***

1. Zonnige herinneringen

Ik had vroeger altijd het gevoel dat het thuis elke dag, de hele dag Kerstmis was. Mama's stem klonk zo gelukkig als ze iets zei. Iemand die zag hoe we elkaar 's morgens begroetten, zou denken dat we cadeautjes verwachtten onder een kerstboom. Gelach en gegiechel klonken als zilveren klokjes en mama's glimlach was zo stralend dat er nooit een sombere dag bestond, zelfs niet als de lucht in Tennessee grauw en bedekt was met dreigende donkere wolken en een ijskoude regen.

Ik was niet bang om net te doen alsof, te dromen en me dingen te verbeelden. Als ik knipperde met mijn ogen, kon ik het zonlicht zien weerkaatsen op bergen sneeuw, die op kokos leken. En papa scheen te weten dat dit soort dagen, dagen die dreigden ons te deprimeren, de dagen waren waarop hij met een verrassing thuis moest komen, een bos van mama's lievelingsroosjes, een pop voor mij of een spelletje voor Brenda. In die tijd kocht hij een pingpongtafel voor haar en rackets, een nieuw tennisracket en een golfset. Ze was goed in elke sport, maar haar voorkeur ging ten slotte uit naar basketbal en volleybal, omdat ze lang en snel was. Zodra dat tot papa doordrong installeerde hij een basketbalnet met achterwand in onze oprijlaan.

Mama zei dat zijn vrienden hem toen plaagden dat hij probeerde zijn dochter op te voeden tot de zoon die hij niet had. Mama en papa waren gestopt met hun pogingen om kinderen te krijgen nadat ik was geboren. Ik heb nooit gevraagd waarom. Brenda vertelde me dat de reden was dat papa er niet tegen zou kunnen om drie dochters te hebben. Hij bevond zich nu al ver in de minderheid. Maar toch geloofden we dat het iets te maken had met mama's gezondheid, omdat ze zo' n moeilijke bevalling had gehad toen ze mij kreeg, en ik uiteindelijk met een keizersnede op de wereld was geholpen. En in mijn achterhoofd bleef de gedachte hangen dat als ik er niet geweest was, papa misschien de zoon zou hebben gehad die hij zo graag wilde.

Niemand gaf me ooit een schuldig gevoel. Niemand zinspeelde er zelfs maar op dat mijn geboorte het probleem was. Ondanks alles waren we het perfecte gezin in de ogen van al onze buren en vrienden.

Ik wenste vaak dat we bevroren waren in de tijd. Terwijl de meesten van mijn vriendinnen wensten dat de wijzers van hun klokken en horloges sneller vooruit zouden gaan, zodat ze in hun eigen auto konden rijden, steeds later thuiskomen in de weekends, heftige dramatische romances beleven, vriendjes vangen als vlinders in een net en hun foto's aan de muur prikken, probeerde ik de tijd te vertragen alsof ik tegen de stroom in zwom. Ik wilde dat mama en papa eeuwig zo jong zouden blijven als ze nu waren, nog steeds hartstochtelijk verliefd op elkaar, hand in hand zittend en knuffelend en zoenend.

Al heel jong viel het me op dat de ouders van mijn vriendinnen elkaar niet zo na stonden, elkaar niet zo vaak aanraakten of aankeken als mijn ouders. Ik bleef dicht in hun buurt, omdat ik geloofde dat alleen al door in hun schaduw te verkeren, me te koesteren in hun lach en glimlach, voldoende was om me voor eeuwig en altijd te beschermen.

Brenda was minder gevoelig voor dat alles dan ik, en ze was beslist niet geïnteresseerd in het stilzetten van de tijd. Ze streefde ernaar te worden opgenomen in het team van een universiteit en serieus mee te dingen in wedstrijden waarin ze kon uitblinken en de waardering en belangstelling wekken van mensen die haar sportcarrière konden bevorderen. De puberteit leek alleen maar hinderlijk. Ze werd onmogelijk als ze ongesteld was. Meer dan eens vroeg ze zich hardop af waarom het leven van jongens niet op dezelfde manier verstoord werd. Waarom werd hun ritme niet onderbroken, hun energie niet ondermijnd, waarom werden zij niet depressief?

'Als ik van sekse kon veranderen,' fluisterde ze eens in mijn oor, 'zou ik het onmiddellijk doen.'

Alleen al de gedachte aan zoiets deed de rillingen over mijn rug lopen. Ik had nachtmerries waarin Brenda een snor kreeg, maar angstwekkender dan alles was het idee dat ze het seksorgaan van een jongen zou hebben. Eén keer droomde ik dat ik haar verraste in de badkamer nadat ze gedoucht had, en ze zich een paar seconden te laat bedekte. Die droom maakte me wakker en ik ging snel overeind zitten, met bonzend hart en een klamme huid. Ik was toen pas twaalf. Brenda was bijna vijftien en 1,77 meter. Ze leek op vaders kant van de familie. Hij was 1,88 en zijn vader 1,93 meter. En mama was 1,75 meter.

Ik was bang dat de mensen zouden denken dat ik, omdat ik zo klein was, niet bij de familie hoorde of dat ik mismaakt was. Mijn lichaam groeide meer in de breedte dan in de lengte. Ik had een zwaarder beendergestel dan Brenda en had nu al bredere heupen. Mijn gewicht zette zich eerst vast op mijn dijen en verspreidde zich dan naar mijn achterwerk. Het kroop omhoog langs mijn rug en deed mijn taille uitdijen. Toen ik twaalf was, woog ik achtenzestig kilo. Maar ondanks dat ik al vanaf mijn zevende te dik was, maakte noch mama noch papa zich er erg druk over. Mama zei altijd: 'Ze groeit er wel overheen als ze ouder en langer wordt.'

Ik werd ouder, maar niet veel langer. Ik was 1,58 meter, en het begon erop te lijken dat toen ik gewenst had dat de tijd stil zou staan, dat inderdaad gebeurd was, maar alleen voor mij.

Een andere reden waarom ik me een buitenstaander voelde was dat ik niet half zo atletisch was als Brenda. Ze wilde aan geen enkele sport doen samen met mij, omdat ik in elke sport even slecht was. Ik kon niet tegen haar op met pingpong, en ik was gewoon waardeloos in basketbal, haalde meestal niet eens de rand van het net met een worp, en als ik een honkbal - of wat dan ook - gooide, klaagde ze dat ik dat deed als een meisje.

Wat bedoelde ze daarmee? vroeg ik me af. Ik was een meisje.

Bordspelen waren mijn specialiteit. Ik kon haar verslaan met schaken of backgammon, maar ze had nooit het geduld om urenlang te zitten spelen. Of het nu regende, sneeuwde of stormde, Brenda was buiten om te basketballen, haar putt te oefenen voor golf, of alleen maar te joggen om in vorm te blijven. Ze was gedreven. Papa zei altijd trots: 'Dat kind heeft doorzettingsvermogen. Ze houdt van competitie.'

Brenda hield inderdaad van competitie, en het meest van winnen. Ze speelde nooit alleen voor haar plezier. Als zij en papa basketbal speelden deed ze haar uiterste best hem te verslaan. Hij speelde ook goed, dus het was altijd een felle strijd tussen hen. Als het er zelfs maai- op leek dat hij haar liet winnen, ging ze tegen hem tekeer en zei dat ze zijn liefdadigheid niet nodig had. Dat maakte hem woedend.

'Liefdadigheid, hè?' snoof hij kwaad, en ze speelden nog feller, allebei bloedserieus, uitsluitend om te winnen. En als ze hem versloeg, wat ze vaak deed, begon haar gezicht te stralen van voldoening, waarop hij zijn hoofd schudde alsof hij haar totaal niet begreep, alsof ze niet zijn dochter was maar een vreemde. Papa was een heel goede sportman geweest op high school en op de universiteit. Hij bezat diploma's en trofeeën, en vond een goede gezondheid van primair belang. Hij was altijd aan het oefenen, beweerde dat lichaamsbeweging hem hielp om helder te denken en hem meer energie gaf als anderen de moed verloren. In dat opzicht stond hij veel dichter bij Brenda dan bij mij, maar toen ik jonger was vond hij dat ik leuker en liever was. Hij noemde me zijn panda, omdat ik mama's gitzwarte haar en albasten huid had, en haar zwarte ogen, waarvan hij zei dat het de ronde ogen van een panda waren. Een van de eerste knuffeldieren die hij voor me kocht was een panda. Ik nam hem mee naar bed, legde hem tegen de kussens als het bed was opgemaakt. Ik stopte hem onder de deken als ik ging slapen. Ik noemde hem Mr. Panda, en hield vaak lange gesprekken met hem, erop los babbelend alsof ik werkelijk geloofde dat het speelgoeddier plotseling tot leven zou komen, net als in een film, en antwoord zou geven.

Brenda hield me ermee voor de gek als ze me hoorde. Mama vond het leuk, en papa vroeger ook, maar toen hij Mr. Hyde was geworden, dreef hij de spot ermee en zei dat ik mijn panda in een doos in de kast moest bergen of aan een jonger meisje geven.

'Waar zijn je echte vrienden?' vroeg hij dan. 'Je wordt nooit uitgenodigd op feestjes of bij iemand thuis, en weetje waarom, April? Ik zal je vertellen waarom. Je bent te dik. Je krijgt zo nooit een sociaal leven. Ga op dieet.'

Hij zag het niet verkeerd. Ik had geen enkel sociaal leven. Ik had nog nooit een vriendje gehad, en de enige schoolvriendinnen die ik had waren andere meisjes die nog nooit een vriendje hadden gehad en nu ook niet hadden. Niemand nodigde ons uit op feestjes of dansavonden, en wat me een beetje ongerust maakte was dat ik zelfs nog nooit echt verliefd was geweest op een jongen. Het was ook voor Brenda een gevoelig punt, en ze nam het onmiddellijk voor me op.

'Ze horen bevriend te zijn met haar om wat ze is en niet hoe ze

eruitziet,' zei Brenda tegen papa toen hij me bekritiseerde.

'O? En wie mag ze dan wel zijn?' vroeg hij. 'Mevrouw Panda?'

Ik kon nauwelijks ademhalen. Mijn keel werd dichtgeknepen en ik had pijn in mijn borst. Kon een meisje van mijn leeftijd een hartaanval krijgen? vroeg ik me angstig af.

Ik trok me snel terug in mijn kamer en deed de deur dicht. Ik wilde net zo zijn als Brenda en nooit huilen waar hij bij was, maar mij viel dat moeilijker. Misschien had ik gewoon meer tranen dan zij. Goddank had ik mijn eigen kamer, mijn eigen heiligdom. Hij was gestopt met bij me binnen te vallen toen ik een jaar of tien was. Mama had hem verteld dat ik nu een jongedame was en dat hij daar rekening mee moest houden. Hij vond het niet erg.

Integendeel, zijn gezicht begon te stralen van blijdschap in die tijd, en hij knikte naar ons drieën aan de eettafel, met de opmerking dat hij drie mooie vrouwen had. Hoe kon hij zo snel van een lieve papa veranderen in een Mr. Hyde?

Ik fantaseerde de meest onwaarschijnlijke antwoorden. Een kwade geest, een poltergeist of misschien zelfs een buitenaards wezen had bezit genomen van zijn lichaam. Iemand had hem gekloond, en de kloon had een volkomen verschillende persoonlijkheid. Of misschien was het gewoon wat mama ons verteld had toen het allemaal begon. 'Hij is nu zo omdat hij bang is dat jullie te zwak zullen zijn of wij niet perfect genoeg. Het is niet zijn bedoeling zo hardvochtig te zijn. Het is gewoon een onverzettelijke liefde.'

Brenda grijnslachte.

'Ja, natuurlijk,' zei ze, wat haar manier was om te zeggen: stom!

Haar kamer lag vlak naast de mijne. We woonden in een onregelmatig gebouwd huis, in de stijl van een boerderij, met erkerramen in de eetkamer en grote ramen in de zitkamer. De slaapkamers van Brenda en mij lagen aan de ene kant, en de grote slaapkamer van papa en mama lag aan de andere kant. Papa had een klein, met houten panelen bekleed kantoor naast hun slaapkamer, de zitkamer was heel ruim, en de eetkamer lag naast de keuken, zodat mama een doorgeefluik had. Onze meubels waren modern. Mama hield van wat ze een lichte, strakke inrichting noemde. Niets was goedkoop, maar in die tijd klaagde papa nooit over iets wat ze aanschafte. Toen hij Mr. Hyde was geworden, vond hij niets wat ze kocht meer goed of verstandig, zelfs de melk niet die ze elke dag kocht.

Toen Brenda en ik opgroeiden was geld geen probleem. Maar we waren geen van beiden verkwistend of ondankbaar, tevreden met de dingen die we hadden. We beschouwden niets als vanzelfsprekend of zeurden om kostbaar speelgoed of dure kleren. Brenda vroeg papa nooit om een auto toen ze zestien was, ook al hadden de meesten van haar vriendinnen en teamgenoten hun eigen auto, zelfs als ze uit een gezin kwamen dat heel wat minder welvarend was dan wij. Ze slaagde voor haar rijexamen, kreeg haar rijbewijs, en reed in mama's auto als mama zei dat het goed was. Zelden of nooit vroeg ze papa om zijn auto. Vroeger bood hij haar die altijd aan, maar toen hij eenmaal Mr. Hyde was, deed hij dat nooit meer, zelfs niet als hij hem zelf niet nodig had en Brenda iemand moest vragen haar te komen afhalen voor een speciale training of wedstrijd. Een paar keer moest ze met de bus.

Omdat ons huis groter was dan de meeste huizen in de naaste omgeving en we een groter grondoppervlak hadden in een dure wijk van Hickory, een landelijk stadje op honderdvijfendertig kilometer afstand van het centrum van Memphis, dachten de mensen en onze klasgenoten dat we erg rijk waren. Papa was een succesvolle civiel advocaat, net als zijn vader was geweest. Ik kon me mijn grootvader van vaderszijde niet herinneren, want hij was gestorven aan een hartinfarct voordat ik twee was, en mijn grootmoeder van vaders kant was vier jaar eerder gestorven aan kanker. Papa was zijn oudste zus, Marissa, ook kwijtgeraakt aan kanker. Ik was toen te jong om me veel te kunnen herinneren, en mama beschermde me tegen alle droefheid, maar Brenda wist nog dat onze tante mager en bleek werd. Ze zei dat ze als een kamer vol licht was, die steeds donkerder werd.

'Telkens als ik haar zag, leek ze kleiner, maar haar ogen werden groter. Het was alsof haar lichaam zich steeds meer verbaasde over wat ermee gebeurde. Het was heel griezelig,' vertelde Brenda. 'Ten slotte was ik bang om met papa en mama bij haar op bezoek te gaan. Ik benijdde je omdat je je zo van niets bewust was en beschermd werd. Papa wilde jou niet meenemen als hij bij haai" op bezoek ging, maar mij wel, dus heb je ook nooit meegemaakt hoe hij gebukt ging onder dat alles. Hij probeerde niet bedroefd te zijn. Droefheid, zei hij, verhardt als teer op je ziel, en je draagt het gewicht ervan je leven lang mee.'

Tante Marissa was getrouwd, maar had geen kinderen, en we hadden nu weinig contact meer met haar man, mijn oom Granger. Hij was uit onze streek vertrokken en verhuisd naar Oregon, waar hij een andere vrouw leerde kennen en hertrouwde.

Ondanks al dat verdriet behield papa zijn optimisme en zijn opgewekte persoonlijkheid. Hij had zijn eigen kantoor met twee juniorpartners, en hij had het blijkbaar altijd druk. We gingen minstens twee keer per jaar- met vakantie. Vóór hij Mr. Hyde werd was papa een goede skiër en hij had het Brenda en mij geleerd. Mama kon het redelijk goed, maar in een mum van tijd was Brenda samen met papa op de pistes voor gevorderden en bleef ik achter met mama om mijn weg omlaag te vinden met de andere onzekere skiërs en kinderen. We gingen naar Aspen en Sun Valley, en één keer gingen we tijdens een kerstvakantie zelfs met z'n allen naar Oostenrijk.

Ze namen ons mee naar Disneyland en naar Universal City in Californië. We gingen naar de Caribbean, waar papa en Brenda gingen duiken, en we maakten een treinreis door het Noordwesten en Canada. Er lag een stapel vakantiefoto's in de zitkamer en tientallen familievideo's op planken en in laden.

Onze kerst- en paasvakanties waren altijd even vrolijk en indrukwekkend. De gevel van ons huis was versierd met lichtjes, evenals de bomen. Mama gaf een feest voor haar en papa's vrienden en zakenrelaties. En papa speelde zelfs een keer voor kerstman en verraste me op kerstochtend. Ik was pas vier. Bij die gelegenheid gaf hij me Mr. Panda.

Mama hield van koken en bakken. Ze had een opleiding gevolgd voor juridisch assistente, en zo hadden zij en papa elkaar leren kennen, maar na de geboorte van Brenda hield ze op met werken. Ze was er niet ongelukkig onder, en ze beschouwde zichzelf nooit als een opgesloten huisvrouw. Ze was actief in de liefdadigheidsevenementen van onze buurt en gaf geregeld theepartijtjes en diners. Er leek in ons huis nooit een saai moment of een uur van nietsdoen te zijn.

Soms had ik het gevoel dat we een sprookjesleven leidden en elke dag uit een nieuw hoofdstuk leek te bestaan vol plezier en opwinding en verrassingen. Als er één goed gezin bestond, dan waren wij dat wel. Zoveel van mijn schoolvriendinnen hadden gescheiden ouders of een alleenstaande ouder, en een paar van hen woonden bij hun grootouders. Als ze het niet hardop zeiden, kon ik het zien in hun ogen als we met elkaar in een restaurant zaten of op straat liepen. Jullie hebben geluk. Met jullie kan hel niet misgaan.

Ik was niet zo'n goede leerling als Brenda, zelfs met haar buitenschoolse activiteiten, maar ik was ook geen slechte leerling. Er werd altijd van alles van me verwacht. Ik zou afvallen; ik zou betere cijfers krijgen; ik zou met een of ander talent voor de dag komen. Ik zou populair worden. Binnenkort. Het was altijd binnenkort.

Binnenkort kwam niet vroeg genoeg. Voor het zover was, daalde de duisternis neer op ons gelukkige thuis, sloop onder de kieren van de deuren naar binnen, door de ramen, omlaag langs de schoorsteen, tot hij zelfs in ons hart doordrong. Als ze me dwongen een speciaal moment te kiezen om te zeggen: 'Kijk, toen werd het allemaal te veel om te verdragen', dan zou ik de dag kiezen waarop papa Brenda's verjaardag vergat - nog wel haar zestiende! Ik wist dat mama hem er vaak genoeg aan herinnerd had. Ik had zelfs gehoord dat ze hem vertelde wat ze van plan was voor haar te kopen. Een heel dure mountainbike.

Brenda wilde geen Sweet Sixteen-party. Dat was niets voor haar. O, ze hield van mooie dingen en mooie kleren en haar favoriete muziek, maar ze scheen zich er nooit door te laten afleiden. Ik herinnerde me dat papa dat een uitstekende eigenschap vond. 'Het is goed om zo te zijn als Brenda,' zei hij vaak tegen me. 'Het is goed om je ergens op toe te leggen en een vast doel voor ogen te hebben, je prioriteiten te kennen en je leven dienovereenkomstig in te richten.'

Ik veronderstelde dat hij dat tegen me zei omdat ik geen duidelijke prioriteiten of belangstelling had, behalve dat ik graag las. Ik hield van lezen. Ik kon zo verdiept raken in een boek dat ik elk gevoel voor tijd en zelfs omgeving verloor. Papa en mama moesten altijd lachen als ze eraan dachten hoe ik buiten op een ligstoel lag te lezen en me er totaal niet van bewust was dat het regende. Niet hard, niet meer dan een paar druppels, maar genoeg om de pagina's van het boek te bespatten.

'April zit echt midden in het boek dat ze aan het lezen is,' zei mama. 'Voorbij de pagina, het papier en de inkt.'

Nu noemde papa dat belachelijk en zei dat ik verstrooid was, zelfs stom.

'Alleen honden blijven buiten als het zo regent. Zelfs katten zijn slimmer,' was zijn commentaar als mama hem ooit aan die tijd herinnerde. Het scheelde niet veel of hij had me achterlijk genoemd, en ik liep haastig weg om mijn tranen te verbergen achter de gesloten deur van mijn kamer.

Ik was zo kwaad op hem in die tijd dat ik blij was dat hij Brenda's verjaardag had vergeten. Goed zo, dacht ik. Nu is hij degene die stom lijkt, niet ik.

Hij was thuisgekomen in de verwachting dat mama het eten had klaargemaakt en dat we vrijwel onmiddellijk aan tafel zouden gaan. In plaats daarvan had ze gereserveerd in wat altijd ons lievelingsrestaurant was geweest, Dickson's Steak House. Ze zei tegen Brenda en mij dat we ons moesten verkleden, zodat we klaar waren als papa kwam. Ze voegde er wel aan toe dat ze niet zeker wist hoe laat hij precies zou komen, omdat hij niet gereageerd had op haar telefoontje naar kantoor en zijn secretaresse alleen had gezegd dat hij in bespreking was. Ze liet een boodschap achter en sprong op de telefoon af zodra die overging, maar het was nooit papa.

Gedrieën zaten we opgetut en wel in de zitkamer te wachten. Mama keek nerveus naar de klok.

'Waar blijft hij toch?' mompelde ze.

'Waarom belt hij je niet?' wilde Brenda weten. 'Dit is ronduit onbeschoft.'

Brenda's gezicht was erg veranderd sinds haar prille jeugd. Het was vroeger ronder, leek meer op dat van mij, maar sinds haar groei- spurt, zoals mama het noemde, was haar gezicht smaller geworden en leek zelfs langer. Ik denk dat haar ogen het mooist waren. Ze waren minder donker dan die van mij. Ze hadden bijna de kleur van houtskool, helder en opvallend en amandelvormig. Haar haar was eerder donkerbruin dan zwart. Ze maakte zich heel weinig op, alleen een beetje lippenstift, plukte nooit haar wenkbrauwen en droeg zelden of nooit oorbellen. Maar vanavond had ze een paar ingedaan en ze had haar haar geborsteld, dat ze wat langer had laten groeien. Meer, dacht ik, om mama een plezier te doen dan haarzelf.

Ze was net zo lang en slank als papa, had kleine borsten, lange benen en lange armen. Haar vingers waren niet uitzonderlijk lang, maar ze had een heel sterke greep. Ik kon het zien aan de gezichten van de mannen die ze de hand schudde als ze aan een van hen werd voorgesteld. Ze waren altijd verbaasd dat haar handen zo sterk waren.

Een deel van haai- vermogen om zich te concentreren lag in de gespannen blik in haar ogen als zij ze op iets richtte, of het nu een basketbalnet was of een horde waar ze overheen moest springen op de atletiekbaan. Ze kon diezelfde aandacht ook richten op mensen,

en de meesten konden haar niet lang in de ogen kijken.

'Kom nou, Brenda,' begon mama, op het punt om met een van haar vele excuses te komen voor papa's nu zo verontrustende gedrag.

'Nee, het is gewoon grof wat hij ons aandoet, mama,' hield ze vol.

'O, ik weet zeker dat hij met een heel moeilijke zaak bezig is, Brenda. Sommige gevallen zijn zo gecompliceerd. We realiseren ons gewoon niet hoe hard hij werkt. Hij is zo goed in alles wat hij doet, en wij vinden het allemaal vanzelfsprekend,' zei mama.

'Ja, natuurlijk,' antwoordde Brenda en sloeg haar armen zo stevig over elkaar dat haar schouders zich kromden. Ze keek met een woedende blik naar de deur.

Mama keek weer op de klok.

'We zijn nooit op tijd voor die reservering,' mompelde Brenda. 'Bel zijn kantoor en vraag of hij tenminste vertrokken is,' drong ze aan.

'Ik heb al twee keer gebeld,' bekende mama en wendde snel haar blik af.

'Twee keer? Sinds wanneer?'

'Doet er niet toe'

'Hij kan het niet zo druk hebben dat hij geen twee minuten de tijd heeft om even te bellen,' ging Brenda verder.

Mama zweeg. De strijd was op haar gezicht te lezen; ze deed haar uiterste best om kalm te blijven. Ze sloot haar ogen en haalde diep adem. Ten slotte hoorden we de deur van de garage omhooggaan.

Mama glimlachte en stond op.

De deur van de garage was vlak naast de bijkeuken. We wachtten, onze ogen strak gericht op de deur van de zitkamer. Hij kwam niet tevoorschijn.

'Matt?' riep mama.

'Een ogenblik,' zei hij scherp.

We hoorden hem door de gang naar zijn kantoor lopen. Mama knipoogde en wachtte. Brenda keek op haar horloge en zuchtte diep. Ik besefte niet dat ik mijn adem inhield tot ik pijn in mijn borst kreeg en lucht naar binnen zoog.

'Wat is hier verdomme aan de hand?' hoorden we.

Zijn voetstappen klonken luider en sneller, en even later stond hij in de deuropening. Hij bleef naar ons staan kijken, in duidelijke verwarring.

Papa was een knappe man. Hij had mijn gitzwarte haar en mijn donkere ogen met zijn gebruinde gezicht dat hem het uiterlijk verleende van een man die buiten in de zon werkte en niet op kantoor. Hij had een scherpe kin, een sterke, mannelijke mond en een perfect gevormde rechte neus.

'Wat gebeurt hier? Waarom zitten jullie allemaal opgetut in de zitkamer? Waarom is het eten niet klaar, Nora?'

Mama lachte nerveus, in de hoop dat hij gekheid maakte en dat hij plotseling zou losbarsten in: 'Gefeliciteerd met je verjaardag' en een extra cadeau tevoorschijn zou toveren buiten de mountainbike die ze voor haar gekocht hadden. Zoiets deed hij altijd.

'Nou?'

Haar glimlach ebde weg.

'Het is Brenda's zestiende verjaardag, Matt. Weetje niet meer? Ik heb je vanmorgen verteld dat we gereserveerd hebben bij Dickson's Steak House.'

Hij knipperde even met zijn ogen en viel toen uit tegen mama. 'Nee, dat heb je me niet verteld.'

'Dat heb ik wél, Matt.'

'Ik zeg datje dat niet hebt gedaan. Ik denk dat ik me zoiets toch wel zou herinneren. Je doet dit soort dingen de laatste tijd steeds vaker, plannen maken zonder het eerst met mij te bespreken. Ik heb een afspraak met Bob Peterson om acht uur op kantoor. We moeten getuigenverklaringen uitwerken in de Morgan-zaak.'

'Maar... je wist toch dat Brenda vandaag jarig is.'

Hij keek even naar Brenda.

Ze stond abrupt op. 'Dat hele stomme verjaardagsdiner kan me gestolen worden,' zei ze. Ze boog haar hoofd en holde de kamer uit.

Mijn hart bonsde.

'Maar...' Mama staarde papa aan.

'Hoor eens, ik kan er niks aan doen,' zei hij. 'Dat verjaardagsdiner komt morgen wei. Wat maakt het uit? Bak hier maar een steak voor me.'

Hij draaide zich om en liet mama en mij zwijgend achter.

Ze vermande zich snel, slikte haar tranen in en haalde zo diep adem dat ik dacht dat de lucht uit haar tenen kwam.

'April, doe een plezieren annuleer onze reservering bij Dickson's en kom me dan helpen met tafeldekken.'

'Mama, dit is absurd. Het is Brenda's Sweet Sixteen-diner.'

'Doe alsjeblieft wat ik je vraag,' zei ze.

Ze draaide me snel de rug toe, om haar tranen voor me te verbergen. Ik was blij dat ze dat deed. Ik wilde niet dat ze die van mij zou zien. Ik belde Dickson's en ging toen de tafel dekken, terwijl zij snel een maaltijd voor ons klaarmaakte. Ik hoorde haar gesnik, maar vroeg haar niet of ze huilde. Ik zei geen woord. In plaats daarvan ging ik naai' Brenda's kamer en klopte op de deur.

'Wie is daar?' snauwde ze.

'Ik ben het maar.'

'Wat wil je?' vroeg ze zonder de deur open te doen.

'Mama maakt eten voor ons klaar. We hebben de reservering in het restaurant geannuleerd.'

'Kan me niet schelen.'

'Ik vind het zo erg, Brenda.'

Ik stond voor de deur te wachten, te luisteren. Brenda liet me bijna nooit iets merken als ze bedroefd was. Ik had altijd gewenst dat ik net zo sterk was als zij, maar mama had eens iets gezegd dat ik nooit ben vergeten. Ze zei: 'Brenda huilt vanbinnen en als je je tranen voortdurend in jezelf opsluit, loopje een grotere kans om in je verdriet te verdrinken.'

'Kan ik je mijn cadeautje geven?' vroeg ik door de gesloten deur.

Ze zei niets.

Toen ging de deur open en ik zag dat ze zich weer verkleed had in haar jeans en het schoolsweatshirt waarvan papa zei dat het praktisch haar tweede huid was omdat ze het zo vaak droeg. Toen hij het de eerste keer zei, leek het een grap, maar nu leek het meer op bijtende kritiek.

'Ik ben niet in een verjaardagsstemming, April. Het spijt me,' zei ze, met over elkaar geslagen armen en neergeslagen ogen, als kleine vlaggen van overgave.

'Ik wil je toch graag mijn cadeautje geven. Ik had het willen verstoppen in de auto en naar buiten gaan om het te halen als we in het restaurant zaten te eten.'

Ze sloeg haar ogen weer op en haar schouders ontspanden zich. 'Oké, geef het me dan maar als je dat zo graag wilt.'

'Ik kom zo terug,' zei ik en holde weg naar de garage, waar ik het had verborgen. Toen ging ik terug naar haar kamer en overhandigde het haar.

Ze ging op het bed zitten en maakte de doos open. Met mama's hulp had ik een mooi atletiekpak voor haar gekocht. Het was zwart met kaneelkleurig garneersel en een smal toelopende broek en een bijpassend jack.

'Geweldig, April,' zei ze, terwijl ze het jack ophield. 'Het is prachtig'

'Ik heb het zelf uitgezocht,' zei ik trots.

'Je hebt het uitstekend gedaan, April.' Ze keek me even aan, strekte toen haar armen uit en trok me naar zich toe en omhelsde me steviger en intiemer dan ze ooit gedaan had. Ze hield me ook langer vast. Ik had het gevoel dat ze wilde beletten dat ik tranen in haar ogen zou zien.

Mama riep ons.

'Ik heb geen honger,' mompelde Brenda. Ze stond op en legde het pak op haar ladekast.

'Mama gaat vast huilen als je niet komt eten,' zei ik.

'Ik weet het.'

We liepen haar kamer uit naar de eetkamer. Ik hielp mama met het binnenbrengen van de groenten, het brood en de steak. Brenda pakte de karaf met koud water, de boter en wat saus voor de steak waar papa zo hield. Hij was nog steeds niet komen opdagen.

'Matt,' riep ze. 'Het eten is klaar.'

'Ik ben aan het telefoneren,' hoorden we.

Mama ging zitten en we staarden allemaal naar het eten dat op tafel stond. Het duurde zeker vijf minuten voordat papa verscheen en haastig naar de tafel liep. Hij prikte een steak op, legde die zonder iets te zeggen op zijn bord, sneed een stukje eraf en trok een lelijk gezicht.

'Te gaar, Nora.'

'Nee, Matt. Hij is precies zoals je hem altijd eet en zoals ik hem altijd klaarmaak.'

'Ik weet heel goed wanneer een steak te gaar is,' hield hij vol. Hij begon groenten op zijn bord te scheppen.

Ik stak mijn hand uit naar het vlees en vervolgens naar het brood, en toen hij de schaal met groenten neerzette nam ik wat van de gemengde groenten. Brenda staarde over de tafel heen naar papa, die verstrooid en diep in gedachten leek. Mama's bord was ook nog leeg. Papa keek haar aan.

'Wat krijgen we nu, Nora?'

Haar lippen trilden. 'We hebben zelfs geen verjaardagstaart voor haai-,' zei ze.

Hij keek naar Brenda alsof hij zich plotseling weer herinnerde dat ze jarig was. 'De verjaardagstaart komt morgen wel,' zei hij. Toen keek hij naar mij. 'Niet dat iedereen die nodig heeft.'

'Ik beslist niet,' zei Brenda. 'Van jou heb ik niks nodig.'

'Brenda,' zei mama.

'Niet brutaal worden,' waarschuwde papa.

Brenda wendde haar blik af, en toen veranderde plotseling haar hele gedrag, ze pakte een steak en begon op te scheppen alsof ze uitgehongerd was. Ik wist dat ze het alleen maar deed om papa te ergeren en hem te bewijzen dat niets wat hij deed haar kon veranderen. Mama hield haar adem in.

We aten zwijgend. Papa at heel snel en vermeed het ons aan te kijken. Toen hij klaar was, sprong hij letterlijk overeind en mompelde dat hij naar zijn kantoor moest in het centrum van Hickory.

'Moetje echt terug, Matt?' vroeg mama zacht.

'Wat?' vroeg hij en deed net of hij haar niet gehoord had of de vraag alweer vergeten was.

'Ik vroeg me alleen af of je je werk niet één avond zou kunnen laten liggen. We kunnen nog steeds ergens naartoe voor een dessert en om het te vieren.'

'Natuurlijk moet ik naar kantoor. Wat dacht je dan? Dat ik zou teruggaan als ik niet hoefde?'

Mama zei niets. Ik zag dat ze moeite had met slikken. 'Wil je haar niet eerst ons cadeau geven, Matt?' bracht ze er met moeite uit.

'Ons cadeau?'

'Je weet wel,' zei ze met een knikje. 'Achter in de garage.'

'O. Nou ja, doe jij dat maar.'

Voor ze kon tegensputteren liep papa de kamer uit, en toen hoorden we de deur naar de garage open- en dichtgaan.

Ik keek naar Brenda, die naar mij keek.

Het drong op hetzelfde moment tot ons door.

Hij had haar niet eens gefeliciteerd.

Niet één keer.