HET GEHEIME GENOOTSCHAP

Juffrouw Fox, die met grote snelheid een bocht nam, had geen kans gezien een botsing met een auto van de andere kant te vermijden. Gelukkig had zij tijdig het stuur omgegooid en op de rem getrapt en daardoor was de kracht van de botsing veel minder. De achterzijde van de auto was opzij gegleden en tegen een boom geslagen. Chet en Joe die opgesloten zaten in de kofferruimte waren verdoofd door de slag. Toen Joe probeerde het deksel open te doen, merkte hij dat deze vastgeklemd zat.
'Hé! Help ons er eens uit!' riep Chet, die vergeefse pogingen deed om te helpen.
De actrice klauterde juist wit en bevend uit de wagen, toen de andere bestuurder uitstapte en over de weg naar haar toe kwam. 'Bent u gewond?' vroeg hij bezorgd.
'N-nee!' antwoordde juffrouw Fox met trillende stem. 'En u?'
'Ik mankeer niets, ' antwoordde de man.
Toen hij in het licht van de koplampen stapte, herkende juffrouw Fox hem onmiddellijk. Het was Ruel Rand. Tegelijkertijd zag hij dat hij de dochter van zijn vijand Samuel Blackstone voor zich had. 'O, bent u het?' zei hij gemelijk. 'Waarom keek u niet uit waar u reed? U kwam met een vaart van zeker vijfenzestig kilometer die bocht om. We mogen van geluk spreken dat we niet allebei dood zijn. "'
'Hoe wist ik nou dat u er aankwam?' beet de actrice terug. 'Waarom gaf u geen signaal?'
De beide jongens die nog steeds achter in de auto gevangen zaten, begonnen te roepen en te stompen tegen het deksel. 'Laat ons eruit! Maak eens open! We krijgen het deksel niet omhoog!' Juffrouw Fox wist beslist niet wat ze hiervan denken moest en draaide zich om. Aanvankelijk begreep ze niet waar de herrie vandaan kwam. Rand liep naar de achterkant van de auto van Blackstone om een onderzoek in te stellen.
'Ik geloof dat u een paar passagiers hebt, die in moeilijkheden zitten, ' zei hij.
'Maar ik heb geen passagiers. Ik was alleen. '
'Dat dacht u misschien, ' antwoordde Rand. 'Zolang die wagen tegen de boom staat, kunnen we het deksel niet omhoog krijgen. Ik zal mijn auto wat naar achteren rijden, dan kunt u wat optrekken. '
Hij nam plaats in zijn wagen en reed wat naar achteren, zodat juffrouw Fox voldoende ruimte had om wat meer naar voren te rijden. Toen dit gebeurd was, klemde het deksel niet meer en konden de jongens het zonder moeite omhoog drukken.
Zij klauterden naar buiten, geschrokken en verlegen.
Alice Fox liet een kreet van verbazing horen.
'Zeg, dat zijn twee van die jongens!'
Ruel Rand keek hen nijdig aan.
'Ik heb al die tijd wel gedacht dat jullie onder een hoedje speelden met Blackstone, ' zei hij. 'En nu weet ik het dan zeker. '
'Wat heeft dat te betekenen, je te verschuilen in mijn wagen?' vroeg juffrouw Fox woedend. Toen draaide zij zich bliksemsnel om naar Rand. 'Daar hebt u ze toe aangezet. Dat weet ik zeker. '
'Probeert u nou maar niet net te doen, alsof u niet wist dat ze daar zaten, ' zei Rand laatdunkend. 'U probeert hen te beschermen. Uw vader heeft die jongens gebruikt om mij te bespioneren. ' Hij liep dreigend naar Chet en Joe toe. 'Dat klopt toch, is het niet?' Voor de jongens zich konden verdedigen of de situatie uitleggen gebeurde er iets anders. Een zware vrachtauto kwam ronkend de bocht om en stopte. De grote lampen beschenen de twee beschadigde auto's en het groepje mensen dat op de weg stond. Uit het donker klonk een ruzieachtige stem, die riep: 'Hé! Wat mot dat betekene, met dat afsette van de weg? Rij die wages opzij en laat me derdoor. '
Juffrouw Fox en Rand stapten natuurlijk direct in hun auto's en maakten ruimte voor de vrachtauto.
'Laten we 'm smeren!' zei Chet dringend, blij met deze kans op ontsnapping.
'Daar kan ik het mee eens zijn, ' zei Joe gretig en in een oogwenk verdwenen de twee jongens in het donker.
Zij lieten er geen gras over groeien en zorgden dat ze zo snel mogelijk op behoorlijke afstand van de plaats van het ongeluk waren. Joe's voorstel om zich te verstoppen in de kofferruimte van de wagen van juffrouw Fox, bleek niet veel tijdbesparing op te leveren. Behalve dat zij een flinke schrik hadden opgelopen en in een pijnlijke situatie waren geraakt, kregen zij nog iets onprettigs te verwerken, namelijk dat zij de weg kwijtraakten, toen zij probeerden door het bos een kortere weg te vinden naar Hidden Harbor.
Het was daarom bijna negen uur in de avond voor zij eindelijk bij hun kampeerplaats aankwamen.
Tot hun verbazing vonden zij de plek verlaten. Op een doos bij de gloeiende sintels van het vuur lag een briefje, dat door een steen op zijn plaats werd gehouden. Joe nam het stukje papier op en las: Als jullie terugkomen, ga dan meteen langs het strand tot jullie bij het oude botenhuis van Blackstone komen. Vlak achter het botenhuis staat een grote boom. Klim daarin en wacht verder maar af.
Frank 'Hij wil dus dat we in een boom klimmen, niet?' zei Chet. 'Ik ben benieuwd wat er aan de hand is in dat botenhuis. En waarom moeten we ons in die boom verbergen?' piekerde Joe. 'Snij eerst maar eens wat brood en maak die pot met zure bommen eens open, Josef, mijn jongen. Eerst eten, dan bomen klimmen, ' klonk de wijze raad van Chet. De jongens aten haastig hun maal — voor zover dit tenminste mogelijk was, als Chet erbij was —, verlieten toen de kampeerplaats en liepen over het strand van Hidden Harbor. Chet at inmiddels een enorm stuk taart op, dat hij op het laatste moment nog had mee-gegraaid.
Na een poosje kwamen zij in het zicht van het oude botenhuis. Het was duidelijk te zien, dat het vroeger een luxueus gebouw was geweest, maar het zag er nu zeer verwaarloosd en vervallen uit. Het gebouw lag er somber en griezelig, met een verzakt dak. Het troosteloze gekabbel van de golven tegen de pier verhoogde de geheimzinnige atmosfeer. De jongens kropen geluidloos over het strand langs het spookachtige oude botenhuis en zagen al spoedig de boom die Frank in het briefje had aangeduid.
'Als Frank dat briefje nu eens helemaal niet heeft geschreven?' opperde Joe. 'Misschien lopen we wel in een val. '
'Ik ben er zeker van dat het het handschrift was van je broer. Maar ik vind het er hier helemaal niet plezierig uitzien, ' zei Chet. 'Het ruikt hier gewoon naar moeilijkheden. Laten we toch maar doorlopen. Ik krabbel nu niet meer terug. '
De neerhangende takken van de grote boom wierpen een sinistere schaduw over de helling. Joe klom het eerst naar boven en klauterde langs de dikke stam, tot hij de laagste takken bereikte. Toen leunde hij naar beneden en gaf Chet een hand.
De dikke jongen kwam hijgend en puffend boven. Hij viel bijna uit de boom, toen uit het duister van de bladeren boven hem een stem zachtjes zei: 'Ik dacht dat jullie nooit zouden komen. Maak geen geluid. Jullie zijn net op tijd. '
'Ver-verhip, Frank, je jaagt me de doodstuipen op het lijf!' piepte Chet. 'Ssst! Daar komen ze! Kijk maar!'
Chet en Joe gluurden tussen de takken vandaan en zagen een vreemde optocht langs de helling naar het oude botenhuis komen.
Het waren in totaal ongeveer een dozijn jongemannen en jongens en bij het vale maanlicht zagen de vrienden dat het allemaal negers waren. Aan het hoofd marcheerde een bekende, opschepperige figuur — niemand anders dan Luke Jones. Toen de bende op een paar meter afstand van de boom was gekomen, bleven de leden staan en vormden een kring om hun leider heen.
'Leden van dit geheime genootschap!' balkte hij. 'Wij zijn hier vanavond bijeen om een nieuw lid in onze club in te wijden. '
'Hier ben ik, Luke, ' riep een grote neger, die naar voren kwam schuifelen. Het was een kolossale, jonge kerel, met een vrij dom uiterlijk. 'Iedereen hier kent Jed, ' vervolgde Luke. 'Als er iemand is, die hem niet wil laten toetreden, dan moet hij maar hier komen en vertellen wat zijn bezwaren zijn. '
'Ik vind het best' — 'Jed is een beste' — 'Laat hem maar lid worden' — 'Jed is een goed lid, ' riepen diverse stemmen. Het was duidelijk dat het Jed niet moeilijk zou vallen, lid te worden van het geheime genootschap.
'Prima!' zei Luke. 'Kom dan maar mee in het clubhuis, dan beginnen we met het eerste deel van de inwijding. '
De bende dromde het botenhuis in. Direct daarop zagen de jongens lichten flikkeren achter de ramen. Even later klonk er een woeste kreet van angst, waarschijnlijk van de ongelukkige Jed, die werd ingewijd. 'Laten we eens gaan kijken wat er gebeurd is, ' stelde Joe voor. 'Ik ben bang, dat dat gevaarlijk zou kunnen zijn, ' zei Frank. 'Het kan best zijn dat een deel van de ceremonie zich buitenshuis afspeelt. ' Frank had gelijk. Ongeveer vijftien minuten later gingen de lichten in het botenhuis uit en de leden van de club, die weer naar buiten kwamen, liepen terug de helling op.
De jongens zagen dat Jed geblinddoekt was en dat hij in iedere hand een grote revolver hield.
'Ik hoop maar dat niet per ongeluk een van die revolvers afgaat, ' mompelde Chet, die bang was dat de wapens geladen waren. De neger werd naar een plek recht onder de boom gebracht. Luke Jones ging vlak voor hem staan.
'En nu, Jed, ' beval hij, 'moet je wat oefeningen doen, met die twee revolvers in je handen. Eerste oefening, handen omhoog boven je hoofd. ' De jongeman gehoorzaamde en de revolvers zwaaiden omhoog. Daarbij kwamen zij op een paar centimeter afstand van Chet, die op de onderste tak zat. Beide lopen waren recht op de dikkerd gericht.
Dit was te veel voor Chet. Hij probeerde haastig naar een veiliger plaats te schuiven, maar verloor hierdoor zijn houvast aan de tak. Met een wilde kreet tuimelde hij midden tussen de leden van het geheime genootschap! Het is nog maar de vraag wie er het meeste schrok: Chet, of de leden van het geheime genootschap. Buiten adem van zijn val lag de dikkerd languit op de grond.
Een van de jonge negers riep, met een kreet van angst: 'Een geest!' en hij vluchtte in panische angst weg.
Luke Jones echter bleef waar hij was. Hij greep Chet bij zijn arm, trok hem overeind en herkende hem meteen.
'Het is een van die drie jongens. Jij wilde dus spioneren, hè?' riep hij venijnig.
Frank en Joe wisten nog niet goed wat zij moesten doen. Niemand van de groep keek naar boven, want zij namen aan dat Chet alleen was. De Hardy's redeneerden, dat als zij hun vriend te hulp schoten, zij sterk in de minderheid zouden zijn en dus besloten zij dat het verstandiger zou zijn, als zij, althans voor het ogenblik, bleven waar zij waren. Als Chet werkelijk in gevaar zou komen te verkeren, dan zou het tijd worden dat zij tevoorschijn kwamen.
Chet behield genoeg tegenwoordigheid van geest om niet te zeggen dat zijn vrienden zich in de nabijheid bevonden. Toen Luke Jones hem overeind trok, riep hij verontwaardigd uit: 'Ik bespioneerde jullie helemaal niet. Laat me los!'
De ander draaide Chets arm zo venijnig om, dat de jongen het bijna uitschreeuwde van pijn.
'Je hebt ons genootschap bespioneerd. Nu zullen we je eens een lesje geven. '
Verscheidene andere leden, die hun angst te boven waren, juichten dit denkbeeld van harte toe.
'Dat is een goed idee, Luke. We zullen hem eens een lesje geven, dat hij niet zo snel zal vergeten. '
'Wat zullen we met hem doen?' vroeg iemand.
'Laten we hem martelen. '
'We gooien hem in de haven. '
Er werden nog enkele andere voorstellen gedaan. De kerels waren in een wilde bui en tot alles in staat. Ten slotte zei Luke: 'Ik heb een idee. We zetten hem in een boot en laten hem zonder riemen de zee op drijven. '
De anderen waren het er unaniem over eens dat dit een passende afstraffing was voor een spion, zoals ze hem noemden. 'Dan ziet niemand hem ooit meer terug, ' zei er een. 'Dan kan hij ook nooit iets van onze geheimen vertellen. '
'Hoor nou toch eens!' riep Chet uit. 'Ik weet niets van die gekke geheimen van jullie af en al was dat zo, dan zou ik er toch niet over praten. Laat me los. '
'Nee, we laten jou niet meer gaan, kereltje, ' zei Luke Jones, terwijl hij Chet nog wat steviger bij zijn kraag greep. 'We zullen je eens een mooi tochtje laten maken in een boot. Maar je zult niet meer terugkomen. Als je geluk hebt, kom je misschien wel helemaal aan de andere kant van de oceaan. '
De leden van de club haastten zich het voorstel van hun leider uit te voeren en zij duwden Chet ruw voort in de richting van het botenhuis.
Toen klonken er zulke hartverscheurende kreten uit het oude gebouw, dat Frank en Joe bijna de neiging kregen om uit de boom te springen en hun kameraad te hulp te schieten. Dat zou echter helemaal niet verstandig zijn geweest en bovendien geen nut hebben gehad, want de Hardy's waren sterk in de minderheid en zij zouden geen partij zijn geweest voor Lukes bende.
'Geloof je werkelijk dat ze hem in een boot het water opsturen?' vroeg Joe. 'Ik heb zo het idee dat ze hem alleen maar proberen bang te maken. Ze zullen hem wel weer loslaten. '
De negers bluften echter helemaal niet. Zij kwamen na enige tijd uit het botenhuis, met een aan handen en voeten gebonden Chet. Toen haalden zij een oude boot tevoorschijn, gooiden hun gevangene erin, duwden het vaartuig van de pier af en lieten het op het uitgaande getij afdrijven.
De Hardy's keken ontzet toe. Als zij nu hun aanwezigheid lieten blijken, zouden zij hetzelfde lot delen als Chet. Hun enige hoop was dat de bende snel zou verdwijnen, zodat zij een kans hadden om hun vriend te bereiken, voordat de boot te ver van de kust zou zijn afgedreven. 'Kom mee nou!' beval Luke Jones. 'Je weet wat we afgesproken hebben om te doen vanavond. Laten we aan de slag gaan. '
'Komt in orde, Luke. '
'Jed, jij moet nog steeds ingewijd worden. Ben je bereid om te doen wat we je gezegd hebben?'
'Vast wel, ' zei de grote neger kalm.
Toen haalde Luke Jones een dikke rol bankbiljetten uit zijn zak. 'Ik heb geld zat, ' schepte hij op. 'Als we dat karweitje van vanavond klaar hebben, dan zal ik eens een lekker etentje laten aanrukken voor het genootschap. '
Deze mededeling werd met veel vreugde en enthousiasme begroet. 'Waar heb jij dat geld vandaan, Luke?' vroeg een van de leden nieuwsgierig.
'Dat is mijn zaak, ' antwoordde de leider. 'Ik heb hopen geld en dat is alles wat jij hoeft te weten. '
Terwijl de leden van de club over het strand liepen om hun geheimzinnige taak te volbrengen, begon Frank tegen zijn broer te spreken, want het zien van de grote rol geld in Lukes hand had hem op een idee gebracht.
Misschien zou alles toch nog goed komen.
'Joe, ' zei hij opgewonden, 'ik denk dat ik weet waar Luke al dat geld vandaan heeft. Misschien was Ruel Rand helemaal niet degene, die Blackstone van die twintigduizend gulden heeft beroofd. '
'Bedoel je dat het misschien Luke is geweest, zijn eigen bediende?'
'Hij heeft die ring toch ook gestolen? En hij heeft nogal wat geld voor iemand die waarschijnlijk niet veel verdient. '
'Ik geloof dat je gelijk hebt, Frank. Maar laten we hier vandaan gaan en Chet gaan helpen. Ik geloof dat het nu wel veilig is om naar beneden te klimmen. '
Het tweetal liet zich snel uit de boom glijden. De op drift geraakte boot bevond zich nu enkele honderden meters uit de kant. Frank en Joe zochten haastig naar een of ander vaartuig en hadden het geluk er inderdaad een te vinden. Ofschoon het een gedeukte, lekke oude roeiboot was, kon hij toch nog wel dienst doen. Joe en Frank sprongen erin en duwden zich af van de pier.
Chet was werkelijk de wanhoop nabij tegen de tijd dat de vrienden hem bereikten. Hij had een zenuwslopende ervaring gehad en hij was zeer nerveus. Terwijl zij zijn touwen doorsneden hijgde hij: 'Ik dacht dat jullie nooit kwamen! Ik begon me al af te vragen of ze jullie ook te pakken hadden. Tjonge, ik hoop dat ik zoiets nooit meer hoef door te maken. '
'We konden je niet te hulp komen. Als de leden van het geheime genootschap ons hadden gegrepen, dan zouden ze met ons hetzelfde hebben gedaan, ' zei Frank. 'We konden alleen maar rustig afwachten tot ze weggingen. '
Terwijl de Hardy's terugroeiden naar de kust vertelde Chet, dat de bende hem nadat ze hem het botenhuis hadden ingebracht, heel ruw hadden behandeld. De gebeurtenis had hem een heilige angst bezorgd voor die harteloze knapen.
'Luke en zijn handlangers gaan vanavond iets uithalen, ' zei Frank. 'Laten we hen vlug achterna gaan. '
'Ik niet, ' antwoordde Chet prompt. 'Ik heb voor één avond genoeg van die kerels gezien. '
Toen de dikkerd echter begreep dat hij dan alleen in het kamp zou moeten blijven, veranderde hij van gedachten en besloot hij mee te gaan. Frank en Joe waren vastbesloten Luke en zijn aanhangers te schaduwen.
'Ik weet niet wat zij van plan zijn, ' zei Frank, 'maar zij willen hun nieuwe lid iets laten uithalen en ik ben bang dat het niet veel goeds is. ' De jongens gingen terug naar hun kamp en zagen dat het nog helemaal in tact was.
Met behulp van een zaklantaarn zochten zij het strand af, in de hoop een spoor te ontdekken. En ja hoor, zij vonden sporen die in de richting van het landgoed van Rand liepen.
Frank dacht ineens aan de tunnel die hij onder het huis van Blackstone had gevonden. Zou Luke zijn plannen met het huis van Rand deze avond gaan uitvoeren? De jongens haastten zich in de richting van het landgoed. Toen zij het huis in het zicht kregen, zagen zij lichten in het donker schijnen en hoorden zij iemand roepen.
'Opschieten!' riep Frank. 'Er is iets gebeurd. Misschien zijn we nog niet te laat. '
Zij holden over het brede grasveld. De voordeur van het huis stond wijd open en een dienstmeisje stond op de drempel en zij wrong zich de handen van angst en bezorgdheid.
'Ga ze achterna!' riep ze. 'Ze hebben Ewald meegenomen! En mevrouw Rand is gewond!'
'Wat is er gebeurd?' riep Frank, terwijl de drie jongens de stoep opstormden.
Het meisje was zo in de war en bang, dat ze nauwelijks kon praten. 'Een groep negers — ze kwamen binnen en hebben Ewald meegenomen — meneer Ruel Rand is er niet — en toen mevrouw Rand probeerde Ewald te beschermen hebben ze haar geslagen... ' Ze wees naar binnen. Op de vloer van de hall lag mevrouw Rand, de moeder van de onwijze jongen. Zij was bewusteloos en er vloeide bloed uit een lelijke wond in haar voorhoofd.
Frank knielde bij de oude dame neer en hij zag direct dat haar wond ernstig was.
'Roep de dokter, ' zei hij tegen het dienstmeisje. 'Hoe lang is het geleden dat die knapen hier waren?'
Er zou kostbare tijd verloren gaan als zij naar de stad moesten lopen om de dokter te waarschuwen, maar mevrouw Rand moest direct hulp hebben.
'Kom mee!' zei Frank tegen de anderen. 'We gaan zelf de dokter wel halen. Daarna zullen we proberen die kerels op het spoor te komen en Ewald uit hun handen te bevrijden. '