veronderstelling dat we onze informanten beter betaalden dan alle andere kartels hier in Mexico. Wij hebben toch alleen maar de allerbesten op de loonlijst staan? En we betalen ze toch veel meer dan de DEA zich ooit kan veroorloven? Hoe komt het dan dat de DEA eerder getipt is dan wij? Dat zijn vragen waarop ik antwoord wil hebben, en als dat nodig mocht blijken, zullen er na dit fiasco koppen rollen. Niemand is onmisbaar.' Hij wees met zijn vinger op Doyle. 'Lacamara is weer op de vlucht. Dat maakt hem kwetsbaar. En dat betekent dat hij wel eens een vergissing zou kunnen begaan. Als hij inderdaad een fout maakt, wil ik de eerste zijn die dat te horen krijgt. Begrepen?'
'Absoluut, chef,' zei Doyle.
'Zorg dan dat dat gebeurt,' zei Ramon en hij wees naar de deur. Nadat Doyle het vertrek had verlaten, stond hij op en keek neer op zijn broer. 'Het ziet ernaar uit dat dat mannetje van jou vanavond een paar forse steken heeft laten vallen.' 'Dat mannetje van mij?' zei Juan scherp. 'Bedoel je Doyle soms?'
'Hij is altijd een van jouw mannetjes geweest, en dat weet je best.' 'Hij werkt voor het kartel.'
'Hij werkt voor jou,' zei Ramon. 'En zolang hij zijn werk goed doet, kan het me niet schelen of hij mij nou aardig vindt of niet, maar je kunt toch moeilijk volhouden dat hij vanavond goed werk heeft geleverd. Hij is degene die onze informanten inhuurt. Dus als die de zaak verknoeien, is hij degene die daarvoor verantwoordelijk is. Heb ik gelijk of niet?'
'Je hebt gelijk, maar je kunt ervan verzekerd zijn dat hij er wel achterkomt wat er is misgegaan en dan maatregelen neemt om te zorgen dat zoiets niet nog eens gebeurt.'
'Als hij maar zorgt dat er op zondag niets fout gaat, want als hij die diskette niet in handen weet te krijgen...' 'Er gaat zondag helemaal niets mis...' viel Juan hem in de rede. 'Ervan uitgaande natuurlijk dat zijn bronnen er niet wéér naast zitten. Misschien hebben we de volgende keer niet zoveel geluk. Als Lacamara besluit met de DEA samen te werken, kunnen we die deal met Melissa Wade wel vergeten. Dan zitten we allebei achter de tralies!'
'Doyle zorgt er heus wel voor dat er deze keer niets misgaat,' zei Juan.
ik hoop van niet, maar om geen enkel risico te nemen heb ik al contact opgenomen met een van mijn eigen bronnen, iemand met wie Lacamara na wat er in het hotel is gebeurd, wel eens contact zou kunnen opnemen, En als hij dat doet, loopt hij regelrecht in de val.'
'Wie is die bron?' vroeg Juan.
'Dat is mijn zaak.'
'Wat!'
'Hij werkt uitsluitend voor mij, niet voor het kartel. En als je me nu wilt excuseren? Ik denk dat ik maar beter terug naar huis kan gaan - voor het geval iemand heeft geprobeerd me daar te bereiken. Als dat het geval is, laat ik het je meteen weten en anders spreek ik je morgenochtend wel weer. Goedenacht.'
'En ik maar denken dat ik de enige was die je hier in Mexico kende.'
Justine Collins sprong op, keek geschrokken om zich heen en legde toen haar hand op haar hart. 'Felix, ik schrok me dood. Hoe lang sta je daar al?'
'Ik kwam net aanlopen,' zei Felix Amador en hij gaf haar een vluchtige kus op haar wang. 'Sorry dat ik te laat ben. Nou, met wie zat je daar te bellen?'
'Met Ethan Byrne, mijn redacteur bij de Independent. Hij heeft me gezegd dat ik het hem even moest laten weten als ik veilig was aangekomen. Hij maakt zich een beetje bezorgd om me omdat ik zwanger ben.'
'Daar heeft hij gelijk in,' zei Amador en plotseling verscheen er een brede grijns op zijn gezicht. 'Wie is de gelukkige vader eigenlijk? De vorige keer dat ik in New York was, had je een relatie met ene Rick. Die is het toch niet, hoop ik?'
'Rick en ik zijn al heel lang uit elkaar. En wat de gelukkige vader betreft, die is de deur uit gerend zodra ik hem vertelde dat ik in verwachting was. Hij wilde helemaal niets met het kind te maken hebben.'
'Neem me niet kwalijk, Justine,' zei Amador zachtjes. 'Ik vind het niet erg, hoor. Ik ben blij dat ik van hem verlost ben. Mijn kindje en ik zullen zich zonder hem heel goed redden.' 'Om de een of andere reden geloof ik dat best,' zei Amador en toen ze zich bukte om haar koffers te pakken, wist hij haar nog net voor te zijn. 'Laat mij maar.'
'Dat kan ik zelf ook wel, weet je?' zei ze, maar ze glimlachte erbij en terwijl ze naar de uitgang liepen, nam ze hem eens aandachtig op. Hoe oud hij precies was, wist ze niet, maar waarschijnlijk was hij een paar jaar ouder dan zijzelf. Sinds de vorige keer dat ze hem had gezien, was hij echter niets veranderd. Hij was nog steeds een vlotte Don Juan, een knappe man met donkere ogen en dik zwart haar dat tot op zijn gespierde schouders hing. Ze was een van de weinige vrouwen bij de New York Post geweest die meer belangstelling had gehad voor zijn geest dan voor zijn lichaam, maar dat kwam alleen maar omdat ze destijds een vaste relatie had gehad. Als dat niet zo was geweest... tja, dan was het misschien anders gelopen. Ze realiseerde zich dat hij had gemerkt dat ze naar hem liep te kijken en begon te blozen, maar hij grinnikte alleen maar. Daar was hij wel aan gewend. Na een korte maar ongemakkelijke stilte vroeg ze: 'Weet je zeker dat het niet hinderlijk voor je is als ik bij jou kom logeren? Ik wil geen overlast veroorzaken.' 'Hoe vaak moet ik je dat nou nog zeggen? Je bezorgt me helemaal geen overlast. Ik heb je zelf uitgenodigd. Ik had net zo makkelijk een hotelkamer voor je kunnen boeken. En verder wil ik er niets meer over horen. Oké?' 'Oké.'
Ze liepen naar zijn auto en hij legde haar koffers in de achterbak, ik denk dat je me maar eens moet vragen waarom ik te laat was,' zei hij terwijl hij het rechterportier voor haar openmaakte. Ze keek hem verbaasd aan. 'Waarom was je vanavond dan te laat?'
'Omdat ik net toen ik het huis uit wilde gaan een telefoontje kreeg van een van de meest gezochte mensen van Mexico: Hector Lacamara.'
'Dat is toch zeker een geintje? Waarom?'
'Omdat ik nadat ik je die ochtend gesproken had, aan mijn contacten in de onderwereld heb laten weten dat ik bereid was om Lacamara en zijn vriendin het land uit te smokkelen in ruil voor een exclusief artikel over het Salcido-kartel. Eerder op de avond is de INCD een hotel binnengevallen waar hij en zijn vriendin zich hebben schuilgehouden sinds ze gistermiddag van het vliegveld zijn weggevlucht. Hij zit nu verschrikkelijk in de rats. Hij heeft geen vertrouwen in de DEA en de INCD. Hij beweert dat het kartel in beide organisaties is geïnfiltreerd en dat hij wordt vermoord als hij zich aan hen overgeeft. Met de hete adem van de huurmoordenaars van het kartel in zijn nek, wordt het aantal andere mogelijkheden dat hij nog heeft, snel kleiner en dat beseft hij zelf natuurlijk ook maar al te goed. Ik ben zijn laatste kans. Het is eigenlijk nogal wrang. In de loop der jaren heb ik een paar felle aanklachten tegen de drugskartels in dit land geschreven en nu heeft de betaalmeester van een van de grootste daarvan mij om hulp gevraagd.' 'Wanneer krijgen we hem te spreken?' vroeg Justine nadat Amador naast haar in de wagen was gaan zitten. 'Wij?' vroeg Amador terwijl zijn hand boven de contactsleutel bleef hangen. 'Ja. We werken hier samen aan. Dat was de afspraak. En als je Lacamara te spreken krijgt, wil ik erbij zijn.' 'Misschien vindt hij dat wel niet goed.'
'Dan zie je maar dat je hem overhaalt,' zei ze. 'Als je ook maar één minuut gedacht hebt dat ik helemaal hierheen ben gekomen om thuis te blijven zitten terwijl jij het eigenlijke werk doet, dan heb je het helemaal verkeerd.'
'Je weet best dat jouw naam ook vermeld wordt onder alle artikelen die we samen schrijven.'
'Verdomme nog aan toe, ik ben niet gediend van jouw liefdadigheid!' snauwde ze.
'En hoe is je Spaans?' vroeg Amador met een vleugje sarcasme in zijn stem. ik weet niet of hij Engels spreekt.'
'Dan vertaal je het maar! Dat kun je toch zeker wel?' Vol ergernis gaf Amador een klap op het stuurwiel. 'Met jou is het soms net of ik tegen een muur sta te praten, Justine.' 'Ik weet niet zeker of ik dat als een compliment moet opvatten,' zei ze, en om de plotselinge spanning tussen hen wat te verminderen, grinnikte ze even. 'Weet je al hoe je Lacamara het land uit gaat smokkelen?'
'Nee, nog niet,' zei Amador wat kalmer. 'Eerst moet ik hem gesproken hebben.'
'Daarbij zou ik je goed kunnen helpen. Je zult zijn ontsnapping hier in het land zelf moeten zien te regelen en zodra de Salcido's daar ook maar iets over te horen krijgen, hebben ze Lacamara al ontvoerd voordat je zelfs maar de kans hebt gekregen om hem het land uit te smokkelen.'
'Wat zou jij daar dan aan kunnen doen?' vroeg Amador. 'Ik kan contact opnemen met mijn redacteur en hem vragen of hij vanuit de Verenigde Staten iets wil regelen. Dan ben ik zijn enige contactpersoon hier. Op die manier is het risico dat het de Salcido's ter ore komt een heel stuk kleiner. Nou, wat denk je ervan?' 'Waarschijnlijk heb je gelijk,' gaf Amador na enige aarzeling toe. 'Maar ik weet nog steeds niet of Lacamara erin zal toestemmen om jou ook te ontmoeten. Toen ik hem daarnet aan de lijn had, stond hij erop dat ik in mijn eentje zou komen. Hij zei dat hij later op de avond zou bellen om een plaats en tijd af te spreken.' 'Nou, waar wachten we dan nog op? Misschien probeert hij je nu, terwijl wij hier zitten te praten, wel te bellen,' zei ze. 'Kom op, Felix. We gaan.'
'Weet je,' zei Amador met een vermoeid en nogal zuur glimlachje, 'het aanstaande moederschap heeft je er niet milder op gemaakt.' Hij startte de motor. 'Je weet me nog steeds binnen een paar minuten op stang te jagen.' 'Dat beschouw ik nou als een compliment.' Hij wierp haar een glimlach vol wanhoop toe en reed het parkeervak uit, op weg naar de uitgang.
Het lawaai deed haar opschrikken. Een schril, pulserend geluid dat van onder een van de bladen leek te komen waarmee de koffietafel bezaaid was. Laura legde de tijdschriften weg, zag een zwarte telefoonpieper liggen en zette hem uit. Wie had Melissa opgeroepen? En waarom? Ze wist dat ze waarschijnlijk het beste haar zus kon bellen om het haar te vragen. Dat betekende dan dat ze nóg een keer naar de telefooncel aan het eind van de straat moest rijden, maar ze had weinig keus. Het zou iets belangrijks kunnen zijn. Ze griste de autosleutels van de tafel, reed naar de telefooncel en draaide het nummer. Er werd echter niet opgenomen. Of Melissa had haar telefoon achtergelaten toen ze op weg was gegaan naar Tepotzotlan, óf ze had hem uitgeschakeld toen ze daar eenmaal was aangekomen.
Laura reed weer terug naar het huis. Toen ze de voordeur openmaakte, hoorde ze de pieper weer. Haastig liep ze de woonkamer binnen en zette het ding uit. Wie het dan ook mocht zijn, degene die Melissa probeerde te bereiken, wilde haar kennelijk dringend spreken. Wat als het een noodgeval was? Ze wist dat ze iets moest doen. Haar enige andere mogelijkheid was Tom Kellerman bellen en hoewel het haar niet waarschijnlijk leek dat hij alweer terug zou zijn uit Tepotzotlan, toetste ze daarom toch maar het nummer in van zijn beveiligde lijn in het ambassadegebouw. Ze liet de telefoon een tijdlang overgaan en wilde net neerleggen toen er werd opgenomen. Tom?' vroeg ze. 'Ja.'
'Met Laura.'
'Hé, hallo! Ik liep nog door de gang toen ik de telefoon hoorde overgaan en ik heb heel hard gerend om hem te kunnen opnemen. Daarom klink ik nu zo buiten adem.' 'Hebben jullie Lacamara te pakken gekregen?' 'Nee. Hij was er niet. We hebben een kordon rondom het hotel gelegd voor het geval hij terugkomt, maar veel hoop heb ik niet. Nou, wat is er aan de hand?' Laura vertelde hem over de pieper.
'Shit! Er is maar één persoon die gebruikmaakt van dat ding en dat is Doyle. Hij heeft Melissa gezegd dat ze er een moest kopen, zodat hij in noodgevallen contact met haar kon opnemen. Tot nu toe heeft hij dat ding alleen gebruikt als hij nijdig op haar was over het een of ander - meestal omdat de DEA een van hun drugstransporten had onderschept. Hij verwachtte van haar dat ze hem van al onze acties op de hoogte hield.' 'Inclusief de verblijfplaats van Lacamara,' zei Laura. 'Inderdaad. Ik denk dat hij door de Salcido's op het matje is geroepen omdat we Lacamara vannacht bijna in handen hebben gekregen. Daar hebben ze waarschijnlijk pas iets over te horen gekregen toen we dat hotel allang waren binnengevallen en nu wil
hij weten waarom hij niet van tevoren op de hoogte is gesteld, zodat hij ons voor had kunnen zijn.' Kellerman dacht even na. 'Eerlijk gezegd zie ik geen enkele manier om hier onderuit te komen. Je zult Doyle moeten gaan opzoeken, al is het maar om hem wat tot bedaren te brengen.' 'Bekijk het maar!' zei Laura geschrokken. 'Dat is de enige manier!' zei Kellerman. 'Maar dat lukt me nóóit!'
'Hier op de ambassade is het je anders aardig gelukt om Bill Walker voor de gek te houden.'
'Dat was Walker.' Ze haalde vol minachting haar neus op. 'Die laat zich door iedereen zand in de ogen strooien.' 'Je klinkt al net als Melissa,' zei Kellerman grinnikend. 'O nee, zo makkelijk laat ik me niet ompraten.' 'Ik denk dat ik maar beter even naar je toe kan komen. Straks praten we wel verder.'
ik doe het toch niet,Tom, al praat je je helemaal schor. Punt uit.'
ik kan niet geloven dat ik me door jou heb laten ompraten.' 'Ik heb je niet omgepraat,' zei Kellerman. 'Je zou hier niet mee doorgaan als het je niet goed beviel om je als Melissa voor te doen en ik zou het je helemaal niet kwalijk hebben genomen als je nee had gezegd.'
'En dat zeg je nu pas,' zei ze. 'Nou, wat doe ik eerst. Doyle bellen?' Kellerman knikte en schreef een nummer op het memoblok. 'Dat is het nummer van Doyles mobiele telefoon. Die neemt hij overal mee naartoe.' Toen ze de telefoon wilde pakken, legde hij zijn hand op haar arm. 'Vergeet niet dat Melissa een pesthekel aan die man had en dat ze er nooit een geheim van heeft gemaakt dat ze dit alleen maar deed om het geld. Dus doe vooral niet te beleefd of gedienstig tegen hem. Het is vrijwel zeker dat hij je wil ontmoeten. Stem daarin toe, maar zorg wel dat de ontmoeting plaatsvindt op jóuw voorwaarden.'
'En volgens jou heeft Melissa hem altijd aangesproken als Doyle?' 'Als ze in een goed humeur was,' zei Kellerman met een grijns. Laura toetste het nummer in en keek toe hoe Kellerman een koptelefoon opzette om te kunnen meeluisteren. De telefoon ging een paar keer over voordat er werd opgenomen. 'Met Melissa Wade,' zei ze abrupt. 'Wat moet je?'
'Aardig van je dat je even iets van je laat horen,' zei Doyle sarcastisch.
'Ik heb geen tijd voor dit gelul, Doyle. Wat moet je?' Kellerman stak goedkeurend zijn duim op. 'Ik wil je zien,' zei Doyle. 'Wanneer?'
'Morgenochtend vroeg.'
Laura keek Kellerman even aan. Hij schudde zijn hoofd en krabbelde snel het woord 'vanavond' op het schrijfblok. 'Morgen ben ik de stad uit,' zei Laura. 'Vanavond.' 'Dat wordt moeilijk...'
'Vanavond of helemaal niet,' viel ze hem in de rede. 'Oké,' zei Doyle geërgerd. 'Over een uur, op de vaste plek.' De verbinding werd verbroken.
Ze hield haar handen voor zich. Ze trilden. 'En dat was alleen nog maar een telefoontje. Hoe red ik dit als ik oog in oog met hem sta?' 'Dat lukt je wel,' zei Kellerman.
Ze leek niet erg overtuigd. 'Ik neem aan dat jij wel weet waar "de vaste plek" is?'
'Een bar ongeveer anderhalve kilometer hiervandaan.' 'Een bar!' riep Laura vol afgrijzen.
'Je gaat er niet heen voor de gezelligheid. En als hij je iets te drinken aanbiedt, vertel je hem maar wat hij met dat drankje van hem kan doen. Dat zou Melissa ook gedaan hebben.' 'Mel had daar handigheid in, vooral met mannen. Ik niet.' 'Het gaat allemaal prima,' zei Kellerman. Plotseling nam hij haar handen in de zijne. 'Ik zorg dat je niets overkomt, Laura. Dat zweer ik. Ik geef je een radiozendertje mee, zodat ik in de wagen alles kan horen. Als je problemen krijgt, kan ik er heel snel bij zijn en als het nodig is, schiet ik die Doyle zonder enige aarzeling neer. Dan maar geen Operatie Schaakmat.'
'Bedankt,' zei ze zachtjes en trok toen voorzichtig haar handen los. 'Maar dat zal niet nodig zijn, want ik weet dat je het allemaal heel goed zult doen. Daar durf ik mijn carrière voor op het spel te zetten.'
'Nu zou ik wel een borrel kunnen gebruiken,' zei Laura. 'Om mezelf wat moed in te drinken.'
'En dan?' vroeg Kellerman terwijl hij de wagen parkeerde op een plek van waaruit ze de bar in het oog konden houden. 'Dan zou ik er waarschijnlijk nóg eentje nemen. En nog een. En nog een. En voordat ik het wist, zou al de moeite die ik de afgelopen jaren heb gedaan om van de drank af te komen voor niets zijn geweest. Maar maak je geen zorgen. Dat zal niet gebeuren.' 'Doyle is er al. Die witte Mercedes voor de bar, dat is zijn auto. Die man is zo punctueel dat het bijna dwangmatig is. Waarschijnlijk heeft hij dat overgehouden uit zijn tijd in het leger. Maar maak je geen zorgen. Melissa liet hem altijd een tijdje wachten. Ik geloof dat het haar echt een kick gaf om hem op zijn zenuwen te werken.' 'Mel vond het altijd leuk om mensen het bloed onder de nagels vandaan te halen,' zei Laura.
'Zeg eens even iets om te controleren of het zendertje werkt,' zei Kellerman en hij zette zijn koptelefoon op. iets om te controleren of het zendertje werkt,' zei Laura. 'Grappig hoor,' zei hij en hij trok de koptelefoon naar beneden, zodat het ding om zijn nek kwam te hangen. 'Nou, je kunt maar beter naar binnen gaan.'
'Wat gebeurt er als het tijd is om weg te gaan? Ik kan hier natuurlijk niet teruglopen naar de wagen. Dan ziet hij je.' 'Hij doet niet aan beleefdheid. Hij zegt wat hij te zeggen heeft en daarna gaat hij weg. Hij blijft echt niet wachten tot jij klaar bent om weg te gaan.' Kellerman zag de onzekerheid in haar ogen. 'Zoals ik al zei onderweg hierheen: zodra je daar binnen bent, moet je gewoon op je gevoel vertrouwen. Als je niet zeker weet wat je moet zeggen, zeg je gewoon niets. Laat hém maar zoveel mogelijk praten.'
Laura haalde eens diep adem. 'Wens me maar veel geluk.' 'Geef hem van katoen, meissie!'
Ze stapte de wagen uit en liep langzaam naar de bar. Waar raak je nou in 's hemelsnaam in verzeild? Sinds ze erin had toegestemd Doyle te ontmoeten, had ze zich dat al de hele tijd lopen afvragen. Tom had haar niet onder druk gezet. Ze had best nee kunnen zeggen. Maar tot aanstaande zondag moest ze natuurlijk niet uit haar rol vallen. Dan zouden ze de diamanten in handen hebben en daarna waren ze overal van af. Dat was de reden geweest waarom ze ja had gezegd. Hebzucht. En dat besef gaf haar weer moed. Voor de deur bleef ze even staan om haar plotselinge tegenzin te overwinnen, maar net toen ze haar hand uitstak naar de deur, werd die met een ruk opengetrokken en kwam er een dronkeman naar buiten strompelen. Hij bleef vlak voor haar staan en stak zijn hand naar haar uit. Vol weerzin duwde ze hem weg en veegde haar hand af aan haar T-shirt. Daarna duwde ze de deur weer open. Een overweldigend sterke zweet- en pislucht golfde haar tegemoet. Ze stapte het vertrek binnen en werd onmiddellijk in haar billen geknepen. Woedend draaide ze zich om en gaf de schuldige in haar beste Spaans de wind van voren. Daarna baande ze zich door de menigte heen een weg naar de bar. Ze zag Doyle aan een tafeltje achterin zitten. Aan de andere tafeltjes waren alle stoelen bezet, maar hij zat alleen aan het zijne en tot op drie meter afstand van zijn tafeltje, was de ruimte volkomen leeg. Het was haar niet duidelijk of dat kwam uit angst of uit respect. Toen hij haar zag, schopte hij de stoel tegenover hem onder de tafel uit.
'Je bent te laat...' siste hij nijdig. Alwéér!' 'Wat moet je?' vroeg ze arrogant.
'Hier,' zei Doyle. 'Dat drink je toch altijd?' Hij schoof de fles bier opzij zodat er een glas bourbon zichtbaar werd en duwde dat over de tafel naar haar toe.
Koortsachtig dacht ze na. Ze kon het niet opdrinken - hoewel ze wist dat het wonderen zou doen voor haar zenuwen. Maar wat dan? Niet uit je rol vallen! hield ze zichzelf voor. Wat zou Melissa in een dergelijke situatie gedaan hebben? Ze had een hekel aan deze man. Ze wilde helemaal niet samen met hem drinken. Waarom had Doyle dan toch een drankje voor haar besteld? Deed hij dat altijd als ze hier afgesproken hadden? Het maakte niet uit. Ze dronk het niet op. Punt uit.
Ze schoof het glas terug over tafel en zei uitdagend: 'Ik kom hier niet om gezellig met je te babbelen.'
Doyle smeet het glas tegen de muur. Ineens was het een ogenblik volkomen stil in de bar en alle ogen waren nu op hen gericht. Hij liet zijn kille blik over de aanwezigen gaan en vroeg: 'Is er iets?' Iedereen keek snel een andere kant op en binnen enkele seconden werd het vertrek weer gevuld met een luid geroezemoes. Doyles ogen waren nu strak op Laura gericht. 'Gisteravond heeft de DEA een tip over Lacamara gekregen. Waarom heb ik daar niets over gehoord, verdomme? Daar betalen we je voor!' 'Omdat ik er niets vanaf wist,' zei Laura. Kellerman had gezegd dat ze dat als reden moest aanvoeren. 'Ik had geen dienst. Waarschijnlijk is Walker degene die contact heeft opgenomen met de INCD. Ik heb er pas naderhand iets over gehoord.' 'Wat hebben ze in Lacamara's kamer gevonden?' 'Voorzover ik weet niets dat een aanwijzing zou kunnen vormen voor zijn huidige verblijfplaats.'
'Voorzover ik weet... dat is gewoon niet goed genoeg,' grauwde Doyle. 'Ik wil precies weten wat ze gevonden hebben.' 'Ik zal eens wat navraag doen,' zei ze kil.
'Doet u dat, agent Wade. Want als de DEA Lacamara als eerste weet te vinden, verlinkt hij jóu net zo goed. Dus je ziet, het is net zozeer in jouw belang als in het onze dat wij hem als eersten in handen krijgen.'
'Dat had ik me ook al gerealiseerd.'
'Ik wil ook weten door wie Walker gisteravond is getipt.'
'Waarom? Wilt u hem vermoorden?'
'Zorg nou maar dat ik die naam in handen krijg en snel een beetje. Je zult er goed voor betaald worden.' Doyle nam een grote slok bier en zette het flesje met een klap op tafel. 'En het spreekt vanzelf dat je me belt zodra je iets over Lacamara hoort. Het kan me niet schelen hoe vaag het is. Bel me zodra je iets weet.' 'Als ik iets te weten kom, ben je de eerste die het hoort.' Doyle stond op en liep weg. Pas toen hij de bar uit was, keek ze naar haar handen. Die trilden niet. Eigenlijk verbaasde dat haar niets. Ze had onmiddellijk zo'n hekel aan de man gehad dat ze al haar angst op slag vergeten was.
Ze liep naar buiten en nadat ze had gezien dat de witte Mercedes was verdwenen, liep ze weer naar Keilermans wagen. Hij duwde het rechterportier voor haar open. 'Nou, hoe ging het?' vroeg ze terwijl ze naast hem ging zitten. 'Je hebt het heel professioneel aangepakt,' zei hij. 'En hoe zit het met die informatie die hij van me wilde hebben?' ik kan makkelijk een lijstje maken van alles wat de INCD in Lacamara's kamer heeft aangetroffen. Er zat toch niets van enig belang bij. En wat de informant betreft die Bill Walker zijn tip heeft gegeven, we zullen het spelletje meespelen en hem de naam geven van een van zijn eigen verklikkers. Dat zal hem wel even aan het schrikken brengen.' 'Maar vermoordt Doyle die dan niet?' 'Wat had je dan gedacht?' 'Maar die man heeft niets gedaan,' zei Laura, in dit geval niet, nee, maar we weten dat degene wiens naam we hem zullen geven, verantwoordelijk is voor de dood van verschillende plaatselijke drugsbestrijdingsagenten. We zijn al een tijdje op zoek naar een manier om hem uit te schakelen en dit is een perfecte gelegenheid.' Kellerman keek haar snel even aan en zag de walgende uitdrukking die nu op haar gezicht stond. 'Welkom aan de frontlinie, Laura. Hier worden geen gevangenen genomen.' Ze huiverde en sloeg haar armen toen strak om zich heen. Terwijl ze terugreden naar huis deed Kellerman er verder maar het zwijgen toe.
Al na één keer overgaan werd de telefoon opgenomen. 'Hallo?' zei Amador. 'Met Lacamara.'
Amador keek eens op zijn horloge. 'Het is bijna middernacht. Ik had verwacht dat u wel wat eerder zou bellen.' 'Over twee uur bij de ingang van het Nationaal Volkenkundig Museum. Daar wordt u afgehaald.'
'Ik kom niet alleen,' zei Amador met een snelle blik op Justine, die in de leunstoel tegenover hem zat. Ze keek hem indringend aan, maar hij wist dat ze geen flauw idee had van wat hij zei. Ze sprak geen woord Spaans. 'Dan gaat het niet door!'
'Wacht! Wacht!' riep Amador in de hoorn. 'Het is een Amerikaanse journaliste. Ze heet Justine Collins en ik kan voor haar instaan. Ze werkt voor de New York Independent en haar redacteur heeft er al in toegestemd om voor u en mevrouw López een veilige overtocht te regelen naar elke bestemming die u maar wilt. Dat is veel handiger dan van hieruit iets proberen te regelen. Maar eerst moet u óók uw goede wil tonen. Hij wil een goed verhaal hebben, net als ik. Ik weet zeker dat u daar wel begrip voor zult hebben.' 'Toen ik ervandoor ging, heb ik voldoende bewijsmateriaal meegenomen om een paar van de meest vooraanstaande politici rechters en politiemensen van dit land achter slot en grendel te brengen. In opdracht van de Salcido's heb ik rekeningen voor ze geopend in het Caribische gebied. Ik ga u niet al hun namen geven - niet voordat Carmen en ik in veiligheid zijn, maar ik ben wel bereid om u een monster te geven, een smaakmakertje. Is dat voldoende goede wil?'
'Zolang het maar te verifiëren valt,' zei Amador.
'Dat is uw probleem, maar ik weet zeker dat u er wel iets op zult
vinden.'
'Dat denk ik ook,' zei Amador. 'Over twee uur staan we op u te wachten op het Paseo de la Reforma, voor het Nationaal Volkenkundig Museum.'
'Als extra voorzorgsmaatregel zal de taxi u naar een plek rijden waar Carmen op u staat te wachten. Als ze tot haar tevredenheid heeft vastgesteld dat u niet gevolgd wordt, brengt ze u naar mij toe.' De verbinding werd verbroken.
'Nou?' vroeg Justine toen Amador de hoorn weer neerlegde. 'Het gaat door. Om twee uur vannacht.' 'Uitstekend. Weet je, ik vind dat dit er goed uitziet.'
'Ik ook,' zei Amador met een peinzende glimlach. 'Heel erg goed...'