Hoofdstuk 6

 

 

 

Daarvoor ben je hier, toch? Leons sarcastische woorden spookten nog steeds door Cally’s hoofd toen ze vierentwintig uur later de trap op liep. Kon dat maar. Ze wilde niets liever, maar tot haar afgrijzen was er wederom een dag voorbijgegaan zonder dat ze iets had gedaan. Hoewel de benodigde materialen die ochtend waren aangekomen, hoewel ze het hele paleis voor zichzelf had gehad, bleef ze toch onwillekeurig naar de glazen deuren staren, zich inbeeldend hoe hij halfnaakt uit de zee oprees.

Het was niets voor haar zich zo te laten afleiden, dacht ze toen ze de slaapkamer binnen liep, laat staan door dergelijke gedachten. Als ze iets op zich nam, zette ze zich hier altijd honderdtien procent voor in tot het klaar was. Behalve voor haar doctoraat in kunst, gaf ze droevig toe. Was dat het dan? Veranderde ze in een verstrooid wrak, beroofd van al haar artistieke concentratie, telkens als ze een man ontmoette die ze ook maar enigszins aantrekkelijk vond?

Cally dacht terug aan de zomer waarin ze David had ontmoet, toen ze een baantje had aangenomen als serveerster in de theesalon op het statige landgoed van zijn vader. Was ze zo ondersteboven geweest van zijn charmes, dat ze niet eens meer in staat was geweest een penseel vast te houden? Nee, dacht ze oprecht, dat was niet het geval geweest. Ze was gevleid geweest door zijn onverwachte aandacht, was naïef en onder de indruk geweest van de hogere kringen waarin hij verkeerde. Maar zeker niet zo verdoofd als nu. Dat was niet waarom ze haar studie had opgegeven; dat was omdat ze zo dom was geweest hem te geloven toen hij zei dat ze nooit een groot kunstenaar zou worden als ze al tijd verspilde aan het behalen van haar doctoraatstitel. Pas later had ze ontdekt dat hij, net als zijn chauvinistische vader, gruwelde bij het idee van een studerende vrouw, zeker een vrouw wier vader slechts een postbode was.

Dus waarom voelde ze zich dan nu zo bij Leon, vroeg ze zich af, terwijl ze haar kledingkast opende en zag dat deze op miraculeuze wijze was gevuld met de inhoud van de vierenvijftig tassen en dozen, terwijl zij aan het werk was geweest. Tot haar genoegen zag ze ook enkele extra T-shirts en nonchalant afgeknipte broeken. Waarom had ze nu sterk de neiging om een van de glamourjurken aan te trekken, terwijl ze een hekel had aan zulke overdadigheden? Omdat hij een respectabele woestijnheer en een model te gast had, wat betekende dat een dergelijke outfit paste bij dit deel van haar werk, redeneerde ze, net zoals het dragen van de zwarte jurk van haar zus noodzakelijk was geweest voor de veiling.

Uiteindelijk koos ze een prachtige asymmetrische jadegroene jurk uit. Het was zo heerlijk deze langs haar benen te voelen zwieren toen ze de trap af liep, dat ze bij aankomst in de grote eetzaal niet meteen doorhad dat de tafel compleet verlaten was. Verward keek ze naar de antieke klok aan de muur, zich afvragend of ze zich soms had vergist in de tijd. Dat was echter niet het geval, dus kwam ze tot de conclusie dat ze vast de locatie verkeerd had. Het paleis was enorm, en Leon had de keuze uit vele kamers voor deze soiree.

‘Boyet!’ Cally zag hem nog net de hoek om slaan naar de trap in het midden van het paleis. ‘Ik zou Zijne Koninklijke Hoogheid om acht uur in de eetzaal treffen voor het koninklijke diner. Is het verplaatst?’

‘Ik geloof dat de plannen in hun geheel zijn gewijzigd, mademoiselle.’ De bediende keek naar de grond, duidelijk beschaamd om het feit dat hij hier meer over wist dan zij. ‘De laatste keer dat ik Zijne Koninklijke Hoogheid zag, was hij op weg naar buiten, ogenschijnlijk met de bedoeling te gaan duiken.’

‘Met dit weer?’ Bezorgd keek ze door de hoge ramen in de hal naar de inktzwarte lucht. De wind gierde langs de ruiten. ‘Dank je, Boyet,’ zei ze, waarna ze zich omdraaide op haar bijpassende jadegroene hakken en zich naar het atelier haastte, alle elegantie waarmee ze zojuist de trap was af gedaald achter zich latend.

De kamer was in duisternis gehuld, en ze liep langzaam naar de glazen deuren; ze was haast bang om over de zee uit te kijken, bang voor wat ze wellicht zou zien. Toen ze uiteindelijk de deurklink beetpakte, merkte ze dat de deur op slot zat. Ze tastte rond naar een sleutel.

‘Zocht je iets?’

Ze draaide zich razendsnel om en zag Leon roerloos op de bank zitten, in schaduwen gehuld. Zijn beschuldigende blik paste perfect bij zijn waarschuwende toon.

‘Boyet zei dat je met dit weer naar buiten was,’ zei ze, wijzend naar de donkere zee, alsof de gedachte alleen al het meest belachelijke was wat ze ooit had gehoord. Ze besloot zijn eveneens duistere stemming te negeren. Voor zover ze wist, was zij de enige die een reden had boos te zijn.

‘Dat klopt,’ zei hij kortaf.

Ze deed de lamp naast de schilderijen aan, en het zachte schijnsel verlichtte de kamer. Leon had een spijkerbroek aan en een T-shirt dat aan zijn lichaam kleefde, wat haar vertelde dat zijn huid nog vochtig was. Zijn haar was nat en donker. Als ze niet zo vastberaden was geweest dergelijke gedachten uit te bannen, zou ze hebben toegegeven dat dit het aantrekkelijkste was wat ze ooit had gezien.

‘Ben je gek geworden?’

‘Omdat ik het risico liep te laat te zijn voor ons belangrijke diner?’ vroeg hij spottend.

Zijn blik was zo kritisch, dat al haar plezier om het dragen van de jadegroene jurk op slag was verdwenen.

‘Omdat je bent gaan duiken, terwijl de zee zo onstuimig is.’ Ze vroeg zich af waarom hij niet rilde van de kou, terwijl zij al kippenvel kreeg bij de gedachte aan een duik in het water. ‘Is één litteken nog niet genoeg?’

Hij trok zijn lippen op in een sardonische glimlach. ‘Hoewel ik geroerd ben door zowel je scherpe observatievermogen als je bezorgdheid, kan ik je verzekeren dat zwemmen in de baai voor mijn deur amper een gevaar is in vergelijking met het onschadelijk maken van een mijn op honderd meter diepte. Ik moet toegeven dat het alweer even geleden is, maar –’

‘Laat maar.’ Ze liep rood aan. ‘Hoe zit het met het diner? Boyet zei dat de plannen waren veranderd.’

‘Dat klopt. Helaas lukte het Kaliq en Tamara niet om zich bij ons te voegen. Ze zijn te moe na hun reis.’

‘En het leek je niet netjes om me dit even te vertellen voor ik de moeite had genomen me helemaal op te doffen?’

‘Gezien je kledingkeuze van gisteren had ik geen idee dat je zoveel moeite zou doen.’ Terugdenkend aan haar zeer korte broek, staarde hij naar haar benen. ‘Maar eigenlijk had ik het wel kunnen weten, of niet soms?’

‘Hoe bedoel je?’ vroeg Cally, steeds meer gefrustreerd door zijn onverklaarbaar slechte humeur.

‘Dat alles anders is wanneer je beroemd kunt worden.’

‘Faam?’ Niet-begrijpend keek ze hem aan.

‘Hemel, je bent hier echt goed in, hè?’ Hij keek haar vol afschuw aan.

‘Goed waarin, Leon? Vertel me dan op zijn minst wat ik fout heb gedaan zodat ik me kan proberen te verdedigen.’

Nog voor ze was uitgepraat, gooide hij iets naar haar. Het miste het eerste schilderij op een haar na en raakte de lamp, die stukviel op de grond – op amper een paar centimeter van de ezel waar het tweede schilderij op stond. Pas nadat ze zichzelf voor de twee Rénards had geworpen, alsof ze ze wilde beschermen tegen een verdere aanval, besefte ze dat hij met een opgerolde krant had gegooid. ‘Waar ben je in vredesnaam mee bezig?’

‘Dat wilde ik net aan jou vragen.’

‘Wat? Jíj bent degene die zojuist bijna een kunstwerk van tachtig miljoen hebt beschadigd!’

‘Míjn kunstwerk van tachtig miljoen. En ik kwam er niet eens bij in de buurt. Jammer dat ik niet hetzelfde kan zeggen over jou en de pers.’

Begrijpend dat ze iets had gemist, dook ze naar de grond. Ze rolde de krant open en kromp ineen toen ze de aankondiging boven aan de voorpagina zag staan.

 

THE WORLD TODAY

De restauratie van de eeuw: wat er gebeurde met Rénards meesterwerken na die ene veiling. Kunstrestaurateur Cally Greenway deelt haar geheim van tachtig miljoen!

 

Haar ogen werden groot van schrik. Ze had haar zus toch verteld dat een artikel hierover uit den boze was? Haar wangen liepen rood aan, terwijl ze zich de details probeerde te herinneren. Details die vaag waren, aangezien ze toen alleen maar aan hem had kunnen denken. Ja, ze had het zeker gezegd, en ze wist dat Jenny er nooit alsnog over zou schrijven. Tenzij… Tenzij haar zus haar in alle commotie niet goed had gehoord.

‘Dat is een vergissing,’ riep ze hulpeloos uit. ‘Ik heb haar gezegd er niets over te schrijven.’

‘Háár?’

‘Mijn zus Jen is journaliste.’

‘O, mooi is dat.’

‘Ik heb haar alleen gebeld omdat ik graag aan iemand wilde vertellen dat ik de opdracht had gekregen die ik dacht kwijt te zijn! Net zoals zij mij altijd vertelt wat er allemaal in haar leven speelt. Ze zei toevallig dat een artikel over de restauratie van de Rénards een goede manier zou zijn om ze aan het grote publiek te tonen. Ik was het daarmee eens, maar ik zei haar dat jij dat nooit zou toestaan. Maar… we werden onderbroken, en ze moet me verkeerd hebben begrepen.’

‘Wat gunstig voor jou.’

‘Noem je me een leugenaar?’

‘Als je denkt dat ik die avond in Londen ben vergeten, ben je nog dwazer dan ik dacht.’

‘Wat heeft dit met Londen te maken?’

‘Ben je dat dan vergeten, chérie?’ Zijn blik dwaalde naar haar lippen. ‘Je hebt me verteld wat je reden was om aan de Rénards te willen werken. Om naamsbekendheid te verwerven, toch? Hoe zou ik dan ooit kunnen geloven dat dit artikel een ongeluk was?’

‘Dat zei ik al! Jen moet me verkeerd hebben begrepen. Laat me haar bellen, dan kan ik het uitzoeken –’

‘Ik denk dat één telefoontje naar haar al wel genoeg schade heeft aangericht, denk je niet?’

Ze slaakte een gefrustreerde zucht. ‘En dat spijt me, maar…’ Toen ze het artikel vluchtig doorlas, zag ze dat het geheim waarnaar de kop verwees niets meer was dan het feit dat ze de schilderijen restaureerde voor een privéverzamelaar in Frankrijk. ‘Kijk.’ Ze wees naar de tekst. ‘Je wordt niet eens genoemd. Ja, het was een vergissing dat dit artikel überhaupt is geschreven, maar iedereen maakt wel eens een fout. Zelfs jij.’

‘Het gaat hier niet om mij.’ Even zweeg hij. ‘Tenzij je me op deze manier probeert te vertellen dat dit alles juist wel om mij draait.’

‘Spreek alsjeblieft niet zo in raadselen, Leon.’

‘Nou, als ik moet geloven dat je dit niet expres hebt gedaan, dat naamsbekendheid niet je voornaamste reden was om deze opdracht aan te nemen, welke reden had je dan wel?’ Suggestief bekeek hij haar hele lichaam.

‘Dat heb ik je net verteld. Ik heb een passie voor de Rénards. Al sinds ik jong was.’ Ze ontweek zijn blik, wetend dat deze slechts bedoeld was om haar nog meer te vernederen. ‘Vind je dat dan zo moeilijk te geloven?’ Toen ze opkeek, staarde hij haar zo intens aan, dat ze wist dat ze niets voor hem verborgen kon houden.

‘Ja, want ik weet dat je veel meer bezig bent met denken aan mij dan met je werk aan de schilderijen.’

Ze rilde van ontzetting – niet alleen omdat hij tot haar schaamte gelijk had en dit ook wist, maar vooral omdat ze doodsbang was dat zijn beschuldiging waar was. Had ze deze opdracht inderdaad alleen aangenomen omdat ze aan niets anders meer kon denken dan aan de gevoelens die hij in haar opriep? Nee, ze had het gedaan voor haar carrière, voor de Rénards. ‘Je hebt het mis, Leon,’ fluisterde ze hees.

‘Is dat zo? Hoe verklaar je de symptomen dan? Vergrote pupillen, gehaaste ademhaling, het onwillekeurig bevochtigen van je lippen telkens wanneer je me aankijkt? Het lijkt me toch overduidelijk, zeker voor iemand die een expert zou moeten zijn op het gebied van bescherming en het stellen van diagnoses.’

‘Ik heb geen bescherming nodig,’ zei ze vastberaden.

Het vuur dat even in zijn blik leek op te laaien, ontging haar.

‘Nee, dat heb ik ook geen seconde gedacht.’

Voor ze kon bedenken wat hij hier precies mee bedoelde, legde hij zijn hand op haar rug en trok haar naar zich toe, tot ze zo dicht tegen elkaar aan stonden, dat in het halfduister niet meer te zien viel waar haar lichaam eindigde en waar het zijne begon.

Ze verstijfde, wilde hem wegduwen, maar kon daar de kracht niet voor opbrengen. ‘Leon, niet doen.’

Hij hield zich helemaal stil, met uitzondering van zijn duim, waarmee hij zo liefdevol en intiem over haar onderrug streelde, dat ze het wel wilde uitschreeuwen. ‘Waarom niet, chérie? We weten toch allebei dat dit is wat je wilt?’

Wanhopig schudde ze haar hoofd. ‘N-Nee. Omdat… Omdat jij dit niet wilt.’

Bij deze woorden hield hij zelfs zijn duim stil en keek haar lichtelijk verbaasd aan. ‘Is het dan niet overduidelijk dat ik je zo graag wil, dat ik niet meer helder kan nadenken?’

‘Maar in Londen –’

Langzaam liet hij zijn hand over haar rug omhoog glijden en legde zijn vingers in haar hals, op de plek waar hij haar hart wild kon voelen kloppen. ‘Kennelijk hebben we ons in Londen allebei schuldig gemaakt aan het zeggen van het een, terwijl we het ander bedoelden.’

Toen ze haar hoofd ophief om in zijn ogen te kijken, zag ze zijn serieuze blik. Hij meende het. Hoewel dat niets zou moeten uitmaken, veranderde het alles. Hij verlangde wel naar haar. Al was ze er nog zo van overtuigd geweest dat dit onmogelijk was, al had ze nooit verwacht zo naar hem te verlangen, plotseling werd ze hier zo door overweldigd, dat ze zich niet eens meer dezelfde Cally voelde als twee weken eerder. Hoewel ze wist dat het veel veiliger zou zijn haar gevoelens opzij te schuiven en te doen alsof ze niets betekenden, hoewel ze nog nooit zo doodsbenauwd was geweest, toch begreep ze dat ze nooit zou weten hoe het voelde om echt te leven als ze zich niet helemaal liet gaan. Hier en nu.

‘Leon, ik –’

‘Wil je dat ik je nog eens kus?’ vroeg hij, zijn lippen op slechts millimeters afstand van de hare.

Het kleine kreetje dat uit haar mond ontsnapte, zei genoeg, en hij drukte zijn lippen op de hare en maakte een even primitief geluid.

Zijn kus was precies zoals ze zich herinnerde, maar tegelijkertijd compleet anders. Niet alleen voelde het alsof hij langzaam elke cel in haar lichaam liet smelten met elke kundige beweging van zijn tong, maar nu er geen lome muziek klonk, werd hun tempo bepaald door zijn dringende verlangen naar haar. Zijn muskusachtige geur, die ze nooit meer zou kunnen vergeten, werd nu vermengd met de geur van de zee: zout, vochtig en tergend erotisch. Het was zo overweldigend, dat ze zich aan hem vast moest grijpen om overeind te blijven staan. Hierdoor struikelden ze een stukje naar voren, en ze bleef ergens achter haken met de hak van haar schoen.

Haar ogen vlogen open, en ze zag dat het de poot van een van de schildersezels was. Ineens realiseerde ze zich weer waar ze waren. ‘De schilderijen!’

‘Vergeet die verdraaide schilderijen toch,’ zei hij, terwijl hij de volledig geklede Amour nonchalant weer rechtzette. ‘Laten we naar boven gaan.’

Bij de gedachte aan de prinselijke slaapkamer kreeg ze het doodsbenauwd; hier beneden kon ze bijna vergeten dat hij een prins was en dat ze haar verstand compleet was verloren, maar boven… Even beet ze op haar lip, niet wetend of ze wel stoutmoedig genoeg was hem te wijzen op het alternatief. Toen ze hem aankeek, zag ze echter zoveel begeerte in zijn ogen, dat ze haast zou kunnen geloven dat er helemaal niets mis was met haar. Ze slikte moeizaam, om haar angst te verdrijven. ‘Nou, zou je… zou je het erg vinden als we hier bleven?’

De gedachte dat hij haar hier en nu zou nemen, wond hem zo op dat hij zich niet langer kon inhouden. ‘Of ik het erg vind?’ vroeg hij op rauwe toon. ‘Het enige wat ik erg vind, is dat je nog steeds die jurk aanhebt.’

Cally’s gevoel van opluchting maakte plaats voor een hele nieuwe reeks van zenuwen. ‘Hij lijkt inderdaad wat te gekleed,’ fluisterde ze aarzelend, toen hij zijn hand langs haar nek naar beneden liet gaan tot aan haar borsten. Instinctief kromde ze haar rug om hem aan te sporen zijn handen naar haar gespannen tepels te laten glijden, maar in plaats daarvan bewoog hij zijn vingers naar haar rug, waar hij met gemak de rits van haar jurk losmaakte en haar schouderbandjes omlaag trok.

Pas toen dacht ze verschrikt aan de jadegroene bustier en slip die ze eronder droeg. Deze had ze eerder in een opwelling aangetrokken, uit een meisjesachtig verlangen om de prachtige bijpassende lingerie aan te trekken onder de jurk. Zoiets had ze nog nooit gedragen, maar het had zo prettig aangevoeld, en aangezien ze geen seconde had gedacht dat iemand het te zien zou krijgen, had ze er geen kwaad in gezien het aan te houden. Nu voelde ze zich ineens belachelijk. Wat moest hij wel niet van haar denken, nu ze voor hem stond in lingerie waarin ze wel een courtisane uit de Moulin Rouge leek, terwijl ze in werkelijkheid slechts een kunstrestaurateur uit Cambridge was, die al haast een decennium lang geen seks meer had gehad en daar überhaupt al nooit goed in was geweest?

Toen hij haar jurk omlaag trok en naar achteren stapte, was zijn genoegen echter zo duidelijk van zijn gezicht af te lezen – alsof ze er precies uitzag zoals hij had verwacht, zoals ze eruit zou moeten zien – dat ze zich net een vlinder voelde die uit haar cocon tevoorschijn kwam. Het gevoel was zo sterk, dat ze niet langer dacht aan de vele andere, knappere en meer ervaren vrouwen die zo voor hem moesten hebben gestaan, niet langer stilstond bij haar oude onzekerheden, en alleen nog maar dacht aan zijn overduidelijke verlangen naar haar, en haar verlangen naar hem.

Ze voelde haar stoutmoedigheid toenemen en strekte haar hand uit om zijn T-shirt uit zijn broek te trekken.

‘Laat mij maar.’ Vlug trok hij beide kledingstukken uit, zodat hij alleen nog maar zijn donkere zijden boxershort aanhad. Elke centimeter van zijn gespierde lijf werd verlicht door het diffuse schijnsel van de lamp die nog steeds op de grond lag, als een modern kunstwerk. Met hernieuwde begeerte trok hij haar naar zich toe, en ze rilde van genot toen ze zijn duim eindelijk over haar tepel voelde strelen door de kanten stof van de bustier.

‘Ik hoop dat je het niet koud hebt?’ vroeg hij. Er verscheen een scheef glimlachje om zijn mond toen hij met zijn vingers rond het gespannen knopje streelde.

‘Nee,’ wist ze uit te brengen, haar ademhaling gehaast. ‘Niet koud.’

‘Mooi.’ Hij ging achter haar staan om langzaam haar bustier los te knopen. Het kledingstuk viel op de grond en hij draaide haar naar zich toe, genietend van de aanblik van haar naakte lichaam.

Langzaam, voorzichtig, strekte ze haar hand uit om hem te strelen door de dunne zijden stof van zijn boxershort. ‘Jij lijkt het ook nogal warm te hebben.’

Hij sloot zijn ogen en kreunde, terwijl ze hem langzaam zijn boxershort uittrok. Toen hij zijn ogen weer opendeed, was haar blik op hem gefixeerd, haar hele lichaam roerloos. ‘Waar denk je aan?’ vroeg hij schor.

Snel dwong ze zichzelf met haar ogen te knipperen, verbijsterd door haar eigen stoutmoedigheid, door zijn omvang, door de aanblik van het litteken, dat doorliep tot aan de donkere krulletjes tussen zijn benen. ‘Je ego is al groot genoeg,’ zei ze, plotseling weer nerveus.

‘Laat eens zien, dan,’ zei hij plagerig.

Ze keek hem diep in de ogen, en haar gedachten werden overspoeld door onbekende erotische beelden, die hij vast op de een of andere manier op haar had overgebracht. Beelden die haar tot haar verbazing opwonden, die haar lieten vergeten dat ze niet het soort vrouw was dat instinctief begreep hoe men de liefde moest bedrijven, maar haar juist het tegenovergestelde lieten denken. Langzaam, heel langzaam, begon ze een spoor van vederzachte kusjes te trekken van zijn navel tot aan het middelpunt van zijn opwinding.

Hij keek toe. Haar borsten streken langs zijn dijen toen haar lippen hem beroerden, en hij kon het bijna niet meer houden. Snel leidde hij haar terug omhoog en loodste haar naar de bank. ‘Ik wil in je zijn.’

Daar kon ze het alleen maar mee eens zijn, hoe irrationeel en onverklaarbaar dat verlangen ook was. Op dat moment begreep ze, verbazend genoeg, dat ze dit al had gewild sinds ze hem voor het eerst had gezien. Nu zat ze op de bank, haar benen om hem heen geslagen. Zijn vingers streelden over haar dijen, tot aan haar meest intieme plekje. Ze was helemaal klaar voor hem.

Toen hij haar boven op zich liet zakken, hapte ze naar adem. Niet van pijn, bedacht ze verrast, maar van genot. Het voelde zo fijn, zo goed, dat ze zich afvroeg waarom ze niet eerder had geweten dat het zo heerlijk kon zijn.

Voor ze tijd had om te bedenken wat dit precies betekende, werden haar gedachten wazig, als een aquarel in de regen, terwijl hij haar langzaam naar voren en naar achteren begon te bewegen.

‘Nu jij.’ Hij stopte en spoorde haar aan om het tempo te bepalen.

Aarzelend kwam ze in beweging. Ze voelde zich steeds verhitter raken.

Hij legde zijn handen om haar billen en keek naar haar. ‘Doe je ogen dicht.’

Gehoorzaam sloot ze haar ogen, en ze voelde haar ademhaling versnellen toen ze het tempo verhoogde, terwijl Leon haar borsten kuste. Er ontsnapte een onbedwingbaar gekreun uit haar mond. Daar schrok ze zo van, dat ze haar ogen weer opende en onwillekeurig haar tempo even verlaagde.

‘Laat je gaan,’ beval hij.

‘Nee, ik… ik weet niet… Dat kan ik niet.’

‘Jawel,’ zei hij resoluut. Onder haar bewoog hij even, en ineens voelde ze hem nog dieper in zich.

Er rees een angstaanjagend krachtig gevoel in haar op, alsof ze aan de rand van een afgrond stond. Ze wist niet wat ze moest doen; ze was bang om los te laten.

‘Nu,’ spoorde hij haar aan, maar ze kneep haar ogen nog steeds stevig dicht. ‘Ik kan het niet meer houden!’

Ze voelde dat hij tot een hoogtepunt kwam, zag de spieren in zijn nek aanspannen, voelde hem huiveren, en…

Pas toen, terwijl ze op het punt stond haar eerste orgasme ooit te beleven, realiseerde ze zich dat ze geen condoom hadden gebruikt.