Woord van dank

Veel mensen hebben me geholpen bij het schrijven van Fatale keuze. Met name mijn collega’s in de forensische wetenschap en bij de politie zijn heel geduldig geweest. Ik ben zeer veel dank verschuldigd aan brigadier Guy Ouelette van de Organized Crime Unit van de Sûreté du Québec en inspecteur Steven Chabot, brigadier Yves Trudel, hoofdagent Jacques Morin en agent Jean Ratté van Opération Carcajou in Montreal.

Inspecteur Jean-François Martin van de Division des Crimes Majeurs, brigadier Johanne Bérubé van de Division Agressions Sexuelles en commandant André Bouchard van Moralité, Alcool, et Stupéfiant van het Centre Opérational Sud – allen van de Communauté Urbaine de Montréal Police – hebben geduldig mijn vragen beantwoord en het functioneren van eenheden van de politie uitgelegd. Een speciaal woord van dank is op zijn plaats voor brigadier Stephen Rudman, hoofd van de afdeling Analyse et Liaison van het Centre Opérational Sud, die veel vragen heeft beantwoord, plattegronden heeft geleverd en me een rondleiding heeft gegeven in de gevangenis.

Onder mijn collega’s van het Laboratoire des Sciences Judiciaires en de la Médecine Légale moet ik dr. Claude Pothel bedanken voor zijn pathologische commentaren en François Julien van de Section de Biologie voor zijn demonstratie van patronen van bloedspetters. Pat Laturnus, bloedspooranalist van het Canadian Police College in Ottawa heeft me ook geholpen met zijn vakkennis en de foto’s geleverd voor het ontwerp van de omslag.

Verder moet ik een woord van dank richten tot brigadier Terry Sult van de Police Department Intelligence Unit van de politie van Charlotte-Mecklenburg, tot Roger Thompson, directeur van het Police Department Crime Laboratory van Charlotte-Mecklenburg, tot Pam Stephenson, analist van de Intelligence and Technical Services van het State Bureau of Investigation van North Carolina, Gretchen C.F. Shappert van het kantoor van de procureur-generaal van de Verenigde Staten en dr. Norman J. Kramer van de Mecklenburg Medical Group.

Tot de anderen die me hun tijd en kennis ter beschikking hebben gesteld behoren dr. G. Clark Davenport, geofysicus bij NecroSearch International, dr. Wayne Lord van het National Center for the Analysis of Violent Crime van de academie van de fbi in Quantico en Victor Svoboda, directeur communicatie van het Montreal Neurological Institute en het Montreal Neurological Hospital. Dr. David Taub was mijn goeroe op het gebied van Harley-Davidsons.

Ik sta in het krijt bij Yves St. Marie, directeur van het Laboratoire des Sciences Judiciaires en de la Médecine Légale, dr. André Lauzon, de baas van het Laboratoire de la Médecine Légale en dr. James Woodward, rector magnificus van de universiteit van North Carolina in Charlotte, omdat zij mij voortdurend hebben gesteund.

Een speciaal woord van dank gaat naar Paul Reichs voor zijn waardevolle commentaren op het manuscript.

Zoals altijd wil ik mijn buitengewone redacteuren Susanne Kirk van Scribner en Lynne Drew van Random House, en mijn zeer doortastende literaire agent Jennifer Rudolph Walsh bedanken.

Hoewel ik in hoge mate mijn voordeel heb kunnen doen met de adviezen van experts, zijn eventuele vergissingen in dit boek uitsluitend op mijn conto af te schrijven.