***

Annie had op weg naar het vliegveld eten voor het weekend ingeslagen, maar dat had ze natuurlijk eigenlijk beter kunnen doen op de terugweg. Na een verblijf van vijf uur in een warme auto zag de zalm er niet zo heel smakelijk meer uit. De supermarkt in Butte was de beste die ze in Montana ontdekt had. Ze hadden zelfs zongedroogde tomaten en kleine potjes met verse basilicum, die echter behoorlijk verlept was geraakt tijdens de reis. Annie had ze bij thuiskomst in een potje water in de vensterbank gezet. Misschien zouden ze het overleven. Wat niet van de zalm gezegd kon worden, die ze afspoelde onder de kraan, in de hoop dat de ammoniaklucht zou verdwijnen.
Het geluid van het stromende water maakte het verre onweer buiten onhoorbaar. Annie dompelde de vis geheel onder en keek naar de loslatende schubben die rondtolden en met het wegstromende water verdwenen. Vervolgens sneed ze onderbuik open en waste het bloed weg uit het brokkelige vlees totdat het er glinsterend felroze uitzag. De geur was nu wel minder doordringend geworden, maar het slappe visselijf veroorzaakte bij haar zo'n golf van misselijkheid dat ze niet anders kon dan de vis in het vergiet achterlaten en snel door de hordeur naar buiten gaan. De lucht was heet en zwaar en verfriste haar bepaald niet. Het was bijna donker, al was de zon nog lang niet onder. De wolken waren vuilzwart met gele aderen erdoor en ze hingen zo laag dat ze op de aarde leken te drukken.Robert en Grace waren al bijna een uur weg. Annie had ermee willen wachten tot de volgende ochtend, maar Grace wilde Robert meteen voorstellen aan de familie Booker en hem gelijk ook Pilgrim laten zien. Ze had hem nauwelijks de gelegenheid gegeven het huis van binnen te bekijken, maar had meteen gevraagd of hij haar naar de ranch wilde rijden. Ze wilde dat Annie ook meeging, maar Annie had geweigerd en gezegd dat ze het avondeten vast klaar zou maken zodat ze konden eten als zij terugkwamen. Bij de kennismaking van Tom en Robert wilde ze liever niet aanwezig zijn; dan zou ze niet weten hoe ze moest kijken. De gedachte alleen al maakte haar nog misselijker dan ze als was.
Ze was in bad gegaan en had een jurk aangetrokken, maar ze voelde zich nu al weer plakkerig. Ze ging verder naar buiten en zoog haar longen vol met nutteloze lucht. Toen liep ze langzaam om het huis heen naar de voorkant, waar ze hen zou kunnen zien aankomen.
Ze had gezien hoe Tom en Robert met alle kinderen in de Chevy gestapt waren en had gekeken hoe de auto naar de weiden toe was gereden. Ze had in het voorbijgaan alleen Tom kunnen zien, maar hij had niet naar boven gekeken; hij had zijn hoofd naar Robert gewend en praatte met hem. Annie vroeg zich af wat hij van hem zou vinden. Het was alsof zijzelf op afstand beoordeeld werd.
Tom had haar de hele week ontweken en al had ze wel een idee waarom hij dat deed, toch had ze het gevoel dat de afstand tussen hen een zich verbredende kloof binnen haar zelf was. Toen Grace bij Terri Carlson in Choteau was, had Annie gewacht tot hij zoals altijd zou aankloppen om te gaan paardrijden, al wist ze in haar hart dat hij niet zou komen. Toen ze met Grace ging kijken hoe hij met Pilgrim opschoot, was hij zo druk bezig dat hij hen nauwelijks had opgemerkt. En naderhand hadden ze maar heel oppervlakkig met elkaar gepraat, beleefd haast.
Ze wilde hem spreken, tegen hem zeggen dat het haar speet wat er gebeurd was, al was dat niet waar. Als ze 's nachts alleen in bed lag, dacht ze steeds aan die tedere wederzijdse ontdekkingstocht en fantaseerde daar op door tot ze zo naar hem verlangde dat haar lichaam er pijn van deed. Ze wilde alleen maar zeggen dat het haar speet voor het geval hij een negatief beeld van haar zou hebben. Maar de enige keer dat die mogelijkheid zich voor had gedaan, was toen hij Grace die eerste avond had thuisgebracht en zij iets wilde gaan zeggen, maar door hem onderbroken was, alsof hij geweten had wat zij wilde zeggen. Nadat ze de blik in zijn ogen had gezien toen hij wegreed, had ze de neiging gehad om luid roepend achter hem aan te gaan rennen.
Annie stond met haar armen over elkaar te kijken naar het weerlichten boven het bewolkte bergmassief. Ze zag ineens de koplampen van de
Chevy tussen de bomen bij de kruising van de weg en de beek. Toen ze du- verder de weg zag volgen, voelde ze een zware regendruppel op haar schouder. Ze keek op, en toen viel een volgende druppel midden op haar voorhoofd, die vervolgens langs haar gezicht naar beneden liep. De lucht was plotseling afgekoeld en vervuld van de verse geur van vochtige aarde. Annie zag verderop in de vallei de regenbui als een muur op haar af komen. Ze draaide zich om en haastte zich naar binnen om de zalm te gaan grillen.
Een aardige vent vond hij hem. Maar ja, wat had hij dan van Robert verwacht? Hij vond hem levendig en grappig en hij had ook wat te vertellen en, belangrijker nog, hij was belangstellend. Robert boog zich naar voren en keek door zijn tot spleetjes vernauwde ogen. Ze moesten hard praten om zich verstaanbaar te maken onder het gekletter van de regen op het dak van de auto.
'Als het weer in Montana je niet bevalt, moet je vijf minuten wachten,' had Robert gezegd. Tom moest lachen. 'Heb je dat van Grace?' 'Het stond in mijn reisgids.'
'Papa is de grootste reisboekengek die er bestaat,' riep Grace vanaf de achterbank.
'Nou, bedankt hoor, liefje. Ik vind jou ook heel aardig.' Tom glimlachte. 'Tja, het lijkt wel alsof het regent.' Hij was ongeveer zo ver als per auto mogelijk was met hen naar boven gereden. Ze hadden een paar herten gezien, een enkele havik, en toen aan de overkant van de vallei een hele kudde elanden. De kalveren, sommige niet ouder dan een week, schuilden naast hun moeders tegen het onweer. Robert had een verrekijker bij zich en ze bleven zeker tien minuten slaan kijken. De kinderen maakten herrie om wie er aan de beurt was. Er was een grote mannetjeseland bij met een breed uitwaaierend gewei. Tom probeerde met een lokroep zijn aandacht te trekken, maar hij reageerde niet. 'Wat zou zo'n mannetje nou wegen?' vroeg Robert. 'O, zeker driehonderd kilo, misschien iets meer. In augustus weegt zijn gewei alleen al misschien wel vijfentwintig kilo.' 'Heb je er ooit een geschoten?'
'Mijn broer Frank gaat wel eens jagen. Ikzelf vind het prettiger om hun koppen daarboven rond te zien kijken dan dat ik ze aan de muur zie hangen.'
Hij vroeg nog veel meer toen ze weer terugreden, terwijl Grace hem steeds maar zat te plagen. Tom dacht aan Annie en alle vragen die zij gesteld had toen hij haar de eerste paar keren hier mee naartoe had genomen, en hij vroeg zich af of Robert die gewoonte van haar had overgenomen of zij van hem, of dat ze misschien allebei van nature zo waren en gewoon bij elkaar pasten. Dat moest het zijn, dacht Tom, ze pasten gewoon goed bij elkaar. Hij deed zijn best om aan iets anders te denken.
Naast de weg stroomde het water wild in de richting van het huis bij de beek. Achter het huis gutste de regen van elke hoek van het dak af. Tom zei dat hij en Joe de Ford Lariat later wel zouden komen brengen. Tom reed zo ver hij kon door naar de achterdeur, zodat Robert en Grace niet nat zouden worden. Robert stapte als eerste uit. Hij sloot het portier achter zich. Vanaf de achterbank vroeg Grace snel aan Tom hoe het met Pilgrim gegaan was. Ze waren eerder al wel naar het paard wezen kijken, maar ze hadden nog geen tijd gehad er met elkaar over te spreken. 'Her ging goed. Het zal je best lukken.'
Ze straalde helemaal. Joe gaf haar een speels klapje op haar arm. Er was geen tijd om verder te vragen, want Robert had het achterportier geopend om haar te laten uitstappen.
Tom had er natuurlijk aan moeten denken dat door de regen de aarde voor de deur glad zou zijn geworden. Maar dat had hij niet, tot het moment dat Grace uitstapte en haar voeten vanonder haar vandaan gleden. Ze gaf een klein gilletje terwijl ze viel. Tom sprong uit de auto en liep eromheen. Robert stond bezorgd over haar gebogen. 'Mijn God, Gracie, is alles goed met je?'
'Ja hoor, prima.' Ze probeerde al op te staan en leek zich meer te generen dan dat ze zich veel pijn had gedaan. 'Echt waar, pap. Er is niets aan de hand.'
Annie kwam aanrennen en viel zelf ook bijna. 'Wat is er gebeurd?'
'Het is oké,' zei Robert. 'Ze is gewoon uitgegleden.'
Joe was inmiddels ook uitgestapt en ook hij keek heel bezorgd. Ze hielpen
Grace overeind. Ze vertrok haar gezicht even toen ze weer op haar benen
stond. Robert had zijn arm om haar schouders geslagen.
'Weet je zeker dat je niets mankeert, lieverd?'
'Papa, alsjeblieft, maak er nou niet zo'n drukte om. Er is niets aan de hand.'
Terwijl ze haar naar binnen hielpen, hinkte ze een beetje, maar dat probeerde ze te verbergen. Bang om iets van het drama te missen, wilde de tweeling ook al mee naar binnen komen, maar Tom hield hen tegen en stuurde hen met een vriendelijk woord weer terug de auto in. Toen hij het pijnlijk vertrokken gezicht van Grace zag, besloot hij dat het tijd was om te vertrekken.
'Nou, ik zie jullie allemaal morgenochtend, hè?' zei hij. 'Oké,' zei Robert. 'Bedankt voor de rondrit.'
'Graag gedaan, hoor.'
Hij knipoogde naar Grace en zei haar dat ze maar moest zorgen dat ze goed sliep. Ze glimlachte dapperen zei dat ze dat zou doen. Hij loodste Joe naar buiten en draaide zich toen om om afscheid te nemen. Zijn blik kruiste die van Annie. Ze keken elkaar niet langer dan een ogenblik aan, maar in hun blikken lag alles besloten wat er in hun harten leefde. Tom tikte aan zijn hoed en wenste hun goedenacht.
Zodra ze op de grond viel, wist ze dat ze iets gebroken had, en één afschuwelijk ogenblik lang dacht ze dat het haar dijbeen was. Pas toen ze opstond, wist ze dat het dat niet was. Ze was wel erg geschrokken, en ze geneerde zich vreselijk, maar zij zelf had verder niets. Het was veel erger: de bovenkant van haar prothese was helemaal gebarsten. Grace zat op de rand van de badkuip met haar spijkerbroek om haar linkerenkel en het kunstbeen in haar handen. De binnenkant van de gebarsten prothese was warm en vochtig en rook naar zweet. Misschien kon hij wel gelijmd of getaped worden of zo. Maar dan moest zij haar ouders vertellen wat er gebeurd was en als het dan niet lukte er iets aan te doen, zouden ze haar morgen zeker niet op Pilgrim laten rijden. Nadat de Bookers vertrokken waren, had ze behoorlijk toneel moeten spelen om de indruk te wekken dat haar val niets om het lijf had. Ze had gelachen en grappen gemaakt en haar vader en moeder zeker nog tien keer verzekerd dat er niets aan de hand was. Ten slotte leken ze haar te geloven, en toen ze dacht dat het wel kon, had ze gezegd dat ze als eerste in het bad wilde en was ze naar boven gevlucht om de schade achter gesloten deuren op te nemen. Terwijl ze de huiskamer doorliep voelde ze het rotding over haar beenstompje heen en weer schuiven, en het trappenlopen was behoorlijk lastig. Als ze zelfs dat niet meer kon, hoe wilde ze dan in godsnaam op Pilgrim gaan rijden? Shit! Stom om zo te vallen! Ze had alles weer eens verknoeid.
Ze bleef zitten en dacht lang na. Ze hoorde Robert beneden enthousiast vertellen over de elanden. Hij probeerde de lokroep van Tom na te bootsen, maar het leek er absoluut niet op. Ze hoorde Annie lachen. Wat was het toch fijn dat hij er nu eindelijk was! Als Grace hun nu zou vertellen wat er aan de hand was, zou zij hun hele avond bederven. Ze had haar besluit genomen. Ze stond op, manoeuvreerde zich naar het bad en haalde een doos verband uit het medicijnkastje. Ze zou de reparatie zo goed mogelijk proberen uit te voeren en dan zou ze morgenochtend kijken hoe het rijden op Gonzo ging. Als dat goed ging, zou ze er verder met niemand over spreken tot ze op Pilgrim gereden had.
Annie deed het badkamerlicht uit en liep stilletjes over de overloop naar de kamer van Grace. De deur stond op een kier en kraakte zachtjes toen ze hem verder opende. Het bedlampje brandde nog. Het was de lamp die ze samen in Great Falls gekocht hadden ter vervanging van de kapotte. Die nacht, waarin die oude lamp kapot gevallen was, leek voor Annie nu te behoren tot een vorig leven. 'Gracie?'
Er kwam geen antwoord. Annie liep naar het bed en knipte het licht uit. Zonder dat ze er verder over nadacht, was het haar opgevallen dat het kunstbeen niet zoals gewoonlijk tegen de muur geleund stond, maar op de grond lag, in de schaduw tussen het bed en de tafel. Grace sliep. Haar ademhaling was zo licht dat Annie moeite moest doen om die te kunnen horen. Haar haren lagen om haar hoofd op het kussen gedrapeerd als de monding van een donkere rivier. Annie bleef een tijdje naar haar staan kijken.
Ze had zich zo dapper gedragen na die val. Annie wist dat het pijn gedaan moest hebben. En daarna, tijdens het eten en de rest van de avond, was ze zo vrolijk en gevat geweest. Wat een bijzonder kind was het toch. Voor het eten, in de keuken, toen Robert een bad aan het nemen was, had ze Annie verteld wat Tom in de auto had gezegd. Ze liep over van enthousiasme en had al helemaal uitgedokterd hoe ze haar vader zou verrassen. Joe zou hem meenemen om naar het veulen van Bronty te gaan kijken en dan zou hij hem weer terugbrengen als zij op Pilgrim reed. Annie had wel haar bedenkingen, en die zou Robert ook wel hebben, dacht zij, maar als Tom het in orde vond, dan was het dat ook.
'Hij lijkt me een heel geschikte vent,' had Robert gezegd, terwijl hij zich nog een stuk van de zalm opschepte, die trouwens verbazingwekkend goed smaakte.
'Hij heeft veel voor ons gedaan,' zei Annie, zo ontspannen mogelijk. Er viel een korte stilte. Het leek alsof haar woorden in de lucht bleven hangen om getoetst te worden. Maar gelukkig begon Grace te vertellen over de dingen die zij Tom de afgelopen week met Pilgrim had zien doen. Annie boog zich over haar heen en kuste haar dochter zacht op de wang. Van heel veraf mompelde Grace iets terug.
Robert lag al in bed, zonder kleren aan. Toen zij de kamer binnenkwam en zich begon uit te kleden, legde hij het boek weg dat hij aan het lezen was en keek hij naar haar. Hij wachtte op haar. Het was een oude gewoonte van hem en in het verleden had ze het ook vaak fijn gevonden om zich voor hem uit te kleden; het had haar zelfs opgewonden. Maar nu vond ze zijn zwijgende blik vervelend, eigenlijk onverdraaglijk. Ze had er natuurlijk van tevoren wel aan gedacht dat hij vanavond wel zou willen vrijen, na zo'n lange tijd, en ze had er de hele avond tegenop gezien.
Ze deed haar jurk uit en legde die op de stoel, en toen werd ze zich plotseling zo bewust van zijn blik en van de intensiteit van de stilte dat ze naar het raam stapte en de jaloezieën van elkaar trok om naar buiten te kunnen kijken.
'Het is opgehouden met regenen.' '|a, het regent al een halfuur niet meer.' 'O.'
Ze keek in de richting van de ranch. Ze was nooit in Toms kamer geweest, maar ze wist welk raam van hem was en ze zag dat het licht er nog brandde. O God, dacht ze, waarom ben jij er niet? Waarom ben ik niet met jou samen? Die gedachte vervulde haar met zo'n verlangen, haast een gevoel van wanhoop, dat ze snel de jaloezieën sloot en zich omdraaide. Haastig deed ze haar beha en broekje uit en wilde het lange T-shirt pakken dat ze altijd aandeed als ze ging slapen.
'Laat dat maar uit,' zei Robert zacht. Ze keek hem aan en glimlachte. 'Kom hier.'
Hij hield zijn armen gespreid. Ze slikte en deed haar best om zijn glimlach te beantwoorden. Ze hoopte maar dat hij niet in haar ogen kon lezen waar ze bang voor was. Ze legde het T-shirt neer en liep naar het bed, zich pijnlijk bewust van haar naaktheid. Ze ging naast hem op het bed zitten en onwillekeurig huiverde ze toen hij een hand in haar nek legde en met de andere haar linkerborst omvatte. 'Heb je het koud?' 'Een klein beetje maar.'
Langzaam trok hij haar hoofd naar zich toe. Hij kuste haar zoals hij haar altijd gekust had. Ze probeerde met iedere vezel die ze in zich had haar geest leeg te maken van iedere mogelijke vergelijking en zich te verliezen in de bekende omtrekken van zijn mond en zijn bekende geur en smaak en het bekende gevoel van zijn hand op haar borst.
Ze sloot haar ogen, maar kon zich niet onttrekken aan het opwellende gevoel van verraad. Ze had haar man, die goed was en van haar hield, niet zozeer bedrogen door wat ze met Tom had gedaan, maar door wat ze verlangd had te doen. Maar sterker nog dan dat was het gevoel dat ze Tom bedroog door wat ze nu aan het doen was, al hield ze zichzelf voor dat dat onzin was.
Robert legde het bed open en schoof op zodat zij naast hem kon komen liggen. Ze zag het vertrouwde roodbruine haar op zijn buik en het roze van zijn stijve lid. Toen ze naast hem ging liggen en zijn mond zocht, voelde het hard aan tegen haar dij. 'O God, Annie, wat heb ik je gemist!' ik heb jou ook gemist.'
w
'Ja, echt?'
'Jaaa, natuurlijk wel.'
Ze voelde hoe zijn vlakke hand langs haar zij naar beneden ging, en via haar heup naar haar buik, en ze wist dat hij haar tussen haar benen zou voelen en zou merken dat ze helemaal niet opgewonden was. Op het moment dat zijn vingers haar schaamhaar bereikten, schoof ze een stukje omlaag.
'Dit wilde ik eerst even doen,' zei ze. Ze kroop over zijn benen heen en nam
zijn lid in haar mond. Het was lang geleden dat ze dat gedaan had; hij
zuchtte diep van opwinding.
'O, Annie, ik weet niet of ik dit wel aankan.'
'Het geeft niet. Ik doe het graag.'
Wat een treurige leugenaars worden we toch door de liefde, dacht ze. Wat een donkere en slinkse wegen bewandelen we ervoor. En toen hij klaarkwam, wist ze met grote en droevige zekerheid dat wat er ook gebeurde, het nooit meer hetzelfde zou zijn tussen hen, en dat deze schuldige daad van haar eigenlijk haar afscheidsgeschenk aan hem was. Later, toen het licht uit was, kwam hij in haar. De nacht was zo donker dat ze eikaars ogen niet konden zien, en onder die dekmantel raakte Annie uiteindelijk ook opgewonden. Ze gaf zichzelf over aan de vloeiende ritmiek van hun paring en vond door de droefenis heen een kort moment van vergetelheid.