HOOFDSTUK 4

Agnes nipte genietend van haar wijntje, terwijl ze dromerig vanaf haar balkonnetje naar de zee staarde. Het was fijn om even alleen te zijn. De afgelopen dagen waren omgevlogen. De eerste avond waren ze te moe geweest om nog iets te ondernemen. Na het eten had Martine hen naar hun kamers gebracht om zich op te knappen en voorgesteld om daarna op haar balkonterras een wijntje te drinken en een beetje bij te praten. Het was heel gezellig geweest, hoewel ze het vanwege de vermoeiende reis niet al te laat hadden gemaakt. Er zouden immers nog genoeg avonden komen.

De volgende ochtend hadden ze uitgebreid ontbeten op de aflí, zoals Martine het terras bij de eetzaal noemde. Daarna waren ze met zijn vieren naar het dorp afgedaald. Het weer was heerlijk warm en zonnig. Ze hadden een paar ontspannende uren aan het strand van Kala Nera doorgebracht. Natuurlijk waren ze geëindigd op een van de vele terrasjes, waar Martine hen kennis had laten maken met tsipouro, een op ouzo lijkend drankje, waarbij kleine gerechtjes werden geserveerd. Pas tegen het eind van de middag waren ze moe en rozig van de zon naar het hotel teruggekeerd.

Terwijl haar gasten zich een uurtje terugtrokken op de kamers voor een klein dutje was Martine de keuken ingegaan om samen met Chris de maaltijd te bereiden. Ze had een aantal van haar vrienden uitgenodigd om langs te komen en de avond was voorbij gevlogen met eten, drinken, zingen en het onder veel gelach leren van Griekse dansen.

Agnes glimlachte even toen ze eraan terugdacht. De spontaniteit van de avond had haar verbaasd. Het was ineens feest geweest. Zomaar, zonder enige aanleiding. Ze kon zich niet voorstellen dat zoiets bij haar thuis kon gebeuren. Laurens deed zelden iets spontaans. Die wilde altijd alles tot in de puntjes geregeld zien. Hij had er een hekel aan als er onverwacht vrienden op de stoep stonden. Stel je voor dat er niet genoeg eten in huis was? Of dat de keuken niet vlekkeloos schoon was? Agnes maakte er nooit een punt van. Ze vond het juist leuk als er iets gebeurde om de saaie avonden met Laurens te doorbreken.

Ze fronste haar voorhoofd. Saai… Vond ze Laurens gezelschap echt saai? Er was een tijd geweest… Snel probeerde ze haar gedachten een andere kant op te sturen. Ze had helemaal geen zin om zich nu in haar huwelijksproblemen te verdiepen. Daarvoor genoot ze veel te veel van haar vakantie. Vandaag waren ze er met z’n drietjes op uitgetrokken voor een tripje naar Tríkeri, dat in het zuiden van Pilion lag.

Martine had geen tijd gehad om mee te gaan, omdat er in de loop van de dag een aantal gasten zou arriveren. Een echtpaar, twee dames op leeftijd en een alleen reizende man. Aangezien het de eerste officiële gasten waren sinds het hotel was geopend, was ze behoorlijk zenuwachtig geweest. Hoewel ze allemaal hadden aangeboden te helpen - daarvoor waren ze toch immers gekomen? - had Martine erop gestaan dat ze eropuit zouden trekken. “Morgen mogen jullie helpen de bedden op te maken,” had ze lachend gezegd. “En misschien kan ik vanavond een extra hulpje in de keuken gebruiken, maar vandaag ben ik liever alleen. Ik moet nog even naar Volos voor een paar boodschapjes en daarna wil ik nog wat in de tuin rommelen, dus als jullie nu gezellig naar Tríkeri rijden, ben ik helemaal tevreden.”

En zo waren ze om tien uur die ochtend weggereden. Het was een prachtige tocht geworden. De bochtige, maar comfortabel brede asfaltweg voerde langs de Pagasitische Golf naar het zuiden. Onderweg waren ze gestopt in schilderachtige dorpjes. De uitzichten waren werkelijk ongelofelijk geweest. Op sommige punten hadden ze tegelijkertijd de Pagasitische Golf en de Egeïsche Zee aan de oostkant van het schiereiland kunnen zien. En de bergen… Agnes moest weer even zuchten. Het landschap was werkelijk zo mooi als de folder had beloofd. Ze kon best begrijpen dat Martine hier nooit meer weg wilde.

Toch moest het af en toe best eenzaam voor haar zijn nu haar tante was overleden en Chris in Athene studeerde. Agnes was er nog niet helemaal achter hoe het nu met die Vangelis zat. Martine had verteld dat hij een goede vriend was die de laatste jaren in een huisje op het landgoed had gewoond en dat hij een paar maanden geleden naar zee was vertrokken. Hij scheen nauw betrokken te zijn geweest bij de werkzaamheden voor het hotel en uit bepaalde opmerkingen die Agnes gisteravond tijdens het feest had opgevangen, had ze begrepen dat zijn vertrek nogal onverwacht en overhaast was geweest. Ze was er bijna zeker van dat er iets moois was geweest tussen Martine en de onbekende Vangelis, maar daarover had Martine zich niet uitgelaten. Misschien kwam dat nog, later, als ze weer helemaal vertrouwd waren met elkaar.

En zelfs al wilde Martine er niets over kwijt, wie was zij dan om haar dat kwalijk te nemen? Ze had de anderen toch ook nooit iets verteld over Ruud? Ze wist zeker dat ze het niet zouden begrijpen. Ze zouden haar met beschuldigende ogen aankijken omdat ze haar man al twee jaar bedroog met een ander. Mette… Mette zou helemaal door het lint gaan. Die was immers ook bedrogen door haar echtgenoot. Mette zou ongetwijfeld partij kiezen voor Laurens. En Janey… ja, Janey zou er misschien nog wel begrip voor kunnen opbrengen. Ze was in ieder geval ruimdenkender dan Mette. Bovendien maakte ze er geen geheim van dat ze wel eens iets met een getrouwde man had gehad. Toch had Agnes nooit de behoefte gehad haar geheim te delen. Ruud was iets van haar alleen. Hij maakte deel uit van een andere wereld. Een wereld die van hen beiden was. Een wereld waarin geen plaats was voor anderen, zelfs niet voor Mette en Janey.

Agnes zette haar glas op het balkontafeltje en schoof haar stoel achteruit. Ze moest maar eens gaan kijken of ze Martine een handje kon helpen. De nieuw aangekomen gasten zouden vanavond allemaal in het hotel eten, dus een beetje extra hulp was vast welkom. Ze liep de kamer in en haalde voor de spiegel nog even een kam door haar krullen. Ze was zowaar al een beetje verkleurd, zag ze verheugd. Haar ogen stonden ook stukken helderder dan thuis. De rust en de ontspannen sfeer deden haar goed, dat was duidelijk. Een beetje mascara, een lichtoranje lippenstift, en na een laatste blik in de spiegel verliet Agnes tevreden haar kamer.

Twee deuren verderop werd Janey net wakker uit een diepe slaap. Verward kwam ze overeind. Hoe laat was het? Waarom lag ze midden op de dag in bed? Ineens herinnerde ze het zich. Ze was op vakantie, ze hoefde niets, helemaal niets. Langzaam liet ze zich weer in de kussens zakken. Wat was het heerlijk om niets te hoeven en zomaar een uurtje te kunnen slapen als je daar zin in had.

Haar blik gleed traag door de kamer, die in zachtgeel, groen en blauw was ingericht. De balkondeuren stonden open en ze keek over de daken van Kala Nera heen op de Pagasitische Golf. Wat een uitzicht om mee wakker te worden, dacht ze loom. Ze slingerde haar benen over de rand van het tweepersoonsbed en slenterde in haar dunne nachtpon het balkon op. Automatisch greep ze naar het pakje sigaretten op de balkontafel, schudde er een sigaret uit en stak hem aan. Genietend zoog ze de rook naar binnen, terwijl ze ondertussen over het balkon leunde. Een warm briesje streek langs haar wangen en kietelde haar blote benen.

Wat was het hier heerlijk, dacht ze. Haar blik dwaalde van de baai naar de beboste bergen schuin achter haar en weer terug. In de verte dobberden een paar vissersboten. Zou één daarvan soms toebehoren aan de geheimzinnige Vangelis waar Martine zo vaag over deed?

Janey kneep haar ogen een beetje samen tegen het felle zonlicht. Nee, Vangelis was naar zee vertrokken, had Martine gezegd. Daarmee bedoelde ze vast iets anders dan de betrekkelijk kleine binnenzee die Pilion van het vasteland scheidde. Een veelal rustige zee, waar de oude vissermannen uit de kustdorpjes hun kostje bij elkaar visten. Mannen die ’s avonds weer bij moeder de vrouw aan tafel schoven.

Vangelis bracht zijn avonden in ieder geval niet bij Martine door, dat was wel duidelijk. Waarom zou hij zo onverwacht zijn vertrokken? Zouden ze ruzie hebben gehad? Uit wat ze had opgevangen, was het plan geweest dat Martine na de zomer samen met hem het hotel zou runnen, omdat Chris dan stage zou gaan lopen in het buitenland. Als Vangelis voorgoed was weggegaan, zou dat een fikse tegenvaller zijn.

Janey draaide zich om en doofde haar sigaret in de asbak. Het waren haar zaken niet. Martine zou best een oplossing vinden voor het probleem. Als ze wilde zou ze zo een andere man kunnen vinden. Voor haar leeftijd zag ze er absoluut fantastisch uit. Maar ja, Martine was vroeger al een mooie meid geweest, die geen enkele moeite hoefde te doen om de aandacht van de jongens te vangen. Vreemd eigenlijk dat ze nooit was getrouwd. Het moest niet makkelijk zijn geweest om alleen haar kind op te voeden, ook al had ze daarbij hulp gekregen van haar oom en tante.

Ondanks haar onverwachte zwangerschap was Martine’s leven nog niet zo slecht geweest, bedacht ze met een kleine steek van jaloezie. Dankzij diezelfde oom en tante had ze nu wel een prachtig hotel op een unieke plek. Ze zou er ongetwijfeld een succes van weten te maken. Janey’s gedachten gleden naar haar eigen bestaan. Wat had zij eigenlijk bereikt in al die jaren? Een baan in loondienst, een appartement waar ze nauwelijks was omdat ze het te druk had met haar werk, en een lange rij van ex-vriendjes. Niet echt een resultaat om trots op terug te kijken. O, er waren genoeg collega’s die haar benijdden. Maar wat wisten die van de eenzaamheid als ze ’s avonds na een lange dag thuiskwam in een leeg appartement? Als er niemand was om je frustraties tegen te uiten? Niemand om je leven mee te delen?

Ze zuchtte even en liep de hotelkamer weer in. Het had weinig zin om te zwelgen in zelfmedelijden. Alles had zijn voor- en nadelen. Kijk maar naar Mette. Jaren gesloofd voor die man van haar en nu ingeruild voor een jong ding zonder rimpels en hangborsten. Of Agnes, die het verdriet om haar kinderloosheid verborg achter een façade van een gelukkig huwelijk dat allang niet meer gelukkig was.

Eigenlijk had ze het helemaal nog niet zo slecht gedaan. Zíj kon gaan en staan waar ze wilde, ervoor kiezen of ze wel of geen gezelschap wilde, en haar geld uitgeven aan dingen die zij leuk vond. Ze hoefde met niemand rekening te houden, zich geen zorgen te maken of haar echtgenoot haar zou laten zitten en geen angst te hebben dat haar kinderen op het slechte pad terecht zouden komen.

Iets opgewekter slenterde ze de badkamer in. Ze ging lekker uitgebreid douchen, zich feestelijk aankleden en opmaken, en genieten van de dagen die voor haar lagen. Wie weet, misschien kwam ze wel een knappe rijke Griek tegen die stapelverliefd op haar werd. Dan zou ze haar boeltje zo inpakken en voor de rest van haar leven wakker worden met uitzicht op een blauwe zee en zonnige stranden.

Ze liet de nachtpon van haar schouders glijden en draaide de douchekraan open. Terwijl ze wachtte tot het water warm genoeg was, wierp ze een kritische blik in de spiegel. Martine was niet de enige die er nog goed uitzag voor haar leeftijd, dacht ze met een tevreden glimlach. Dankzij de wekelijkse uren in de sportschool mocht haar lijf er ook nog best zijn. Oké, rond haar ogen zaten wat rimpeltjes die er vroeger niet waren geweest. Maar eigenlijk maakte dat haar alleen maar interessanter. Die rijke Griek behoorde beslist nog tot de mogelijkheden.

Welgemoed stapte Janey onder de harde waterstraal.

“Kan ik je ergens mee helpen, Martine?” Mette gluurde voorzichtig om het hoekje van de grote keuken, waar Martine samen met een wat oudere Griekse vrouw druk bezig was met de voorbereidingen van het avondeten. “Groenten schoonmaken, of tafeldekken misschien?”

“Ben je mal, je hebt vakantie.” Martine schudde lachend haar hoofd. “Alles is onder controle. Sofia hier is een uitstekende keukenhulp, Chris zorgt voor de tafels en schenkt de drankjes in, dus ik zou niet weten wat er nog moet gebeuren.”

Mette aarzelde. “Weet je het zeker? Ik wil met alle liefde iets doen, hoor. Per slot van rekening zijn we hier om je te helpen.”

“O, maak je geen zorgen, dat komt nog wel,” verzekerde Martine haar. “Er zijn genoeg klusjes die je de komende dagen voor me kunt doen. Maar vanavond mag je lekker genieten. Zijn Janey en Agnes ook al boven water?”

“Ik heb ze nog niet gezien,” antwoordde Mette. “We hadden om een uur of zeven beneden afgesproken, dus misschien zitten ze al op de aflí. Zijn de andere gasten heelhuids gearriveerd?”

“Ja, iedereen is er. Je zult ze straks wel ontmoeten, want ze eten allemaal in het hotel. Meneer en mevrouw Halwaard zitten al een poosje met een drankje op het terras, de dames Van Buren zijn nog op hun kamer en meneer Grevelinge zag ik een uurtje geleden voorbij schuifelen. Volgens mij ging hij nog even een wandelingetje maken.” Martine schoof een schotel in de oven en veegde haar handen aan haar schort af. “Ziezo, ook weer gebeurd. We zijn er helemaal klaar voor.” Ze zei iets in het Grieks tegen Sofia en hing haar schort op een haakje. “Kom, we gaan een wijntje drinken. Ik vind dat ik wel even een korte pauze heb verdiend.”

Ze stak haar arm door die van Mette en trok haar mee naar de aflí, waar Chris aan een van de tafeltjes geanimeerd met een ouder echtpaar zat te praten. Dat moesten de heer en mevrouw Halwaard zijn, dacht Mette. Ze nam hen nieuwsgierig op. Van Martine wist ze al dat het echtpaar tien dagen zou blijven. Het waren fervente Griekenlandgangers, die met de auto jaarlijks een paar weken door hun favoriete vakantieland trokken. Via internet hadden ze het adres van Martine’s hotel gevonden en besloten deze keer het minder bekende Pilion in hun reisplannen te betrekken.

“Je zoon heeft ons al veel interessante dingen over Pilion verteld,” zei de heer Halwaard, een grijzende man van een jaar of vijfenvijftig, lachend, toen Martine even bij hun tafeltje bleef staan om te informeren of alles naar wens was. “Volgens mij komen we aan tien dagen tekort om alles te zien wat er te zien valt.”

“Dat klopt,” beaamde Martine. “Ik woon hier nu al zo lang, maar nog steeds zijn er plekjes die ik nog niet heb gezien.” Ze maakte een gebaar naar Mette. “Dit is mijn vriendin Mette Landgraaf. Mette, de heer en mevrouw Halwaard.”

“Mijn man heet Piet, en ik ben Gonnie,” zei mevrouw Halwaard, terwijl ze haar hand uitstak naar Mette. “Leuk je te ontmoeten. We hadden al van Chris gehoord dat Martine een paar vriendinnen te logeren had.”

“Wij zijn drie dagen geleden aangekomen,” vertelde Mette. “En Chris heeft helemaal gelijk, het is hier werkelijk prachtig. Vandaag zijn we naar Tríkeri geweest. Een fantastische tocht.”

“Goedenavond.” De dames Van Buren kwamen opgewekt het terras opgestapt. “Moeten we hier zijn voor het eten? We wisten niet zeker of we het goed begrepen hadden.”

Chris sprong overeind. “Ja, hoor, u bent helemaal goed. Waar wilt u zitten?”

De dames keken aarzelend om zich heen. “O, dat maakt niet uit,” zei de oudste van de twee. “Hier… Of daar? Wat wil jij, Flora?”

“Kom gezellig bij ons zitten,” stelde Piet Halwaard voor. “Tenzij u liever met zijn tweeën blijft?”

“O, nee, we vinden het juist leuk om gezelschap te hebben, hè, Flora?” Ze keek vragend naar haar metgezel, die bevestigend knikte. “Dit is mijn zus Flora. Ik ben Hannah. Hannah van Buren.” De twee dames gaven iedereen een hand en schoven bij het echtpaar Halwaard aan tafel.

“Kan ik u iets te drinken brengen?” vroeg Chris. “Een tsipourootje misschien om uw aankomst te vieren?”

“Zouden we dat nu wel doen?” Flora fronste bedenkelijk haar voorhoofd. “Ik heb ergens gelezen dat het een heel sterk drankje is. Wel vijfenveertig procent alcohol, geloof ik.”

“Nou, het smaakt anders uitstekend,” zei Piet lachend. “Ik kan het jullie absoluut aanbevelen.” En om het te demonstreren nam hij een ferme slok uit zijn eigen glas.

“Ach, wat maakt het ook uit, doe maar,” besloot Flora. “We zijn tenslotte op vakantie. En we hoeven vanavond niet ver te lopen naar onze kamer.”

“Zo is dat,” knikte Hannah. “Dit is onze eerste vakantie in vijf jaar. We hebben ons voorgenomen er heel erg van te gaan genieten, dus laat die tsi… tsi… dat drankje maar komen. Ik ben er klaar voor.”

Terwijl Martine haar zoon achterna ging om hem met de drankjes te helpen, liep Mette door naar het tafeltje bij de buitenhaard, dat in de afgelopen dagen al snel hun vaste plekje was geworden. Ze vroeg zich af waar de andere twee bleven. Het was intussen al bijna half acht. Ze wist toch zeker dat ze om zeven uur hadden afgesproken.

Op hetzelfde moment verscheen Janey in de deuropening. Zoekend keek ze om zich heen.

“Hier. Ik zit hier,” gebaarde Mette.

Zelfverzekerd kwam Janey naar haar toegelopen. Ze zag er prachtig uit in een laag uitgesneden, wit met roze gestippeld jurkje. “Hallo. Sorry, dat ik zo laat ben. Ik heb zo heerlijk geslapen, alleen een beetje langer dan ik van plan was.”

“Maakt niet uit. Agnes is er ook nog niet.” Mette schoof de kan wijn, die Chris al voor hen op tafel had gezet, naar haar toe. “Hier, neem een glaasje wijn.”

“Dank je.” Janey schonk een glas in en nam genietend een slokje. “Enig idee waar Agnes is? Zou ze nog liggen te slapen? Ze was wel erg moe toen we uit Tríkeri terugkwamen, zei ze.”

“Ik weet het niet. Ik… O, kijk, daar komt ze aan,” wees Mette.

“En wie is die ongelofelijk mooie man die naast haar loopt?” Janey sperde haar ogen wijd open. “O, Mette! Zo moet een Griekse god eruit zien.”

Voor één keer was Mette het helemaal met haar eens. De man die naast Agnes het terras op stapte, mocht er absoluut zijn. Hij was lang, een jaar of veertig, had zwart, krullend haar, donkere ogen, een rechte neus en een mond die geplooid was in een sensuele glimlach.

“Waar, o, waar heeft Agnes dat prachtige exemplaar opgeduikeld?” fluisterde Janey tegen haar vriendin terwijl Agnes en haar metgezel al pratend op hun tafeltje af kwamen. “En waarom moest zij hem als eerste tegen het lijf lopen? Ik ben toch de vrijgezel in dit gezelschap?”

“Ho, ho, je bent niet meer de enige tegenwoordig,” fluisterde Mette een beetje gepikeerd terug. “Ik mag ook weer op mannenjacht, weet je nog wel?”

Agnes en haar begeleider waren inmiddels bij hun tafeltje aangekomen. “Dames, mag ik jullie even voorstellen? Dit is Richard Grevelinge. Richard, mijn vriendinnen Mette Landgraaf en Janey van Dooren.”

“Aangenaam,” prevelde Mette terwijl ze hem de hand schudde.

“Leuk je te ontmoeten.” Janey wierp hem een verleidelijke glimlach toe.

“Richard is vanmiddag aangekomen,” legde Agnes uit. “Ik kwam hem toevallig op de trap tegen toen ik naar beneden ging. Hij was onderweg naar het dorp en aangezien jullie er toch nog niet waren, ben ik maar even met hem meegelopen om de weg te wijzen.”

“Toe maar,” mompelde Janey. Ze wees op de karaf wijn. “Drink je een glaasje mee, Richard?”

Richard keek aarzelend van de een naar de ander. “Willen jullie niet liever met z’n drietjes zijn?” vroeg hij. “Ik heb van Agnes begrepen dat dit jullie eerste gezamenlijke vakantie is. Als jullie liever onder elkaar willen blijven…”

“Doe niet zo gek,” vond Mette. “Hoe meer zielen, hoe meer vreugd. Kom er maar gezellig bij zitten. Ben je hier alleen?”

Richard ging op de stoel naast Mette zitten en knikte. “Ja, hoewel dat eigenlijk niet de bedoeling was. Ik zou met mijn vriendin komen, maar helaas is de relatie een paar weken geleden op de klippen gelopen. Ik kon twee dingen doen: thuis blijven kniezen, of in mijn eentje op vakantie gaan. En dat laatste is het dus geworden.”

“Je kunt beter hier kniezen dan thuis,” merkte Janey lachend op. Ze nam hem met onverholen nieuwsgierigheid op. “Wat doe je in het dagelijks leven?”

“Ik werk bij een adviesbureau voor horeca-ondernemers,” vertelde Richard bereidwillig. “We maken analyses en adviseren eenmansbedrijven over zaken als pensioen en opvolging. Het is leuk en afwisselend werk, waarbij je veel met mensen te maken hebt. Daar hou ik van.” Hij hief het glas op dat Janey inmiddels voor hem had ingeschonken en zei lachend: “Nou, proost dan maar, dames. Op een goeie vakantie.”

“Yiámas!” riepen de dames in koor terug, terwijl ze de glazen tegen elkaar tikten.

“Yiámas?” herhaalde Richard aarzelend.

“Proost op zijn Grieks,” legde Agnes uit. “We zijn al helemaal ingeburgerd hier, hoor.”

Richard nam een slok van zijn wijn. Hij was zich heel goed bewust van de nieuwsgierige blikken die Mette en Janey hem over de rand van hun glas toewierpen, maar hij werd er niet warm of koud van. Met zijn uiterlijk was hij wel gewend aan vrouwelijke aandacht.

Agnes zette haar glas neer. “Ik ga Martine even helpen,” kondigde ze aan terwijl ze opstond. “We zullen zo zachtjesaan wel aan tafel gaan.”

“Ik ga mee,” zei Mette snel. Ze schoof haar stoel achteruit en liep haastig met Agnes mee naar binnen.

“Wat een stuk, hè?” giechelde Agnes zodra ze buiten gehoorsafstand waren. “Ik wist niet wat ik zag toen ik hem op de trap tegenkwam.”

“Hij mag er inderdaad zijn,” beaamde Mette. Ze wierp een blik over haar schouder en zag hoe Janey en Richard geanimeerd aan het praten waren. “Hm, zo te zien heeft Janey haar charmes al in de strijd geworpen, dus ik denk niet dat wij veel kans maken.”

Agnes liep voor haar uit door de eetkamer naar de keuken. “Janey flirt met iedere man, daar zou je zo langzamerhand wel aan gewend moeten zijn. Ben je vergeten hoe ze op school iedere leraar om haar vinger wond?”

“Nee.” Mette glimlachte, maar het ging niet helemaal van harte. “En het waren niet alleen leraren. Als ze de kans kreeg, pikte ze iedere jongen in. Vreemd eigenlijk dat het Martine was die in de problemen raakte en niet Janey.”

“Hoor ik daar mijn naam noemen?” Martine kwam net de keuken uit met een blad vol waterkaraffen. “Jullie komen als geroepen. Deze kannen moeten nog op de tafels en wat mij betreft kunnen de gasten aan tafel. We gaan zo eten.” Ze zette het blad neer en blies een losgeraakte streng haar uit haar gezicht. “Waar hadden jullie het over?”

“Dat jij degene was die in verwachting raakte en niet Janey,” zei Agnes lachend. “Janey was immers degene die altijd achter de jongens aan zat.”

“Ik had gewoon pech,” zei Martine schouderophalend. “Hoewel ik dat achteraf gezien niet zo zie. Chris is het mooiste wat me ooit overkomen is.” Ze wierp een blik op de aflí en begon te lachen. “O, nu begrijp ik waarom jullie daarop kwamen. Janey heeft Richard Grevelinge ontdekt.”

“Inderdaad,” knikte Mette. Haar gezicht stond een beetje stuurs. “Misschien doen we er beter aan hem uit haar klauwen te redden. De arme jongen heeft net een verbroken relatie achter de rug. Die zit nu echt niet op iemand als Janey te wachten. Hij zal niet de eerste zijn die zich in haar vergist.”

Martine en Agnes keek elkaar met opgetrokken wenkbrauwen aan.

“Kom, we gaan de kannen op tafel zetten,” zei Agnes, die het beter vond de opmerking te negeren.

“Dan duik ik de keuken weer in,” zei Martine, en ze voegde de daad bij het woord.

Mette pakte het blad op. De kannen wiebelden vervaarlijk toen ze een beetje slingerend door de eetkamer liep.

“Kijk uit,” waarschuwde Agnes geschrokken. “Houd je roer recht!” Ze schoot haastig toe en greep twee kannen van het blad. “Wat heb je ineens?”

“Niets.” Mette zette de twee andere kannen op de tafels voor het echtpaar Halwaard en de dames van Buren. “Hoezo?”

“Ik dacht…” begon Agnes, maar ze zweeg abrupt. Dit was niet het juiste moment voor een gesprek onder vier ogen. De anderen konden elk moment binnenkomen. Ze gaf Mette een duwtje in de richting van het terras. “Roep jij de anderen maar naar binnen. Ik maak het hier wel af.”

Mette haalde haar schouders op. “Oké, je zegt het maar.” Nagestaard door een bezorgde Agnes slenterde ze het terras op.